BINNENLAND.
GEMENGD NIEUWS.
Advertent iën.
Notaris BOLK
ZllkAMKft,
slotte trekt, zullen evenwel niet velen
het eens zijn; «Het hangt dus maar
van president Kruger af, of er vrede
dan wel oorlog zal zijn tusschen de
blanken in Zuid-Afrika."
Alsof Kruger de moeilijkheden heeft
gemaakt!
Ook volgens de Indépendance is
men in Engeland meer voor vrede
dan voor oorlog.
Heden zullen in de Volksraden de
kiesrechtvoorstellen worden behan
deld, en dat wel in geheime, ver-
eenigde zitting. Hoe zij precies lui
den weet men niet, maar het is in
allen gevalle reeds een gunstig tee
ken, dat men in Pretoria den toestand
minder ernstig inziet.
In de gister gehouden Volksraad
zitting werd door Kruger een voor
stel ingediend, betreffende de uitbrei
ding der vertegenwoordiging in den
Raad van -de goudvelden, waaronder
begrepen zijn twee leden voor Jo
hannesburg. De president spoorde
de leden van den Raad aan ten op
zichte van de onafhankelijkheid der
Republiek voet bij stuk te houden.
Volgens Duitsche bladen heeft
keizer Wilhelm prins lleibert Von
Bismarck bij zich ontvangen met het
doel hem weder een ministers-porte
feuille aan te bieden. Het Derl Tagbl.
deelt zelfs mee dat hij een rijkskan
selier zou worden. In gezaghebbende
kringen hecht men echter niet veel
gewicht aan deze geruchten,
Het Centrum verneemt van
welingelichte zijde, dat het wetsont
werp op den leerplicht spoedig na
de opening der Tweede Kamer in
September a s., in behandeling ko
men zal.
Te Zeist is overleden de direc
teur van het kabinet der Koningin
jhr. mr. P. H. Gevers Deynoot. Na
volbrachte studiën was de heer Gevers
Deynoot onafgebroken bij het kabinet
des Konings werkzaam als commies,
hoofdcommies en referendaris, en in
1894 volgde hij jhr. Alewijn als direc
teur van Hr. Ms. kabinet op. Zijne
diensten, aan het koninklijk huis en
den lande bewezen, werden erkend
door zijne benoeming tot ridder van
Inhuldigingsfeesten) tot commandeur
der Orde van Oranje-Nassau.
AAN DE DOOVEN. Een rijke
dame, welke genezen is van bare
doofheid en gerommel in de ooren
door de Artiticieele Oortrommels van
bet Instituut Nicholson, heeft aan
genoemd Instituut de somma van 25,000
franken gegeven, opdat alle doove
menschen die geene middelen hebben,
zich de Oortrommels kosteloos zouden
kunnen verschaffen. Zich te wenden tot
het Instituut, «Longcott," Gunners-
bubt, Londen, W.
PLAATSELIJKE BERICHTEN.
Uitslag van het Eindexamen
voor het Gymnasium te Amersfoort
Geslaagd voor get. B J. E. W. Ihle.
voor get. A: J. C. Helders, Ph. J
Hoedemaker, A. J. Hoek. A. A. van
Stipriaan Luicius, W. II. J. Cambeer
van Nooten, N. P. C. van Wijk en
W. Nevens.
Afgewezen: 3 herexamen: 1
Voor een geacht ingezeten van
Amersfoort, een Ambtenaar der Ge
meente, is het weldra feest. Op Zondag
16 Juli a.s. zal het 25 jaren geleden
zijn, dat de heer P. van den Ilooff
door den Raad der Gemeente ais
Opzichter benoemd werd.
De heer van den Hooff begon zijn
taak onder voor hem gunstige om
standigheden, daar de Gemeente be
hoefte had aan een energiek man en
de benoemde zich gelukkig rekende
dit te kunnen zijn onder leiding van
den bekwamen Gemeente-Architect,
de heer W. H. Kam, driejaren vroeger
als zoodanig door den Raad aangesteld.
Immer heeft de heer Kam, hetzij tot
zij n eer gezegd, den Gemeente- opzich ter
meer als vriend dan als diens meerdere
ter zijde gestaan en gesteund,
't Spreekt van zelf, dat van zoo'n
eendrachtige samenwerking \oor de
Gemeente veel goeds mocht verwacht
worden.
'tZou niet in overeenstemming met
den bekenden eenvoud van den aan
staandenjubilaris, zijn uittemeten over
den ijver, en de toewijding, waarmee
hij zijn veelal rnoeielijke taak, ge
durende dien lijd vervuld heeftmaar
verzwijgen mogen we niet de hard-
making en begrinting in 1886 en
'87 van de Gasthuislaan en den
Doodenweg voor de commissie van
werkverschaffing, waarvoor de echte
proevers van Amersfoorts natuur
schoon nog dankbaar zijn. Ook voor
de bezoekers van Flehité is het
prachtig stukwerk, een model van den
Amersfoortschen toren op '/so dei-
ware grootte. Do heer Van den Ilooll
bood dit meesterstuk van kunst het
Gemeentebestuur aan, dathetgeschenk
gaarne aanvaardde en het aan Flehité
in bruikleen afstond doch vooraf den
Schenker loonde.
Bij Gemeentebestuur,dat meermalen
blijken gaf van waardeering en hoog
achting, en bij Ingezeten, bij wei li-
gevers en werknemers is van den
IIoofF in achting. Dat verblijdt ons!
Wij wenschen den ijverigen, nauw-
gezetlen Gemeente-Ambtenaar nog
vele jaren en twijfelen niet of de
jubelaris zal zich verheugen kunnen
over groote belangstelling bij zijn
feestelijke herdenking.
Zondagavond omstreeks half elf
werden de inwoners opgeschrikt door
een hevige vuurgloed boven de Noord-
Oostzijde der gemeente. Al ras bleek,
dat, waarschijnlijk door broeien, brand
was ontstaan in de hooibergen nabij
de bad- en zweminrichting. Alle stede
lijke spuiten (waarvan dc Wilhelmina
spuit het eerste) waren spoedig op de
plaats des onheils. Aan hunne vereende
krachten mocht het gelukken de brand
tot 5 bergen te beperken. Doch aan
deze was dan ook geen redden aan
en toen des ochtends te vier uur het
werk aan twee brandkranen werd over
gelaten en de spuiten inrukten, was
het vuur nog niet gebluscht. Van de
vijf hooibergen toebehoorende aan de
heeren Laseur, D. van Gelder, D.
Schimmel, Veldhuizen en Van deri
Hoef, was alleen de laatste verzekerd
Zondagavond werd door eenige
huzaren, die te veel aan Bacchus
hadden geofferd, in de St. Agatha-
straat alhier met eenige burgers ruzie
gezocht, die aldra op een bloedige
vechtpartij uitliep.
A. Poort werd door een der sol
daten met een mes in het dijbeen
gestoken, terwijl P. Ouwerkerk eene
steek in de buik ontving. Beiden
werden door Dr. Morren Jr. heelkundig
behandeld. Naar wij vernemen is de
dader bekend en bevind hij zich in
«irARt.
Den 1 Juli mocht de heer J. B.
Nyliolï te Hoevelaken den dag her
denken, waarop hij, 30 jaar geleden,
aldaar tot brievengaarder werd aan
gesteld. Namens een groot aantal
ingezetenen werden hein als blijk
van waardeering voor trouwe plichts
betrachting een fraaie fauteuil met 6
bijbehoorende stoelen geschonken.
Bij vonnis van den Krijgsraad
in het 3e Militaire arrondissement te
Arnhem van den 30 Juni 1899 is
II. Spoelstra, milicien bij het 5e Regi
ment infanterie, schuldig verklaard
aan drie misdrijven daarstellende,
diefstal in de chambree ten nadeele
van een kameraad, en veroordeeld
tot eene militaire gevangenisstraf
voor den tijd van zes maanden en
in de proceskosten; en is hem ont
zegd het recht om bij de gewapende
macht, of als militair geimplooieerde
te dienen gedurende vijf jaren na
expiratee der militaire gevangenisstraf.
De sergeant IJ. P. Lucht van
het 5e Regiment infanterie die gedu
rende 4 jaren is gedetacheerd geweest
bij het Leger in Oostlndië, is weder
hier te lande aangekomen en bij
voornoemd korps ingedeeld.
Bij het 5e Regiment infanterie
zijn door den Regimentscommandant
bevorderd tot Sergeant-titulair de
korporaal C. J. J. van Velzentot
Milicien-Sergeant de korporaal W.
Hoffman; en tot Reserve-sergeant de
Roserve-korporaals G. J. Post van
den Burg, A. II. de Noo, G. M.
Droogleever en W. de Vries.
Aan den Reserve-korporaal L.
J. Rieber en den adspirant-vaandrig
A. Goekoop, beiden van het 5e Regi
ment infanterie, is op hun verzoek
vergunning verleend om deel te
nemen aan het admissie examen voor
de toelating tot Cadet bij de Konink
lijke Militaire Academie.
Sedert eenige dagen liep het
gerucht, dat het in een kamer in
het gebouw van hel Engelsche Lager
huis, grenzende aan het vertrek van
den voorzitter, spookte. Verschil
lende parlementsleden maakten zich
hierover ongerust. Men stelde een
onderzoek in en eindigde met de
waarheid te ontdekken. De geest
is gebleken geen spook te zijn, maai
de dubbelganger van een nog levend
persoon. En deze persoon is nie
mand anders dan de vrouw van een
der beambten van het Westminster
Paleis, den heer Archibald J. S. Mil-
rnan, ridder van de Bathorde, die een
tractement van ƒ18,060 geniet.
Mevrouw Milman geeft de volgende
beschrijving van de geestverschijning:
»Het gekste is, dat het verhaal
waarheid bevat, liet duurt nu reeds
jaren. In mij huisteen ander persoon,
die men ontmoet, als ik er niet ben.
Verleden week nam een vriend af
scheid van mij in de werkkamer,
waar ik voor mijn genoegen boeken
inbind. Nauwelijks had hij de kamer
verlaten, of hij onimoet mij op het
portaal. Onthutst wijkt hij ter zijde
om mij te laten voorbijgaan.
Ik was niet mijn van plaats geweest.
Ieder oogenblik gebeuren er gelijk
soortige voorvallen. Een der dienst
boden heeft mij onlangs vei laten,
omdat zij zeer zenuwachtig is, en
haar die tallooze verschijningen ziek
maakten. Heden nog ontmoette een
jonge dame, die bij ons inwoont, mij
op de plaats, zonder dal ik het huis
had verlaten. Ik heb mijn dubbel
ganger nimmer gezien, maar heb
haar gehoord.
Op een avond nauwelijks mijn ka
mer binnengetreden, hoorde ik ge
kraak op de gang; ik ging Daarbui
ten, al de deuren, die ik zooeven ge
sloten had, stonden open. Ik keerde
haastig om, en schelde tegelijkertijd
de meid en den huisknecht. Er is
slechts één trap; de meid sliep onder
het dak en de knecht in het onder
huis.
Zij moesten de verschijning tegen
komen, de meid had niets gezien,
maar de knecht was hoogst vei baasd
mij in de kamer te vinden, omdat
hij een oogenblik te voren gezien had,
dat ik een deur opende op de eerste
vei dieping."
De goeile oude tijd.
Dr. A. J. M. Brouwer Ancher schrijft
in het «Tijdschr. v. Gen." over oude
ordonnantiën, betreffende genees-,
heel- en verloskundigen, apothekers,
kwakzalvers, enz Onze voorouders
kenden heel wat maatregelen om de
goede uitoefening der geneeskunst,
'ivvi ucwcg.i^.., eizeuei en mart,
ook kon men niet verhinderen dat
tal van kwakzalversmiddelen in de
kranten werden aanbevolen, en dat
zij voor ons in de kunst van reclame
advertenties niet onder deden.
Een paar van die advertenties voor
komende in de Amstcrdamsche Cou
rant van 1693 en 1694 volgen hier:
Jan Pieterszoon Keuls, wonende op
de Warmoesgracht in het wapen van
Frankendaal, adverteerde dat bij hem
te bekomen was »een extraordinaire
en kostelijke remedie voor 't flerecyn
ofte podagra, hetwelk door het strij
ken van seekere Oly goetbevonden is
Een oprecht menschenvriend toont
zich Henricus Ompbalius die bekend
maakte, »dat hij een onfeylbare re
medie heeft om allerley soort van
't Podagra, Jicht, etc. door uyterlijke
hulpmiddelen te verdrijven, soodat
veele met onderteykening van haer
naem gesamentlyk geluygen, dat hun
noyt diergelijke Geneesmiddel is ter
hand gekomen, hen aanmoedigende,
om dit een yder te doen verstaen.
ten yende veel ellendige menschen
daer van souden mogen worden ge-
dient; hij neemt geen geit, voordat
de lijders vernoegt zijn, en woont in
de Teerketelsteeg, achter de Luterse
nieuwe kerk."
Een tweede luidt als volgt:
«Men maekt bekent als dat mr.
Matthys ter Kuys Chirurgijn, voor
eenige jaren heeft uitgevonden een
onfeylbare remedie, dat noit nian-
queert en noit by imand bekent is
als bij mijn alleen, om in 4 of 5
dagen seker te helpen alle soorten
van koorsen, het zy, eerste 2, 3 of
dubbelde dardendaegse, soo die ook
mogen genoemd worden, en dat men
een lieflijk medicijn sonder dat de
patiënten daardoor e»nig yersuym of
liirider in sijn neering behoelt te lij
den hij heeft ontelbare menschen
daer van geneze zoo buyten als bin
nen de stad Amsterdam. Deze Mr.
ter Kuys Chirurgijn is woonachtig
op de Binne Amstel, 't tweede huis
van de Princegraft, recht over do
Stads Loopemakerij."
Hij liet, tot heil der ingezetenen,
zijn geheim aan zijn weduwe na, die
voort ging met het middel in de
courant aan te bevelen.
Zelfs middelen tegen zielsziekten
ontbreken niet: «daar deZuyderkerk
uithangt, komt alle Maandagen imant
van 11 tot 2 uuren, die helpt meest
alle soort van Melancholie, Mijmering,
Quellingen, ja selfs Rasernye, en die
't eerst aangekomen is neemt hij aan
te genpsen, of geen geld."
En een derde:
«Gerhard Snut, Chirurgijn en seer
ervaren Oculist of Oogmeester in de
Beets bij Hoorn (van vele sijner ge-
nesene patiënten hiertoe als angeport)
maekt bij dezen bekent, hoe dat hij
diegene (die met b'indheyd of eenige
andere gebreken der oogen besocht
zijn) haestig, gomackelijk en sonder
eenig perykel helpt en geneest; de
sommige met de Naald, andere ook
door bequame medicamenten, alles
na gelegenheyd van saken, gelijk bij
allen in syn ommeleg genoegzaem
bekent is, te meer dewijl hij nu reeds
den tijd van 14 jaren in die plaats
gewoont, en met alle fatsoen ge-
praetiseert heeft. Deze Beets dan
logt aen de trekvaert bij Hoorn, ahvaer
een yder, die hem van noode mocht
sijn, hem dagelijks kan spreken, of
die zelf niet komen mag, kan hem
ook daer van daen bij hem ontbieden,
hij sal alle ongeneeslijke (volgens zijn
gewoonte) ook voor onnodige onkos
ten van onredelyke ommetreckers
waarschouwen."
Een mislukt Saloiitonsoordecl.
Voor den rechter Jackson in Lon
den stond dezer dagen een aange
klaagde.
«Zijt gij schuldig of onschuldig?"
vroeg de rechter.
«Onschuldig, mijnheer de rechter
Niet ik heb het gestolen doch mijn
rechterarm hier!"
«Mooi 1 dan wordt uw rechterarm
tot zes maanden gevangenisstraf ver
oordeeld."
Tot groote verbazing van den
rechter en het publiek nam de be
schuldigde zijn rechterarm, die van
hout was, heel gemoedelijk van zijn
lichaam en overhandigde hem den
rechter ter voltrekking van het vonnis 1
Een belangrijke erfenie-quaestie.
Weldra zullen de rechtbanken in
verschillende landen zich met een be
langrijke erfenisaangelegenheid heb
ben bezig te houden.
Een zekere Italiaan Lodewijk Bevi-
laqua, reeds verscheidene jaren geves-
n0H »p Adelaide in Australië, kreeg
voor eenige dagen een uitknipsel uit
'Ie Magdeburgische Zeilung toegezon
den, waaruit hij vernam, dat op 30
Januari j.l. te Venetië de hertogin
Felicita Bevilacqua, behoorende tot
een der beroemdste Italiaansche adel
lijke geslachten was overleden. Volgens
de genoemde Magd. Z'.g. had deze
familie ten tijde van liet streven naar
de eenheid van Italië haar kolossale
vermogen in dienst van de nationale
zaak gesteld en b.v. in het jaar 1848
de kosten der revolutie te Verona en
Brescia alleen gedragen. De laatste
mannelijke afstammeling der familie
zou bij Custozza gesneuveld zijn. In
haar testament heeft nu de Hertogin,
bij gebreke van rechtmatige erfgena
men haar Palazzo Pesaro te Venetië
voor kunst-doeleinden (o.a. zullen 40
kamers worden ingericht voor anno
jonge kunstenaars) bestemd, en haar
familieslot benevens het grootste deel
van haar vermogen aan een «slichting
voor weldoeners van het vaderland
en van de menschheid" nagelaten.
De stad Imerese kreeg o.a. een be
langrijk legaat met de verplichting
voor haar overleden echtgenoot een
ruiterstandbeeld op te richten, Vero
na kreeg het binnen zijn muren ge
legen Palazzo Bevilacqua, enz.
Het zou nu echter blijken dat in
derdaad de familie niet is uitgestor
ven. In het jaar 1805 verliet een der
afstammelingen van het oude geslacht
zijn vaderland, diende als officier onder
Napoleon en huwde in Keulen een
Duitsche vrouw. Hij sneuvelde in 1811;
zijn vrouw stierf kort daarop, en de
kinderen werden in Lübeck opgevoed.
Twee zonen van het oudste van
deze kinderen, de heeren Lodewijk
en Frans Bevilaqua (sedert kort
hebben ze de »C" uit hun naam
weggelaten) wonen op het oogenblik
te Adelaide. Ze hebben zich onmid
dellijk tot den Italiaanschen consul
gewend, en deze heeft na een zorg
vuldig onderzoek van alle bewijsstuk
ken, die de beide broeders kunnen
bijbrengen, besloten de zaak ter ken-
nisse te brengen van de Italiaansche
autoriteiten. De behandeling van deze
quaestie wordt met veel belangstelling
tegemoet gezien.
In zijn vrijwillige ballingschap
heeft Zola een plan gemaakt van een
nieuwen romantrits, waarvan de eer
ste ytFécondité' reeds verschenen is.
Deze boeken zullen datgene bevat
ten, wat hij als de vier hoofdprin-
cipen van het menschelijk leven be
schouwt. Ten eerste de vruchtbaar
heid, die hij stelt tegenover het mal
thusianisme, dat door hem gehouden
wordt voor de verderfelijkste aller
leerstellingenten tweede, den arbeid,
in tegenstelling met de traagheid der
hommels, die hij uit de maatschap
pij uitgeroeid zou willen zien; dan
de waarheid tegenover leugen, huiche
larij en conventie, en ten slotte recht
vaardigheid voor allen in t' algemeen
en in t' bijzonder in plaats van mede-
doogen voor dezen, onderdrukkiug
van genen en bevoordeeling voor heel
enkelen.
Al deze vier boekenFécondité,
Travail, Vérité en Justice zullen
vertellingen zijn, want jaren geleden
reeds kwam Zola tot de overtuiging,
dat verhandelingen over socialistische
onderwerpen, ofschoon ze mettertijd
op de beschaafde klasse hun invloed
niet zullen missen, toch niet in die
mate als een vertelling op de groote
massa vermogen in te werken. Over
de grondgedachte, die hem bij de
keuze van den verhaalvorm heeft
geleid, voert Vizetelly de volgende
woorden van Zola aan
«Mijn romans zijn altijd geschreven
met een hooger doel, dan om enkel
vermaak te verschaffen. Ik heb van
den roman als middel tot verspreiding
der gedachte een zóó hooge verwach
ting, dat ik dezen vorm gekozen heb
om de weieid te zeggen, wat ik over
de sociale, wetenschappelijke en psy
chologische problemen, die denkenden
menschen belang inboezemen, wist
mede te deelen. Ik had datgene, wat
ik wensch te zeggen, der wereld in
anderen vorm kunnen geven, maar
de roman neemt nu een andere plaats
in, dan die hij in den loop der laatste
eeuw aan het banket der schoone
kunsten vervulde.
Toenmaals was hij vluchtige korts
wijl in ledige uren, en had een hoogst
bescheiden plaats tusschen de fabel
en de idylle, heden bevat hij alles en
kan ook alles bevatten, en daar dit
mijn overtuiging is, ben ik roman
schrijver. Ik heb volgens mijn over
tuiging bijdragen te leveren tot de
weieldgedachten over zekere onder
werpen, en den roman gekozen als
den besten vorm tot dat doel".
Ter overdenking.
Nu de zomer weer daar is, kan
het zijn nut hebben, er eens op te
wijzen, hoe dr. Baer en anderen van
meening zijn, dat alcoholhoudende
dranken, dus bier, wijn, enz. niet ge
bruikt moeten worden om den dorst
te lesschen. Koud water, vooral wan
neer hierin suiker is opgelost, vol
doet veel beter. De ervaring, in warme
landen opgedaan, is met de bewering
van dr. Baer geheel in overeenstem
ming. Zoo kwamen de ontdekkings-
iei/.igers Stanley, Peters eu Emin-
Pacha tot het resultaat, dat men
veel beter weerstand kan bieden aan
de schadelijke invloeden van het
warme klimaat, als men zich onthoudt
van het drinken van alcoholische
dranken. Galliéni, de gouverneur van
het Fransche Madagascar, deelt mee,
dat hij tot 1887 dikwijls leed aan
maagziekte, In genoemd jaar, toen
zijn maag alle voedsel weigerde, kwam
hij op het denkbeeld zijn wijn, bier,
sterken drank en koffie eens te la
ten staan. Nooit van mijn leven,
zegt hij, heb ik gelukkiger gedachte
gehad. Sedert is water zijn eenige
drank geweest en hij bevindt er zich
wel bij.
Opoffering.
De negentienjarige dochter van
H. v. R. te Hazerswoude zag haar
4jarig broertje in het water vallen.
Zonder bedenken sprong het flinke
meisje het kind na, met het treurig
gevolg dat zij voor de oogen der
inmiddels toegeschotenen verdronk.
Het jongentje werd gered.
te Amersfoort, vraagt tijdeljjk, een
gescqikt voor kantoor, benevens
een !?I^apkaiiicr.
Brieven"Pftdofr-k>tt. N. aan het
bureau van dit blad.