Gemengd Nieuws. Plaatselijke berichten. verspreiding van bijbels en christelijke lectuur, door straatprediking en toespra ken het evangelie zoeken te verspeiden. Het Koningin Wilhelmina-Album voor 1897, onder redactie van Fiore della Neve (Leiden. E. J. Brill), is een keurig boekgeschenk. Tegenover den titel een beelderig portret onzer Koningin in rococco-lijsteen stukje van Louise B. B., getiteld »de kleine Koningint, en voorts bijdragen van verschillenden aard door Jhr. J. J. Röell, W. G. Nouhuys, J. Reddingius, Truida Kok, Edward B. Koster, F. Lapidoth, Marie Boddaert, Emile Erens, Weruméus Buning, G. C. Altus, Caroline Banck (tooneelstukje) en Tlièrése Hoven. Uiterlijk en innerlijk van dit zeer fraaie boek zijn in harmonie met elkaar. Is de uitgever in zijn-keu; van medewerkers zeer gelukkig geweest, deze hebben dan ook aan de verwachting beantwoord door juweeltjes van bijdragen in proza en poëzie. En tusschen den tekst pi ijken de fraaiste lichtdrukken, waaronder vooral uitmunten de plechtigheid in het Malie veld naar ten Kate's schilderij en het allerliefste tooneeltje naar Blommeru. den mond. No de eerste trekken is de kikvorsch bedwelmd en rookt bedaard door aan zijn sigaar tot aan het einde. Men plaatst de kikvorschen op de tafel, zij dampen als een spoortrein, en ver drijven alle insecten. Wie 't niet wil gelooven, mag het laten. De keizer van Duitsclilaiicl en bet trouwen op advertentie. In Duitschland schijnt de trouwlust der jonge mannen steeds menigvuldiger langs dezen meer en meer gebruikelijken weg bevrediging te zoeken. De dagbladen maken er goeden zaken mee; kolommen huwelijksaanvragen en huwelijksvoorstellen vullen de rubriek advertentiën. Vele officieren schenen zich ook reeds van dit middel te bedienen. De keizer echter schijnt allesbehalve ingenomen met deze weinig krijgshaftige manier van hartbestorming en hij heeft eene circulaire aan de officieren gericht, waarin hij dreigt zonder meedoogen eiken officier uit het leger te zullen jagen, die het waagt een huwelijk te sluiten door middel eener advertentie of door tusschenkomst van een huwelijks agentschap. In de sneeuw. Een aap als wielrijder. Men weet, dat de bekende Amerikaan- sche geleerde dr. Garner zich veel met de studie der apen, hun gewoonten, hun taol, enz. bezig houdt. Hij heeft thans een groote aap, dien hij Consul heeft genoemd, van de familie der Gorilla's, en waarop hij allerlei proeven neemt. Deze aap schijnt reeds half en half een mensch te zijn. Hij weet de genietingen eener welvoorziene tafel te schatten, hij rookt zijn cigarette met groot genoegen, scheert zich zelf, schelt zijn bediende, enz. .Nu heeft Garner, die met zijn tyd meegaat, hem ook het wielrijden geleerd. Consul toonde, dat hij een aap was en de menschen kon naapen. Hij is reeds zoover, dat hij kleine tochten kan onder nemen, waarbij hij onafgebroken zijn bel laat weerklinken, minder, omdat hij bang is de voorbijgangers een ongeluk te doen, dan omdat hij zooveel pleizier heeft in den klank er van. Roovers op Corsica, Op het eiland Coisica is men wanho pig. Men meende, dat daar de roovers weg waren, men rekende er op, dat Cor sieanen voor eerlijke menschen werden aangezien. Men heeft er zelfs den groo- ten zoon van het eiland, Napoleon, den Corsicaanschen Roover verloochend, men is er republikeinsch geworden. Nu kornt opeen3 een bericht, dat de oude onvei. ligheid van Corsica weer in aller herin nering brengt. Een Oostenryksche lui tenant, die den beroemden naam draagt van vorst von Windischgiatz, en voor zijn gezondheid op Corsica vertoeft in het hotel Vizzavona, gelegen in het bosch van dien naam. Deze vorst von Win- dischgratz is in zijn hotel, in zijn kamer aangevallen door drie roovers en bestolen voor een som van 4000 ftcs. Maar in ernst, de opgewondenheid van het landvolk in Corsica moet ernstig zijn, met alle macht zet men de roovers na, en men meent ze reeds op het spoor te zijn. Meer nog, men durft de hoop koesteren, dat het roofzuchtige drietal geen Corsieanen maar Italianen zijn, die werk kwamen zoeken, en nu meenden in Calabrië in plaats van op Corsica te zyn. De draagkracht Tan bet fjs. Het ijs mag, zoolang het nog niet de dikte heeft van 4 cM., niet betreden worden, en eerst bij deze dikte kunnen afzonderiijke personen er zonder gevaar overgaan. Bij een dikte van 8 cM. kan reeds een colonne infanterie er over marcheeren, maar niet al te vlug. Voor cavalerie is een dikte noodig van 12 tot 15 cM. Heeft het ijs echter een dikte van 36 cM, bereikt, dan kan het de zwaarste lasten dragen en zou bij strenge vorst zelfs door spoortreinen kunnen wordeu bereden. Is echter dooiweer ingetreden, dan is dit dikke ijs heel vaak brokkelig, en moet men uiterst voorzichtig zijn. Auierikaangclie wedden schappen. Men begint nu in Amerika de wedden schappen te regelen, die aangegaan zijn tijdens den kieswedstryd»in de Vereenigde Staten. Zooals men weet, wedden de Amerikanen bij dergelijke gelegenheden gaarne, maar volstrekt niet altijd om geld. Zij zoeken veeleer dc zonderlingste schenken, Ik weet wel, dat het een mésalliance is, waartoe ik je brengen wil; maar bedenk, dat de eischen eener harde noodzakelijkheid gebiedend zijn. Gij zult het meisje zien, en dan beslissen. Want nimmer zal ik je dwingen, tegen je zin te handelen.t »Ik zal haar zien. Overigens is het niet adeltrots, die mij c •Genoeg, mijn zoon; ik ben reeds tevreden als gij gehoor geeft aan mijn wensch om haar te zien .c En hij verliet het vertrek. >Marie!« z ichtte Arthur, teen ander boven u stellen I Neen, nimmer zal ik dit doenl® En wanhopig verborg hij het gezicht in de handen. Marie was intusschén met haar vader t'huis gekomen. Weldra speelde ook bij den eerzamen brouwer een dergelijk too- neel af, als boven. Haar vader had haar den naam van den aanstaanden echtge noot genoemd, Jonkheer Aithur van Zon. Arthur, en niet hyl (Want haar Arthur heette immers Dubois!) Haar vader echter was onverzettelijk, en treurig zat zij op de canapé in haar keurig ingerichte kamer, toen haar door de oude dienstbode een briefje in handen werd gespeeld. tVan een koap jong officier, juffrouw hij heeft me een rijksdaalder gegeven als ik mijn mond houd. Jawel, jawel, toen ik jong was, heb ik ook wel zulke bliefjes gekregen :a Maar Marie hoorde niet rneer wat zij zeide, in een oogwenk was het couvert opengescheurd en zij las: Innig geliefde Mat iel De horizon is bewolkt. Niets goeds te hopen. Schik het zoo, dat ge morgen avond op het volksfeest in het Park komt; er zal bij al die drukte dan wel een gelegenheid te vinden zijn om je even te spreken. Wees in gedachten omhelsd door uw Arthur. wijzen van weddenschappen uit om den tegenstander of aan den spot bloot te stellen van het groote publiek, of orn hem te beschamen. Zoo zag men voor twee weken gedurende de middaguren eenige dagen achtereen op den Broadwayde meest bezochte straat in New-York, een heer loopen in verlakte schoenen, in een elegante geruite broek, maar in plaats van een rok droeg hij een rnansblouse, in welker bovenste knoopsgat hij een gele Chrysanthemum droeg van monster achtige afmetingen, liet hoofd had hij bedekt met een prachtigen hoogen zijden hoed. Maar nu komt nog het beste! Voor zich uit schoof hij een kindersport kar, waarin een kleine groom zat met de armen over elkaar. Natuurlijk wekte de zonderlinge optocht groot opzien, en de straatjongens liepen schreeuwend en tie rend om het voertuigje. De politieagenten, wel wetende, dat het een weddenschap gold, lieten den man stil zijn gang gaan, ja beschermden zelfs den optocht. In New-Ark, New-Yersey, wekte een heer opzien, die onophoudelijk, van twaalf tot 3 uur 's middags de hoofdstraat langs ging in balgewaad, maar zonder een hoed op zijn hoofd, steeds op en neer. De voorbijgangers dachten, dat hij niet wel bij het hoofd was en spraken hem mede lijdend aan, maar de heer lachte hem uit en zeide niets dan: ïMac Kinley.c Eenige andeien meenden, dat hij zyn hoed had vergeten en liepen hem met een hoofddeksel na, maar ook zij kregen geen ander antwoord dan den uitroep: Mac Kinley.® Een hoedenfabrikant, wieri9 winkel de heer verscheidene malen voor bijkwam, liep zelfs naar buiten met een zijner hoeden en bood hem die te koop aan, maar ook hij hoorde niets anders dan: »Mac Kinley.® De arme man was verplicht, volgens een aangegane en ver loren weddenschap acht dagen lang eiken dag vijf uur in dit gewaad en met ont bloot hoofd de straat langs tc gaan. In d|en tijd mocht hij niets anders zeggen dan ï»Mac Kinley.c Vier avonden achtereen zag men in New-York in het midden van de Broad way voor hel hoekhuis van de 23e straat een heer met gehouden handen en met korte tusschenpoozen twee uren lang in de geopende vensters van het huis roe pen; »Goud is go-d, zilver is betei Den vierden avond kwam zyn tegenpartij, gaf hem een oorveeg, maakte zijn handen los eri reikte hem de hand met de woorden nu zijn we quitte, my boy, kom, we gaan een glas drinken I® Aim in arm gingen beiden in een der elegantste sa lons van Broadwy. Over hei bewaren Tan wiuieroofi. Om zooveel mogelijk zorg te dragen voor de houdbaarheid van winterooft houde men vooial 't navolgende in het oog 1. men late de vruchten van het win terooft zoo lang mogelijk aan den boom hangen, want daardoor worden zij ar mer aan water, rijker aan suiker en gemakkelijker te bewaren; 2. men plukke de vruchten slechts by droog weder en eerst als de morgen dauw verdwenen is; 3. men late de vruchten vóór ze te brengen ter plaatse, waar zij bewaard zullen worden, eerst geheel en al uit- zweeten, en wikkele de goede tafelvruch ten (na ze met een droge doek voor zichtig afgewreven te hebben) in met salyciel gedrenkt vloeipapier; Hoe lang duurde het, tot den vol genden avond!... De dog brak aan. Om twee uur in den middag hield er voor de deur van den brouwer een nette coupé stilhet portier werd geopend en kolonel van Zon steeg uit het rijtuig. •Is mijnheer Everts t'huis?® vroeg hy aan den huisknecht •Om u te dienen; hij is op't kantoor.® Dien mij dan even aan. Hier is mijn kaartje.® Welkom in mijn huis, kolonel,® dus klonk weldra de stem van den verheer lijkten brouwer, die met genoegdoening het wapen op 't portier gadesloeg. 't Doet me genoegen, u t'huis getrof fen te hebben,® sprak de heer van Zon, die den koetsier zei, te wachten. Nu, kolonel, is mijnheer uw zoon tot het huwelijk geneigd?® vroeg Everts, toen hij met den kolonel alleen was. Dat zal zich spoedig decideeren. Zooals wij afgesproken waren, zullen wij de jongelui met elkaar in kennis brengen en daarom stel ik u voor, van avond met uw dochter naar het park te gaan. Daar zullen wij dan een ongekunstelde gelegen heid weten te vinden, om elkaar te ont moeten, en de zaak te arrangeeren.c Ik zal geheel volgens uw verlangen handelen,® antwoordde de heer Everts. Dus tot van middag, myn waardel® Gij kunt op mij rekenen, kolonel.® Deze verwijderde zich. Het was vol 's avonds in het Park. Er werd een landelijk feest gevierd en om tien uur zou er vuurwerk worden afgestoken. Reeds vioegtijdig was Marie met haar vader er heen gereden; beide hadden bijzonder veel werk van hun toilet gemaakt. Nauw zaten zij aan hun tafeltje, of het meisje wist een meer bejaard vrien dinnetje aan te klampen en haar vader 4. men beware de vruchten niet in eene vochtige, maar zoo koel mogelyke afgesloten ruimte (een vruchtenkamer), die men donker moet houden: 5. men bestrijke de wanden van de plaatsen van bewaring met kalk en zwa- vele ze vóórdat men de vruchten er in brengt: want daardoor vernietigt men alle schimmelsporen, die het verrotten van de vruchten ten gevolge hebben; 6. men doorzie de liggende vruchten minstens elke weekde min of meer rottige vruchten steken de naastlig gende aan; 7. men make de plekken, waar min of meer aangestoken vruchten hebben gelegen, behoorlyk droog en wrijve, ten alle overvloede, de naastliggende vruch ten met drooge doeken af; 8. voor reine, zuivere lucht in de be waarplaatsen, drage men de grootste zorg en vermijde zooveel mogelyk allen invoer van schadelijke kiemen; 9. nu en dan, na de wekelijksche zorg vuldige inspectie, eens te zwavelen, zal wel niet anders dan nuttigen invloed kunnen uitoefenen. De Nijv. Gelnidsseiiieii. De heeren J. Pieters en C. F. Steeo- kuyl, beiden uit Amsterdam, hebben naar de N. R. Ct. mededeelt, te Rot terdam proeven genomen met een door hen uitgevonden geluidssein, ten dienste van schepen op grooten afstand-in zee. Het geluid, dat vaster en voller is dan dat van een misthoorn, werd gehoord tot voorbij Schiedam. De nieuwe vinding blykt ook nog dit voordeel te hebben, dat mer. kan hooren van welken kant het geluid komt. Verleden week heeft de Heer Pieters proeven genomen te Vlissingen. Hij stoomde zee in, en met een flink briesje van den wal, hoorde men daar de seinen duidelijk, toen de boot een 4 a 5 Engel- sche mijlen ver weg was. De uitslag dier proefneming is geweest, dat de Maat schappij Zeeland® voor een hai er booten reeds zulk een seintoestel heeft besteld- Omdat de horens in alle tonen zijn te vei vaardiger, zou meent de N. R. Ct. op die wijs een code kunnen samen gesteld worden. Getallen zou men kun nen weergeven door stooien van verschil lende hoogte. B. v.: 22. Dan geeft men twee stooten op den lagen hoorn, en vervolgens twee op den hoogeren. Twee horens kunnen steeds tegelyk worden gebruikt. De Heer Pieters gaat nu proeven nemen te Hamburg en Bremen. In België zal van den len Mei a.s. af de spoortijd genoemd worden naar de wijzerplaat van 24 uren. Dal stelsel is in Italië al sinds drie jaar in gebruik, en het voldoet daar zeer goed. De nieuwe tijd benamingen worden al bij allerlei gelegenheden in het open bare en het bijzondere leven gebruikt. Er worden vergaderingen gehouden om 14 uur; er verschijnen dagbladen om 17 uur; men eet om 171/» uur; de schouw burgen beginnen om 20 uur en eindigen om 231lx uur, enz. Op alle Bi itsch-Indische spoorwegen en een deel der spoorwegen in Canada telt men de .uren van 1 tot 24. een oogenblik te ontsnappen. Zij had hem, den waren Arthur, reeds gezien. In een afgelegen hoekje vonden zij elkander, en de wijze, waarop zij elkaar be2roetlen, schier omhelsden 't geen ze zeker zouden gedaan hebben, zonder zich te bekreunen om Marie's vriendin (welke trouwens de zon bestin het water kon zien schijnen), als zij zich niet in een zeer bevolkten tuin hadden bevonden was wel geschikt cm meergemelde vi ien- din een weinig jaloersch te maken. Wat hadden zij elkander veel te ver tellen! Maar voordat de goedgunstige vrouwelijke genius, die dit kort onderhoud mogelyk maakte, nog teekenen van onge duld geven kon, werden de beide gelie ven eensklaps opgeschrikt door welbekende stemmen. Wel, dat is merkwaardig! bruid en bruigom reeds hand aan hand, voordat zij elkaar nog kennen!® riep de kolonel, die met Everts het minnend paartje ont dekt had, of liever de jongelui ter nau- wernood uit liet oog had verloren. Verschrikt zagen deze op en beide sloegen verlegen de oogen neer. Dus was dit de reden van je weige ring?® vroeg de kolone! aan zijn zoon. En was dat de oorzaak van je neer slachtigheid?® voegde de brouwer er bij. Nu. wij zullen aan uw wederzijdsche liefde geen afbreuk doen,® zei de kolonel en hy reikte het meisje de hand. Gij zyt voor elkaar bestemd dat zie ik nu duidelijk sprak de heer Everts lachend, on willekeurig met een traan in 't oog. Het was donker geworden. Hier en daar werden de lantarens aangestoken; maar trots het schemerdonker, lazen Maria en Arthur in elkanders oogen, wat het harte gevoelde. Er was weder een gelukkig paar meer onder de zon. EINDE. Aan de Universiteit te Amsterdam is bevorderd lot doctor in de rechtswe tenschap op proefschrift: »Psychiatrisch Toezicht in de Gevangenissen" de heer H. L. A. Visser, geboren te Amersfoort. Ter benoeming tot directeur van de kooinkl. militaire kapel is voorgedra gen de heer N. A. Bouwman, kapelmees ter van het 3e reg. infanterie. De finan- cieele eischen door den heer van Aken gesteld, schijnen dus niet voor inwilliging vatbaar en blijft dus de bekwame kapel meester van het 5e reg. en de hoogst beschaafde musicus voor onze gemeente behouden. De Telegraaf van hedenochtend weet mede te deelen, 'lat omtrent eene benoe ming tot directeur der Kon. Milit. Kapel tot op lieden niets beslist is. Tot kastelein van Amicitia is met ingang van 1 Januari uit ruim 200 solli citanten benoemd de heer D. Schoonder- wald, te Meppel. Voor de provincie Utrecht is de sluiting der jacht op klein wild bepaald op Donderdag 31 December, met uitzon deririg van: lo. liet schieten van waterwild, daar waar dit geoorloofd is; 2o. het vangen van waterwild met slag netten en bet vangen van eendvogels in eene eendenkooi of een daarmede gelijk staand toestel. 3o. het schieten van houtsnippen, waar van de sluiting later zal bepaald woiden. KikToraclieu die sigaren rookeu. Van een zonderlinge manier orn z'ch te vrijwaren voor de muskieten wordt uit Tonkin bericht. Men vanst twee of drie van dedaarlevende reuzenkikvorschen en steekt hun een brandende sigaar in fen, heb ik u mee te deelen.® •Ik gevoel mij zeer gevleid,® antwoordde de jonge luitenant, •door u in aangele genheden gewijd te worden, waarover zeer zeker u alleen te beschikken hebt.® Niet zoo haastig, myn zoon, gij hebt ook een woordje mee te spreken, en zelf hangt het levensgeluk uws vaders daar van af.® Uw levensgeluk van my? Gij schertst, \ader.c •Neen, Arthur, neen. De zaak is te ernstig om er mee te spotten.® Het kostte den ouden man moeite om den stand van zaken zijn zoon kort en naar waarheid mee te deelen. Na een kort overleg begon hij als volgt: •Sedert eeuwen reeds wordt onze familie onder de edelste en rijkste ge slachten van het land gesteld. Landerijen en industrieele ondernemingen strekten, om dat aanzien te onderhouden. Dit is nu anders. Vele slagen hebben mij ge troffen; de Maxwells en Floridas hebben in ons landje vele slachtoffers gemaakt en, om kort te gaan, met het oog op den rang, dien onze familie sedert jaren herwaarts bekleedde, moeten wij ons zien te helpen en gij, mijn zoon, zijt de eenige, die mij uit deze netelige positie redden kunt...® Die mededeeling bedroeft mij zeer, vader. Maar het verbaast mij, hoe ik, 'n haast nog onmondig jongeling, myn dierbaren vader van dienst wezen kan. Toe, spreek vader, uwe wenschen zijn mij bevelen!® Hoor eer6t, wat ik van je verlung en ti acht mij dan te gehoorzamen, beste Arthur.® De kolonel kon niet goed met de deur in huis vallen. Hem, den trotsclien patriciër, viel het hard, zijn zoon tot een huwelijk met een meisje van zoo burgerlijke afkomst aan te zetten. Hij greep Arthur's hand en zag hem wee moedig in 't gezicht. Arthur,® sprak hij, twat ik u thans Ook in Zuid-Frankrijk is reeds veel sneeuw gevallen; in de Pyrcneesche dalen ligt het zelfs 2 meter hoog. Een twin tigtal Spanjaarden trok uit hun vaderland Frankrijk binnen. Een oude vrouw kon niet verder meekomen, en bleef liggen. Haar man en haar broeder probeerden haar mee te nemen, doch waren niet in staat haar te dragen Toen de andere Spanjaarden in een dorp aankwamen, kregen diie hunnei berouw, dat zij de anderen hadden ach tergelaten en keerden zij terug, maar weldra kwamen zij voor een grooten sneeuwhoop; een lawine was neergestort uit de bergen en het drietal lag blijkbaar daaronder begraven. Twee dagen lang beproefden verscheidene gidsen hen te vinden. Eerst den derden dag vonden zij de plek terug, waar het drietal wa> neergevallen. Twee er van waren dood, een derde gaf nog zwakke teekenen van leven, maar of hij behouden zal blijven is nog een vraag. Een strenge winter. U't Rome wordt aan een Duitsch blad geschreven, dat een buitengewone strenge winter over geheel Italië is gekomen. Vooral uit Calabrië en Apulië worden langdurige verwoestende sneewstormen gemeld, die op vele plaatsen de huizen deden instorten en de wijnbergen ver woestten. In Potenza vielen drie huizen boven de inwoners in, zoodat er drie menschen omkwamen. In Piêve bereikte de sneeuw reeds een hoogte van 30 cM. en nog duren de buien voort. Zelfs op Sicilië is hier en daar sneeuw gevallen. Alles duidt aan, dat Italië, evenals in 1S7J, voor een buitengewoon strengen winter staat, die het toch reeds zoo zwaar bezochte land duur zal komen te staan. Daar men bovendien niet gewoon is om alle huizen te verwarmen, vreest men er voor een nadeeligen invloed op de algemeene gezondheid. In Sardinië zijn nu reeds twee gevallen voorgekomen van de vreeselijke ziekte, de honger typhus. vragen zal, zult gij niet vei wacht hebben, uit den mond van je vader te hooren maar het moet zoo zijn.® Al ware mijn leven er mee gemooid, ik wil alles voor u doen, vader!® riep Arthur niet zonder aandoening uit. Nu dan. Gij zijt thans 25 jaar oud, maar zult er zeker nog wel niet aan gedacht hebben om je een eigen huis te zoeken en afstand te doen van het vrije, onafhankelijke leven, dat je zoozeer aan staat?® Arthur kreeg een kleur en sloeg de oogen neer. De kolonel scheen dit niet te bespeuren: •Gij zijt edelman, en hebt tevens den leeftijd bereikt, dat gij de leiding van je vader kunt ontberen.® •In geenen deele,® antwoordde de jonge officier haastig. »Ik voeg mij naai uwe wenschen en begeerten, in zooverre mijn eer, mijn karakter mij dil toelaten Nu deed de kolonel zijn zoon de pro positie, waarmee wij reeds bekend zijn. Arthur hoorde zijn vader, die hem de zaak zeer omslachtig uiteenzette, kalm aan. En hoe heel de man, wiens dochter ik de hand geven zal?® Het zij je voldoende, dat hij een respectabel man is. Zijn naam inoet ik vooralsnog verzwijgen; ook hy heeft mij wederkeerig discretie beloofd. Zijn dochter is een lief mooi meisje, dat en dit moge je troosten meer educatie bezit dan in den regel de dochters van derge lijke parvenu's hebben en daarbij krijgt zij een aanzienlijk kapitaal mee ten huwelijkdat veel redresseeren kan.® Vader, eisen veel, eisch alles van mij maar niet dit huwelijk. Ik kan, ik mag niet •Ik verwachtte dit antwoord, Arthur,® sprak de vader beda ird. »Maar gij zult het meisje leeren kennen; bevalt zij je en gevoel je, dat je haar misschien wel zoudt kunnen liefkrygen, zoo behoeft ge niet te aarzelen, een meisje van zoo hoogst eenvoudige afkomst je naam te

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1896 | | pagina 2