NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
¥§or de Provincie Utrecht.
FEUILLETON.
No. 75.
Woensdag 19 September 1900.
Negen-en-twintigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
Nienwe Duizenfl-en-één-Naclit-yerlialen.
DE ZELF-MOORD-CLUB.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Rijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken in tezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER, Amersfoort.
AD VERTENTIËN:
Van 16 regels f 0.40; iedere regel meer 5 Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
In onafgebroken rij komen thans
ongunstige berichten voor de Boeren
uit Zuid Afrika. Met de inneming van
Barberton waar French de daar nog
gevangen Engolscbe officieren en man
schappen beeft bevrijd, schijnen de
Boeren weer door een paniek bevangen
te zijn. Mag men de Engelsche be
richtgevers gelooven dan is het verzet
der Boeren nu volkomen ontwricht,
ook al mede een gevolg van «Kruger's
vlucht." Te Nelspruit en Krokodilpoort
werden de Boeren volgens den cor
respondent der Daily Telegraph op
roerig, zij plunderden de winkels en
weigerden verder te vechten. Ben
Viljoen, die lijdelijk het opperbevel
in de plaats van Botha heeft op zich
genomen, poogde te vergeefs hen te
verzamelen. Ten slotte slaagde presi
dent Steijn er riïet moeite in de orde
te herstellen. Pole-Carow rukt nu van
Nooitgedacht naar Nelspruit op.
Bij de volgelingen van generaal
Botha die in het district Lijdenburg
aan Buller het hoofd hebben geboden,
zit de schrik er ook in. Vooral de
uitwerking der lyddietbommen op de
rotsen moet daarvan de oorzaak zijn,
die tweemaal zoo groot is dan toen
de bommen in zachten grond vielen,
zoodat de Boeren nooit lang stand
hielden. Ook French is, na eerst vrij
hardnekkigen tegenstand ontmoet te
hebben, bijna zonder verder verzet
de Moodiesberg overgetrokken.
Pole-Carew bezette Waterval-Onder,
een van nature sterke stelling, die
naar de correspondent der Daily Te
legraph mededeelde, nietomgetrokken
kon worden en die door 1000 goede
schutters kon worden verdedigd tegen
een overmacht van 50.000 man; zij
werd zonder verzet ontruimd. Daarna
trok Pole-Carew door een eng dal
zonder dat men van deze gunstige
gelegenheid gebruik maakte om hem
hier tegen te houden. Verder was de
aftocht der Boeren op verschillende
plaalsen zoo haastig, dat zij aanmer
kelijke hoeveelheden ammunitie in
den steek lieten en zich groote voor
raden proviand en vee lieten ontnemen.
Zij wierpen zelfs kanonnen en wagens
in den afgrond om te voorkomen dat
deze in handen der Engelschen vielen.
Als dit alles waar is, kunnen wij
wel niet anders concludeeren dan dat
de Boeren inderdaad ontmoedigd zijn
of dat er oneenigheid heerscht tusscben
de aanvoerders. In elk geval hebben
zij in den laatsten tijd in het Oosten
ongelukkig gevochten.
Van het andere oorlogsterrein ver
nemen we weer zoo goed als niets.
Dat de Boeren onder De Wet, Theron,
aan wiens dood men te Pretoria blijft
twijfelen, en De la Rey, die nu ook
weer uit den doode is herrezen, stil
gezeten hebben, is niet aan to nemen,
waar Roberts verleden week nog
seinde, dat er geen dag of nacht
voorbij ging zonder dat er aanslagen
op den spoorweg werden gepleegd.
Juist nu het grootste deel der En
gelsche troepen in 't Oosten zich be
vindt, is de gelegenheid voor De Wet
en Theron veel te schoon om er geen
gebruik van te maken. Het spreekt
echter wel vanzelf, dat ophetoogen-
blik berichten omtrent kleine neder
lagen niet mogen worden doorgelaten
om den indruk van het succes in het
Oosten van Transvaal niet te verzwak
ken. Meermalen is deze taktiek door
de Engelschen reeds toegepast en dat
dit ook nu het geval is kan blijken
uit het feit, dat eerst nu uitCradock
het bericht komt dat het Engelsche
garnizoen van Schweizerrenecke, ten
N. W. van Bloemhof (in 't Zuid-Wes
ten van Transvaal) reeds een 14 dagen
door de Boeren omsingeld is. Er
wordt verder bij gemeld, dat het gar
nizoen zich sterk verschanst heeft en
voldoende van leeftocht voorzien is.
Uit Vrijburg is een ontzetcolonne naar
de belegerde plaats op weg.
Niet onwaarschijnlijk zullen wij inde
eerstvolgende dagen wel van meer
dergelijke voor Engeland ongunstige
berichten hooren.
Om weer naar 't Oosten van Trans
vaal terug te keeren, de Boeren schijnen
zich van Nelspruit te hebben terug
getrokken op llectorspruit aan den
Delagoabaai spoorweg. Zij vernielden
op dezen tocht de spoorwegbrug bij
Krokodilpoort en verbrandden 300
spoorwegwagens terwijl zij mede de
brug bij Kaaprnuiden in de lucht deden
vliegen, liet is nauwelijks aan te nemen
dat zij den spoorweg naar Delagoa
baai nog lang zullen kunnen verde
digen; om hun aftocht te dekken,
zullen zij, willen ze niet door Bailer's
troepen worden afgesneden, langs de
Portugeesche grens noordwaarts moe
ten trekken naar het Lijdenburgsche
en Zoutpansbergsche. Voor zoover wij
af kunnen gaan op de Engelsche be
richten, staan de zaken der Boeren,
in het Oosten althans, alles behalve
fraai.
STATEN-GENERAAL.
Vereenigde zitting dei-
Eerste en Tweede Kanier.
Zaterdagmiddag werd in vereenigde
zitting der beide Kamers uit naam
van H. M. de Koningin, het zittings
jaar 1899/1900 gesloten.
Nadat de minister vanbinnenland-
sche zaken de heer Borgesius, door
een door den voorzitter, den lieer van
Naamen van Eemnes benoemde com
missie bestaande uit de heeren Van
Boneval Faure, Kolkman, Goekoop,
Laan, Kerdijk en Krap was binnen
geleid, sprak hij de volgende uitslui
tingsrede uit.
Mgne heeren!
«Voldoende aan de opdracht van de
Koningin, betuig ik u HarerMajesteits
dank voor de behartiging van 's lands
belangen gedurende dit zittingsjaar,
waarin eenige belangrijke wetten zijn
tot stand gekomen en de beslissing
over velerlei gewichtige onderwerpen
werd voorbereid.
Uwe medewerking werd verleend
tot goedkeuring van dein deVredes-
conterente te 's Gravenhage gesloten
overeenkomsten voor de vreedzame
beslechting van internationale geschil
len, voor de toepassing op den zee
oorlog van de beginselen vandecon-
ventie van Genève en betredende de
wetten en gebruiken van den oorlog
te land. Ook mocht een verdrag van
handel en Scheepvaart tusschen Ne
derland en Rumenië uwe goedkeuring
verwerven.
Een wet op den leerplicht kwam
tot stand. Sommige bepalingen der
wet tot regeling van het hooger onder
wijs betrekking hebbende op de toe
lating tot universitaire examens wer
den gewijzigd, terwijl tevens een
doctoraat in het hedendaagsch Ro-
meinsch-Hollandsch recht in de wet
werd opgenomen.
De wettelijke bepalingen tot voor
koming van bedrog in den boterhandel
zijn uitgebreid en verscherpt.
De wet tot afschaffing der rijkstollen
op vaarten en wegen trad op 1 Mei
II., tegelijk met het verhoogde zegel
recht op effecten, in werking.
Ter tegemoetkoming aan eenige
bezwaren, waartoe do wet op de per-
soneeie belasting aanleiding gaf, is deze
wet op enkele punten herzien en de
daaraan toegevoegde tabel gewijzigd.
De noodige gelden ter verdere
aanschaffing van draagbare vuurwa
penen werden bij de wet toegestaan.
De dienst en het gebruik van spoor
wegen, waarop uitsluitend met be
perkte snelheid wordt vervoerd, wer
den wettelijk geregeld. Verscheidene
wetten tot toekenning van rentelooze
voorschotten ten behoeve van den
aanleg van stoomtramwegen in ver
schillende deelen des rijks, mochten
uwe goedkeuring verwerven.
Wetten strekkende tot opheffing
van vrijhavens en tot heffing van
uitvoerrecht van boscbproducten in
de buitenbezittingen van Neder-
landsch-Indië kwamen met uwe me
dewerking tot stand. De aanleg van
een drinkwaterleiding voor Soerabaya
werd bij de wet voor rekening van
den Staat gebracht.
In naam der Koningin en daartoe
door Haar gemachtigd, verklaar ik
deze zitting van de Staten-Generaal
te zijn gesloten."
De minister werd hierop uitgeleiden
gedaan.
De Oranje-Zon, die, waar de
Koningin zich officieel in het publiek
vertoont, haar gulden stralen als een
aureool vlecht om het jeugdige vrien
delijke gelaat onzer aanminnige vorstin,
maakte het de tienduizenden die gis
teren in de stralen der residentie den
stoet afwachten, waarmede de Koningin
zicli naar het Binnenhof begaf ter
opening der zitting van de Staten-
Generaal tamelijk lastig.
Drukkend heet was het ook in de
vierkante Troonzaal waar de tribunes
overladen waren bijna van dames en
heeren, de gelukkigen die een plaats
hadden weten te winnen of te koopen.
In de gereserveerde loges de dames
en heeren van de diplomatie en enkele
andere bevoorrechten.
De opkomst van de Kamerleden
was groot, en tusschen de schitterende
uniformen werden dr. Schaepman en
dr. Nolens in het geestelijk gewaad,
de heeren Heldt, Ketelaar, Nolting,
Klerk en Marchand in rok opgemerkt.
Alle Ministers, leden van den Raad
van State en andere door het program
aangewezenen namen plaats en kwart
over een gingen de vleugeldeuren
open en stapten mei deftigen tred de
hooge hofwaardigheidsbekleeders bin
nen, als voorboden van de Koningin.
Hare Majesteit was in een crème
satijnen kleed, waarover het lint van
grootmeesteres der Orde van den
Nederl. Leeuw, en droeg een hoedje
met witte veer. H. M. de Koningin-
Moeder droeg een lilakleed met wit
kanten overkleed. Bij het binnentreden
groetten de Vorstinnen links en rechts
de eerbiedig opgerezen Kamerleden.
Hare Majesteit neemt plaats op de
DOOR
ROBERT LOUIS STEVENSON.
Geschiedenis van den jongen man met de
roomtaartjes.
7)
a Wèl moogt ge zeggen dat ge in het duister
verkeert," antwoordde Malthus met meer animo.
Mijn waarde heer, deze club is de tempel der
bedwelming. Als mijne verzwakte gezondheid
de opwinding menigvuldiger kon doorstaan,
geloof me, ik zou bier vaker komen. Het ver-
eisebt al mijn plichtsgevoel, geboren uit een
langdurige gewoonte van ziekzijn en een nauw
gezet dieet, om mij op dit gebied, voor on
matigheid te behoeden, hetwelk mijn laatste
uitspatting is. Ik heb ze allen geprobeerd, mijn-
heer," ging bij voort, zijne band op Geraldine's
arm leggend, «allen zonder uitzondering en ik
verklaar u, op mijn eerewoord, dat er niet een
is die kolossaal overschat is. De menscben
bazelen over liefde, doch ik ontken dat liefde,
een sterke hartstocht is. Vrees is dè sterke
hartstocht; met vrees moet ge spelen, als ge
de intense vreugde van te leven wilt smaken.
Benijd me benijd mij, mijnheer," voegde hij
er onderdrukt lachend bij, ik ben een lafaard!"
Geraldine kon ternauwernood een gebaar van
afgrijzen voor deze ellendige, onderdrukken;
maar bij bebeersebte zich met moeite en ging
met zijn onderzoek voort.
«Hoe wordt de opwinding zoo kunstig levendig
gehouden, mijnbeer?" vroeg bij, en waar is er
eenig element van onzekerheid?"
Ik zal u mededeelen boe het slachtoffer voor
iederen avond uitgekozen wordt," antwoordde
Malthus; «en niet alleen bet slachtoffer, maar
een ander lid die bet werktuig moet zijn voor
de club, en de Hoogepriester voor die gele
genheid."
«Goede God!" zeidede Colonel, «vermoorden
zij dan elkander?"
«Het lastige van zelfmoord wordt bierdoor
weggenomen," antwoordde Malthus knikkend.
«Gerechte Hemel!" riep de Colonel uit, «en
is bet dus mogelijk dat gij dat ik dat
de -mijn vriend, bedoel ik of een van ons
allen dezen avond op zal moeten treden als de
moordenaar van een anders lichaam en onsterfe-
lijken geest? Kunnen zulke dingen mogelijk
zijn bij menscben van vrouwen geboren! Oh,
't is ontzettend."
Hij was op 't punt op te staan, met afgrij
zen vervuld, toen bij den toornigen blik van
den prins op zich gevestigd zag. En oogen-
blikkelijk bebeersebte Geraldine zich.
«Doch alles welbeschouwd, waarom ook niet?
En daar u zegt dat bet spel interessant is,
vogue la galère ik volg de Club!"
De beer Malthus bad in stilte genoten van
des Colonel's verbazing en afgrijzen.
Hij bezat de ijdelheid der verdorvenheid
en bet deed hem genoegen een ander uiting
te zien geven aan eene edelmoedige opwelling,
terwijl bij zich, in zijne volkomene verdorven-
beid boven dergelijke emoties verbeven achtte.
«Gij zijt nu, na uw eerste verbazing," zeide
bij, »in staat al de heerlijkheden van onze
vereeniging te appreeieeren. Gij kunt zien
boe bet de opwinding van bet spel, van een
duel en een Romeinscb ampbiteater, in zich
vereenigt. De Heidenen wisten wel wat goed
was, en ik bewonder de verfijnheid van bunnen
geest, maar voor een Christelijke natie was
het weggelegd dit uiterste te bereiken deze
guintensence, dit absoluut piquante. Ge zult
kunnen begrijpen boe bol alle andere vermaken
moeten zijn voor een' man die hierin smaak
gekregen beeft. Het spel dat wij spelen,"
ging bij voort, "is buitengewoon eenvoudig.
Een vol spel doch ik zie dat ge op 't punt
zijt bet met uwe eigen oogen te zien. Mag
ik zoo vrij zijn op uwen arm te steunen?
Helaas ben ik gedeeltelijk lam.n
En bet was zooals bij zeide. Juist toen de
heer Malthus zijne beschrijving zou beginnen,
ging er een porte-brisée open en de geheele
club begon, niet zonder baast, naar de aan
grenzende kamer te gaan. Zij was in ieder
opzicht gelijk aan de andere, alleen een weinig
anders gemeubileerd. Het centrum werd inge
nomen door een lange groene tafel, waaraan
de President zat, een spel kaarten met groote
zorg mêleerend. Niettegenstaande zijne stok
en de hulp van den Colonel's arm liep de beer
Malthus zoo moeilijk dat alle anderen reeds
gezeten waren vóór zij en de Prins die op
bun gewacht had bet vertrek binnentraden,
en zoodoende nam bet drietal dicht naast
elkander plaats aan bet benedeneinde der tafel.
"Het is een spel van twee en vijftig kaarten,»
fluisterde de beer Malthus. »Let op de schop
penaas, die bet teeken des doods is, en de
klaveraas, die den persoon aanwijst die bet
slachtoffer dooden moet. Gelukkige, gelukkige
jonge man!« voegde bij er bij. "Gij hebt
goede oogen en kunt bet spel volgen. Helaas
ik kan geen aas van een boer onderscheiden
bier vandaan.» En bij zette een tweede bril op.
»Ik moet tenminste hunne gezichten kun
nen gadeslaan," legde bij uit.
De Colonel vertelde snel zijn vriend alles