NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. SCHITTER BRITft. Bit de Dieüslboien-iereli. BUITENLAND. Mo. 83. Woensdag 19 October 1898. Zeven-en-twiutigste jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. FEUILLETON. 5) Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden f 1.Franco per post door het geheele Rijk. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in tezenden uiterlijk Dinsdag en "Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER, Amersfoort. ADVERTENTIËN: Van 16 regels 0.40; iedere regel meer 5 Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend- Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. Onder het lezen van het dagblad ver slag van een paar der „congressen", dien naam gat men voorheen aan samen komsten van regeerende Vorsten of van hun gevolmachtigden ter bespreking van belangrijke vraagstukken van internatio nale staatkunde, maar het woord schijnt in den loop dezer eeuw zijn beteekenis te hebben uitgebreid! gehouden te 's-Gravenhage by gelegenheid van de Tentoonstelling van Vrouwenarbeid, was ik een weinig aan 't soezen geraakt, en ik verkeerde in dien halfbewusten toe stand, waarin de indrukken der werke lijkheid samenvloeien met de onbe heerschte voorstellingen eener aan het dwalen geraakte fantaisie. Geenzins zal ik beweren, dat die ver slagen of het beeld der vergadering dat zij trachtten te voorschijn te roepen, de bijzondere eigenschap hadden van het denkvermogen vlottend te maken, o( dat de Vrouwenbeweging, waarvan de con gressen de uiting waren, zoo weinig vat hebben op mijn belangstelling, dat zij mijn gedachten niet vermocht te boeien. Het tegendeel is waar. Als kind van mijn tijd, dat gelooft aan den vooruitgang, het oog gericht houdt op de toekomst, de nieuwe denkbeelden tracht te verwerken als noodzakelijke ontwikkelingsvormen van de oude, heb ik ook verbetering van den zedelijken, verstandeiijken en maat schappelyken toestand van „de vrouw" in mijn programma opgenomen; wil ik, ofschoon met slechts zwakke krachten toegerust, strijden voor ophefting van rechtsongel ijk heden, tot dusver door man nen-tyrannie bestendigd. Ook ik ben aangetast door den geest, in het aange zicht geblazen door den adem van het féminisme, al behoor ik niet bepaald tot de baanbrekers en voorvechters, wat niet zou strooken met mijn buiten gewoon kalme natuur. Maar 't is de laatste dagen erg warm geweest. Dat strekke mij ter verschooning voor de gedachten verwarring, waarvan het volgende de schriftelijke uitdrukking is Voorzien van een biljet van dezen inhoud„Internationale bond van Vrouwe tyke huisbeambten, Afdee'ing Nederland, Sectie Amersfoort en omstrekenhuis houdelijke bijeenkomst, gevolgd door een openbare vergadering, op Maandag den 17den October 1910, in het vereenigings gebouw aan het Wilhelminaplein be vond ik mij in een nette zaal, te midden van een twintigtal jonge, netgekleede vrouwen, ik, als eenig vertegenwoor diger van het minder aardige geslacht. Wat mij het voorrecht van dit aangenaam gezelschap verschafte begrijp ik niet, en 't gekste was, dat niemand van mijn aan wezen notitie nam. Had ik misschien toevallig een onzichtbaar makende Ni- belungen-kap op het hoofd In elk geval, ik luisterde zonder gezien te worden. Men was klaarblijkelijk nog aan de huishoudelijke bijeenkomst, want de mededeelingen en berichten schenen my toe van eenigszins vertrouwelyken aard „Burgeres Andriessen heeft het woord om verslag uit te brengen van de examen commissie". „Burgeres presidente, de commissie heeft de eer u mede te deelen, dat zich aangemeld hebben 26 candidaten, die alle aan het schriftelijk theoretisch gedeelte hebben deelgenomen. Van zes was het werk van dien aard, dat het voortzetten van het examen haar moest worden ont raden, terwijl na het mondeling onderzoek nog 2 afvielen Aan het practisch examen, hebben dus 18 candidaten deelgenomen aan 12 van haar is het diploma van huis- beainbte uitgereikt kunnen worden, zoo dat zij van heden af, al de rechten ge nieten, die het lidmaatschap van den internationalen bond toekent. Het examen liep over al de vakken van het pro gramma; scheikunde, warenkennis, boek houden, staatsinstellingen in verband met het kiesrecht, gezondheidsleer en het besturen van werklieden personeel by huishoudelyken arbeid; voor het prac lisch gedeelte, over nuttige handwerken en koken. Over het algemeen kan gezegd worden dat de geslaagden behoorlijk party hebben getrokken van de genoten lessen; alleen ten opzichte van de verzorging van het lichaam heeft de Commissie nog enkele zeer verouderde begrippen aangetroffen. En indien het vergunt is, aan dit ver slag nog een wenk toe te voegen, die wellicht van nut kan wezen by de eerst volgende driejaarlyksche herziening van het programma, dan zou het deze zyn Sedert in de ambtelijke contracten is opgenomen, dat een piano mag worden medegebracht, aan welke een behoorlijke plaats moet gegeven zyn met gelegenheid tot oefening, zou het aanbeveling ver dienen ook eenige muzikale vaardigheid te eisehen; het gebeurt toch vaak, dat de totale onbekendheid met de eerste beginselen der toonkunst aanleiding geeft tot een minder goede verstandhouding tusschen de huisbeainbte en de familie by welke zij inwoont. De rapportrice ontving den dank der ergadering. Op haar wenk zou te ge legener tyd acht geslagen worden. Aan de orde waren ingekomen klachten, schriftelijk ingediend, die na voorlezing door de betrokken persoon mondeling werden toegelicht. Burgeres Bieling had een baars inziens onnoodige opmerking ontvangen van vrouw Van Lennep, ik bespeurde dat deze titelatuur strekte ter aanwij zing van hetgeen in een vroeger tijd perk van minder ontwikkelde maat schappelijke verhoudingen „Mevrouw" of de „meesteres" heette, wegens het breken van een porceleinen servies. Besloten werd aan vrouw Van Lennep mede te deelen, dat burgeres Bieling haar arbeid eerst dan zou hervatten, wanneer haar getoond werd een polis van verzekering tegen het breken van huisraad, huisbenoodigdheden en siera den, opgericht door de Afd Nederland van den internationalen bond. Klacht van burgeres Cornelissen tegen vrouw Van Oldenbarneveld. Deze meende te hebben vernomen dat de informatiën, door gezegde burgeres aan het bestuursbureau gedeponeerd tydens de aanvraag eener tweede huisbeamhte in hetzelfde gezin, zeer ongunstig waren en had deswegen gezegde burgeres om verantwoording gevraagd. Deze had de vraag niet willen beantwoorden alvorens de vergadering te hebben geraadpleegd. De presidente gaf haar goedkeuring te kennen over de houding van burgeres Cornelissen, en stelde voor tot vrouw van Oldenbarneveld een officieel schry- ven te richten, waarin haar wordt me degedeeld, dat inlichtingen, door fun- geerende of gewezen huisbeambten verstrekt over de personen in wier huisgezin zy werkzaam zyn geweest, alleen voor huisbeambten zyn bestemd, en haar voorts het hoogst onbetame lijke van haar optreden onder het oog wordt gebracht. Aldus besloten. Burgeres Driesprong acht zich ten zeerste benadeeld en roept de tusschen- komst van de vergadering in. Volgens de statuten der vereeniging ontvangt de huisbeambte 30 percent van al de in komsten van al de leden van het gezin waar zy woont, als honorarium. Nu had zy vernomen, dat Van Stralen, het hoofd des huisgezins, behalve zyn trac- tement als boekhouder van de stoom vaartlijn AmersfoortHamburg —Peters burg, ook nog inkomsten trekt als schrijver van artikelen indeN. Amersfoort sche Courant, en deze had hy voor haar verzwegen, zoodat zy gedurende het geheele jaar van haar arbeid te dier plaatse, schade had geleden. Er ging een langdurige en zeer luide kreet van verontwaardiging op uit de vergadering. Toen het wat stiller werd zei de presidente: De vergadering zal het my wel ten goede willen houden, dat de eerste aandoening, door deze mededeeliDg verwekt, mij een oogeDblik het spreken belette. En toen, met ver heffing van stemOns geacht medelid, bugeres Driesprong, kan gerust zyn haar zal recht gedaan worden. Ik begon een beetje te beven voor het lot dat myn vriend Van Stralen boven het hoofd hing. Maar waarom heeft de kerel ook niet zuiver opge biecht? Misschien verlakt hy de heeren van de inkomstenbelasting ook op de zelfde manier. Er volgden nog eenige „huishoudelijke aangelegenheden", te veel om er mel ding van te maken daarna gat de precidente verlof de deur te openen, het publiek en de peis toe te laten. De algemeene vergadering nam een aanvang. Eenige mannen en vrouwen waren binnengekomen, en tegelijk scheen ook mijn onzichtbaarheid opgeheven te zyn, althans sommige mijner bekenden gaven mij de band, bun verwondering betuigende dat ik er zoo vroeg bij was. Twee spreeksters betraden achtereen volgens het podium ter ontwikkeling van eenige stellingen, die gedrukt waren rond gedeeld. Ik heb nu geen tyd meer om veel van de discussion te vertellen, dat zal ik later eens doen. Een der stellingen betrof den titel huisbeambte, die spreek ster vernederend vond als eenigermate herinnerende aan de hofhoorigheid in de Middeleeuwenzy stelde voor die te ver anderen in directrice, Ie, 2e enz. adjunct directrice van huishoudelijke werkzaam heden. Een andere had het over de kleeding; het aannemen van „aflegger tjes" van de „vrouwen" en dochters was in de statuten verboden, maar nu miste men. wat vroeger als een byslagje op het honorarium was beschouwd. Spr. wilde daarom vastgesteld zien dat van elk kleedingstuk, voor het zoogenaamd vrouwelfjk hoofd of voor de oudste vol wassen dochter des gezins aangekocht of vervaardigd, aan elke der huisbeambten een nieuw duplicaat zou worden aange boden. De presidente achtte dit voorstel zoo ingrypend, dat men besloot het com missoriaal te maken. Aan de discussie namen ook mannelijke bezoekers deel. Een van hen kwam er al heel slecht af. Die menhe°r, een goede vijftiger, had de onbegrijpelijke domheid, een soort van lofrede te houden, op den ouden tyd, toen, zeide hij, de huisbe- amtjten nog dienstboden heetten en niet zoo ijselyk ontwikkeld waren. Men onder scheidde toen goede en slechte; in zyn huis bleven de eerste gemiddeld acht jaar, de laatste dooreen genomen nog geen acht weken. Hy haalde het voorbeeld aan van eene, genaamd Maartje Jorissen, die zijn huisgezin zelfs by verplaatsing naai den vreemde was gevolgd, uit pure aan hankelijkheid Maar je had eens moeten hooren, welk een storm van verontwaardiging op dien onzin volgde! Twintig, dertig armen werden in majestueuzen toorn naar den spreker uitgestrekt; er uit! er uit! klonk het van alle kanten. En op hetzelfde oogenblik grepen al die schoone armen my beet, mij 1 Lieve hemel ik was het toch niet, die zulke dwaasheden had staan uitpakken? Myn arme bol... kwam in onzachte aanraking met den rug van myn schryfstoel, en 't soezen was uit. liet eene sensationeele gerucht na het andere komt tegenwoordig uit Parijs. Nog nauwelijks bekomen van de ongerustheid welke de tijding van een complot legen de regcering had te voorschijn geroepen, verspreidde Naar bet Engelscb H. H. BOYESEN. Bjarne Blakstad, de oude, onbuig zame patriot, was van den aanvang af een onverbiddelijk vijand van de Land verhuizingswoede geweest; en ook heden hoopten de dochters, dat hij misschien weggebleven was, om een paar onbesuisde jongelingen hunne plichten tegenover het vaderland te herinneren, of een al te ijverig agent in zijn bedrijf te matigen. Maar het sloeg acht uur, en de vader kwam niet. De nacht was donker en storm achtig; een met sneeuw vermengde regen kletste tegen de glasruiten, en in den schoorsteen huilde de wind. Grim- hild, de jongere zuster, liep rusteloos uit en in en sloeg met de deuren. Brita zat in den donkersten hoek van het vertrek, tegen den wand geleund. Wanneer de storm het huis soms wat al te sterk schudde, vloog zij wel van tijd tot tijd op, maar ging terstond vertrek rond te dwalen; eensklaps weder zitten en dook in elkander. De sprong hij op als had hem eene adder ontzettendste vermoedens vervulden1 gestoken, greep een brandend stuk hare gejaagde ziel. hout van den haard en vloog naar Eindelijk de klok had juist tien den donkeren hoek, wadr Brita zat, geslagen hoorden de meisjes ge-1 pakte ze bij den arm en schreeuwde druisch vóór op het erf. Grimhild op heeschen toon, terwijl hij het bran- liep naar de deur en opende die. Eene dend stuk hout dicht bij haar gezicht hooge, diepgebogen gestalte waarin zij alleen aan de kleeding haar vader herkende, trad binnen. "Groote God 1" schreeuwde hetmeisje en vloog naar hem toe. Weg, kind!" mompelde hij. De stem klonk volstrekt niet als de stem haars vaders, en hij had het arme meisje ruw van zich gestooten. Hij stond een oogenblik onbeweeglijk, ging vervolgens naar de tafel en liet zich in een stoel vallen, zoodat deze luid kraakte. Ddór bleef hij zitten, de ellebogen op de knieën geleund, den strakken blik op den grond gevestigd. Het lange haar hing in natte lokken over zijn gezicht; de plooien om zijn mond waren tot dreigende groeven verdiept. Een paar malen zuchtte en steunde hij als een zwaarverwonde. Na een poos begonnen zijne blikken onrustig in het ruime, halfdonkere hield: »Zeg, dat ik het niet gezien heb 1 Zeg, dat het een leugen is een zwarte duivelsche leugen is!" Zij hief de oogen langzaam op en zag hem strak aan. "Ah 1" schreeuwde hij op denzelfden afgrijselijken toon, «het was een verdoemde leugen! Ik heb het hun ddarbeneden bij de kerk gezegd. Ik heb het den lasteraar betaald gezet bloed, bloed het was een' vroolijke kloppartij 1 Brita's wangen werden beurtelings rood en wit; en daarbij bleef het in het diepst van haar hart wonderbaar kalm. Zij verwonderde zichzelve daar over zij wist niet, dat het de kalmte van een hart was, dat de hoop ver loren had. "Kind!" zeide Bjarne, en zijne stem klonk niet zoo erg vreemd meer. "waarom spreekt gij niet? Zij hebben je belasterd, omdat je schoon bent en ze je benijden." Vervolgens, op bijna vlijenden toon"Spreek, Brita, spreek 1 Zeg je vader, dat je rein bent rein als de bergsneeuw kind, mijn kind, mijn schoon, liefkind!" Eene lange, pijnlijke pauze volgde, gedurende welke Brita alleen het zware ademhalen van den ouden man en het in de hand. Het was na middernacht; de wind was gaan liggen, maar de sneeuw viel al dichter en dichter, en begroef de paden en hekken onder haar witten mantel. Verder vluchtte zij v e r d e r, s t e e d s verder. Waarheen, wist zij niet. Hare knetteren van het brandende hout1 gedachten waren als bevroren, maar voor haar aangezicht hoorde. Bleek j hare voeten droegen haar nog altijd, als een marmerbeeld stond zij dóórj verder, steeds verder, geen woord van verontschuldiging geen j Haar lichaam scheen haar zoo licht bede om vergeving kwam over hare als de lucht. Daarop vernam zij eerst lippen, welker trillen alleen verried,flauw, maar gaandeweg duidelijker het dat er nog leven in haar was. Met brullen der zee. Het ijs in hare lede- iedere seconde verflauwde de hoop in maten smolt in lauwe luchtwolken, Bjarne's hart. Zijn gelaat nam eene gouden, door de zon beschenen wolken vreeselijke uitdrukking aan. De strakke hieven haar op, droegen haar verder, trekken werden door toorn en ontem- j over land en zee. baren haat verwrongen onder de Toen zij ontwaakte, lag zij in een stoppelige wenkbrauwen gloeiden zijne zacht bed; eene jonge vrouw met een oogen als vurige kolen. vriendelijk gelaat zat naast het bed. "Lichtekooi!" schreeuwde hij, "lich- Zij droomde zekerzij had geen kracht, tekooi 1" om er zich eene duidelijke voorstelling «Een koude luchtstroom streek door van te maken, de kamerde vensters rammelden,Eerst vele dagen later vernam zij, hoe de deuren sprongen open, als aange- het zich had toegedragen. Een vis- raakt door eene onzichtbare hand scher had haar aan het strand gevon- en de oude man stond alleen in het den, op het oogenblik dat de jacht- vertrek en hield de uitdoovende fakkel sneeuw haar dreigde te begraven, haar

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1898 | | pagina 1