NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. FEUILLETON. No. 57. Zaterdag 18 Juli 1903. Twee-en-dertigste jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. Bj dit nimmer Mirt een Bijvoegsel BUITENLAND. BINNENLAND. Tante Mritji oj iliipwp. Amersfoort sclie Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden f 1.Franco per post door het geheele Rijk Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. Bureau: Langestraat 11. Tclephooniio. 69. ADVERTENTIËN: Van 16 regels f 0.50; iedere regel meer 7'/, Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte Botha's ineening over Zuid-Afrika. Generaal Louis Botha heeft een schrijven openbaar gemaakt, waarvan de »Times" melding maakt en dat een eigenaardig licht werpt op den toestand in Zuid-Afrika. nadat de heer John Buil er de zegeningen van zijn nobel en wijs bestier over heeft gaan verspreiden. Chamberlain's bezoek, zegt Botha, heeft absoluut geen nut gehad. De Engelsche minister van Koloniën heeft zijne inlichtingen geput uit bronnen, «waarvan 't maar beter is niet te spreken"De hooge heeren der mijnondernemingen, zegt Botha voorts, kunnen nu de lakens uitdeelen. En heel de houding door het Engelsche bewind aangenomen, was voortreffelijk geschikt om de Boeren te stijven in hun afkeer van de «rooineks" en wat met hen verband of vriendschap houdt Deze politiek is 't geweest, welke hunne voorouders heelt verjaagd uit de Kaapstreken en die zooveel jam mer en ollende over Zuid-Afrika heeft gebracht. Door wantrouwen en vrees werd de nieuwe regeering geleid zegt Louis Botha en daardoor wordt de haat opgewekt van allen in Zuid- Afrika, die voor de Engelsche vlag hebben te bukken. Heftig en bitter is dan ook nu de ontstemming in Transvaal. Engelschen beklagen zich nog harder dan HollandersMaar «agitatie" is er daarom niet. Men wil voor het oogenbhk slechts op bouwen, herstellen, wat door de jam meren van den krijg vernield is! «Niets is meer treffend" zegt Louis Botha, «en niets geeft mij meer hoop voor de toekomst dan de geestkracht, welke alom aan den dag wordt gelegd bij het verrichten van dezen groot- schen arbeid." De Pruisische minister voor het verkeerswezen, de heer Budde, heeft dezer dagen een maatregel genomen, die de hartelijkste toejuiching verdient Hij heeft nl den stationrestateurs aan geschreven dat ze zoowel in de wacht kamers als op de perrons langs de treinen goedkoope, niet-alcoholische dranken, mitsgaders goede, versche vruchten in voorraad moeten hebben. Zoo moet overal Selters voorradig zijn k 3 cents per glas (uit syphons) en 6 cent per flesch. Limonade en kwast mag niet meer dan 6 cent per1/» liter kosten en spuitwater hoogstens 6 cent per 'Aliter. Zooveel mogelijk moeten deze dranken benevens vruch ten langs alle treinen te koop worden geboden, in elk geval langs alle snel treinen. Dit geldt voor alle stations, groote en kleine. Verder mogen de dranken niet te koud zijn, omdat dit nadeelig is voor de gezondheid, in geen geval onder 10°C. Vervolgens heeft de minister be paald dat alle eet- en drinkwaren, die in de buffetten of op de perron- wagens zijn geplaatst, van duidelijk zichtbare prijzen moeten zijn voorzien. Overal moeten daartoe kleine bortjes van porselein of emaille geplaatst worden, zoodat ieder direct kan zien wat hij te betalen heeft en het pu bliek zoodoende snel geholpen kan worden. Dat zijn inderdaad degelijke en practische maatregelen, die het rei zend publiek ongetwijfeld zeer op prijs zal stellen en waarvan eveneens de drankbestrijders pleizier zullen hebben. Welicht wekken ze ook an dere spoorwegbestuurders tot navol ging!(H bl.) Afschaffing van de Staatsloterij Naar aanleiding van het ingediende wetsontwerp, tot afschaffing der Staats loterij, schrijft bet «Dagblad van Noord- Brabant" De Staatsloterij, ofschoon op zich zelf een kwaad, voorkomt toch, dat de speelzucht van het volk bevrediging gaat zoeken in allerlei roekelooze eri gevaarlijke zwendelloterijen. Als zoo danig, dat is als een minder kwaad, hetwelk grooter kwaad tegenhoudt, kan de Staatsloterij betrekkelijk goed worden genoemd. De Regeering wil de speelzucht tegengaan. Zij zal duszwemdelloterijen, hazardspelen, wedstrijden enz. bestrij den. Maar dat meent de Regeering niet te kunnen, zoolang zijzeive gelegen heid tot spelen geeft. De Regeering wil het kwaad der speelzucht keeren. Maar zij acht er zich niet toe gerechtigd, zoolang zij zelf dat kwaad bevordert. Dit zou zoo zijn zoo de Regeering door instandhouding der Staatsloterij een volstrekt kwaad bevorderde. Maar omdat de Staatsloterij grooter kwaad tegenhoudt, en daarom een betrekke lijk goed is geworden, bevordert de Regeering, door instandhouding harer loterij, niet een volstrekt kwaad, doch een betrekkelijk goed, en kan dus zij gerust aan het afschaffen van aller lei kwaad beginnen, zonder zich er over te schamen, dat zij het betrek- lelijk goed, de Staatsloterij, in stand houdt. We zijn overtuigd, dat men de af schaffing der Staatsloterij de lust om te spelen bij het volk niet zal ver minderen. De speelzucht kon worden uitgeroeid alleen door eenige verbods bepalingen van den Staat. Men make zich toch geen illusies. De speelzucht zal blijven en na eventueele afschafliing der Staatslo terij een verkeerde richting inslaan. Waartoe toch dat gevaar tot ons ge roepen Wijl de Staatsloterij een kwaad is en zoodanig niet door den Staat mag worden bevorderd? Wij meenen aangetoond te hebben, dat deze reden geen grond heeft. Waarom dan? Wijl de Staat uit de speelzucht geen winst mag trekken. Wte dit meenen, mogen aansturen op afschaffing der winsten, welke door de Staatsloterij worden opgeleverd,niet op het vernietigen der geheele loterij. In geen geval zien wij reden tot algeheele afschaffiing der Staatsloterij Naar aanleiding van de stelling, o. a. door den Tijd verdedigd, dat hazard spel op zichzelf onschadelijk is, schrijft de Standaard: We kennen ten opzichte van de loterij de leer der Roomsche Kerk zeer wel. Ze wordt dan beschouwd als een contract, waarop eenige personen zekere som gelds saam brengen en nu door het lot bepalen, wie uit deze som veel, wie weinig, wie niets er langen zal. En het is volkomen juist dat de Roomsche moralisten eenparig verklaren, dat in de loterij, zóó ver staan, niets kwaads is gelegen, indien de bedingen van het contract eerlijk worden nagekomen. Toch merken moralisten hierbij op, dat ook zulk een loterij onderworpen is aan algemeene voorwaarden van zedelijkheid, en noemen daaronder, dat men geen geld alzoo wagen mag, dat noodig is voor zijn gezin, of voor de armen, alsook dat geen geldzucht of aandrift van hebzucht ons daarbij bewegen mag. Doch al stellen ze dit alzoo theorisch, toch mag niet voorbij gezion, dat practisch ook de Roomsche moralisten 't loterijspel verre van genegen zijn. Zoo sluit bijv. Bourier in zijn Instit. Teologicae VI p. 355, zijn beschouwing over de loterij met deze opmeikelijk woorden: «Laat daarom de biecht vaders en de pastoor er toch hun best voor doen, om de geloovigen van zulk loterijspel en van andere hazardspelen met allen ernst af te hou den. Ze zijn een bron van ontzettend veel kwaad. Een regeering, die gelijken toeleg verraadt, kan daarom kwalijk van de zijde der Roomsche moralisten be strijding ondervinden. hliceerd worden uit roepen, Och mensch, go- looit dat niet, die attesten zijn (verzonnen, maar wij kunnen hier dus denkende personen de treffendste bewijzen geven van het tegendeel. Vooreenigen tijd geleden bekwam de Heer A. v. Tuyll drogist in de Paleisstraat te Amsterdam het bezoek van Mcj. M. E. Wolff, 103, Nic. Beets straat te etage te Amsterdam en kwam uit eigene beweging het volgende mededeelen RECLAMES. Uit eigen beweging. Er zijn, zulks weten wij maar zeer te goed, vele personen die bij het lezen en herlezen der artikelen die dagelijks in de dagbladen gepu- Mej. WOLFF volgens protret. Vanaf mijn kinder im-en ben ik vreeselijk lijdende geweest aan de maag, zoo dat ik in 't geheel niets kon .yerdragen, wat ik er ook voor in nam, het bahttc mij niet en zoo bleef ik mijn leven voort slepen tot dat op zekeren dag mijn' echtg'ènoot een tretTend artikel in de courant las omtrent de genezing van een persoon' die aan de zelfde kwaal lijdende was geweest als ik, en die thans, na op geregelde wijze net gebruik van de Pink Pillen gevolgd te hebben, genezen was. Komaan, zeide myn man, uiten wij dit ook eensprobeeren, ze hebben andere; genezen, waarom zouden zij bij U ook niet diim gunsligen invloed uitoefenen. En waar lijk ons( vertrouwen, zoo verklaarde zij aan den Heer van' TuyUfVerd niel lot wankelen gebracht, want eenigë dagen later '.bekwam ik een eetlust en haakte dat het etensujir aanbrak. De spijs vertering werd geregeld 'en gemakkelijk en ik gevoel mij sterk een gamond, het zwaarste eten kan ik thans verdragen en ik verzoek U myn hartelyken dank aan deU uitvinder van dat heil- me en reddende middel over te brengen. Zoo ziet gij waarde lezers en lezeressen dal de verloste personen uit 'eigene beweging hun dank komen uiten. Zoo-er dan nog twijfelaars mochten bestaan dat zie Fl tot Mej. Wolff wenden en gaarne zal zij bereid «tijn bovenstaande ver- klaring mondeling of schriftelijk te bevestigen. Niet alleen genezen dmPink Pillen maag ziekle of slechte spijsvertering,- maar zij zijn de.dler- nieuwer van het bloea^bij uitnemendheid en zullen aan personen lijdende aan bloedarmoede, bleekzucht, algemeene zwakte, lastige'vorming der jonge meisjes enz. eelje heilzamoüitwerking hebben. Prijs f 1.75 de doos; f9."per6 doozen. Ver krijgbaar bij Snabilië, Steiger, 27, Rotterdam, hoofddepothouder voor Nederland en Apotheken. Franco toezending tegen postwissel. Ook echt verkrijgbaar voor Amersfoort en omstreken bij A. VAN DE WEG, drogist, en A. DE VRIES, Kerkstraat 90, Hilversum. Vertelling van HANS HOFFMAN. 10 Toen zij verrassing voorwendde en naar het rietland stevende veranderde de kotter zijn koers om haar den weg af te snijden. Dat gelukte ook volkomen, zij moest zwichten voor de overmacht en zich op genade en ongenade overgeven. De douaneboot kwam langs zij en de burgemeester sprak met alle mogelijke ambts deftigheid: /'Mevrouw u wordt ernstig verdacht cijns bare waren bij u te hebben en die te willen binnensmokkelen. Ik zult een onderzoek van uw vaartuig door den bevoegden beambte moe ten toestaan." Zijn rood gezicht straalde 'van zaligheid bij deze toespraak. Kom maar over," riep tante Frederikje vriendelijk, «ik beb werkelijk iets ongeoor loofds aan boord maar ik hoop stellig, dat bet u zal ontgaan; ik beb bet vandaag bij zonder slim aangelegd. Al doende leert men, vooral van zijne vjjanden." De Douanen-chef, een behendig man, sprong op baar schip over en begon een grondig onder zoek, maar zonder resultaat. Al de geheime plaatsjes, die hem van vroeger bekend waren, vond bij ledig en een nieuw te ontdekken ge- gelukte hem niet. Bumcke evenwel bleef, tot ontzaglijken schrik van Cbristiaan, hardnekkig aan de zijde van zijne verloofde zitten, doch volgde met groote opmerkzaamheid den loop der dingen. Het aanwezig zijn van den jongen kapitein versterkte hem juist in zijn verdenken, want hij wist heel goed, dat zijne vijandige buur vrouw met al baar kapiteins in het smokkelen onder een deken lag. Agatha zat diep terneer geslagen en sidderend naast hem. Haar be traande oogen dwaalde angstig langs de plan ken van den bodem van het schip. Christiaan trachtte tevergeefscb een blik van baar op op te vangen. Ook bij rilde van zenuachtig- beid en wierp wanhopige blikken op tante Frederikje. Deze zat kalm en rustig, alsof de ganscbe geschiedenis baar niet aanging. Eens klaps echter begon zij «Ja! ja, mijnbeer de Douaan, dat is de oude geschiedenis, u bent niet scherpzinnig genoeg. Dan beeft de burgemeester een beteren bonden- neus die ontdekt waarachtig fundamenten, die in bet geheel niet bestaan". Deze uitdaging was te veel voor zjjn onge duld. «Dat zal ik, naar ik hoop eens toonen". Zei Bumcke hoonend. Hij stond op en klom met logge beweging op de verdachte boot over. Op betzelfde oogenbl k echter gooide Cbris tiaan bet touw, dat de scheepjes verbond, los, sprong zonder aarzelen in den kotter, greep den bootshaak en stiet krachtig af. Nu nam bij bet roer en de lijn van het zeil en vroolijk huppelend danste het sch epje weg. VVat moet dat beteekenen schreeuwde de burgemeester, als aan den grond genageld van schrik en verbazing. «Dat is heel eenvoudig" antwoordde hem tante Tante Frederikje met een vriendelijk glimlachje. «Ditmaal bent u op een verkeerd spoor. Vandaag is het kapitein Boterham, die smokkelt, en wel te verstaan, heel fijne vleesch- waren. Ik vrees zeer, dat u hem geen uitvoer rechten kunt laten betalen." De burgervader staarde, sprakeloos van woede, den wegsnellenden kotter na, die recht op den langzaam varenden //Windhond" aanhield en dezen binnen weinige minuten inhaalde. Toch maakte het vluchtende paar geen aanstalten om aan boord van het groote schip te gaan. Onder levendig en opgewonden gesprek, zag men de beide jonge lui verder zeilen. De zaak stond zóó. Zoodra Cbristiaan den kotter in beweging gebracht bad, zei hij, terwijl bet meisje hem star en als zinneloos zat aan te kijken: «Juffrouw Agatha, ik bemin u. Het is mijn grootste verlange u als mijn vrouw in mijn buis te mogen voeren. Schrik niet over mijn geweldadig optreden. Het geweld keert zich niet tegen u. Tante Federrrikje beeft mij van den toestand der dingen op de hoogte gebracht en mij duidelijk gemaakt, dat deze zonder linge daad voor mij de eenige weg was om met u tot een verklaring te komen. Ik weet niet of u van mij een beetje houdt, zelfs al was bet ook niet bet geval, dan moet ik u toch waarschuwen tegen een afgedwongen en onna tuurlijk huwelijk. Ik zelf maak slechts dan aan spraak op u, als u mij van ganscher harte kunt liefhebben, maar dan ook met den meesten nadruk! Het reebt evenwel, uw vriend, raads man en beschermer te zijn moet ik mij in elk geval aanmatigen, want op vriendschap hebt u mij reeds lang recht gegeven. Spreek Agatha, moet ik slechts uw vriend zijn of mag ik op iets grooters hopen?" Het meisje had de handen voor gezicht geslagen en weende bittere tranen. «Ik kan niet", snikte zij jammerlijk, ik kan toch mijn woord niet brekenik ben zijn verloofde". Slot volgt.)

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1903 | | pagina 1