NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
FEUILLETON.
BARON MONTEZ
No. 83.
Zaterdag 15 October 1904.
ürie-en-dertigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
Bij flit nimmer behoort m Bjjvoepel.
VAN WEEK'TOT WEEK.
BUITENLAND.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Rijk
Met gratis Zondagsklad voor binnen de stad (naar buiten tegen vergoeding van port.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
BureauLangestraat 77. Telephoonno. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels f 0.50; iedere regel meer 7'/j Cent.
Advertentiên viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
Verantwoordelijkheid van den
leeraar.
Met een rede over dit onderwerp
opende Dr. J. 11. Gunning zijne lessen
aan de Universiteit te Amsterdam.
Voor alle toekomstige docenten acht
hij paedagogische voorstudiën noodig,
want hij is tegenstander van de leer,
dat 't alles maar op tact aankomt,
wat volgens hun in de meeste ge
vallen maar een mooi woord voor on
kunde is. Echter wordt tact geenszins
van onwaarde verklaard, ze is soms
meer waard dan het grootste bezit
aan theoretische kennis, en juist hij
is de beste paedagoog, die in staat
is om op een gegeven oogenblik de
heiligste voorschriften der paedago-
giek over boord te werpen, en in
lijnrechten strijd daarmede te handelen,
evenals liet de grootste strateeg is,
die op een gegeven oogenblik met
alle voorschriften der strategie weet
en durft breken. De leeraar komt
te staan voor gevallen waarin de
hoogste paedagogische kennis te kort
schiet en hij zelf den weg heeft te
kiezen door tact en gezond verstand
aangewezen. De een is een geboren
paedagoog en de ander is na lang
durige paedagogische studiën zelfs
niet in staat om do orde te hand
haven onder zijn leerlingen. Over het
noodzakelijke van die voorstudie voor
eiken docent kan men dus van meening
verschillen, maar hierover zullen wij
het allen eens zijn, dat iedere leeraar
diep aangedrongen moet zijn van
zijn verantwoordelijkheid.
De leeraar is, zegt dr. Gunning,
in de eerste plaats verantwoordelijk
aan God. Het begrip verantwoordelijk
heid moet natuurlijk een dativus bij
zich hebben. En nu wint voor hem
dat begrip ontzaglijk aan duidelijkheid
wanneer hij daarbij denkt niet aan
iets abstracts, maar aan een persoon.
Indien echter iemand verklaart 't met
iets onpersoonlijks te kunnen stellen
en zijne daden daarmede in overeen
stemming zijn, dan wordt dit door
hem even onvoorwaardelijk geloofd als
geëerbiedigd.
Wie die aller hoogste verantwoorde
lijkheid niet voelt, maar in het ambt
van leeraar niets anders ziet dan een
kostwinning, die moet, hoe eer hoe
liever, van het erf verjaagd.
In de tweede plaats is de leeraar
verantwoordelijk aan de ouders. Zij
geven hun kind aan hem over en
tegelijk een deel van hunne rechten
en plichten.
Hij is verantwoordelijk aan het
kind zelf, dat eenmaal hem de vraag
zal kunnen stellen Gij hebt voor een
tijd en een deel macht over mij ge
oefend, macht over mijn geheele per
soonlijkheid, mijn lichaam, mijn intel
lect, mijn zieleleven wat hebt gij met
die macht gedaan wat hebt gij voor
uw deel van mij gemaakt?
Ten derde is de leeaar verantwoorde
lijk tegenover de maatschappij, of
liever nog tegenover de natie. De op
leiding van den jongen mensch is
niet alleen een zaak der ouders maar
ook van de natie die met 't oog op
haar voortbestaan en groei op het
allernauwst daarbij betrokken zijn.
Dat is de rechtsgrond van de staats
bemoeiing met het onderwijs, die
even onverwrikbaar is als het recht
der ouders.
Dit verantwoordelijkheidsgevoel nu
is onontbeerlijk aan den leeraar willen
wij met gerustheid de opleiding onzer
jongeren hem toevertrouwon.
Volgens Dr. Gunning wordt die ver
antwoordelijkheid veel algemeener en
dieper gevoeld in de rangen van het
lager dan in die van het middelbaar
onderwijs. Zij moet echter gevonden
worden bij eiken leeraar.
Het is den laatsten tijd voorge
komen, dat het zeer kwalijk genomen
werd als informaties naar onderwijzer
of leeraar werden ingewonnen, en men
niet eenvoudig tevreden was dat
de sollicitant de gewenschte bevoegd
beid bezat. Toch moeten diegenen
die invloed op de keuze hebben, met
eerbiediging van de persoonlijke vrij
heid der sollicitanten zich het recht
voorbehouden tot vragen en onder
zoek.
Zij hebben zich te vergewissen, of
de man in kwestie wérkelijk zijn ver
antwoordelijkheid beseft en dus de'
jongeren veilig aan zijn leiding kunnen
worden toevertrouwd.
Die jongeren toch slaan niet weinig
onder zijn invloed. Zij zweren hij
het woord van den meester, wat de
leeraar zegt dat is zoo, het woord
van vader of moeder weegt daar niet
tegen op. Dat is zoo bij het lager
zoowel als bij het middelbaar en
hooger onderwijs.
In de openbare, zoogenaamd neutrale
school is niet overal genoeg op deze
dingen gelet, en wij zien daarom dat
vele ouders hoewel liberaal hun kinde
ren zenden naar de bijzondere scholen,
ook al omdat daar meer band is
tusschen de leeraars en de leerlingen
met hun ouders.
Niet dat ik zoo ingenomen ben
met al die bijzondere scholen. Och,
er is al verwijdering en onverdraag
zaamheid genoeg onder de menschen,
en dat wordt er niet beter op, als
reeds de kinderen worden ingedeeld
naar de verschillende geloofsbelijdenis.
Laten ze liever naast elkaar zitten
en met elkander omgaan, later moeten
ze toch samenleven en samenwerken.
Van het zitten naast kinderen van
een ander geloof heb ik nooit het
nadeel gezienwel heb ik op de
openbare scholen welke ik bezocht
wel degelijk gezien welke een ver
schillende invloed er uitgaat van de
leeraars naarmate zij zedelijk hoog
of laag staan, geloovig of ongeloovig
zijn. Het kan niet anders, de over
tuiging van den leeraar in religieuze
dingen kan den leerling niet vei borgen
blijven. Ik geloof niet dat er eenig
leervak te noemen is, waarbij de
leeraar volkomen neutraal kan blijven
Hij kan zijn persoonlijkheid niet weg
denken, en wie werkelijk neutraal
kan zijn moet een weinig beduidend
persoon wezen.
Van één leeraar herinner ik mij,
dat hij onder de les geloofspunten
besprak en dan wel vroeg: hoe kan
je dat aannemen? Maar overigens
werd over den godsdienst niet gespro
ken en zij liepen met hun overtuiging
niet te koop. En van dezen ging in
vloed ten goede uit. Dankbaar her
inner ik mij leeraars tegen wie wij
opzagen met eeibied en toegenegen
heid. Hoe wisten zij door een vinger
wijzing, door een wenk, door een
vriendelijken raad een nieuwe en
gezegende richting soms te geven
aan het leven van een jongmensch 1
Hoe toonden zij zich oprechte vrienden
van hunne discipelen! Zij waren ge
wis diep doordrongen van de verant
woordelijkheid welke op den leeraar
rust.
Om de openbare school in eere
te houden als een plaats waar kennis
vergaard en tevens de zedelijke kracht
der jongeren gewekten verstrekt wordt,
worde bij benoemingen op kennis èn
karakter gelet en op goed begrip
van de verantwoordelijkheid van den
leeraar.
Volgens de Times heerscht er on
der invloedrijke Amerikaansche po
litici slechts éen meening: dat Roo
sevelt's herkiezing zoo goed als stellig
is. Er is zeer weinig geestdrift, behalve
onder de politici van beroep. De demo
cratische partij heeft gebrek aan geld.
De staat New-York blijft twijfelachtig.
De plaatselijke quaesties kunnen
daar zoowel als in Wisconsin aan
leiding geven tot verwikkelingen.
Zooals de zaken nu staan, kan Roo
sevelt New-York verliezen zonder
dat de kans op hel presidentschap
voor hem verkeken is. Daarentegen
moet rechter Parker beslist New-
Yoik winnen om eenige kans te
hebben. Toch kunnen deze laatste
weken nog een feilen strijd brengen.
Tot 8 November zullen beide par
tijen zonder ophouden blijven werken.
Maar nog bij geen enkelen vorigen
veikiezingsstrijd is het vertrouwen
der republikeinen zoo groot, de ver
slagenheid der democraten zoo vol
komen geweest.
Het internationaal vredesburau te
Bern heeft aan alle staten een memo
randum gericht, waarin wordt aange
drongen op het houden van een con
ferentie door alle onderteekenaars van
het verdrag van 1878, met het doel,
het verslag der Russische en Oosten-
rijlcsche Regeeringen over de resul
taten van jongste diplomatieke inter
ventie in Constantinopel aan te hooren.
Men wil de Macedonische questie
scheidsrechterlijk doen oplossen, als
de mogendheden het talmen der Ports
moede zijn geworden.
Te Rome wordt thans een merk
waardig proces gevoerd, namelijk
over den Vesuvius. Vier omliggen
de gemeentén betwisten elkaar het
recht op den vulkaan, en de Raad
van State is nu geroepen te beslissen.
De gemeente Resina staat het
sterkst met oude documenten, waar
van de echtheid echter wordt ontkend.
Zij beroept zich ook opgrenssteenen,
die 30 jaar geleden door haar om den
krater zijn geplaats; maar die sedert
onder de lava werden bedolven.
De nieuwe Russische minister van
Binnenlandsche Zaken toont zich nu
niet ingenomen met het feit, dat men
hem van liberale gezindheid verdacht
heeft. In een interview met de Russ
verklaarde hij, dat de buitenlandsche
correspondenten hem woorden in den
rnond leggen, welke hij nooit gebruikt
heeft, en daaraan een veel te groote
beteekenis gevenhij kon op alle
categorische vragen, welke de corres
pondenten hem hebben gesteld, niet
eens antwoorden. Zoo had een jour-
DOOR
ARCHIBALD CLAVERING GUNTER.
100.
Hij seint en ontvangt zulk een antwoord
van Aguilla dat hij den volgenden morgen sid
derend en bevend de boeken open legt voor
de nieuwsgierige oogen en de vlugge pen der
jonge dame.
Deze boeken worden bewaard in een kantoor,
dat grenst aan bet eigen kantoor der firma,
en beeft daarmede gemeensebap door een deur,
zoodat men met geringe moeite de boeken
kan grijpen, zoo dikwijls zij moeten gebruikt
worden. Zij zijn opgesloten in een brandkast,
deze wordt geopend en de inhoud ter bschik-
kïng gesteld van Louise.
Het meisje ziet zieb voor een reusachtig
werk geplaatst. Vier maanden zou zij wel noo
dig hebben om die boeken over te schrijven.
Toch moet dit reeds bij de komst van Montez
gereed zijn. Zij werkt van 's morgens vroeg,
totdat de kantoren worden geslotenzij zegt
Gascoigne, dat zij ook des avonds moet werken,
en beleefd opent bij de kantoor- en brandkast-
deuren voor baar, wanneer bij des avonds uit
gaat. Des nachts bij zijn terugkomst uit café-
cbantant, operette, opera of eenig ander nacb- j
telijk vermaak, sluit bij de boeken weer weg
en laat baar uit. Voor baar avond-bezoeken j
maakt Louise steeds gebruik van een rijtuig.
Laat in den avond alleen door de straten van j
Parijs te loopen, is niet aan te bevelen voor
een jonge dame, en Aguilla beeft baar gezegd,
geen geld te ontzien.
Onder bet opschrijven der verschillende pos
ten komt haar ook de naam Francois Leroy
Larcbmont onder de oogen, en verbaasd is zij
over de tusschen die twee afgewikkelde zaken.
Haar gelaat teekent verwondering dan
hoop.
Zij maakt een beknopt verslag voor Aguilla,
doch neemt een uitgebreide beschrijving, over
al die jaren, van al die zaken in Panama-aan-
deelen en andere stukken, gedaan voor Fran
cois Leroy Larcbmont.
«Misschien is dit bet, wat Harry wenseht,"
denkt zij.
Al deze rekeningen houdt zij, met een alge-
meene rekening en verantwoording der firma,
bij elkaar en laat ze dag voor dag in bet bij
zijn van een notaris door Gascoinge onderteeke
nen, ten bewijze dat zij goed zijn volgens den
wenscb van Aguilla.
De tijd vliegt voorbij. Terwijl zij druk bezig
is met baar werk, doorklieven de beide stoom-
booten, waarvan de een Montez van New-York
en de andere Harry Larcbmont van Panama
naar Parijs voert, bet water van den Oceaan.
De dagen snellen heen. Louise beeft vergeten,
dat Montez spoedig zal verschijnen, en op zeke
ren avond, na nog laat bezig te zijn geweest,
wil zij beengaan tegen elf uur. Haar banden
zijn vermoeid; haar gelaat is bleek. «Goddank,
bet is gedaan," mompelt zij; gedaan op tij d
Is bet dat?
Zij wacht op monsieur Gascoinge, die baar
moet uitlaten.
In de stilte van den nacht bereikt echter
bet geluid vau stemmen haar ooren, en boort
zij twee stappen in plaats van een. Haar wan
gen worden ascbgrauw: fluks draait zij bet
licht uit, want de eene stem is die van baron
Fernando Montez van Panama en de andere
die van Herr Alsatius Wernig te Parijs. Beiden
spreken zeer opgewonden.
De lippen van het meisje beven. «Wat zal
Montez mij doen, wanneer bij mij bier alleen
vindt, bij nacbt en zonder bescherming
als spion?"
Bij die gedachte steekt zij fluks bet schrijf
werk in baar zak. Er wordt een lucifer aan
gestoken in de aangrenzende kamer, het par
ticuliere kantoor der firma. Het geluid der
stemmen kan zij duidelijk hooren, want de deur
staat op een kier.
Zij gluurt naar binnen. Montez is in reiskostuum
de Duitscber in bet avond-toilet der Boulevards,
met wit vest, en sneeuwwitte boord en diaman
ten knoopjes.
«Mijn vriend," zegt Montez, «wanneer gij het
goed vindt, ga ik even dineeren. Ik reed van
bet station Saint Lazara, om mijn brieven aan
te halen, en vond u voor de deur van mijn
kantoor op mij wachten.»
«Ja,ik wist,dat gij hierheteerstzoudtkomen,»
antwoordt de Duitseher, «en was er op gesteld,
u te spreken nog voor iemand anders u gesproken
bad. De Loterij-wetis door Kamer aangenomeu."
«Natuurlijk twee weken geledenmaar
maar nog niet door den Senaat. Dat is van later
zorg."
«Wees daarvan overtuigd. En nu kom ik
bij u mijn aandeel balen.»
«Uw aandeel? Waarvan?»
Mijn deel van bet geld, dat er nog is over
gebleven van betgeen gij ontvangen hebt om
de wet er door te haleD. Het geld, dat gij
niet hebt gegeven aan persmannen en afge
vaardigden het overschot bet groote over
schot.» Lachend vervolgt bij «Ja, gij zijt slim,
Montez! Gij hebt van dien Francois Leroy
LarchinoDt uw werktuig gemaakt.
Terwijl bier omkooperij werd gepleegd waart
gij, die alles regeldet, niet in Parijs doch
in PaDama. Ja gij zelf zijt veilig! Doch ik
wenscb ook een bescheiden!» (Wordt vervolgd).