NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
BARON MONTEZ
No. 10.
Woensdag 3 Februari 1904
Drie-en-dertigste jaargang
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
BINNENLAND.
Plaatselijk Nieuws.
FEUILLETON.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Rijk
Met gratis Zondagsblad voor binnen de stad (naar buiten tegen vergoeding van port
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Langestraat 77. Telephoouuo. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7'/i Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
Maatschappij tot Nut van 't Alge
meen.
Op den beschrijvingsbrief voor tie
in Wei te houden 118e algetneene
vergadering doet bet hoofdbestuur,
behalve de voorstellen ter verdere uit
voering en hernieuwing van vroeger
genomen besluiten, aan de algemeene
vergadering de volgende nieuwe voor
stellen
»Te doen instellen een onderzoek
met gebruikmaking van do reeds
bijeengebrachte gegevens naar den
toestand van bet voorbereidend onder
wijs en van de kleinkinderbewaar
plaatsen in ons land, met aanwijzing
van de middelen tot verbetering van
die toestanden, aan te wenden door
den wetgever, de overheid en parti
culieren, met name door onze Maat
schappij, en voor dat onderzoek en
het drukken van het daarover uit te
brengen rapport beschikbaar te stellen
een som van I 1500 en daarvan op
de begrooting van 1904—1905 uitte
trekken een eersten termijn, tot een
bedrag, door de commissie van art.
41 te bepalen."
«Het hoofdbestuur op te dragen,
het bevorderen van tuingrondver-
huring aan werklieden en daarmede
gelijkstaande personen door departe
menten, departementale spaarbanken
en plaatselijke vereenigingen"tot
bestrijding van de eerste kosten van
inrichting, op voorwaarden, door het
hoofdbestuur te bepalen, subsidiën
beschikbaar te stellen uil de algemeene
kas der Maatschappij, en »voor da;
doel op de begrooting voor 1904—
1905 te brengen een bedrag van
f500."
Verder zijn voorstellen gedaan door
verschillende departementen, t.w. :door
hot departement Sneek
«Het hoofdbestuur wende zich tot
de Hooge Regeering, met het verzoek,
het er heen te willen leiden, dat in
de centra der binnenvaart voor een
beperkt aantal schipperskinderen
schoolklassen worden opgericht en in
stand gehouden";
door het departement Brouwers
haven
«Ter voorbereiding van de districts-
vorming, machtige de algemeene ver
gadering het hoofdbestuur, om voor
2 of meer departementen, die dit
wenschen, bet bedrag, dat anders aan
elk hunner tot het houden eener
voordracht wordt toegekend, nu collec
tief ter beschikking te stellen, opdat
voor dat gezamelijk bedrag een spie
ker kan worden uitgenoodigd, ter
keuze van die departementen."
door het departement Rotterdam:
«De algemeene vergadering noodige
het hoofdbestuur uit, een ondeizoek
in te stellen naar de uitkomsten van
het onderwijs der correspondentie-
scholen in Amerika, en bereide de
oplichting van een dergelijke school
voor, indien uit het ingestelde onder
zoek blijkt, dat ook voor ons land
zulk onderwijs gewenscht en moge
lijk is."
«Voor de kosten worde oen bedrag
van f 1000 beschikbaar gesteld";
door het depai tement Middelharnis
Sommelsdijk
«Op de begrooting 19041905 een
bedrag van f500 uit te trekken, om
daaruit steun te verleenen aan de
departementen, welke in hunne cm
geving een woningonderzoek wenschen
in te stellen, teneinde, zoodoende, in
staat te geraken, tot verbetering der
volkshuisvesting mede te werken";
door het departement Winterswijk
«De algemeene vergadering besluite
aan liet hoofdbestuur op te dragen,
het instellen of doen instellen van
een onderzoek naar de wenschelijk-
heid en mogelijkheid, om jaarlijks
vanwege de M. t. N. v. 't A. een
examen te houden, tot liet verleenen
van een diploma als helpster aan be
waarscholen."
De Deli-Tabak maatschappij, de
Deli-Plantage maatschappij en de
Amsterdam-Sumatia Cultuur maat
schappij hebben aandeelhouders op
geroepen tot eene algemeene verga
dering met het doel deze drie maat
schappijen saam te smelten tot een
nieuwe maatschappij, genaamd de
Holland Sumatia Tabak maatschappij.
Tengevolge van de heerscliende
overproductie, is ver mindering van de
aanplantingen gebiedend noodzakelijk,
doch aangezien de bovengenoemde
Maatschappijen elk reeds op zeer
kleine schaal werken, zoude bij eene
verdere inkrimping van den aanplant,
de exploitatie geen kans op winst
meer geven.
Door samenvoeging echter dezer 3
Maatschappijen die samen over goede
koelies, transportmiddelen, veestapel,
bouwmateriaal etc. beschikken, en
doordat uit de gezamenlijke gronden
het beste land kan worden nitgezocht,
bestaat de niet geringe kans, ook bij
minderen aanplant dan de 3 Maat
schappijen thans samen hebben, met
succes te werken.
Zelfs de belangrijke bezuinigingen
die uit de bovenbedoelde ineensmel-
ting voortvloeien, zouden reeds een
voldoende reden zijn om de aan
deelhouders het genoemde voorstel te
doen aannemen
Mr. J. P. Tak van Poortvliet.
Op bijna 65-jariger. leeftijd is te
's Gravenhage ontslapen mr. J. P.
Roetert Tak van Poortvliet.
De thans overledene gevoelde zich
blijkbaar van jongs of tot het parle
mentair-staatkundig leven aangetrok
ken.
Zijn academisch proefschrift was
gewijd aan «het Recht van Amende
ment."
Onder den invloed van de Tiior-
beckiaansche partij zette Tak den
eersten voet in den polilieken stijg
beugel door zijn optreding als coin-
mies-guiler van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal. Zijn talenten
bezorgden hem in October 1870 een
parlementairen zetel voor hei district
Middelburg.
Dit mandaat werd in 1875 weliswaar
niet vernieuwd, doch Zutfen vaardigde
hem toen af.
In 1877 trad mr. Tak op aan het
hoofd van het in 1877 nieuw gescha
pen Departement van Waterstaat,
Handel en Nijverheid welk ministerie
echter in 1876 door afstemming van
de Kanalenwet viel.
Amsterdam koos lipm in 1880 tot
afgevaardigde welk mandaat voort
duurde tot 1884.
In dat jaar werd hij door de pro
vincie Noord Holland gekozen tot lid
der Eerste Kamer der Staten Gene
raal, welk mandaat hij tot 1888 be
hield. Toen vertegenwoordigde hij
Amsterdam opnieuw in de Tweede
Kamer, welk mandaat hij tot Augus
tus 1891 vervulde.
Toen trad hij als Minister van
Binnenlandsche Zaken op en bleef dit
tot 1894 toen de val van zijn kies
wet hem ontslag deed nemen. In 1897
opteerde hij voor Beverwijk. Later
was hij ten tweeden malen lid van
van de Eerste Kamer voor Noord-
Holland.
Verder leidde mr. Tak als president
dercommissiede diplomatieke examens,
was voorzitter van de Enquête-com
missie indertijd voor spoorwegen, was
medebestuurder in het hoogheemraad
schap van Deliland en werkte werkdadig
mede tot vele stoomvaait-, spoor-en
tramwegmaatschappijen, zoo in Neder
land als in ludië.
Vrijdagavond werd in het «Te
huis voor Militairen" aan de Beek
straat de jaarlijksche openbare ver
gadering gehouden van de afdeeling
Amersfoort van den «Ned. Militairen
Bond." Een 30-tal leden en begun
stigers was opgekomen.
Nadat de vergadering was geopend
door den Voorzitter, mr. F. D. graaf
Schimmelpenninck, en ds. Ter Haar
Romeuy was voorgegaan in gebed,
deed de Secretaris, ds. A M. Donner,
na voorlezing der notulen, verslag
van de werkzaamheden voor en in het
«Tehuis" over het afgeloopen jaar.
liet werd door de militairen gere
geld flink bezocht, vooral in de sta
kingsdagen. Door de Afd Amers
foort van de «Nat. Chr onderolficie-
ren-vereeniging" werd in Mei aan de
nieuwe miliciens een boekje uitge
reikt, getiteld: «de Kleine Gids voor
jonge militairen in 't garnizoen Amers
foort."
De jaardag van H. M. de Koningin
werd feestelijk herdacht. In de ker
mis» eek weiden eiken avond samen
komsten gehouden en aan de mili
tairen kosteloos ververschingen ge
boden. De Chr. Zangvereenigingen
deden zich een- en andermaal bij die
feestelijke gelegenheden hooren.
De Penningmeester, de heer G. J.
A. A. baron Van Heemstra, deelde
tnede, dat de kas mei een nadeelig
saldo sloot van ongeveer f 100 en dat
ook voor dit jaar een subsidie van
f300 bij het Hoofdbestuur zou worden
aangevraagd. Hierna werd de Begroo
ting voor 1904 goedgekeurd. Zij sluit
met een vermoedelijk tekort van onge
veer 1200, óok bij verkrijging van
het aan te vragen subsidie.
De Voorzitter en de Secretaris, bei
den aan de beurt van aftreding wer
den herkozen en namen de herbe
noeming aan, terwijl gekozen werd
in de vacaiure-Hoogewerlf(vertrokken
naar Hilversum) de heer J. L. H. de
Jong Schouwenburg, die in de naver-
gadering van het Bestuur tot Pen
ningmeester werd benoemd in plaats
van den heer baron van Heemstra
die op zijn verzoek daarvan onder dank
werd ontslagen.
De huisvader, de heer Kremer,
mocht ook in 1903 met zijn Eclit-
genoote den veelzins moeilijken ar
beid met opgewektheid en tot groote
tevredenheid van het Bestuur ver
richten.
Te half tien werd de vergadering
door
ARCHIBALD CLAVERING GUNTER.
29
Waarom hem niet verachten? Met u aan
mijn zijde zou ik hem liever in het gelaat
krabben.//
Het zal,// herneemt de jonge man, terwijl
hij een weinig achteruit gaat, »een opoffering
van mij eischen.// Want hij weet, dat zijne
middelen aanzienlijk zullen verminderen, dat
hij naar verhonding arm zal kunnen worden,
wanneer hij, indien de zaak tot het uiterste
gedreven wordt, het meisje haar fortuin moet
teruggeven en de eer van zijns broeders naam
voor het oog de wereld wil bewaren.
»Neen,// zegt het meisje plotseling, hem in
het gelaat ziende, »ik zie, dat de zaak te ge
wichtig is. Ik ben niet genoeg kind meer, om
zoo veel te vragen. Ik zal doen wat gij zegt.//
«In elk opzicht?»
«In elk opzicht.//
«Huichel dan. Haal mijn broeder over, dat
hij je dezen winter naar New-York laat gaan,
verschuif het huwelijk tot aan het voorjaar
tot aan den herfst. Wanneer Frank twijfelt,
zeg hem dan, dat je mij zult schrijven, en dan
is de zaak in orde, geloof ik.»
«Gaat gaat gij heen?» stamelt het meisje,
dat bleek wordt bij de gedachte aan zijn vertrek.
«Ja, ik ga heen.»
«Waarom
»Om je te redden.»
»Hoe?«
»Om meer te weten te komen van dezen
man, die mijn broeder in zijn macht heeft
dezen baron Montez van Panama en Parijs.
Hier is hij omringd door de heele Panama-
kliek. Er is geen scheur in zijn wapenrusting,
waarin ik, Amerikaan, die onbekend ben met
de wegen van Parijs, zou kunnen doordringen.
Wanneer hij een breuk in zijn kuras heeft,
moet die gevonden worden aan het andere
eind van den weg. Ik ga naar Panama. Geve
God, dat ik hem daar kan vastspijkeren. Heden
avond ga ik naar Engeland; dan naar New-
York om eenige zaken af te doen, want als
alles tegenloopt
«Zult gij genoodzaakt zijn mij op te offeren?»
«Dat nooit! Daarom juist ga ik naar New-
York.
»Maar als alles tegenloopt, zult gij
«Daarom juist ga ik naar New-YorkVraag
mij niets meer. Weet alleen, dat ik voor altijd
jouw beschermer ben. Wat mijn broeder nage
laten heeft, zal ik doen; zijn oneer zal door
mij worden uitgewischt.»
«Zijn oneerJ» roept het meisje uit. »Wat
bedoelt gij
«Niets, wat ik jou kan zeggen dag Jessie
Wees van één ding verzekerd dat je nooit
baron Montez van Panama zult behoeven te
trouwen
»God zegene je!» en het meisje geeft hem
den eersten kus. Doch het is de kus van het
kind, niet van de vrouw. De kus der dank
baarheid de kus, dien de schoone geeft aan
den ridder, die zijn leven heeft gewaagd om
haar te beschermen tegen den reus, die Wan
hoop heet.
Yier en twintig uur later zeilt Harry Lareh-
mont op de Etruria naar New-York, en een
maand later brengt zijn broeder zijn pupil op
de Gallia naar Amerika.
»Denk er aan, mon ani,» waarschuwt Montez,
»dat gij haar tegen Paschen terugbrengt. De
voorjaarslucht van Frankrijk zal goed zijn voor
de schoonheid van mademoiselle Jessie.»
Vier weken na de aankomst van de aan
komst van de Larchmonts te New-York ont
vangt Fernando een brief van zijn medewerker
aan het Panama-plan, zekeren Herr Alsatius
Wernig, die zich voor de een of andere ge
heimzinnige zaak in Amerika bevindt, doch
spoedig naar het schiereiland zal vertrekken.
De brief bevat eenige merkwaardige bijzon
derheden omtrent de Larchmonts.
Het gelaat van den baron wordt ernstig bij
het lezen van het epistel; dan klaart het
plotseling weer op. Met een spottenden glim
lach zegt hij: «Wat? Die idioot, die voetbal
speelt en de kans wil loopen om voor de grap
doodgemaakt te worden? Er is toch altijd
gevaar,» peinst hij. En een uur later zendt hij
een voorzichtig opgesteld telegram aan Herr
Alsatius Wernig te New-York.
HOOFSTUK VIL
De droom van den Stenograaf.
[Uittreksels uit het dagboek van miss Louise Ripley
Minium,]
Een typewriter?"
«Een stenograaf,// antwoord ik barsch en
verontwaardigd, als een Italiaansch tenor, dien
men verwijt, dat hij in het koor zingt, «steno
graaf!»
«O, pardon, mademoiselle! Dus een steno
graaf dien vragen wij juist. Welk salaris
vraagt u, om naar Panama te gaan en daar
op te treden als stenograaf?»
Wordt vervolgd