NIEUWE BUITENLAND. BINNENLAND. ARTHUR HARRISON. i\o. 6. Zaterdag 22 Januari 1898. Zeven-en-twintigste jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. FEUILLETON. ■N Wrl e- - ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden f 1.Franco per post door het geheele Rijk. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in tezenden uiterlijk Dinsdag en Yrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. Amersfoort. ADVERTENTIËN: Van 16 regels f 0.40; iedere regel meer 5 Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. Conspuez Zola Dood aan de Joden I Hoelang nog zullen deze walgelijke kreten door de Pai ijsche straten weer galmen en niet alleen Parijs, maar, gelijk een al te voorbarig redacteur in de Koln. Zeil. vreest, geheel Frankrijk aan den vooravond eener revolutie stellen. Immers het gaat er donker toe in de Cité lumière, gelijk Victor Hugo Parijs noemde en Frankrijk, dat honderd jaar geleden »de rechten van den menscb" zegevierend be pleitte, levert nu een schouwspel op van de allertreurigste rassenhaat. In groote drommen trokken Dins dag de scholieren van het lyceum Henri IV onder geroep van «Conspuez Zola!" het Quartier latin door. Na afloop der colleges verzamelden zich ongeveer 600 studenten op het Pan theon-plein en trachten in gesloten gelederen het noordelijk stadsdeel en de groote boulevards te bereiken. Sterke politiemachten hielden echter alle Seinebruggen bezet. Na herhaalde vergeefsche pogingen gelukte het een deel de place de la République te bereiken. Onder het geroep van «Weg met Zola! Dood aan de Joden trokken zij de straten door, hielden halt voor den winkel van een Jood Levi en stonden op 't punt dien te plunteren, toen de komst der politie hen voortdreef. Op de boulevards sloot zich allerlei janhagel bij de stu denten aan. Op de rue Montmartre werd de troep door de politie uiteen gedreven naar de voorstad Poisson- nière. Er werden drie personen in hechtenis genomen, waaronder een schooljongen van veertien jaar. Op de place de la Bource hadden vier arrestaties plaats. Uitgebreide politiemaatregelen waren er genomen voor de antisemietische meeting, welke dien avond in Tivoli- Vauxhall was belegd. Uitgenoodigd om daar het woord te voeren waren de oud Boulangisten Millevoye, Ernest, Roche, Castelin, Marcel Habert, Cuneo d'Ornano, De Muil, Pontbriand, Edouard Drumont en d'Hugues. De vergadering verliep zeer stormachtig. Ongeveer 6000 a 7000 personen verdrongen zich in de zaal en door de laatkomers werden de deuren verbrijzeld en de ruiten ingeslagen. Onder de aanwezigen waren socialisten en anarchisten ruim vertegenwoordigd. Ook werden er veel geestelijken opgemerkt, voorts anti-semietisehe studenten en leden van Katholieke vereenigingen. Van' don aanvang af heersehte er een woest kabaal, en schreeuwde men wild dooreen vooi en tegen de com mune, de anarchie, de Joden en Zola. Den belegger der vergadering, Guérin, van de Libre Parole, was het onmo gelijk een j bureau te vormen; anarchisten en socialisten beklommen de tribune en namen die met geweld in. Een kloppartij op de tribune was het sein tot een aantal schermutse lingen in de zaal; tafels en stoelen werden gebroken, niet stokken en glazen werd geslagen eri zelfs met messen gestoken. De anarchisten scheurden de drie kleurige vlag in flarden en staken een rooden lap op. Ongeveer ander half uur duurde het kabaal en gevecht. Intusschen had zich op de place de la Republique en de place de la Con corde een groote menschenmenigte verzameld, die door bereden republi- keinsehe gardes uiteengejaagd werd. Het aantal gewonden wordt op 30 geschat. Na het uitgaan der vergade ring vormden zich benden, die onder het geroep van «Weg met de «Joden I" door de straten trokken. De geheele Parijsche politie was op de been en in de kazerne van het Chateau-d Eau waren de troepen geconsigneerd Het aantal manifestanten bedroeg ten naastebij 10.000. Te Marseille is door een duizendtal manifestanten een vijandelijke betoo ging gehouden voor Joodsche winkels te Lyon hebben een honderdtal stu denten de glazen ingeworpen bij het Jotirnal dn Peuple, dat partij gekozen had voor Zola. Het personeel van het blad verweerde zich en eenige studenten werden door stokslagen en steenworpen gekwetst. Ook te Tou- louze, te Nancy en Amiens hebben betoogingen tegen de joden en Zola voor het leger plaats gehad. Het bestour van den Duitscben Metselaarsbond kondigt niet minder dan 250 werkstakingen in de bouw vakken aan tegen het voorjaar. In 80 steden, waaronder Potsdam, Span- dau en andere plaatsen in de buurt van Berlijn, hebben de metselaars hun patroons hunrie eischen al voor gelegd. De leiders van de werklieden zijn het eens geworden over het vol gende plan van den veldtocht: Men zal pogingen doen om werkstakingen te vermijden door met de patroons te onderbandeleneerst als dezen weigeren in onderhandelingen te tre den of onvermijdelijke eischen in te willigen, binde men den strijd aan men zal een algemeene werkstaking vermijden, voor huizen die in aan bouw zijn, piketten opstellen en altijd te rechter tijd een eind maken aan een werkstaking. De verschillende werkstakingen van de metselaars zijn hun verleden jaar al op 300,000 mark komen te staan. Uit Barneveld schrijft men aan de Telegraaf: Dezer dagen brachten wij een be zoek aan Kootwijk met het doel de daar voor rekening van den Staat uitgevoerde werken te bezichtigen. Zooals bekend is, heeft de Staat het vorige jaar niet minder dan 3000 H.A. heide en zandduinen van de Maatschap te Kootwijk aangekocht, ten einde hier de houtcultuur in het groot toe te passen. Doordat de grond bier bijzonder weinig waarde heeft, behoefde het Rijk voor deze 3000 H.A. slechts f29.020 te betalen. De heide werd hier namelijk gere kend tegen f 25 per bunder, terwijl de zandduinen slechts f7 per H.A. opbrachten. Reeds dadelijk is het te zien dat de Staat met krachtige hand het ontginningswerk aangevat heeft. Van de heide, gelegen in de richting van Stroe, is reeds ongeveer twintig bunder omgespit en dus ge heel voor beplanting gereed, terwijl nabij Kootwijk een stuk grond, ter grootte van acht H.A. mede omgespit is, welke grond voor kvveekerij zal aangelegd worden dit laatste gedeelte is reeds geheel met kunstmest bemest. Thans is men hoofdzakelijk bezig met het aanleggen van wegen door de zandduinen, waarmede een aantal aibeiders den geheelen winter een goed daggeld verdienen. Deze aanleg heeft op de volgende wijze plaats: nadat men den weg ter breedte van 6 Meter ongeveer waterpas heeft gelegd, wordt hij bedekt met een 2Vi d.M. dikke heidelaag, waardoor men, zooals ons bleek, een zeer goed berijdbaren weg verkrijgt. Verder bestaat bet plan. de vele daar aan wezige zandduinen met heide en zand te beleggen en dan na verloop van eenigen tijd met jonge dennen te beplanten. Hierdoor wordt dan tevens een einde gemaakt aan de beruchte zand verstuivingen. Ook is de Staat door aankoop eigenaar geworden van drie boerderijen en een arbeiderswoning, eveneens gelegen te Kootwijk. Twee dezer boerderijen zijn echter geheel afgebroken, terwijl in de plaats hier van een woning voor den te benoe men boschwachter gebouwd is. De derde boerderij is voorloopig gerestau reerd en opnieuw voor één jaar aan den tegenwoordige!! bewoner verhuurd. Later zullen ook wellicht de gronden dezer boerderij voor den aanleg van bosschen worden gebezigd. De reeds genoemde arbeiderswoning zal weldra worden ingericht tot huisvesting van den opzichter over het werkvolk. Hoewel ook proeven genomen zul len worden met het aanpoten van beuken en ander hout, vernamen wij toch dat verre genoeg het grootste gedeelte van den aangekochten grond met dennen beplant zal worden. Behalve deze 3000 H.A. heeft de Staat ook nog van de Kootwijker Maatsch. ongeveer 175 bunder heide grond aangekocht voor het aanleggen van een schietkamp. De prijs hier van werd bepaald op f 40 per bun der. Van af dit ontworpen schiet kamp is reeds de richting uitgebakend voor den aanleg van rails tot aan de halte van den Oosterspoorweg te Stroe. Zooals te begrijpen is verschaffen deze werkzaamheden aan velen werk. Zagen de arbeiders in dio streken anders den winter met zorg te gemoet, thans zijn de meesten in staat een flink daggeld thuis te brengen. Zeer de moeite waard is het om deze werken, die onder de deskundige leiding van den heer Lovink, directeur der Heide Maatschappij te Wagenin- gen, worden uitgevoerd, in oogen- schouw te nemen en gaarne stem men wij in met den wensch, dien wij dezer dagen hoorden uiten, dat, hoewel men tot nu toe steeds gespro ken heeft van die dorre, onvrucht bare Veluwe, de tijd niet moer verre zij dat men zal spreken van die heerlijke en boschrijke Veluwe! Muziekliefhebbers. De Koninklijke Nederlandsche fa briek van muziekinstrumenten firma M. J. H. Kessels, te Tilburg gaf dit jaar wederom gratis een muziekkalen- der uit voor bare clientèle en begun stigers. Het is een handig boekje in een smaakvollen gelitografeerden om slag; 't bevat een 1 Stal portretten DOOE D. H. ENGELBERTS. 16) Toen Arthur alles verhaald had, antwoordde mr. Oliver. «Ik begrijp ten volle, dat gij het verlangen koestert, uw vader, indien hij nog leeft, te leeren kennen. Dit is echter zeer moei lijk, daar uw vader, toen hij uwe moeder verliet, onbekend was geble ven, dat zij moeder moest wordeD, en uwe pleegmoeder heeft dit op haar verzoek verz wegen, daarom is hem al leen de dood zijner vrouw bekend geworden. De naam Cunningham is niet die van uw vader, maar zeker een aangenomene, daarom is op de advertentie in de Times geen acht geslagen. Dat toevallig hier in Yorkskire eene familie, die zich Cun ningham noemt, op een landgoed woont, is mogelijk, maar nog geen bewijs, die van uwe familie is. Ik ken wel een familie die zich Cummingslong noemt en dus gelijkluidend klinkt met die van Cunningham. Die woont op een landgoed, een paar uur hier van daan en bestaat uit een ongehuwde broeder en zuster, die beiden al op hoogen ouderdom zijn en zeer afgezonderd leven; dus onmogelijk tot de familie van uw vader kunnen behooren. Het bedroeft mij, dat ik u in uwe ver wachting moet te leur stellen, mijn lieven vriend. Ligt het in het bestuur van het Opperwezen, dan zal hij u wel een anderen leiddraad aanwijzen, om tot uw doel te geraken. Bouw vooreerst uwe toekomst op uwe vrien den, ik wil er een zijn, en zooveel ik kan u den weg wijzen. Door uwe reeds verworvene kennis staat u een zekere toekomst open. Breid die uit, wanneer uwe krachten zijn terugge keerd. Nu zijt gij al in staat eene gouverneursplaats bij eene voorname engelsche familie te vervullen, waar toe ik u misschien behulpzaam kan zijn. Beschouw deze woning als de uwe zoolang gij wilt, Arthur, mijne moeder en mij zijt gij welkom, en wat nog meer zegt, lief en dierbaar geworden. Beschouw mij als uw vriend, ja, als uw broeder." Deze liefderijke woorden deden Arthur goed, evenwel zeide hij«Het is zoo hard, alleen te ontvangen en niets te geven." «Acht gij dan uwe vriendschap niets?" vroeg mr. Oliver. Arthurs oogen werden vochtig en terwijl hij John's hand drukte, zeide hij«Ik hoop eenmaal u en uwe goede moeder mijne dankbaarheid te toonen.« Veertien dagen waren sinds dat gesprek verloopen, waarin Arthur's vorige gezondheid zoo goed als geheel was teruggekeerd. Hij had al twee maal te kennen gegeven, van naar Londen terug te keeren, maar vond hevige tegenkanting, zoowel van de moeder als van den zoon, terwijl deze zeide: «Weet gij wel, dat gij mij dan ernstig beleedigen zoudt. Hebt gij door mijne moeder of door mij den minsten indruk bekomen, dat gij ons als gast niet langer welkom zijt?« «Neen, in het geheel niet. O, zie mij niet voor ondankbaar aan, John, mijn leven lang zal ik mij gelukkig gevoelen, alleen al door het bewust zijn, dat er menschen zijn, zoo als gij en uwe moeder." «Welnu," zeide daarop mr. Oliver, «dan kunt gij het hier ook wel langer uithouden, mijn lieve vriend. En wanneer gij wist," vervolgde hij met gevoel, «hoe smartelijk het mij vallen zou, wanneer gij ons gingt verlaten, dan zoudt gij zeker nimmer spreken, zooals gij zoo even gesproken hebt. Zie mijn beste Arthur, ik heb nooit een broeder gehad en heb mij nu gewend, u als zulk een te beschou wen. Mijn wensch is, dat gij mij als uw ouderen broeder aanziet." Arthur richtte zijne donkere oogen op den spreker. Een paar minuten lang was hij niet in staat een woord te zeggen, dan zeide hij, eene kleur krijgende, die altijd zijne wangen kleurde, wanneer hij hevig bewogen was. «O, John, gij waart mij meer dan een broeder, niemand kan ik zoo innig liefhebben, als ik u liefheb." Arthur was geheel hersteld en be steedde zijn tijd met vlijtig studeeren en daarmede was de kersttijd al voorbijgegaan en 4 Januari geworden. Toen hij dien morgen ontwaakte, was het hem, alsof hij tot den middag geslapen had, zoo helder scheen de morgenzon. Een blik door het ven ster liet hem zien, dat het dien nacht veel gesneeuwd had, de grond, de huizen, boomen en struiken waren alle met een schitterend sneeuwkleed bedekt. Haastig kleedde Arthur zich aan en begaf zich naar beneden in de ontbijtkamer. De theemachine zong al op de tafel, waaraan misstr. Oliver en haar zoon al plaats geno men hadden. Eenige oogenblikken later bracht de dienstmaagd een brief binnen, met het postmerk "Londen" waarvan het adres luidde, mr. A. Harrison en door eene mannenhand geschreven was, John zag hem ver wonderd aan, want hij ontwaarde, dat Arthur eene hevige kleur kreeg, toen hij hem om vergunning vroeg, den brief te mogen lezen. Toen hij den inhoud las, verscheen een blijde trek op zijn gelaat, en het schrijven aan John overhandigende, zeide hij »Hier, John, lees den brief.» »0! hoe heerlijk! bravo! bravo! riep John eene minuut later, den brief triumpfeerend boven zijn hoofd houdende. »Wat is het, John?» vroeg zijne moeder, verwonderd opziende.

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1898 | | pagina 1