NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
FEUILLETON.
Officiëele Publicatie.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
No. 72.
Zaterdag 9 September 1899.
Acht-en-twintigste jaargang.
VEÏISCMJNT WOENSDAG EN ZATEIIIIAG.
IEMAND DIE-ZIJN NAAI VERLOOR.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden f 1.Franco per post door het geheele Rijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken in tezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER, Amersfoort.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels f 0.40; iedere regel meer 5 Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend-
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Burgemeester en Wethouders van
Amersfoort brengen ter algemeene
kennis dat door den gemeenteraad
in zijne vergadering van 5 September
1899 aan de navolgende straten de
daarachter vermelde namen zijn ge
geven
Omschrijving Naam:
Straat tusschen de woningen
voor gehuwde militairen van
bereden wapens achter de
Beek.
"Weg van Kamppoortbrug
langs de steenenbrug loopende
verder achter de kazerne ge
heel langs de Beek.
Verbinding van de steenen
brug met den Hoevelaker
straatweg.
Sasje A. Straat achter den
Oliemolen rechthoekig op de
Wolfertstraat.
Sasje B. eerstvolgende straat,
verder van de Eem verwijderd,
rechthoekig op de Wolfert
straat.
Sasje C. Straat evenwijdig
aan de Wolfertstraat.
Militaire woningen nabij
den Appelweg.
A. met het front naar de
stad.
B. de eerstvolgende even
wijdig aan de voorgaande.
G. de daarop volgende even
wijdig aan de voorgaande.
1). de daarop volgende even
eens evenwijdig aan de voor
gaande.
Wegen over te nemen van
de Naamlooze Vennootschap
Volkshuisvesting aansluitende
aan den Utrechtschen straat
weg.
A. eerste weg (Stadszijde).
B. tweede weg (Bergzijde).
kalfsveld.
A. weg geheel loopende
langs de beek.
B. weg aanvangende bij het
huis thans bewoond door Mevr.
de wed. Meinsma tot de bloem-
kweekerij.
C. weg van af de Beek tot
het Stationsplein.
Eerste weg voorbij den
Bisschopweg met dezen paral
lel loopende.
Tweede weg voorbij den
Bisschopsweg met dezen pa
rallel loopende.
Ruiterstraat.
Flierbeekstraat.
Hessenstraat.
Ie Wolfertdwars-
straat
2e Wolfertdwars-
straat.
Dalstraat.
Ie Kazernestraat.
2e Kazernestraat.
3e Kazernestraat,
•ie Kazernestraat.
Tolstraat.
Nicasiusstraat.
Wijersstraat.
Van Persijn-
straat.
Van Asch Yan
Wijckstraat.
Veldstraat.
Weistraat.
Straat onder het plantsoen j St. Annastraat.
bij de oude gasfabriek.
Verbindingsweg tusschen Kroontjesmolen,
den Arnhemschen straatweg
en den Leusdenschenweg. Ge-
legen op het terrein bekend I
als Kroon Ijesmolen.
Gedaan te Amersfoort den 6 Sep
tember 1899.
Burgemeester en Wethouders voor-
noemd
De Burgemeester
F. D. SCMIMMELPENNINCK.
De Secretaris
B. W. Th. SANDBERG.
Veel spoediger dan men gister nog
vermoedde zal nu het proces-Drevfus
alloopen en weldra zullen we weten
of de krijgsraad hem voor schuldig
houdt of niet. Door de weigering van
den voorzitter van den krijgsraad,
Jouaust, om Panizzardi en Von
Schwarzkoppen bij rogatoirecommissie
te hooren, is de uitspraak zeker een
week vervroegd hetgeen voor den nu
reeds gedurende bijna vier weken ge-
martelden Dreyfus een weldaad mag
genoemd worden. Want het moet een
wate pijniging voor den armen man
geweest zijn dag in dag uit de schan
delijkste beschuldigingen en den gi of
sten laster tegen zich te hooren uiten
en stuk voor stuk te vernemen welke
schandelijke machinatiën tegen hem
zijti en worden aangewend om hem
voor den schuldige te doen doorgaan
en zoodoende indruk op den krijgsraad
te maken.
De vrienden van Dreyfus zien in
de weigering van Jouaust een gunstig
tecken voor den afloop van het proces,
daar zij er uit opmaken dat hij het
getuigenis der vreemde officieren niet
meer noodig acht om de onschuld
van Dreyfus in het licht te stellen
anderen, en voor deze opmerking is
zeker ook veel te zeggen, schrijven
zijn weigering toe aan vooringenomen
heid en zij concludeeren daaruit dat
de veroordeeling onherroepelijk is. Het
spreekt echter van zelf, dat het moei
lijk te zeggen is welke overwegingen
Jouaust er toe geleid en of deze wei
gering invloed zal hebben op het
vonnis; wij dienen eenvoudig af te
wachten.
Daar alle getuigen gehoord waren
en de oproeping van nieuwe alzoo
verviel, kreeg de regeeringscommis-
saris Carrière, als vertegenwoordigende
het Openbaar Ministerie, het woord
tot het nemen van zijn requisitoir
Anderhall uur was hij aan het woord,
het was echter een zwak beloog,
waarin men tevergeefs de bewijzen
voor Dreyfus' schuld zoekt. Niette
min concludeerde Carrière dat Dreyfus
schuldig was en vroeg hij toepassing
van art. 76 van den Code Pénal,
waarbij voor een misdaad, als aan
Dreyfus ten laste gelegd, de dood
straf wordt gevraagd. Dit art.
toch luidt:
Al wie met de buitenlandsche mo
gendheden of haar bew indslieden, aan
slagen of verstandhoudingen gesmeed
of belegd zal hebben, teneinde dezel-
ven tot het plegen van vijandelijk
heden of het ondernemen van ooi log
tegen Frankrijk over te halen of in
te wikkelen, ol' om haar de middelen
daartoe te verschaffen, zal met den
dood gestraft worden.
Deze verordening zal plaats grijpen,
in geval zelfs de gezegde aanslagen
of verstandhoudingen door geene
vijandelijkheden gevolgd mochten zijn.
De Engelsche pers is in haar oor
deel over het antwoord van Trans
vaal, verdeeld Morning Post, Daily
Telegraph en Daily News beschouwen
den toestand thans veel hoopvoller.
De Daily Chronicle, die den Boeren
goed gezind is, vindt het antwoord
verzoenender dan men had verwacht.
En ook de ergste vijanden van de
onafhankelijkheid van Transvaal zou
den na zulk een antwoord geen oor
log kunnen verklaren, zegt het blad
In geheel anderen geest schrijven
echter de Jiijgobladen Standard en
Times. Eerstgenoemd blad zegt van
het telegram dat het niet alleen slechts
een onbevredigend stuk is maar tevens
een heleediging van de Engelsche
regeering; had de Transvaalsche re
geering de deur tot een vreedzame
oplossing feitelijk reeds bijna geheel
en al gesloten, zij heeft haar nu nog
verder dicht gedaan. En, vraagt dan
het blad aan de Engelsche regeering
hoe lang zal het aan Transvaal nog
vergund worden om tijd te verkwisten
en Zuid-Afrika in verwarring te hou
den? En ten slotte: Het is wel niet
aangenaam om een ultimatum te
zenden, maar het is duidelijk dat zulk
een maatregel niet lang meer kan
uitblijven.
In denzelfden geest laat de Times
zich uit en het blad verlangt, dat de
regeering in den heden te houden
ministerraad beslist stelling neemt.
Het moet Transvaal nu maar eens
voor goed gezegd worden, dat de
quaestie van Engeland's oppermacht
in geheel Zuid-Afrika geen puilt van
redeneering uitmaakt, en dat Engeland
het getob over de niet lol stand
komende kiesrecht-quaestie moe wordt.
Het blad noodigt dan de regeenng
uit om aan haar eischen de noodige
kracht bij te zetten door zulk een
strijdmacht naar Z.-Afrika tezenden,
welke het den Transvalers duidelijk
maakt, dat weerstandbieden nutte
loos is.
Wij gelooven dat de ministerraad
wel verstandiger zal zijn. Intusschen
blijft de toestand, dit valt niet te
ontkennen, nog altijd ernstig.
Volgens de Morning Post, die het
weer van een Duitsch blad heeft
ontleend, zou onze Koningin aan ko
ningin Victoria een brief hebben
geschreven, verzoekende haar invloed
te willen aanwenden ter voorkoming
van oorlog.
Generaal Forestier- Walker, die ge
neraal Butler als gouverneur-gene
raal van de Kaapkolonie vervangt,
is te Kaapstad aangekomen. De
vrienden van Cecil Rhodes bereidden
hem een geestdriftvolle ontvangst.
Men schrijft uit Ede
In zake de Spoorweg-Mij. de Veluwe
kan worden medegedeeld, dat men
onder Barneveld en Lunteren begonnen
is met het kielspitten.
De voor de baan benoodigde ter
reinen zijn voor 'h gedeelte aange
kocht van de resp. eigenaars, terwijl
wat het overige betreft, de onteige
ningswet in de eerstvolgende zitting
der Tweede Kamer zal worden aan
geboden.
De gemeenteraad heeft den termijn
waarbinnen de aanleg moet zijn be
gonnen, als voorwaarde voor deel
neming in het aandeelen-kapitaal,
welke termijn 1 September jl. was
verstreken, vetlengd, en besloten, dat
de storting van het kapitaal waarvoor
de gemeente deelnam, niet zal ge
schieden dan nadat de aanbesteding
van de helft van de geheele lengte
der aarden baan heeft plaats gehad
en is gegund.
Onweer.
Over een gruot gedeelte van ons
land heeft Woensdagavond een hevig
on weder gewoed, ook in onze pro
vincie was het waar noodweer. Be
richten over het inslaan in onze pro
vinciehebben wij echter niet ontvangen.
Op andere plaatsen is men echter
minder gelukkig geweest.
Te Wijk bij Heusden sloeg de
bliksem in de boerenwoning van de
landbouwster A. Tameris. In een
oogwenk stond alles in lichtelaaie,
zoodat de geheele inboedel met het
huis door het vuur werd vernield.
Niets werd gered.
De landbouwster zelve moest uit
de hi andende woning gedragen worden,
waarhij zij zoodanige brandwonden
bekwam, dat men voor haar leven
vreest. Ook haar zoon werd in het
Naar het En&elsch van
H. H. BOTESEN.
2)
De Noorweger streek met de hand door
het haar, glimlachte schroomvallig en ge
dwongen, en gaf zich moeite er zoo onbe
vangen mogelijk nit te zien, maar zijn hand
trilde, en zijn hart klopte in een verontrustend
snel tempo.
«Schrijf hem in voor Nebraska!» riep met
een schorre jeneverstem een in tabaksrook
gehuld gespierd individu, die den dienst aan
het hek had«daar gaan er immers velen naar
Nebraska?"
Wat mij aangaat, Nebraska!»
Het hek werd geopend; zij, die achter hem
aaiv-wamen, drongen den schroomvalligen rei-
zige'i^-inoruit, en hij, die bij het hek stond,
gaf hem nog een extra duw, zoodat hij op
zijde tegen een schutting vloog, welke den
weg insloot. Ddar ging hij toen zitten, en
zocht zich duidelijk te maken, dat hij zich nu
werkelijk in het land der vrijheid bevond.
Halfdan Bjerk was een lang opgeschoten,
slank jongeling van zeer zwakken lichaams
bouw, met een paar verwonderlijk heldere,
trouwhartige oogen, een glad, frisch, baardeloos
gezicht, en zacht, golvend blond haar, dat hij
zonder scheiding van het voorhoofd achter
waarts gestreken droeg. Mond en kin waren
welgevormd, alleen voor een man wellicht een
weinig te zwak in omtrek. In den toestand
van rust deed de uitdrukking der bevallige ge
laatstrekken aan Correggio's heiligen Johannes
denken. Hij had zijn vaderland verlaten, om
reden dat hij een gloeiend republikein was, en
zich in abstracto overtuigd hield, dat de
menschen, in het algemeen en individueel,
in een republiek gelukkiger dan in een monar
chie leven. En in heerlijke droomen had hij
zich het breede, grootsche, hartverheffende
bestaan voorgesteld, d»t hij zou leiden in een
land, wadr ieder zijns naaste broeder was,
wtidr geen onzinnige traditiën naijverig de
wacht hielden over verjaarde en vermolmde
stelsels en altaren, en nooit, de ijzel van een
vooroordeel op de bloesems eener jonge ziel viel.
Halfdan was het eenige kind zijner ouders
geweest. De vader een gouvernements ambte
naar zonder vermogen, kwam te sterren toen
hij nog een kind was, en de moeder gaf mu
zieklessen en hield kostleerlingen, om voor
haar zoon mogelijk te maken, wat met een
geleerde opvoeding noemt. Op het gymna
sium verheugde Halfdan zich in den naam,
dat hij buitengewoon begaafd was, en toen hij
met zijn achttiende jaar op de universiteit
kwam, voorspelde men hem een schitterende
toekomst. Hij maakte alleraardigste verzen
en bespeelde elk mogelijk instrument met
dezelfde gemakkelijkheid en kunstvaardigheid.
Dientengevolge was hij de lieveling van alle
gezellige kringen. Onder zijne vele talenten
bezat hij toch ook de aangename gave sil
houetten uit te kunnen snijden, teekende de
smaakvolste, meest phantastische arabesken
voor borduurpatronen, schilderde zelfs in olie
verf, zoowel landschappen als portretten. Wat
hij ook ondernam, het ging hem gemakkelijk
en goed van de hand, inderdaad verbazend
goed voor een diletant, en toch niet zoo
goed, dat hij op den titel van kunstenaar
aanspraak zou hebben durven maken. Hij
dacht er trouwens ook volstrekt niet aan, die
aanspraak te doen gelden. Een zijner mede
studenten zeide in een aanval van jaloezie
bij gelegenheid van hem «Toen de natuur
drie genieën gevormd had, een dichter, een
musicus en een schilder, nam zij de overge
blevene restanten, schudde die op goed geluk
door elkander en het resultaat was Halfdan
Bjerk.» Deze heerlijke vermenging van vaar
digheid en uitnemendheid maakte hem, zooals
te begrijpen is, des te aantrekkelijker voor de
dames, die den gelukkigen bezitter op tallooze
theepartijtjes noodigden, wdar zij zijn onver
moeid geduld op den hardsten proef stelden en
hem heldendaden in zijne duizend kunsten
lieten verrichten. Daarvoor noemden zij hem
«verrukkelijk» en «goddelijk» en verheerlijkten
hem met andere enthusiastische bijvoegelijke
naamwoorden, welke men anders zelden met
mannelijke namen in verbinding brengt.
Wordt vervolgd