NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. BUITENLAND. BINNENLAND. EEUILLEIOY BARON MONTEZ No. 82. Woensdag 12 October 1904 ürie-en-dertigste jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden f 1.Franco per post door het geheele Kijk Met gratis Zondagsblad voor binnen de stad (naar buiten tegen vergoeding van port. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. Bureau: Laugestrnat 77. Telephooniio. 6!). ADVERTENTIËN: Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7'/> Cent. Advertentiên viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte 'tls nog ver van duidelijk, wat de beweging van liet Russische leger in zuidelijke riciiting en die van liet Japansche, ook al naar het Zuiden, te beduiden heeft. Trekken de Japan ners werkelijk terug, omdat zij zich niet sterk genoeg voelen, en maken de Russen hiervan gebruik't Is bijna niet aan te nemen en men dient zijn oordeel op te schorten tot er iets ernstigs gebeuid is. Dat de bedoelde bewegingen werkelijk plaats hebben, kan men nu wel aannemen; de berichten luiden te duidelijk. Zoo seint de correspondent der Birsch Wjeddat de algemeene toestand in Mandschoerije «merkbaar veranderd is." Het Japansche hoofdleger trekt terug in zuidelijke richting. De Japan ners geven niet alleen de na den slag van Lianjang bezette stellingen op, maar ook vroeger ingenomene. Hun linkervleugel is de laatste dagen vijftig kilometer zuidelijker gegaan en ontruimde o a. den Tsiang-sjau (berg ten O. van Haicbeng), Si-nau- gai, Saimdtze en Tei sjoe lin. Is dat nu een «reculer pour mieux sauter"? Achten de Japanners per slot van rekening toch het zuidelijker terrein geschikter voor den tweeder. grooten slag? Nog eens, die vragen zijn bij de allergebrekkigste inlich tingen, welke den kranten ten dienste staan, onmogelijk te beantwoorden. De Matin verneemt, dat Koeropat- kin Vrijdag en Zaterdag met de voor hoede en een deel van liet gros acht werst oprukte. Eerst over een dag of vijf zouden de Russen definitief hun posities innemen. Het heet, dat Koeropatkin reeds pogingen wil doen om Port-Arthur te helpen wat wel voorbarig zal zijn. Waarschijnlijk zijn de Japanners thans aldus opge steld: Koeroki houdt Baniapoetse en den omtrek bezet; Nodzoe de mijnen van Jentai; Okoe liet station Jentai Het Japansche front is samenge trokken tusschen Jenl.ii en lienia- poetse, en daar verwacht men een slag. Er wordt roeds dagelijks gescher mutseld en naar het schijnt niet al tijd niet voor de Japanners gelukkigen uitslag. Generaal Zurlinden schrijft in de Goulois artikel, waarin hij Koero- patkin's tactiek hulde brengt. Koe ropatkin moest tijdwinnen en ver sterkingen afwachten, om dan kracht dadig en beslissend op te treden. De schiijver acht het slagen van dit plan hoven twijfel verheven. Koeropatkin zal den wil van Koeroki breken, meent de generaal. Fahius ging te ver op den weg van dralen, maar van Koeropatkin is dit niet te vteezen (dat generaal Zuilinden hierin juist ziet, schijnt te volgen uit de jongste berichten over het Zuidwaarts door dringen der Russen) Reeds bij Eiaojang hield hij groote reserves achter, die of- fpnsief hadden kunnen optreden. 'tWas alleen de schuld van ondergeschikten, dat dit plan niet slaagde, en ook van de geringe troepensterkte Maar zijn troepenmacht neemt dagelijks in sterkte toe en de rollen zullen spoe dig verwisseld worden. De Weekly Despatch heeft graaf Ilayashi, den Japanschen gezant te Londen, geïnterviewd. Hayashi begon met te verklaren, dat de opgaven betreffende de Japansche verliezen bij Port Arthur allemaal berusten op fabeltjes van de Cliineezen, die «ge boren dichters" zijn. Volgons hem hebben de Russen evenveel, zoo niet meer, menschen verloren als de Japanners (daar gelooven we niets van: bijna zou men et uit afleiden, dat ook de lieer Hayashi geboren dichter is). De gezant meende reden te hebben om te meenen, dat liet overschot der Russische vloot weldra Port Arthur zal verlaten, wat be- teekent dat de vrede nabij is(!). Van meer belang is, wat de graaf zeide over den waai schijnlijken duui van den oorlog. Japan is evenzeer als Rusland voorbereid op een lang- durigen krijg. Doch de ourlog kan niet altijd duren. Maar uit een finan cieel oogpunt meent de gezant, dat de oorlog Japan veel goed Heeft ge daan. Vóór den oorlog had Japan heel wet moeite om een groote lee- nirig te sluiten. Thans behoeft het zich in dat opzicht geen oogenblik j ongerust te maken. De gezant zei voorhs, dat l.ij nu wel eens zou willen welen, wat men toch onder het «gi-le govaai" ver staat. Hij eisclit voor Japan he.t recht op, om te doen wat Engeland, Frankrijk en DuiUchluud uuk uoen om hun invloed op de wereldpolitiek te grondvesten. Of dat nu iemand met een gele of een blanke huid doet, is onverschillig. «Door Japan tot een mogendheid van den eersten rang te maken, zullen wij Europa een dienst bewijzen. Wij zullen b.v. helpen om China voor de andere mogenheden open te stellen." Uit Warschau wordt gemeld, dat de eerste teeltenen van liet nieuwe régime van den minister van Binnen- landsche Zaken tegenover de Israëlie ten quaestie zich vertoonen. De moei lijkheden, welke men vroeger den Israëlieten in den weg legde, als zij aan de universiteit wilden studeeren zijn geheel opgeheven en het gevolg is een gioote toename vanhetaanlal Joodsche studenten aan de Wai- schausche universiteit. Tegelijk met dit bericht komt een telegram over auti-Joodsche geweld daden te Rudnia. De Israëlieten werden mishandeld en in hun huizen werd schade aangelicht, tot zij de aanvallers terugsloegen. De gouverneur-generaal van War schau, generaal Czertkow, heeft ten gevolge. van de talrijke arbeiders manifestaties der laatste dagen, een dagorder gegeven, waarin hij de troepen, die tusschenbeiden zijn ge komen. laakt oindat ze in de lucht hebben geschoten en de wanordelijk heden niet energiek hebben onder drukt. Hij noodigt de soldaten uit, voortaan zonder eenig gewetensbe zwaar raak te schieten. Deze menschlievende dagorder heeft onder do bevolking groote ontevre denheid gewekt. De Tweede vredesconferentie. Volgens de World heeft een niet- officieel onderzoek, door de Vereenigde Staten bij de vertegenwoordigers van Europa ingesteld, Roosevelt over tuigd, dat liet thans geen gunstig oogenblik is voor het bijeenroepen van een vredesconferentie. Do zaak wordt uitgesteld tot na den Russisch Japanschen oorlog, als Roosevelt dan nog president is. In verband met de kosten die zij zou meebrengen, zal zij niet aan Den Haag worden opge drongen. De voorbereiding zal een jaar vorderen. De Boeren die van de Bermu da's te Kaapstad zijn aangekomen, behoeven misschien niet terug. Vol gens de Times zijn zij bereid, een vei klaring van trouw af te leggen, maar weigeren zij nog, den eed te doen. De transvaalsclie Regeering over weegt nu de vraag, of zij als Engelsche onderdanen te beschouwen zijn. De nieuwe Drankwet. Dc Eerste Kamer heeft de nieuwe Drankwet aangenomen met 22 tegen 14 stemmen. Door H. M. de Koningin-Moeder daartoe uitgenoodigd, logeeren graaf Du Monceau en giavin Du Monceau, die onlangs hun gouden huwelijks feest mochten Vieren, thans als gasten van 11. M. ten paleize Soestdijlc. H. M. de Koningin- Moeder bracht j I. Donderdag een bezoek aan de Industrie- en huishoudschool teUlrecht. H. M werd in de cursuskamer ont vangen door de bestuursleden en de directrice mej. E. A. Westendorp. Daarna werden de verschillende lokalen bezichtigd, zoo o a. de beide keukens (de keuken voor de dames en voor aanstaande dienstboden), de wascli- plaats, de strijkzaal, de eelkamor, de teekenkamer, de costuum- en frübel- kamer, de kamer waai lager onderwijs en waar les gegeven wordt in fraaie en in nuttige handwerken. Het eigen aardige was, dat in zoo goed als alle lokalen les gegeven werd, zoodat H. M. een goed overzicht kreeg van hetgeen in de school geleerd wordt. Bij het vertrek van H. M. stond bij de Huishoudschool een talrijk publiek, dat levendig toejuichte. Na het bezoek aan de huishoudschool bezocht H. M. de diaconessen inrichting. Circa 3 uur kwam H M daar aan en werd er ontvangen door de be sturende zuster, moeder Von Tuube. De Vorstin bracht een bezoek aan verschillenden zalen, de operatiekamer, de keuken enz. rondgeleid door moedor Von Taube. II. M. was aan de grens der ge meente verwelkomd door den bui ge- meester, dr. B. Reiger. Zij was ver gezeld van ridder Pauw van Wieidreclit en freule Van de Poll. Kriigcrs overbrenging. Het stoffelijk overschot van wijlen President Kruger wordt, door dn goede zorgen van de Rottei'damsche firma Win II. Muller Co. met het stoomschip «Batavier VI" naar Zuid- Afrika oveigebracht. Naar het »(V. v d D." verneemt, geschiedt het vertrek omstreeks 1 November. Eene uilnoodiging om als vertegenwoordiger van Wm. II. Muller Co.'s Algemeene Scheep vaart-Maatschappij Kruger's lijk naar Afrika te vergezellen en daar aan zijn volk over te geven, is gedaun aan den gepensionneerden vice-admi- raal McLeod, die de vereerende op dracht aangenomen heeft ARCHIBALD CLAVERING GUNTER. 99. Hij weet, dat zijn broeder slechts een gering deel kan uitkeeren en hij mompelt: Ik vrees dat ik te veel op mij heb genomen! Wanneer ik Montez niet kan dwingen tot teruggave van het geld, ben ik tamelijk arm! Wanneer ik trouw, zal ik niet rijk genoeg zijn om mijn positie in de New-Yorksche maatschappij staande te houden. Er is er toch maar een, die ik zou willen trouwen," peinst hij verder, ren wanneer zij mij wil hebben, kannen wij ook in een hut gelukkig zijn. Ik geloof, dat zij daar ook al half en half in woonde, toen wij elkaar voor het eerst ontmoe ten." Het dienstpersoneel is reeds naar bed gegaan. Harry aarzeltom het wakker te makenhij opent zelf de voordeur om voor de zooveels- te maal in Parijs in verbazing te staan. Hij heeft bijna de deur gesloten, als er gescheld wordthij doet open en bevindt zich plotseling van aangezicht tot aangezicht tegenover Louise Minturn met jagenden boezem, schitterende oogen. "Goddank, dat gij hier op tijd zijt,» fluistert zij. Dan duwt zij hem iets in de hand, en angst ligt er in haar stem, waDneer zij verder gaat: »Dat zal het fortuin van uw broeder en zijn pupil beschermen tegen baron Montez. Bewaar het als uw leven Het bevat de gehei men van den man, tegen wien gij strijdt! Ik geloof, dat ik uw vermogen heb gered, doch ik vrees, dat ik door de politie word vervolgd! Het geheimzinnige iets is het zak boek van baron Fernando Montez! HOOFDSTUK XXIII. De eee van feankeijk. Op den bepaalden tijd komt Louise Minturn te Parijs aan. Het weer is zeer goed geweest, de zon scheen prachtig. Zij heeft gezeild over een zonnige zee en zoo geschiedt het dat zij vroeg met den Chemin de Fer de 1' O u e s t te Parijs aankomt en zich onmiddelijk naar den vriend van Aguilla begeeft, den heer Jacques Pichoir, een juwelier, die zijn zaak heeft op den Boulevard des Italiens en een geriefelijk ingericht huis nabij- de rue L a fi 11 e Zij wordt hier zeer vriendelijk ontvangen. Niet alleen dat hij een oud vriend van Aguilla is, maar hij staat ook met deze iu handelsbetrek- j kingen! spoedig vindt Louise zich zeer op haar gemak bij de familie van den juwelier. Des middags geleidt hij haar, omdat zij zegt, dat haar bezigheden dringend zijn, door de dichte menigte in de buurt van den tempel der Parijsche speculanten, de Beurs, naar het kantoor van Montez en Co. in de Rue Yivienne, op het eind van den Boulevard Montmartre. Hier overhandigt zij een brief van Aguilla aan den beheerder, den heer Acliille Gascoigne, ontvangt van hem de mededeeling' dat baron Montez dienzelfden dag op de Normandië New-York verlaat. Hij heeft juist een tele gram ontvangen. Met een zucht van verlichting hoort Louise deze mededeeling aan. Op verzoek van den heer Gascoigne neemt zij plaats, terwijl deze het schrijven nog eens met eenige bezorgdheid naleest. De brief bevat bevelen van den jongsten vennoot om aan houder, dus in dit geval made moiselle Minturn, afschriften te geven van de hoeken, zooals zij gehouden zijn; en dat boven- dien monsieur Gascoigne moet toezien, dat zij goed zijn. Toch aarzelt hij. Hij zou baron Montez gaarne hebben getele grafeerd, doch daarvoor bestaat thans geen gelegenheid. "Zoudt u niet beter doen, mademoiselle Minturn," zegt mijnheer Gascoigne, die een voorzichtig man is, "te wachten tot baron Montez terugkomt?" "Onmogelijk!" antwoordt het meisje, en haar hart staat bijna stil van schrik. «Waarom niet? IJ kunt u gedurende een week uitstekend vermaken te Parijs. Uw salaris gaat natuurlijk door!" "Binnen een week moet ik weer terug naar Panama!" zegt Louise vastberaden. "U, hebt daar de schriftelijke bevelen van den jongsten deelgenoot der firma, Ik heb de mijne. Wanneer ik hem niet gehoorzaam" hier uit zich haar vrouwelijke geslepenheid "zal ik mijn be trekking verliezen!" Tranen schieten in haar oogen, gedeeltelijk gehuichelde tranen, gedeel telijk tranen van wanhoop. De opmerking omtrent het verlies van haar betrekking maakt indruk op Gascoigne. Hij siait nu tusschen twee vuren Hij weet niet wat Montez bij zijn thuiskomst zal zeggen maar hij weet heel goed, wat Aguilla zal zeggen, wanneer hij zijn bevelen niet gehoorzaamt. "Ik zou gaarne willen seinen, mompelt hij aar zelend. "Seinantwoordt Louise»dat is zeer goed Sein spoedig naar Panama, wanneer u twijfelt aan de waarheid van mijn opdracht.» »Dat zal ik doen! U neemt het mij niet kwalijk? Het is zulk een zaak van gewicht!» I Wordt vervolgd].

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1904 | | pagina 1