Gemengd Nieuws. BUITENLAND. Plaatselijke berichten De heer Chamberlnio deelde in het Engelsche Lagerhuis mede, dat de re geering voornemens was de troepen, die van de kusten der koloniën naar het binnenland zijn getrokken, te doen ver vangen. Daarom zal zoo spoedig mogelijk een bataillon linietroepen en infanterie naar Zuid-Afnka worden gezoi den. Dit besluit staat ook in verband met het voornemen om het garnizoen van Kaup- stad te versterken, want de militairen autoriteiten achten het tegenwoordige garnizoen onvoldoende voor de verdedi ging der verschillende kolen- en andere stations. Om een mogelijk misverstand te voorkomen, voegde de minister aan deze mededeeling nog toe, dat hij beslist van meening was, dat, tenzij er zich ernstige gevallen mochten voordoen, de keizerlijke troepen niet de geschikste waren voor het dempen van den opstand der inboorlingen. Op dit oogenblik is er in Zuid-Afrika een voldoend aantal manschappen onder de wapenen. De eenige moeilijkheid betreft het transport en het verkrijgen van paarden. De kosten moeten allen door de Chartered Com pany gedragen worden. De Volksstem te Pretoria seint het volgende aan de Daily Chronicle, het Londensche dagblad, dat voortdurend ge poogd heeft eerlijk en onpartijdig de Transvaalsche quaestie te bespreken en toe te lichten. Pretoria, April 14. 4.20 p m. vDe Volksstem* maakt een brief open baar geschrei en door sir Sidney Scliip- pardonder gouverneur (chef magistrate) van Bechunaland, aan een Kafferopper hoofd, waarin hij bij dezen er op aan dringt een boerderij te verkoopen aan majoor White voor de militai e doel einden van de Chartered Company. De brief is geteekend 3 October. Deze boer derij ligt op de grens van de Transvaal en werd gebruikt voor den inval van dr. Jameson. De redactie van de Daily Chronicle deelt het telegram met voorbehoud mede en alleen op gezag van de Volksstem. Minister Chamberlain zal wel onmiddelijk nagaan of het waar is dat een hoogge plaatst Britsch ambtenaar zich dus mede plichtig gemaakt heeft aan den inval der vrijbuiters, door een kafferopperhoofd te overreden eene boetderij, in de Transvaal gelegen, af te staan ten nutte der boeka niers, die daar waarschijnlijk levensmid delen enz. hebben bewaard, waarmede Jameson op zijn tocht de ruiters en paarden zou kunnen voeden. De Daily Chronicle oppert de vraag of er eene dwaling of een onschuldig mis verstand tusschen kooper er. verkooper heeft kunnen bestaan, en weigert dus voorhands het verhaal van de Volksstem te gelooven. Het blijkt hoe langer hoe meer, welk een onverantwoordelijke daad Jameson heeft gepleegd met zijn inval in de Zuid- Afrikaansche Republiek. En men zou ook kunnen beweren, dat nooit duidelijker gebleken is dat Rbodea en Jameson met de Afiikaansche toestanden totaal onbe kend zijn. Hadden Jameson en Rhodes geweten, welk een gisting onder de Mata belen heerschte, dan hadden zij nooit een inval in de Z.-A. Republiek mogen doen, zelfs al hadden zij liet recht gehad tot zulk een vrijbuiterij. Nu hebben zij Rhodesia ontdaan van een aantal man schappen, die, wat oniecht zij ook ge pleegd hebben, stoere kerels kunnen wor den genoemd. En men mag toch niet aannemen, dat die manschappen uit Rho desia getrokken zijn, alleen met het doel om de Matabelen tot een opstand uit te lokken, om ze later totaal te vernietigen Dat zou eiger dan duivelsch zijn. Voorloopig heeft men zich echter alleen te houden aan de feiten. En die feiten toonen helder, hoe gevaarlyk de positie u eenvoudig voor te houden, wat zouden veertien shillings voor ons zijn?" >Zeg niet «ons", spreekt Alsager zacht: «plaats u zelve niet op dezelfde lijn met mij. Ik heb van uwe goedheid en lief dadigheid gehoord; verwissel den zin en zeg: «Wat zijn veertien shillings voor u?" en ik zal u antwoorden dat veertien shillings niet meer is dan een stuiver stukje dat om veertien ponden het kaart spel te verliezen, en zelfs veertien maal veertien ponden op een paard, mij geen oogenblik van nadenken zoude geven, en wat is nu de toepassing?" «Zoudt gij voor veertien shillings kun nen eten?" vraagt Osyth. «Zeer zeker zoude ik dat kunnen, in dien ik geen champagne dronk, maar dat doe ik gewoonlijk." «Welnu!" gaat Osyth voort: «het hoogste loon, dat een man hier kan trek ken, is veertien shillings in de week, en daarvan moet hij een en twintig maal tijden betalen. De meesten dier lieden hebben een groot huisgezin, sommigen vijf kinderen, sommigen zes, enkelen twaalf. Wanneer het getal twaalf stijgt zijn er meestal reeds een paar van de kinderen, die iets verdienen, rnaar ik ken een gezin waar tien kinderen orider oe tien jaar zijn, en waar de oudste kreu pel en de tweede idioot ia. Gjj ziet daar in Matabelenland is en de aanwezigheid van een vijfhonderd flinke mannen haar geheel had kunnen keereD. De Engelschen zijn nagenoeg overal gedwongen zich tot een defensieve hou ding te bepalen. Een enkele maal trekt een troepje uit, doch met weinig succes. Voor tien Matabelen die sneuvelen, staan er honderd weer op. «Vader» Prestage, die van Malopo Hills te Buluwayo is teruggekeerd, verklaart, dat niet minder dan tienduizend opstandelingen onder de wapens zijn en den Mangwe Pas, den gemakkelijksten verbindingsweg met Ma- topo Hills, bezet houden. Een bericht van de Times daarentegen verzekert, dat de versterkingen der Mangwe Pas reeds weer door de Engel schen zijn veroverd en dus de weg naar Buluwayo weer vrij is. Uit Shoa wordt gemeld, dat de weige ring der Italianen om vrede te sluiten, zelfs bij de gematigde eischen die door vorst Menelik gesteld zijn, de Abessiniërs zeer heeft verdrotenzij maken zich krachtig gereed om in den herfst den veldtocht te hervatten. De reserves heb ben last gekregen om zich gereed te hou den tegen het einde der lente. De Itali- aansche gevangenen zijn achteruit gevoerd, naar de versterkingen te Tim en Diama, 7u0 mijlen van Massowah gelegen. Tot nog toe waren de gevangenen in Wag, de provincie ten Zuiden van Adua, ge laten; men liet hun veel vrijheid, omdat de Negus, na de onderhandelingen met majoor Salza, het sluiten van den vrede weldra verzekerd achtte. Maar door de houding van generaal Baldissera en van de autoriteiten te Massowah heeft Menelik zich genoozaakt gezien de gevangenen strenger te behandelen. Het aantal Ita- liaansche gevangenen bedraagt ongeveer 3600. Slechts de hoogere officieren heeft Menelik in zijn kamp gehouden. De Abessiniërs laten de gevangenen werken bij het aanlegeen van versterkingen: zij worden goed behandeld, maar het strenge klimaat en de voortdurende regens doen hen veel lijden. De sterfte neemt toe, nu zij meer naar het binnenland vervoerd worden. Vorst Ferdinand van Bulgarije bevindt zich thans te Sint-Petersburg en wat hem niet al te dikwijls is geschied, zoo lang hij vorst van Bulgarije is geweest hij is met vrij groote eer bewijzen ont vangen. Een eere-compagnie van een der garde-regimenten met vaandel en muziek was op het perron aanwezig. In de keizei- lijke wachtkamers bevonden zich o.a. de commandant-generaal van het keizerlijk hoofdkwartier, de adjunct van het minis- teiie van het keizerlijke hof, de gouver neur van St.-Petersburg, de commandant van de garde du corps, de plaatselijke commandant, de prefect der stad en een deputatie der Bulgaarsche kolonie. Kort voor de aankomst van den trein was ook grootvorst Wladimir aangekomen. De voist,die de uniform van Bulgaarsch generaal droeg met het band der Bul gaarsche orde van Alexander, begaf zich onmiddelijk naar den grootvorst en in specteerde daarna de compagnie, welker muziek het Bulgaarsche volkslied speelde. Nadat het gevolg van beide zijden aan elkaar was voorgesteld, begroette de Turk- sche gezant den voist en stelde hem de verschillende leden van het gezantschap voor. In de keizerlijke wachtkamer werd de Bulgaarsche deputatie voorgesteld, waar bij een lid een toespraak hield. De vorst antwoordde ongeveer het volgende: Hij was gelukkig in het middenpunt van Rusland, van den bevrijder van Bulgaiije, Bulgaarsche woorden te hooren en een hartelijke ontvangst te vinden. Diepe er kentelijkheid en liefde voor den bevrijder zouden hem verder leiden. Hij was ge lukkig dal het heuchelijke oogenblik ge- zijn dus twaalf menschelijke wezens, die driemaal daags gedurende zeven dagen voedsel moeten ontvangen, nu is twaalf maal een en twintig maaliijden en dat uit veertien shillings, 2524, niet waar?'' nGoede Hemel 1" zegt Alsager, er ver schrikt uitziende, »het is te vreeselijk om er aan te denken »Maar wacht," gaat Osyth met vuur voort, adat is nog lang met alles. Zij moeten gekleed zijn, allen hebben zij schoenen noodig; en schoenen zijn de grootste plunderaars van de beurzen der armen; zij moeten eiken dag van het jaar vuur hebben om water voor de thee te koken, ook al hebben zij niets anders warm te makendan is er de huishuur er. als zij ziek zijn moeten zij de medi cijnen betalen. Daarbij heeft de man somtijds geen werk; somtijds geeft hij de helft van zijn loon in de herberg uit, zoodat er misschien slechts de helft dier veertien shillings over blijft.® »Het is afgrijselijk,® zegt Alsager met wroeging. ï>Ik ken verscheidene arme, oude echt paren, die van vier en een halve shilling per week leven,® voegt Osyth er bij, vastbesloten dat de iijke wereldling voor eenmaal iets zal vernemen omtrent zijn arme brot-ders. Bloeders! welk eene dwaasheid om aan den armen landbouwer komen was, waarop hij als Slavisch vorst de eer had, zich voor te kunnen stellen aan den verheven persoon des keizers, den beschermer van Bulgarije. Hij dankte de deputatie voor de vaderlandslievende ontvangst. Daarna begaven de vorst en de groot vorst zich per rijtuig naar het winterpa leis. Wanneer de vorst eenige maanden vroeger gekomen was, zou de ontvangst geheel anders zijn geweest. Dan had hij misschien zelf een udienstman® mogen roepen om zijn bagage te bezorgen! Van de Kon. Militaire Academie norden in den loop van den a.s. zomer gedetacheerd te Amersfoort ter controle van de cadetten der infanterie, ingedeeld bij het 5e reg. de kapt. G. Ntjpelsen de le-luits. F. L. van deD Hoff en D. Mak kink. Het Departement Amersfoort der maatschappij «Tot nut van 't Algemeen» zal aanstaanden Donderdagavond om half acht vergaderen in Amicitia. Behalve de gewone punten voor de April-vergadering staat op de agenda een voorstel van de commissie der Spaarbank tot ontbinding dier inrichting. Tot leeraar in de kennis der natuur aan de Rijks Normaal-inrichting hier is benoemd de heer A. Bongers, hoofd der school aan de Lage Vuursche. Bij Kon. Besluit is benoemd tot inspecteur tweede klasse der registratie en domeinen in de 33ste divisie de lieer J. C. J. Pels Rijcken, thans inspecteur van de derde klasse. Bij de d.d schutterij alhier zijn benoemd lot le luitenant de 2e luitenants C. H. M. Lüngen en Mr. J. C. H. Prikken. De heer A. M. Tromp van Holst heeft de hem aangeboden candidatuur voor den gemeenteraad aangenomen, als mede die voor de Provinciale Staten van Uirecht. Gistermiddag hield de gemeenteraad eene zitting, onder presidium van den burgemeester mr. F. D. graaf Schimmel- penninck. Het oorspronkelijk kohier der plaatselijke directe belasting naar het in komen over 1896 werd vastgesteld op 6375J.12 en daarmede tevens beslist dat voor dit jaar 3°/0 van het belastbaar in komen zal worden geheven. De raad be sloot, met wijziging in zooverre van zijn besluit van 16 Maart jl., een geldleeniug aantegaan van f 20500, a 3°/o en geen lagere inschrijvingen aantenemen dan van 97%. Een voor,tel van B. en W., in verband met een advies der commissie van toezicht op het middelbaar onderwijs ten aanzien van de splitsing van klassen der H. B. S. werd op voorstel van den heer Visser naar de afdeelingen verzon den ten Drie van onderzoek. In dat voor stel zeggen B. en W. dat blijkens het rapport der genoemde commissie voor den cursus 1896/97, als gevolg van het groot aantal leerlingen ten vorigen jare in de Ie klasse toegelaten, eene splitsing van de lie klasse noodzakelijk is, terwijl het nog onzeker is of een splitsing van de Ie klasse moet worden bestendigd, hetwelk laatste echter minder waarschijn lijk is, wijl zich nu voor die klasse slechts 26 leerlingen tegen ruim 40 ten vorigen jare hebben aangegeven. Wordt alleen de lie klasse gesplitst, dan behoeven geen lijdelijke leeraren te worden aangesteld en kan volstaan worden met uitbreiding der lesuren van de tegenwoordige leeraren, hetgeen eene uitgaaf van f 1400 zou vorderen. Ingeval echter de beide klas sen moeten worden gesplitst, dan zouden drie tijdelijke leeraren behooren te wor den aangesteld, met uitbreiding der les uren iler tegenwoordige leeraren, waartoe een uitgaaf van f4510 noodig zou zijn. te denken als aan een broeder van My- lord I «Maar wat kan er alles wel beschouwd aan gedaan worden?» vaaagt Lord Ry vendale zich tot het practrsch oogpunt van liet geval wendende. «Indien ik al de lieden op mijn grond welgezeten wilde maken, zoude er niets voor mij overblij ven als het werkhuis.» «Dat is het niet,» antwoordt Osyth: «Gij noch uw buren zoudt het kunnen bekostigen, en indien de armen allen welgesteld weiden gemaakt, zouden zij niet willen arbeiden, en zoude de geheele gemeente verarmen. Maar, Lord Ryven- dale, er is zooveel, dat een man van uwe positie zoude kunnen doen, zoder nog eenige werkelijke gave van geld. Indien hun huizen goedkoop en gemakkelijk waren; indien er vereenigingeu voor hen werden opgericht tot onderlinge onder steuning; indien zij bovenal zagen en ge voelden dat men belang in hen stelde en ze niet beschouwde als lastdieren indien er een dorps ziekenhuis voor hun kranken was; als zij in de mogelijkheid waren zich door tijdige maatregelen tegen on herstelbare ziekten en verminken te be hoeden, konden hun leven en dat hunner kinderen geheel verschillend woidenvan wat het nu is. Veigeef mij,» besluit zij, zich naar hem keerende, het oog B. en W. stellen daarom voor te beslui ten: 1. tot splitsing van de lie klasse; 2. wanneer onverhoopt iRter mocht blij ken, dat splitsing der Ie klasse moet behouden blijven, hun le machtigen lot oproeping van tijdelijke leeraren. Wat hel lot dier voorstellen zal zijn, zullen wij later vernemen. Tot gemeente ge neesheer werd benoemd dr. J. M. Cioocke- wit, arts, alhier. Ingekomen zijnbe richt van Ged. Staten, dat zij hunne beslissing ten aazien der goedkeuring van het reglement op het lager onderwijs hebben verdaagd 2. goedkeuring op de heffing van het verhoogde schoolgeld aan het gymnasium en de school le soort voor jongens; 3 dankbetuiging van het bestuur van den Ned. Schutterijkaderbond voor de verleende toelage van f300; 4. rekest van den heer H. T. Eysvogel, tot aankoop van bet «Kinderbuis» voor f3200; 5. verzoek van II. v. d. Berg c.s. om ver lichting van den Bisschopperweg, beiden om advies verzonden aan B. en W. 6. het verslag nopens den toestand der ge meente over 1895 met bjjbehoorende ver slagen van commissiën instellingen, enz. Uitslag aanbesteding op 22 April 1896 's voormiddags l'l uur ten huize van den Heer Joh. Knoppers alhier, van het maken van een gebouw voor het Stoomgemaal op de Zelderdsche Wete ring te Hoogland. 1. Marts. Visser te Papendrecht f21250. 2. L. Ruitenberg te Ainersfooit -19939. 3. Jan Kamsteeg te Giesendam -188U0. 4. C. v. 't Huilenaar te Alkmaar -18750. 5. J. Schreuders te -18500. 6. Mees Visser te Papendrecht -18360. 7. G. Klootwijk te - 18200. 8. F. de Bruin te Hoogland. - 15111. Gegund aan den laagsten inschrijver. 351ste ffl'AATK.LVTEItl.l. Vierde klasse. Trekking van 20 en 21 April. (1000 Loten). Ten kantore van den Collecteur te Amersfoort zijn aan de navolgende num mers te beurt gevallen: Prijs van f1000 op No. 20571. Prijzen van f 65. •zl3 228 237 241 510 534 648 662 669 685 689 691 714 721 9545 955J 10733 10737 1073J 10747 10761 10776 10801 10810 10812 10819 10827 13420 13421 13429 13434 19837 19855 19861 19873 20575 20576 205o7 20u07 en 20611. Te zamen 41 prijzen. Loten zijn nog verki ijgbaar. Een reelauie-dief. Op de markt te Lissabon werd onlangs een kleermaker door een net gekleed heer aangesproken, die hem vroeg, hoe laat hel was. Maar zoodra had de man zijn horloge niet voor den dag gehaald, of het was met ketting en al verdwenen, terwijl de dief 'l op een loopen zette. Op het hulpgeioep van den bestolene werd hij echter door een groote menigte achtervolgd, wie het gelukte, den dief te achterhalen en aan de politie over te leveren. Op het politie bureau was echter het zoeken naar het gestolen horloge te-ver- geefsch, totdat de man verklaarde, dat hij zelf het horloge met toehehooien wel zou opzoeken. Hij trad in den ingang van het politiebureau en riep een toe vallig daar voorbijgaanden vischboer,nam, eer deze het verhinderen kon, een visch uu een mand, sneed de visch open en haalde het horloge met ketting te voor schijn, terwijl hij zich tegelijkertijd als een der meest bekende goochelaars voor stelde. Hij werd dadelijk weer in vrij heid tresteld, en zette elders zijn origineele reclame voort. Een zonderling ongeluk. Zaterdag is te Brussel een koopman die met zijn kar op een der pleinen zjjn gewone plaats innam, met zijn voertuig door den grond gezonken. Dit vreemde verschijnsel bleek het gevolg van een voor 40 jaar begane onhandigheid. Bij het verlicht door den gloed waarmede zij hare zaak bepleit beeft: «maar ik geloof dal, indien, gij belang kondet stellen in zulke aangelegenheden als deze, gij de ongelukkige en zieke gedachten niet zoudt voeden, waaronder gij nu leidt.» «Gij zijl een engel,» roept AlsBger uit, lei wijl hij hare hand grijpt en vurig kust. Osyth trekt haar met een diepen blos terug en springt overeind. «Lord Ry vendale!» spreekt zij met waardigheid. «Ik vraag u duizendmaal vergiffenis,» zegt hij berouwvol«Ik werd voor het oogenblik medegesleept. Gij denkt niet kunt niet denken dat ik u willekeurig zoude willen mishagen. Wacht,» smeekt hij, als zij heengaat, «nog één oogwenk. Ik zal nadenken over hetgeen gij hebt gezegd. Ik zal trachten van meer nut in de wereld te zijn, en gij zult mij hel pen. Gij zult mij iaden; gij zult mij tot u laten spreken, zult gij niet?» Wordt vervolgd.) sloopen eener fabriek, welke groote olie reservoirs onder den grond had cehad, heeft men de putten niet gevuld, maar voor het gemak de openingen met plan ken bedekt, daarop grond aangebracht, en is toen aan het bestraten gegaan. Deze achteloosheid heeft een menschen- leven gekost, daar het slachtoffer eerst acht uur later als lijk boven aarde is ge bracht. Het bleek dat de put vol water stond, zcodat de man is verdronken. De reis oiu de Wereld in 40 dagen Iedereen kent de roman van Jules Verne, die voor ongeveer 23 jaar ver scheen De reis om de wereld in 80 dagen. Sinds dien tijd is er heel wat veranderd en de 80 dagen zijn al inge krompen tot 70. Maar na 1 Januari 1900 zal ook dit record van dagen tot het verleden behooren. Op dien dag, als de groote Siberischn spoorweglijn geopend wordt, zal er een omwenteling komen in het spoed-verkeer, die alleen baars gelijke zal vinden in de opening indertijd van het Snez-kanaal. Als een Lonperiaar dan op den eersten eener maand zijn stad verlaat zal hij over OstendeBerlijn de Russische hoofdstad in 45 uren iereiken. Daar wacht hem de Si Dei ische spoorweg- trein, die den langen weg van 10.000 Km. tot Port-Arthur in 250 uur zal afleggen, zoodat men deze laatste haven in 12 dagen en 7 uur kan bereiken. Daar stapt men op een der booten van de Russtscb-Amerikaansche Maatschappij, die ook op 1 Januari 1900 zal openen, en wier stoomschepen de reis van Port- Arthur naar San Francisco in 17 dagen doen. Van San Francisco spoort men in 5 dagen naar New-York en daar stapt men op een der booteL der Cunard-of andere lijnen, die in 5 dagen den tocht over den Atlantischen Oceaan doen. Op deze wijze zal men de reis om de wereld in 40 dagen kunnen volbrengen. Dat zal de eerste triumf zijn der twintigste eeuw. Ook op de prijzen zal deze verkorte reis natuurlijk invloed hebben. Terwijl thans de goedkoopste reis om de wereld, volgens de berekening van een Duisch blad 2230 mark (of f 1338) kost, waarbij dan het eten aan boord der stoonrbooten is meegerekend, zal na '1 Januari 1900 de reis maar kosten tusschen de 1500 en 16U0 mark. In beide gevallen zijn echter de biljetten voor de slaapwaggons en de vertel ingeri op de landreis niet meegerekend. Daarom zal de reis mis schien over 't geheel duurder komen, daar de zeereis bekort wordt van bijna 60 tot 22 dagen en de landreis verlengd van tien dagen tot bijria twintig dagen. Mistiseiueu ouder water. T ls bekend, dat zelfs de sterkste licht bundel een dikken mist slechts op een zeer kleinen afstand kan doordringen. De heer J. Clarkson heeft nu ge lijk in De Scheepvaart meedegedeeld wordt een nnddel bedacht om de juiste positie van een vaartuig tijdens mist waarneembar te maken, door na melijk sterke electrische zoeklichten onder de waterlijn aan le brengen, en wel éen zoeklicht wit vooruit, aan elke zijde éen rood en groen, en twee lichten schuin naar achter. De lichten worden door het water veel beter voortgeplant dan in den mist en zijn op zeer grooten afstand duidelijk zichtbaar. Een wraakneming. Voor twee jaren scheepte mevrouw Berkley te Bombay zich in voor Engeland om haar moeder ui Londen te bezoeken. Mevr. Berkley was getrouwd met den ingenieur Beikley. Deze laatste was heel blij toen hij vernam, dat een zijner vrien den, kapitein Hawkes, met dezelfde boot naar Europa ging en ondertusschen voor zijn vrouw zou zorgen. Maar later, veel later vernam Berkley, dat zijn vrouw hem bedrogen had, de bewijzen daarvoor waren voorhanden en hij besloot nu van zijn vrouw te scheiden, maar tevens f 37.500 schadeloosstelling te vragen. Toen de jury hem dien eiscli toewees, richtte Berkley zich met de voleende woorden tot de gezworenen «De f 37.560 zijn mij dus toegestaan, maar ik wil er geen voordeel van trekken, ik heb me alleen willen wreken. Indien de heer Hawkes binnen een jaar trouwt met mijn vroegere vrouw, zie ik af van de schade vergoeding, dan mag hij het geld houden. Want dan zal mijn doel bereikt zijn en ik zal gewroken wezen. Deze man en deze vrouw beminnen elkander niet meer. Niets zal hen strenger straffen, dan dat ik ze aan elkaar verbind. Ik weet, dat de kapitein erg op zijn geld gesteld is en ik hoop, dat hij haar zal trouwen uit zuinigheid." De jury heeft toegestemd in zijn verzoek. BELANGRIJK. is de geluksaankondiging van Samuel Heckscker Senr. in Hamburg, welke zich in het huidige nommer van onze courant bevindt. Dit huis heeft zich door zijn prompte en stilzwijgende uitbetaling der hier en in den omtrek gewonnen bedragen eene zoo goede faam verworven, dat wij al onze lezers aanbevelen op zijn huidige advertentie acht te geven.

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1896 | | pagina 2