NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT en GELDERLAND
BEL DEMON 10.
No. 16.
Zaterdag 23 Februari 1S95.
Vier-en-twintigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG
Plaatselijke berichten.
F euilleton.
AMERSFOORTSGHE COURANT.
VOOR
abonnementsprijs:
Per 3 maanden f 1.Franco per post door het geheele Rijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukkeu en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. .T. SLOTHOUWER, Amersfoort.
advertenties:
Van 16 regels f 0,40 iedere regel meer B Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend
Croote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Ter vergadering die Donderdagmid
dag door den gemeenteraad werd gehou
den is het beschrijvingsbiljet voor de
inkomsten-belasting vastgesteld, en zijn
tot leden der commissie, die Burgemeester
en Wethouders zal bijstaan in de opma
king van het kohier, benoemd de heeren
1. van Bottenburg, G. J. van der Zoo
de Jong en J C. Lüngen, die voor iedere
zitting een vacatiegeld van f3 zullen,
genieten. Tot deze werkzaamheden kon
de Raad overgaan, nu de verordening
tot heffing der inkomsten-belasting bij
koninklijk besluit van 31 Januari I.I., No.
2-4, is goedgekeurd. Aan den heer D. de
Vries, onderwijzer aan de school 3e soort
in de Beekstraat, werd, op zijn verzoek,
een eervol ontslag uit die betrekking
verleend. De Raad verleende den heer
W. A. Croockewit vergunning tot het
doen rooien van een lindeboom aan den
Utreclitschenstraatweg, nabij zijne woning
staande. Naar aanleiding van een daartoe
strekkend verzoek van den heer P. J.
Raaijmakers te Nieuwer-Amstei, werd
op voorstel van Burgemeester en Wet
houders, het raadsbesluit dd. 28 Juni 1894
in zooverre gewijzigd, dat de daarbij
aan den heer Raaijmakers verleende
subsidie voor den aanleg en exploitatie
van een paardenspoor SoestBaart:
Amersfoort, geacht zal worden te zijn
toegekend aan de naamlooze vennootschap
«de Soester paarden-tramweg" te Soest.
Besloten werd tot het verleenen van
afschrijving op aanslagen in den hoofde-
lijken omslag, dienst 1894, tot een bedrag
van f2124.87, wegens vertrek en ovei-
lijdeti van belastingschuldigen. Op uit-
noodiging van Gedeputeerde Stalen van
Utrecht werd besloten van het voormalig
schoolgebouw in de Koestraat te wijzigen,
in zooverre, dat daaruit vervalt de
clausule, dat de aanvrage om gebruik
making .schriftelijk op ongeregeld papier
kan geschieden." Die aanvrage kan dus
mondeling of schriftelijk op gezegeld
papier worden gedaan.
Een voorstel van B. en W. tot het
inplanten van lindeboomcn langs de
Utrechtsche- en Naarderslraatwegen werd
aangenomen, doch het voorstel van dat
college om de langs laatstgenoemden
straatweg staande hoornen te doen rooien,
kwam te vervallen door de aanneming
van een door den heer Zandtjk ingediend
amendement, strekkende om die boomen
te behouden.
Ter tafel werden gebracht de goed
keuring van Gedeputeerde Staten op het
2e aarivullings-kohier van den hoofdelijken
omslag, dienst 1894; op de vaststelling
der jaarwedde van den onderwijzer F.
Faber en op de gemeente-begrootin g
voor het dienstjaar 1895.
Ingekomen zijn:
1. de rekening van het burgerlijk
armbestuur over 1893; deze zal worden
behandeld bij de vaststelling der gemeente
rekening.
2. een adres van de kiesvereeniging
.Amersfoort"; daarin haar leedwezen er
over betuigde, dat geen gebruik is gemaakt
van het recht der gemeente om de
tegenwoordige concessie der gasfabriek
op 17 Augustus 1894 te doen eindigen,
en het verzoek behelzende de gaskwestie
zoodanig te willen leiden, dat de exploi
tatie zoo spoedig mogelijk voor rekening
der gemeente wordt uitgevoerd of wel
dat door de gemeente in ander kunstlicht
wordt voorzien doch indien de concessie
aan de tegenwoordige ondernemers wordt
gelaten, te willen bewerken dat tot
minderen prijs beter kwaliteit gaslicht
wordt geleverd, zooals dat in andere
gemeenten van ons land geschiedt.
Aangezien, volgens hare statuten de
kiesvereeniging zich slechts met verkie-
zings-werkzaamheden ophoudt, en dit
dus eene zaak is die niet tot hare com
petentie tehoorl, werd het verzoekschrift
terzijde gelegd.
3. eene missive namens de parti
culiere arbeidsraden te Amsterdam,
Bolsward, Franeker, 's Gi avenhage, Leiden
en Zutphen, behelzende de uitnoodiging
om in de bestekken voor de uitvoering
van gemeentewerken bepalingen opte-
nemen betreffende minimum-loon en
maximum-werktijd. Ter Secretarie.
4. een voorstel van B. en W. tot
verhooging van het schoolgeld aan de
Hoogeie burgerschool met vijfjarigen
cursus van f 40 op f 60, en, respectievelijk,
voor enkele vakken van f5 op f6 indien
eenmaal; van f7.50 op f9 indien twee
maal, van f 10 op f 12 indien driemaal
en van f 12.50 op f 15 indien vier of
meermalen 's weeks onderwijs in dat
vak wordt eegeven. Behandeling in eene
volgende vergadering.
Aar: het einde der vergadering bekwam
de heer Gerritsen het wooid, die er
ernstig over klaagde, dat in den loop van
dezen winter niets, totaal niets, was
gedaan aan sneeuwopruiming van ge
meentewege, terwijl dat voorgaande jaren
wel was geschied, en door het nalaten
waarvan de straten permanent met modder
waren overdekt, tot groot ongerief van
het publiek. Ook de heeren van Zijsl
en van Lanschot Hubrecht verhieven in
dien zin hunne stem, doch het bleek, dat
de daarvoor bestemden post op de ge
meente-begrooting ad f 50(1, voor sneeuw
opruiming en het strooien van zand bij
gladheid, op eenige guldens na reeds
was uitgeput door laatstgenoemde werk
zaamheden. Het scheen echter het ver
langen der vergadering om in het vervolg
grooter som daarvoor te noteeren.
De heer J. G. Kleber, die er de aandacht
op vestigde, dat volgeDS gerucht tegen
woordig op de botermarkt veel .margarine"
voor .natuurboter" wordt verkocht, werd
met deze opmerking naar den Commis
saris van pol.tie verwezen, als betreffende
het hier de uitvoering van een rijks wet,
terwijl ten slotte de heer van Zijst de
klacht uitte, dat ditmaal de convocatie-
brieven voor den Raad zeer onduidelijk
op den hectograaf waren afgedrukt. Naar
aanleiding daarvan merkte de Voorzitter
op, dat de vorst op den hectograaf zijn
invloed had doen gelden, waardoor de
afdrukken minder goed waren gelukt,
doch dat, ter voorkoming van herhaling,
eene nieuwer instrument ter vervaardiging
der afdrukken zal worden aangeschaft
Aan het jaarverslag over 1894 der
afdeeling Amersfoort der Maatschappij
tot bevoideting der Toonkunst is het
volgende ontleend:
Blijkens vorig jaarverslag telde de Af
deeling, ultimo December 1893 behalve
hare drie eere- Mej. J. B. van Eijken te
Dresden, D. E. D. Pijzei te Amsterdam
en der. directeur M. W. Petri te Utrecht,
108 gewone leden, van welke één dona
trice; hare zangvereeniging 63 leden.
Aan het einde van het Vereenigings-
jaar 18931894 bleven ingeschreven
100 gewone leden van de Afdeeling, 57
medewerkenden in de Zangvereeniging.
Aan het einde van het jaar 1894 waren
aanwezig 111 gewone leden van de Af
deeling, T)7 medewerkenden in de zang
vereentging, van welke 16 niet-leden van
de Afdeeling en 9 genoodigden zijn.
De zangvereeniging houdt hare oefe
ningen geregeld iederen Maandagavond,
van September tot aan hel einde van
het seizoen, in een lokaal van de Muziek
school onder leiding van den Heer M.
W. Petri. Zij gaf in den loop van het
jaar 1895 eene uitvoering met orkest
begeleiding van het Oratorium .Paulus"
op 19 April, en eene op 11 December
van Schumann's .Der Rose Pilgerfahrt"
en van kleinere koorwerken, kosteloos
zangonderwjjs aan onvermogende kinde
ren van de openbare scholen aan de
Beekstraat en Koningstraat genoten, blij
kens vorig jaarverslag, op 31 December
1893: 86 en 50, te zamen 136 jongens
en meisjes. Aan het einde van den cur-
cus 18931894: resp. 82 (50 in de
hoogste, 32 in de laagste klasse) en 52
(22 in de hoogste, 30 in de laagste
klasse), te zamen 134 kinderen. Aan
het einde van het jaar 1&94; resp. 64
(35 in de hoogste, 29 in de laagste
klasse) en 44 (20 in de hoogste, 24 in de
laagste klasse) te zamen 108 leerlingen.
Het onderwijs wordt aan iedere school
viermaal in de week na den voormiddag-
schooltijd, telkens een half uur, gegeven
door de Onderwijzers dier scholen H. C.
den Hartog en A. Veen, die zich met
bekende toewijding van die taak kwijten.
Blijkens hunne rapporten worden de
lessen met lust gevolgd en zijn de vor
deringen verblijdend. Het onderwijs
wordt bekostigd door jaarlijksche hijdra-
gen van eenige belangstellende ingezete
nen en gesteund door het onderwijsfonds
der Maatschappij met eene toelage var.
f75.
De Muziekschool telde blijkens vorig
jaarverslag, ultimo December 1893: 122
leerlingen (72 in de zang-, 34 in de kla
vier-, 12 in de viool-, 4 in de theorie
klasse), of 81 personen uit 55 familiën.
Aan het einde van den cursus 1893
1894 bleven ingeschreven 102 leerlingen
(60 zang, 32 klavier, 7 viool en 3 theo
rie), of 68 personen uit 47 familiën. Met
het I egin van den cursus 1894 is hel
onder wys programma uitgebreid met eene
klasse voor solozang, waartoe zich als
leerares aan onze school verbond mejuf
frouw C. M. Hanau uit Utrecht, en met
eene klasse voor ensemble spel, leeraar
de Heer G. K. G. van Aken; terwijl de
Directeur aan leerlingen, die zich voor
het diploma willen bekwamen daartoe
belangeloos de gelegenheid heeft aange
boden in de nieuw geopende klasse voor
muziekgeschiedenis, algemeene muziek
leer eD onderwijskunst. Aan het einde
van het jaar, waarover dit verslag loopt,
waren ingeschreven 76 leerl, in 4 zang
klassen van 4 uren wekeljjks.
39 leerl. in 13 klavierklasse van 25 uren wekelijks.
12 t .4 vioolklasse 8
1 .1 celloklasse 1
6 .3 theorieklas 3
6 .5 solozangklas 5 i
(een algemeen spreekoefeningsuur.)
2 1 ensembleklas 1
5 >2 muziekgew. 2
147 leerl in 33 klasse met 49 lesuren.
Deze 147 leerlingen vertegenwoordigen
87 personen uit 58 familiën.
Ouders en voogden werden in de ge
legenheid gesteld zich te overtuigen van
de gemaakte vorderingen in den beslo
ten kiing van de Muziekschool, waar de
leerlingen zich bij groepen achtereenvol
gens op 18 en 25 Juni er, 2 Juli deden
hoor en. Het oordeel luidde algemeen
zeer gunstig; evenzoo, is er wat betreft
vljjt en gedrag der leerlingen, alle reden
tot tevredenheid. Van een en ander
wordt aan ouders en voogden maande
lijks rapport gedaan. Het als boven ver
meld vermeerderde leeraarpersoneel bleef
met de bekende toewijding de belangen
van het oDderwijs behartigen. De samen
stelling van de Commissie is onveranderd
dezelfde.
In het Bestuur van de Afdeeling on
stond eene wijziging doordat de Heeren
van den Wall Bake, tot dusver Voorzit
ter en Pels Rijcken, onder Voorzitter, van
functie verwisselden. De periodiek af
tredende Bestuursleden I. M. J. Hoog
penningmeester en A. J. Jansen, biblio
thecaris werden ter September vergade
ring herkozen. Laatst genoemden en Jhr.
J. A. Sandberg stelden zich op nieuw
beschikbaar als Commissarissen voor de
zangvereeniging.
Omtrent de begrafenis van luitenant
Van der Plank meldt het Bat. Nbld.
van 18 Jan. het volgende.
Een breede schare belangstellende
krijgsmakkers, waaronder men ook eenige
burgers optneikte, vergezelde gisteren de
lijkbaar van den le-luitenant der artillerie
A. van der Plank.
42 UIT HET FRANSCH.
Eene draagkoets had zoo even bij het
felle licht der flambouwen het paleis
verlatende arme vrouw had Regina
herkend, of de gravin Orsini, of wel die
gevreesde gedaante, waarvan men den
naam slechts fluisterend uitsprakBel
Demonio 1
Het geleide ging als een spookenoptocht
door den donketen voorhof en verdween
aan den hoek eener straat.
De arme vrouw zuchtte.
«Altijd die RegiDal" zeide zij. «Ik
weet niet waarom ik vreesde dat dezen
nacht een ongeluk hen trof, die ik het
dierbaarst op de aarde heb."
Lucrezia Mammone, want zij was het
die zoo sprak, liet het hoofd ic de handen
zinken.
«Het is zestien jaar geleden," dacht
zij, »dat ook Jk jong, schoon en gevierd
was. Toen geloofde ik nog aan geluk
in deze wereld vol ellende I O I als
ik ten minBte nog in mijne dochter kon
herleven I"
Zij bleef zoo, met het hoofd in de han
den gezonken, lang aan het trenrig ver
leden denken, eu aan de nog treuriger
toekomst.
Eensklaps deed het geluid van voet
stappen op de straatsteenen haar het
hoofd opheffen.
Zij bemerkte in de duisternis twaalf
mannen met zwart gelaat en in witte
mantels gekleed, die zich naar het paleis
Vitelli richtten.
Regina liep naast hen.
Lucrezia herkende ze bijna dadelijk.
De twaalf mannen en het jonge meisje
bleven bij den ingang van het paleis
stilstaan, op eenige passen afstand van
Lucrezia; maar de nacht was zoo donker,
dal zij haar niet zagen.
Regina scheen hen met de oogen te
tellen.
«Gij zijt mij nog altijd toegewijd?"
vroeg zij hun, met die trillende stem,
die zoo goed in de bergen weerklonk.
«Tot aan den doodl" antwoordden de
twaalf slaven.
»Het is goed, het uur van het mij te
bewijzen, is toch eens gekomen," ver
volgde het jonge meisje met een onheil-
spellenden blik.
«Wat mteteu wy doen?"
«Luister. Er zyn in dit paleis drie
personen die ik haat. Ercole Vitelli,
Mercedes en de verloofde van den mar
kies de Santa Fiore Deze drie per
sonen moeten sterven I"
De twaalf mooren bogen het hoofd
zonder te antwoorden.
«Drie van u," vervolgde Regina, «zul
len zich aan een zijde van deze deur
stellen, drie aan de andere: ik zal naar
binnen gaan; een jong meisje zal voor
het einde van den nacht naar buiten
komen, gij zult haar laten voorbijgaan.
dat zal ik zyn. Maar zoo er een tweede
meisje naar buiten komt, doodt haar dan
zonder medeljjden, want het zal mijne
vijandin zijn.
Bij het opkomen der zon zal zij
niet meer bestaan," antwoordden de
slaven.
Daarop gingen zes mooreri zich aan
de deur van den voorhof posteeren. Drie
van hen verborgen zich achter de pila
ren aan de rechter-, drie achter die der
linkerzijde.
De ingang was breed, te breed mis
schien om de trekken van een gelaat,
maar niet om den ouderdom van een
persoon te herkennen, die er in het mid
den doorging.
Toen de zes mooren post hadden ge
vat, keerde Regina zich naar de overigen
der bende.
«Wat u betreft," zeide zij hun, «dezen
nacht moet het verwoestingswerk be-
kroonen wat wij te zamen ondernomen
hebben. Over een uur steekt gij het
laatste kasteel van den ouden Ercole in
brand. Ik wil dat morgen voor zons
ondergang er geen steen meer van dit
koninklijk paleis overblijft. Gal"
En op een gebiedenden wenk van Re
gina verwijderden zich de slaven, ieder
eene verschillende richting nemende.
Onderwijl durfde de verschrikte Lu
crezia nauwelijks ademhalen.
«Is het een kwade engel, door God
gezonden om Ercole en Mercedes voor
hunne misdaad te straffeD," mompelde zij.
«Maai neen, God zal in deze kastij
ding Alma niet begrijpen, dit reine kind,
dat zelfs genade zou krijgen voor de mis
daad zelve."
Toen Regina zich alleen zag, wierp zij
een onverbiddelijke!] en trotschen blik om
zich heeo.
«Dat nu het noodlot voltooid worde,"
zeide zij. En zij richtte zich met vasten
tred naar het paleis.
Op het oogenblik, dat zij den drempel
overschreed, stond Lucrezia Mammone,
in een hoek neergeknield, op.
«Er wordt eene groote misdaad voor
bereid," zeide zij, «eene der slachtoffers
is mijne dochter. Kom 1 God zal my
misschien licht geven en zij voegde er
met dezelfde stem als Regina by «Het
noodlot moet voltooid worden."
Zij trad op liare beurt het paleis binnen.
Intusschen had Regina de zalen bereikt.
Hier en daar brandden nog lampen, en
de meubelen stonden nog in dezelfde
wanorde als in den vooravond. Men
zag half verwelkte ruikers op den grond
liggen, er heerschte in de verlaten zalen
nog een welriekende geur van het feest.
Hier en daar sliepen lakeien, op sopha's
uitgestrekt. Niemand dacht er om te
ontwaken, om zich tegen Regina te ver
zetten.
Lmg dwaalde zij van vertiek naar
vertrek in dit groote paleis rond. Gelijk
de geest der wraak, liep zij rond, bleek,
met gesloten lippen, starend oog, te
vergeefs haar prooi zoekend.
Eindelyk kwam zij in eene kleine
zaal, die geen tweede uitgang scheen
te hebber.zij opende voorzichtig de
deur en stak het hoofd vooruit, als de
slang die tusschen twee takken sluipt.
Het was een klein vertrek, met blauw
behangen en door eene albasten lamp
verlicht. Alma op een sopha gezeten,
met half gesloten oogen en moede armen,
maakte haar nachttoilet, en speelde ach
teloos met de dikke vlechten van haar
weelderig haar. Bij het leven dat de