NIEUWE
Nieuws-, en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
DE DICHTERES.
No. 95.
Woensdag 25 November 1896.
Vijf-en-twintigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
BINNENLAND.
Plaatselijke berichten.
F euilleton.
Amersfoortsche Courant
abonnementsprijs:
Per 3 maanden f 1.——; Franco per post door het geheele Rijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER. Amersfoort.
advertentien:
Van 1 6 regels f 0,40 iedere regel meer 5 Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend
Oroote letters en vignetten naar plaatsruimte.
H.H. M.M. de Koninginnen zullen
den lOen, uiterlijk den Hen December
uit het buitenland in de Residentie terug-
keeren.
Vrijdagochtend hebben onze Konin
ginnen per extra-trein Aix-les-Bains ver
laten en kwamen 's avonds te Milaan
aan. By Haar vertrek had de Regentes
een telegram aan den president der Rtpu
bliek gezonden, om dezen te zeggen met
hoeveel genoegen Haar Dochter en Zij
zelve in Frankrijk hadden vertoefd.
De heer Felix Faure had daarop tele
grafisch geantwoord, dat de aangename
indruk, door de vorstinnen van haar ver
blijf gekregen, hem levendige voldoening
gaf. Bij haar vertrek had hij den bevel
voerenden generaal te Chambéry, Brunod,
opgedragen, aar. H.H. M.M. de groeten
van het Hoofd van den Franschen Staat
over te brengen.
Ook het gemeentebestuur van Aix was
aan het station vertegenwoordigd, waar
aan de Vorstinnen verscheidene prachtige
bloemruikers werdeD aangeboden.
Zaterdag bezochten de Koningin en de
Koningin-Regentes den Koning en de
Koningin van Italië te Monza en keerden
des avonds naar Milaan terug.
Men ingang van i0. December treedt
bij de Hollandsche IJzeren Spoorweg in
werkirg een gewijzigd tarief en voor
waarden voor goedkoope uitstapjes langs
de lijnen dier Maatschappij en sommige
tramwegen, in welk tarief thans ook zijn
opgenomen de gemeenschappelijke lijnen
RotterdamRoosendaalRotterdam
UtrechtAmersfoot t; NijmegenVenlo
en HengeloEnschede.
Zekere L. te Leiden deelde het
volgende aan het Leidsche Dagblad mede:
Toen hij Zondagavond met zjjne vijf
kinderen op de Heerenstiaat te Leiden
liep, van welke kinderen zijn dochtertje
en een zoontje hem op eenige passen
afstands volgden, werd zijn zoontje door
eeD onbekend persoon toegesproken met
de vraag of hij met hem mede wilde
gaan, waarop L. terstond door zijn doch
tertje werd teruggeroepen.
De onbekende bood toen dadelijk L.
de som van twee duizend gulden aan,
als hij zijn zoontje mede mocht nemen,
waarop L. antwoordde: »voor geen tien
duizend guldent, waarop L. zich tei stond
van den persoon verwijderde met zijne
kinderen, terwijl de onlekende hem nog
nariep dat l ij dadelijk geld kon ktijgen.
De onbekende begaf zich daarna in de
richting van Zoeterwoude.
Hij was van geen groote gestalte, droeg
een pet en was, naar zijn spraak te oor-
deelen, van den boerenstand.
Het volgende vermakelijke verhaal
geelt het Botterdamsch Nieuivsblad. Het
speelt te Rotterdam. «Gisteravond tus-
schen 9 en 10 uur was er brand. Waar?
Dat wist men niet zeker, maar öm T even,
er was brand en de spuiten reden uit
in het vaste geloof, dat zij deD brand
gauw genoeg vinden zouden. In dat ge
loof weiden de spuitgasten verstrekt,
want nauw waren zij op straat of de
waarschuwers kwamen al vertellen, dat
de brand woedde op de Schiekade W Z.
«Schie Schie was het algemeen ge
roep, en voort ging het naar de Schie.
Maar daar was niets aan 't handje: alle
huizen stoDden daar als alle dagen, geen
vonkje was te bespeuren.
Toen werd er geroepen «Verlaatstraat*,
en rechtsomkeert ging het in vliegende
vaart daarheen, maar ook in de Verlaat-
straat viel niets te blusschen. «Jelui
hebben niet goed gezocht,* hijgde de
waarschuwers: «er is wèl brand op de
Schie*. En weer klonk het «Schie
«Schie I* en weer ging het de Schiekade
op, gevolgd door een steeds aangroeiende
menigte, wier teenen soins wel eens in
ernstig gevaar verkeerden. Die koppige
roode haan wilde ondanks alle waar
schuwers, de Schiekaden maar niet met
een bezoek veieeren. Eindelijk, nu wist
men het, de brand was op den Hofdijk,
en honderd kelen galmden: «Hofdijk,
Hofdijk I* Toen, op het Hofplein, gebeui de
er een malheur.
De spuit die de eerste was, scheen
zelf moe te worden en te vinden, dat
een der kleine café's op het Hofplein,
dat van den heer Kramer, waar men een
paar stoepjes afgaat, ook voor een spuit
een aangenaam rustplaatsje biedt, althans,
door het uitwijken voor een rijtuig namen
de jongens aan het touw een verkeerde
richting, de man aan den boom kon zijn
stuur niet houden en sprong ter zijde,
en de spuit, peispomp voorop en de zuig-
pomp achterna, huppelde vroolijk de
trapjes af en bestormde met donderend
geraas de deur van het café, die op zulke
ruwe bezoekers niet is ingericht en dan
ook leelijk gehavend wenl.
De bezoekers sprongen verschrikt van
hun stoelen op, maar gelukkig bekwam
niemand hunner en ook geen der spuit-
gasteV eenig letsel. Met vereende krachten
biacht men de spuit weer op den vlak
ken grond, terwijl de schade door heeren
brandmeesters zal worden vergoed. Waar
nu eigenlijk de brand geweest is, weet
men nog niet.*
Voor de arrondissemenls-rechtbunk
te Utrecht verscheen gister wegens land-
looperij een persoon, die vioeger notaris
geweest was en op zijn verzoek eervol
ontslagen was. De ongelukkige gaf aan
den voorzitter zijn hoop te kennen, dat,
indien hij eens een tijd in de rijks
werkinrichting geweest was, zijn beide
broedeis, die thans hun handen geheel
van hem hadden afgetrokken, wellicht
meer vergevensgezind zouden zijn. De
rechtbank veroordeelde hem tot opzending
voor den tijd van twee jaar en vier
maanden.
Jaap Eden heeft Zondag zijn ouden
roem gehandhaafd door den Amerikaan
Tom Butler glansrijk te overwinnen. But
ler had dit jaar diie der nationale kam
pioenschappen van zijn land gewonnen.
Door de Belgische Staatsspoorwegen
is aan de Nedeilandsche spoorwegen voor
gesteld om, ter bevordering van het rei
zigersverkeer naar Brussel, tijdens de in
1897 daar te houden internationale ten
toonstelling: 1,. den geldigheidsduur der
retourbiljetten te verdubbelen; 20. eens
of tweemalen per week 4-daagsclie retour
biljetten uit te geven tegen betaling van
enkele reisvracht, en 30. goedkoope ple-
ziertreinen op nader vast te stellen data
te doen loopen.
Zaterdagnamiddag ten 2®/» uur ver
gaderde de gemeenteraad onder presidium
van den burgemeester mr. F. D. graaf
Schimmelpenninck. Eerstelijk kwam aan
de orde eene aanvullings-begrooting van
het burgerlijk armbestuur voor het diens
jaar 1896, die werd goedgekeurd, en
daarmede in verband werd besloten het
subsidie uit de gemeentekas met f1000.
te verhoogen en dat nader vasttestellen
op f 8807.68. Aangenomen werd voorts
een ontwerp besluit tot af- en overschrij
ving van posten op de begrooting der
dienstdoende schutterij voor 1896 en
vervolgens de heer J. H. Leinweber be
noemd tot plaatsvervanger van den ge
meente-ontvanger bij ziekte of afwezigheid.
De ontvanger had geen gevolg kunnen
geven aan hel voorschuil zijner instructie
otn twee personen voortedragen, wijl zich
geen meerdere geschikte sollicitanten
hadden aangemeld. In de vorige verga
dering is, bij de behandeling der gemeente-
begrooling, de jaarwedde van dien ver
vanger vastgesteld op f 300. Daarna werd
de openbare zitting veranderd in eene
geheime.
Ten ongeveer halfvjjf werd de geheime
vergadeiing opgeheven en veranderd in
eene openbare en deelde de voorzitter
mede, dat waren ingekomen 1. missives
van de Commissie van toezicht op het
lager onderwijs er. van het burgerlijk
armbestuur, opgaaf inhoudende de namen
van de leden die met 1 Januari 1897 aan
de beurt van aftreding zijn; 2. een mis
sive van den gemeente-architect, houdende
dankbetuiging voor de verhooging zijner
jaarwedde; 3. goedkeuring van Gedepu
teerde Staten op het raadsbesluit waarbij
af- en overschrijving heeft plaats gehad
op posten der schutterij-begrooting voor
1895. Ingekomen zijn en ter tafel werden
gebracht: 1. de rekening der dienstdoende
schutterij over 1895, die ter finie van
onderzoek in banden eener commissie is
gesteld2. een verzoek van H. Rodrigo
te Utrecht, om ontheffing van boete, door
hem wegens te late oplevering van het
ijzeren hek om de tweede algemeene be
graafplaats aan den Soesterweg beloopen
om advies aan B. en W. en 3.
een verzoek van den heer A. van der
Linde, om eervol ontslag uit de betrek
king van onderwijzer aan de school 3e
soort in de Beekstraat, met ingang van
1 Januari.
j.l. Zondag werd in het locaal van
den heer Dumoulin onder leiding van den
gymnastiek onderwijzer G. A. van Dijk
uit Baarn, eene voorturnersles gehouden
voor het Middengewest (Utrecht, Gelder
land en een gedeelte van Overijssel) van
het Nederlandsch gymnastiek verbond.
De volgende vereenigingen namen er
aan deel: «Attila* en «Adolf Spies* van
Utrecht, de B.G.V. uit Baarn, «Olijmpia*
van Zutphen, «Atlas* van Kampen en
«Olijmpia* alhier.
De Secretaris van het Middengewest
opende de bijeenkomst met een woord
van dank aan de aan wezige turners voor
hun opkomst, aan den heer Dumolin
voor zijn gastvrijheid en aan de pers
voor haar tegenwoordigheid. Deze les
werd hier ter stede gegeven om de
Amersfooitsche turners nader kennis te
doen maken met het Gymnastiek Ver
bond. Spr. hoopte, dat de les, door den
heer Van Dijk gegeven, mocht leiden tot
grooler bloei van het Verbond en tot nul
van de voor-turners.
Van éen tot twee uur werd gerust eu
dejeuneerden de deelnemers gezamelijk
in De Arend. Daarna werd wedei ge
turnd tot ruim 4 uur, waarop de Secre
taris, de heer J. Dronkers de bijeenkomst
sloot.
Zondag werd op het Sportterrein
aan den Leusderweg eene Voetbalwed
strijd gehouden tusschen de tweede elf
tallen der Wageningsche Footbalclub
«Victoria* en «Quick* alhier, waarbij
eerstgenoemde vereemging overwinnaar
bleef met 3 tegen 0 goals.
De 2e luit.-kwartiermeester A. J.
Uiteiwijk van het 5e reg. inf. te Amers
foort wordt bij het 3e reg. inf. te Ber
gen op Zoom overgeplaatst.
De uitgever P. Noordhofl'te Gronin
gen zend ons een proefvel van het Nieuw
Vaderlandsch liedeboek, 20 oude en
nieuwe liederen voor liet Nederlandsche
volk bijeenverzameld door Richard Hol.
Waar in den laatsien tijd zooveel is ge
sproken en geschreven over en werk ge
maakt wordt van de verbetering van
onzen volkszang, voorziet dat werkje zeker
in eene behoefte. De bewerking er van
is in goede handen, de inhoud aantrekke
lijk en de prijs 20 cents laag. Wij wen-
schen daarom het boekje in veler handen.
i)
Beste zoon I
«Ge kunt niet begrijpen, hoe aange
naam het mjj was, te vernemen, dat ge
mij eens een bezoek in mijn eenzaam
heid komt brengen. Maar al te dikwijls
komt de gedachte bij mij op, dat men
eigenlijk zjjn kinderen groot brengt, om
geheel alleen achter te blijven. Gij hebt
allen uwe beslemming elders gevonden,
en laat mij, oude vrouw, alleen hier in
deze groote stad.
Nu ben ik op een denkbeeld gekomen,
dat ons wellicht dichter bij elkaar bren
gen kan. Kom eens over ik heb een
vrouw voor je. Met den vader van het
meisje heb ik al gesproken. Je moet
hier komen, zoo spoedig mogelijk. Zij
is heel aardig en, wat niet te versmaden
is, rijk. Daarenboven hoogst beschaafd;
genoeg als ik je zeg, dat zij allerliefste
gedichten maakt. Zij zijn prachtig, j«
moet ze eens lezen. Ik geloof dat zij er
al meer dan driehonderd gemaakt heeft,
die allemaal in de dames-vereeniging
hier zijn gereciteerd en bijzonder voldaan
hebben. Tien jaar geleden maakte zij
reeds het eerste versje; gij kunt dus
nagaan, hoe verstandig zij is juist
een vrouw voor jou, die den heelen dag
in de boeken te wurmen zit.
Nu, mondeling meer; 't zou me recht
veel genoegen doen, als daar eens iets
van kwam. Wees hartelijk omhelsd door
Je liefhebbende moeder.*
George Land, redacteur der «Geïllus
treerde courant,* een knap man van
nog geen dertig jaar, las dezen brief,
terwijl hij aan zijn schrijftafel zat.
Na het 6lot van den brief gelezen te
hebben, barstte hij in een schaterlach uil.
«Ironie van het noodlot!* riep hij uit,
«ik een vrouw huwen die verzen maakt?
Dat ontbrak er nog aan. En dan nog
wel iemand, die zich al tien jaar met
dat vermaak bezig houd; bijgevolg een
schoone van minstens dertig lentes! Dat
zou te gek wezen I*
Na een oogenblik in gedachten ver
zonken te hebben gezeten, geraakte hij
in een wrevelige stemming, en in dien
gemoedstoestand nam hij een manuscript
op, dat eenige poëzie bevatte, waaronder
de naam of pseudoniem «Angelica* prijkte.
«Al weer die Angelica,* gromde hij,
en somber was de gloed van zijn oog,
toen hij de pen in een grooten inktkoker
doopte. «Dat mensch verveelt me al
maanden lang met haar afschuwelijke
poëziehet wordt zaak dat ik er eens
een eind aan maak, want met al die
ontboezemingen zal zij ine nog eens gek
maken.*
En hij begon zjjn rubriek «Correspon
dentie* als volgt:
«Angelica te A. Gij hebt ons o.a. het
volgende gedicht gezonden:
Hoe lieflijk blinkt het licht der maan I
Het kabb'lend beekje treft mijn oor;
Mijn teeder hart wordt aangedaan,
Zoo dikwijls ik het luischen hoor.
Wij kunnen natuuilijk niet beoordeelen,
hoe teeder uw hart ismaar meenen
toch te mogen aannemen, dat er voor
een werkzame vrouw veel betere bezig
heden zijn dan in maanlicht naar kab
belende beekjes te luisteren. Het beekje
zal buitendien wel blijven voortruischen
dat is nu eenmaal zoo het beloop van
de natuurijjke historie, en ik kan Ar.ge
lica aanraden om liever haar huiselijke
bezigheden te vervullen dan zulke beu
zelachtigheden in alles behalve vloeiende
verzen te verheerlijken.*
Onze vriend Land was den gelieelen
dag uit zijn humeur. Hoe kon zijn goede
moeder er toe komen om hem een oude
juffrouw aan le preèken en dat nog
wel eene die verzen maakte? Zoo
iemand kon hij niet uitstaan; dat was
zijn zwakke zijde. Overigens was hij een
charmant mensch.
Ik zou hem thans want dat heb ik
volkomen in mijne macht met al de
schoone eigenschappen van een roman
held kunnen versieren; ik zou kunnen
zeggen: «hij was een hoofd grooter dan
alle andere stervelingeneen prachtige
volle baard versierde zijn edel gelaal,
waarin een paar oogen als karbonkels
vonkelden; schoone lokken golfden langs
zijn huofd, en als men hem aanzag, zou
men meenen een hemelsch wezen le
zien, dat op de aarde verdwaald wus.t
Ik houd mij echter liever aan de waar
heid, zelfs op l.et gevaar af, de belang
stelling van die mijner schoonste leze
ressen, welke zich alleen voor mannen
van zes voet interesseeren, van nijjn
held le moeien missen. George was een
man als hel gios der mannen, niet mooi
en niet leelijk, niet groot en niet klein,
niet sterk en niet zwak; hij had geen
lokken en haast geen oogen, want de
laatsten waren eeuwig achter een pince-
nez verborgen. Oprecht bemind en
ook daarin was hij gelijk aan duizenden
mannen der hedendaagsche wereld
had hij eigenlijk nog niemand. Ja toch I
als achttien jarig student was hij eens
twee maanden verliefd geweest op zijne
nicht, eensdeels omdat hij toen trachtte,
zich in de lyrische dichtkunst te bekwa
men, anderdeels, omdat zijne vrienden
ook verliefd waien en de nicht zoo in
de nabijheid woonde- Sedert had hij
de dames allen het hof gemaakt, want
hij was wegens zijn goed humeur zeer
bemind in de kringen, waar hy verkeerde.
Nog peinsde bij over den inhoud van
den brief, toen hij een paar dagen later
in een spoorwegcoupé zat, op weg naar
B***, waar zijne moeder woonde.
De hoop van een vroolijk wederzien
en met minder het genot, eens zijn
bureau le verlaten en van zijn mar.u-
scripten-roimnel bevrijd te zijn, bracht
hem weer in goede stemming.
Zijn reisgenooten waren vervelende
luieen commisvoyageur, die de schoon
heid van iedere streek beoordeelde naar
hei aantal «commissies*, die hij hier eu
daar opdeed, en eeD oude dame, die by
het instijgen al dadelijk angstig vroeg of
dit ook soms een lookwagen was, en
verder met een zuur gezicht op zy keek,
als wilde zij hare reisgenooten van eenig