NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
FEUILLETON.
BUITENLAND.
No. 40.
Zaterdag 19 Mei 1900.
Negen-en-twintigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
BINNENLAND.
Over Boord.
Amersfoortsche Courant
A B O N N E M E N T S P R IJ S
Per 3 maanden f 1.Franco per post door het geheele Rijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukkenin tezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER, Amersfoort.
ADVERTENTIË1V:
Van 16 regels 0.40; iedere regel meer 5 Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend-
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Er is tot nu toe nog geen officiëele
bevestiging gekomen van den val van
Mafeking. Dit kan ook nog niet ver
wacht worden, daar de tijding daarvan
lord Roberts eerst langs een omweg,
via Rhodesia kan bereiken. De laatste
officiëele berichten uit de belegerde
stad dateeren van 7, 8 en 9 Mei,
welke eergister en gister pas bekend
zijn geworden zij hebben dus onge
veer een week noodig om te onzer
kennis te komen. Volgens het Boeren-
telegram zou Baden-Povvell Zondag
morgen hebben gecapituleerd, het is
dus niet aan te nemen dat wij
indien dit bericht juist is vóór
Zaterdag of Zondag de officiëele be
vestiging van Engelsche zijde zullen
hebben.
In Engeland heeft deze tijding wel
veel sensatie gemaakt, doch men
gelooft er vooralsnog niet aan. De
Daily JllatV-correspondent, die haar
in de wereld zond, zelf ook niet. Zijn
telegram luidt in zijn geheel als volgt
Het lijdt geen twijfel dat er Zater
dag te Mafeking wanhopig gevochten
is, maar men gelooft dat het gevecht
is geëindigd ten gunste van de bezet
ting. Alles wat men als betrouwbaar
te weten heeft kunnen komen is het
volgendeDe Boeren vielen Zaterdag
met behulp van hun artillerie, de
stad aan, en zeer spoedig'stond de
Kaffer-locatie in vlammen, enkelen
zeggen door kanonvuur, anderen door
verraad.
Daarna werd van dicht bij gevoch
ten, en te midden van de verwarring
maakten de Boeren zich meester van
de locatie, van welk punt zij kanonnen
op korten afstand op de stad lieten
spelen. Door een handige beweging
slaagde het garnizoen, in weerwil van
zijn verminderde sterkte, erin om de
afdeeling Boeren die de Kaflerlocatie
had genomen, te omsingelen. Er
volgden ernstige gevechten, maar
volgens de laatste berichten schijnt
het dat de Boeren de locatie nog
bezet houden, waarin zij waarschijnlijk
omsingeld zijn. Het schijnt dat de
locatie feitelijk verlaten was, daar de
Kaflers voor het meerendeel waren
weggezonden om den voorraad levens
middelen te sparen.
De waarheid is, denk ik, dat de
autoriteiten te Pretoria, die wisten
van het oprukken van de ontzetco
lonne, aan Snijman bevel gaven, een
poging te doen om de plaats te
bestormen. De aanval werd begonnen
en zoodra de locatie in vlammen stond
werden overwinningsbulletins van
Boeienzijde verspreid om de wankel
moedige burgers aan te moedigen.
Het volgende werd te Lourenzo Mar
ques gisteren (Maandag)avond dooi
de republikemschgezinde partij bekend
gemaakt natuurlijk, voor het mee
rendeel, een kostelijk verzinsel
»Geilurende den aanval van de
burgers op Zaterdag brak er brand
uit in de Kafferstad te Mafeking. Er
werd in de straten gevochten. Baden-
Powell vroeg om een wapenstilstand
en gaf zich Zondagochtend om zeven
uur over."
Dit was vrij omstandig, maar de
Boeren die hier gisteren uit Pretoria
aankwamen, gingen nog verder. Zij
haalden tot stichting van ongeloovige
Engelschen twee ofïiciëeletelegrammen
voor den dag, waarvan er een getee-
kend was .Snijman" en luide: »lk
ben zoo gelukkig geweest om Baden-
Powell met 900 man hedenochtend
gevangen te nemen."
Het lijdt geen twijfel of er is zwaar
gevochten een telegram van den
Portugeeschen consul-generaal aan
den gouverneur-generaal hier beves
tigd dit en dat de Kaflerstad bezet,
is zal weljuistzijn, maar telegrammen
gelijkende op de bovenstaande zijn te
Pretoria ook overLadysmilb openbaar
gemaakt en nog onlangs over Wepener,
kort voor Dalgety ontzet werd.
Deze oflicieele vérhalen bevatten
steeds tegenstrijdigheden in de datums,
en ieder man van gewicht hier be
schouwt ze louter als een wanhopige
poging van den kant van de Boeren-
ambtenaarskliek om de burgers bijeen
te houden.
Van middag gaf de Nederl. Zuid-
Afrikaansche Spoorwegmaatschappij,
die zeer anti-Engelsch is een bericht
uit, behelzende dat een groote af
deeling Boeren door de Engelschen
gevangen genomen was, en in het kort
beschouwt hier iedereen hel zegelied
van de Boeren als den gewonen voor-
looper van een groote Engelsche
overwinning.
Hieruit blijkt wel niet absoluut, dat
het feit van de overgave onwaar is,
maar toch geeft de inhoud van het
telegram wel aanleiding tot eenigen
twijfel. Evenwel dient men tevens in
het oog te houden dat de beruchte
correspondent, Monypenny, na het
voortdurend succes der Engelschen in
den laatsten tijd, in zijn grenzenloos
optimisme en minachting voor de
Boeren misschien wei wat ver gaat.
Hij «denkt" maar dat het zoo en
zoo geweest is en vertrouwt de als
officieel opgegeven telegrammen niet.
Hoe het zij, laten we nadere tijding
afwachten en zien, wie er gelijk heeft.
Lang kan zij niet meer uitblijven.
Een telegram van -15 Mei ook uit
Lourenzo-Marques en wel uit officiëele
Portugeesche bron, staat er uitdruk
kelijk bij, schijnt de opvatting van
Monypenny te bevestigen, want daarin
wordt geineld, dat de Boeren met
zwaar verlies teruggeslagen zijn. Dit
kan echter zeer goed doelen op het
gevecht van Zaterdag, waarbij zij 7
doodeti en 7 gewonden kregen. Uit
sluitsel geeft dus ook deze depêche
niet.
Generaal Bulier seinde gister dat
hij den vorigen dag Glencoe had be
zet. De Transvalers, luidt zijn tele
gram verder, hebben nu den Biggars-
berg ontruimd. De Vrijstaters op den
Drakensberg zijn zeer in aantal ver
minderd. De commando's van Caro
lina, Lydenburg en Pretoria trokken
13 en 14 Mei weg, ten Noorden van
Mitikulu. Elf stukken geschut wer
den te Glencoe in den trein geladen.
De laatste trein, met de ambu
lance, vertrok den 15<n uit Glencoe,
bij liet aanbreken van den dag.
De treinen loopen nu tot het sta
tion Wesselsnek.
Hieruit volgt dus dat ook deze
stelling door de Boeren zonder tegen
stand te bieden, is ontruimd. De be
zetting door de Boeren van het Noor
delijke deel van Natal diende alleen
om Bulier zoo lang mogelijk vast te
houden en vóór alles te vei hinderen
dat hij door de Drakensborgen via
Harrismith de Vrijstaters in den rug
viel. Deze zorg bestaat nu niet meer,
wijl de Vrijstaat zoo goed als door
de Boeren is verlaten.
De Transvalers kunnen dus nu veilig
op den Langnekpas terugtrekken, die
zij met een kleine macht kunnen ver
dedigen, zoodat de vrijkomende man
schappen naar de Vaal kunnen gaan.
De meeste Engelsche bladen zijn van
meening dat Bulier den Langnekpas
niet zal forceeren, maar na daarvoor
een sterken post te hebben achter
gelaten, naar Ladysmith zal terug-
keeren, om door den Van Reenen's
pas den Vrijstaat in te trekken en
zich met lord Roberts te vereeriigen.
De heer Van Wyck, burge
meester van New-York heeft gister
de Boerendeputatie officieel op het
stadhuis ontvangen, dat stampvol
belangstellenden was. Hij verzekerde
den gedelegeerden, dat zij een harte
lijk welkom zouden ontvangen van
een vrijheidlievend volk. De afgezan
ten hielden vervolgens toespraken,
waarin zij vroegen om de sympathie
der Amerikanen. Wessels zeide: wij
vragen u niet om voor ons te vechten,
maar wij vragen u om tot Engeland
te zeggenhoud op en denk na.
De leider van het driemanschap,
de heer Fischer, heeft te New-York
krachtig geprotesteerd tegen de jong
ste Engelsche telegrammen uit Zuid-
Afrika, vooral tegen het bericht dat
Steijn met zijn zweep op ongehoorzame
burgers ingeslagen zou hebben.
Fischer verzekerde nadrukkelijk dat
de Boeren zich nooit zullen onder
werpen, al worden zij verslagen. Van
Hoeven, de voorzitter der Amerikaan-
sche commissie van ontvangst, heett
daarop geantwoordHoewel rijke
bewoners van New-York, die hun
dochters wegschenken aan Engelsche
edelen, tegen u zijn, is het volk der
Unie vóór u.
Officeel is thans bekend gewor-
dat H.H. M.M. de Koninginnen den
14 Juni a s. te Haarlem zullen komen
om de plechtige onthulling bij te wo
nen van het Frans Haismori'jmep.L
H.H. M.M. zullen ongeveer l'Auur
aankomen en regelrecht naar het
monument doorrijden, waar Zij tot
2'/» uur zullen blijven. Vervolgens
wordt een rijtoer door de stad ge
maakt langs de Dreef zullen ver
schillende commissies zijn opgesteld.
Omstreeks drie uur zullen de ko
ninklijke bezoeksters op de Groote
Markt aankomen en op het bordes van
het stadhuis tot 3'lt uur het défilé
gadeslaan, waarna Zij zich naar binnen
zullen begeven om ververschingen te
gebruiken. Ten slotte zullen 11.11 M.M.
zich om 4 uur naar de Groote Kerk
begeven, om het feestconcert bij te
wonen. Tegen vijf uur vertrekken de
koninklijke bezoeksters.
De Koninginnen in het Buitenland.
Naar het Berl. Tagebl. meedeelt,
logeeren HH MM. de Koninginnen
te Scharzburg in het hotel Zum
Weissen Ilirsch, waarvan zij rnet haar
gevolg, dat 21 personen telt, den ge-
heelen rechtervleugel van het hotel,
drie verdiepingen innemen.
's Morgens houdt zich H. M. met
de behandeling der Staatsstukken
bezig, die driemaal per dag uit den
Haag te Schwarzburg aankomen
EWALD AUG. KöMG.
15)
De sneltrein vertrekt om acht uur van hier,
daarmeê zal ik de reis maken."
«Kun je niet wachten tot morgen vroeg?"
vroeg Marie, die door die haast onthutst was.
«In de nacht te reizen
«Daar geef ik niets om," ging hij voort, ter
wijl hij de kantoorboeken in de kast droeg en
de papieren op zijn lessenaar in orde bracht. «Ik
zal de noodige beschikkingen voor den dunr
mijner afwezigheid schriftelijk achterlaten, elk
uur vertraging verhoogt het gevaar en ener
giek optreden is hier dringend noodig."
Hij verzocht na deze woorden Marie door een
wenk, hem te verlaten, en het meisje voldeed
aan het verzoek, om er voor te' zorgen, dat hij
vóór zijn vertrek nog zijn avondeten kon ge
bruiken.
Op hetzelfde nur, dat Marie met haar vriendin
over de wenschen en verwachtingen van Herhert
sprak, zat Doctor Hackert in zijn kantoor en
bestudeerde een lijvig aktestuk. Hij was alleen,
de klerken werkten op het oogenhlik niethij
hield er van, in dezen stilte van den Zondag
over moeielij ke processen van zijne cliënten na te
denken.
Hij voDd het onaangenaam, als hij in dat
nadenken door het bezoek van een cliënt werd
gestoord; hij keek ook ditmaal met een on-
vriendelijken blik van de akten op, toen de hem
geheel onbekende Baron von Lichtenstein
binnentrad.
«Ik vraag u duizendmaal verschooning als
ik u stoor," nam de Baron het woord«mijn
naam is Eduard von Lichtenstein
«Zeer welkom," viel de Advocaat hem snel
in de rede, terwijl hij hem uitnoodigde op een
stoel plaats te nemen; mijn aanstaande zwager
heeft uw naam zoo dikwijls genoemd, dat ik sinds
geruimen tijd het verlangen koesterde, u per
soonlijk te leeren kennen. Gij waart er bij tegen
woordig toen mijn arme vriend verongelukte;
Herbert beroept zich op uw getuigenis; het zou
mij aangenaam zijn, zoo gij dat, wat mij nog
duister voorkomt, kondt ophelderen."
«En welke punten betreft dat?" vroeg de
Baron.
«Het is me onbegrijpelijk, dat de veronge
lukte over de verschansing kon vallen."
«Hm, dat heb ik me ook niet kunnen ver
klaren, maar de matrozen, wier oordeel ik vroeg,
beweren, dat dat volstrekt niet onmogelijk is.
Wanneer overigens de Heer Schneider beweert,
dat ik bij het ongeval tegenwoordig ben gewéest,
dan is dat toch een dwaling, ik kwam eerst,
toen de booten nedergelaten werden, en in de
duisternis was de toedracht der zaak niet
oogenblikkelijk vast te stellen."
«Gij hebt mijn vriend gekend?"
«Zeker, en dat niet alleen, ik heb hem ook
gadegeslagen. Wat Mijnheer Schneider mij later
omtrent zijne verhouding tot zijn broeder
mededeelde, kon ik met de resultaten van mijne
eigene waarnemingen niet goed in overeenstem
ming. brengen
«Ah, dat is het wat ik weten wilde!» zeide
de Doctor snel. «Die verhouding was in werke
lijkheid zeker niet zoo intiem en vriendschap
pelijk, als hij beweert?»
Volstrekt niet, de beide compagnons spraken
zelden met elkander, en zoo zij het al deden,
dan geschiedde het op een hoogst opgewonden
wijze. Ik merkte terstond op, dat zij op een
gespannen voet met elkander stonden, eD juist
daarom bevreemdde mij later het .streven van
Schneider, om de zaak in een ander licht te
plaatsen.
De Advocaat knikte toestemmenddonkere
schaduwen omwolkten zijn voorhoofd,
De mededeelingen van Herbert over de ge
brekkige boekhouding van Rudolf en den slech
ten toestand der zaak vertoonden zich aan Doctor
Hackert thans in een geheel ander licht, het
vermoeden rees bij hem op, dat Herbert zelf,
de zaak geruïneerd en den rechtmatigen toorn
van zijn broeder op zich geladen had.
«Zijn onze familie relatiën ubekendvroeg
Doctor Hackert.
«Mijnheer Schneider heeft me er van op de
hoogte gebracht, zonder dat ik hem daartoe
uitlokte."
«Zeide hij u ook, dat de gespannen verhouding
reeds vóór deze gemeenschappelijke reis bestaan
heeft?"
«Integendeel, hij beweerde, dat de vrede in
de familie nooit was verstoord geworden. Ik
zou aan de waarheid van deze en alle overige
beweringen niet getwijfeld hebben, indien ik
uit den mond van den verongelukte niet een
scherp woord had opgevangen. Het was den
avond vóór dien noodlottigen nacht, ik zat op
het dek, de beide heeren liepen langs me en
zeer duidelijk hoorde ik het woord «schurk
dat uw vriend zijn compagnon in de hevigste
opgewondenheid in het gezicht slingerde. De
compagnon haalde de schouders op en zweeg,
maar er lag iets in zijn gelaat, dat mij niet
beviel."
Wordt vervolgd.