NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. FEUILLETON. Een les uit Amerika BUITENLAND. DE SCHIMMELRIJDER. No. 39. Woensdag 17 Mei 1905. Vier-en-dertigsten jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. In de oplaag van dit nnnuner vinden de lezers een prospectus van de firma KAUF MANN SIMON te Hamburg, inge vonwen betreffende de Hamburger gewaarborgde Loterij. Amersfoortsctie Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden met Zondagsblad 0.75; Franco per post door het geheele Rijk f 1. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. Bureau: Langestraat 77. Telephoonno. 69. ADVERTENTIËN: Van 16 regels f 0.50; iedere regel meer 7'/» Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte *i i i (Wat Amerikaansche proteetionisten denken over de werking van beschermende rechten.) In Amerika is verleden jaar van re- geeringswege eene commissie benoemd om een onderzoek in te stellen naar de oorzaken van achteruitgang van den scheepsbouw en de scheepvaart der Vereenigde Staten. Door deze commissie werden een aantal reeders, scheepsbouwers, kooplieden en fabri kanten gehoord, voor het ineerendeel voorstanders van do theorie der pio- tectie en van hare toepassing. Aan het oordeel dezer «mannen van de praktijk" over de werking van be- csbermende invoerrechten ten opzichte der scheepsbedrijven mag waarde wor den gehecht. De voornaamste verklaringen van deze deskundigen werden door den heer Austin Taylor, lid van het Engel- sche lagerhuis, verzameld in een boekje getiteld «Side-Lights on Protection" waaruit wij een en ander wenschen mede te deelen. De reederijen en de scheepvaart in de Vereenigde Staten, een land met een der langste kustlijnen ter wereld, worden hierdoor beschermd, dat de wet haar het monopolie verschaft van de kustvaart en de vaart op de groote meren. De scheepsbouw geniet op zijn beurt bescherming, doordat de reeders feitelijk door de wet worden gedwongen hun schepen op Amerikaansche werven te koopen, terwijl voor deze, indien er geen protectie ware, de grond stoffen in zoo ruime mate voorhanden zijn dat nergens ter wereld de schepen goedkooper zouden kunnen worden gemaakt. Toch heeft deze bescherming haar doel gemist niet alleen, doch beide bedrijven vrijwel vernietigdde trusts en het protectionisch tarief dragen daarvan de schuld. Dit blijkt uit het getuigenis der Amerikaansche protec- tionisten afdoende. De heer Melke, secretaris van een kamer van koophandel, toonde aan dat in 1821 het aandeel in den In en Uitvoerhandel van de Vereenigde Staten, in Amerikaansche schepen vervoerd, 88.7 percent bedroeg. Deze verhouding, tot 1850 ongeveer gelijk blijvend, was in 1800 al ingekrompen tot 72.5 en sinds dit jaar ging zij snel achteruit totdat in 1900 het aandeel der Amerikaansche schepen slechts 9.2 percent bedroeg, en ook tegenwoordig is dit cijfer nog even laag. De tonnenmaat der zeeschepen is sinds 1861 ingekrompen van 2.6 mil- hoen op nog minder dan 900 000 ton in 1903, hoewel de buiteulandsche handel in dat tijdperk verviervoudigd is. Een enorme achteruitgang derhal ve, die niet kan worden goedgepraat door te verwijzen naar de kustvaart en die op de meren. Want ten opzichte van deze verklaarde Mr. Mc Donnell, dat do hiervoor gebezigde schepen grootendeels kleine schoeners, sloepen, kolenschepen, veerbooten, sleepbooten en baggermolens zijnslechts 939 schepen van meer dan 1000 ton be varen de meren, de Stille Zuidzee en de Atlantische Oceaan. In 1904 werd dan ook op de Amerikaansche werven geen enkele zeestoomer voor de koop vaardij gebouwd. Door den heer Bird, een koopman en tabrikant te Boston, worden de Vereenigde Staten verge leken met een man van enorme ge stalte en kracht, doch wiens rechterarm langzamerhand is verslapt en verlamd. Wal zijn nu de oorzaken van dit verval? Unaniem werd de oorzaak ge zocht in de werking van het protec tionistisch tarief, waardoor de reeders gedwongen zijn hun schepen op Ameri kaansche werven te laten houwen, omdat zij anders hun kustvaartmono polie verliezen, en de werven op haar beurt de voor den bouw vereischte materialen binnenlands moeten koopen, daar het schip anders niet aan de kustvaart mag deelnemen. De materia len zijn door de Trusts, steunende op de protectie, zóó duur gemaakt dat bijna alle deskundigen verklaarden dat een Amerikaansch schip ongeveer 3040 pCt. duurder komt dan in het vtijhandelsgezinde Engeland. Behalve op de toekenning van premies in andere landen en op het ontbreken van stand aardtypen voor den bouw wordt door allen gewezen op het tarief, waardoor staal, hout, machines, fittings en alle andere scheepsmaterialen in prijs zijn gestegen. Zoo worden stalen platen op de Amerikaansche werven geleverd te gen 1.75 dollar-cenis per Engelsch pond, terwijl EngelschestaalplalentePhiadel- pliia zonder de rechten tegen 1.40 cents per pond worden geleverd. De trusts worden door de bescherming in staat gesteld hunne productie tegen mono- poheprijzen in den handel te brengen. De Eastern Staal Trust kan zijn staal in Amerika ongeveer 8 dollar per ton duurder verkoopen dan in Engeland. De Heer Hill, van de Great Northern Railway, verklaarde dat hij moest concurieeren tegen de Canadasche spoorwegen, die van dezelfde fabrieken de rails 10 dollar per ton goedkooper dan hij konden krijgen. De heer Wallace, voorzitter van de American Shipbuilding Company te Cleveland, deelde mee dat een van de grootste fabrieken 100.000 ton stalen platen verkocht tegen 2-4 dollar per ton te Belfast (Engeland) terwijl zij te Pitts burg (Amerika) 32 dollar per ton vroeg. Zoo leverde, volgens een andere ge tuige, de firma Carnegie enCostaal- waren naar Dundee (Schotland) voor 7 pond 15 sh en 8 d per ton, ter wijl zij hem te San Francisco 10 pond 9 sh en 2 d lieten betalen. Een ander koopman Mr. Atkins te Boston, verklaarde dat hij orders ge plaatst had in Glasgow (Engeland) voor machineiieën tegen 22 pCt. lager dan het laagste bod in Amerika. Gevolg van de opdrijving der prijzen in het eigen land is dan ook volgens Mr. Bartol, dat het Ameii- kaansche tarief wel den arbeid en de Amerikaansche producten beschermt binnen de grenzen van het land, doch niet in staat is een Amerikaansch schip te beschermer,, zoodra het buiten de slagboomen van het tarief in open zee is gekomen. De exploitatie van een schip is dan ook duurder dan elders geworden. De heer Waterhouse, directeur van de Boston Steamship Co., vergeleek een Amerikaansch schip met een Engelsch van hetzelfde laad vermogen, en berekende dat het Engelsche schip alleen op de post verzekering, intrest en afschrijving ongeveer f400.per dag voordeel had boven het Amerikaansche. De heer Walter Sayle president van een fabrikan ten vereeniging, verklaarde dan ook dat, tengevolge van de hoogere kosten, een Amerikaansch schip in open zee onmogelijk kan concurieeren. Mr. Joseph Lee, de ondersecretaris van de kamer van koophandel gaf als zijne meening te kennen, dat het in overigens gelijke omstandigheden niet mogelijk is tegen den Vrijhandel te concurreeren op hot gebied van den scheepsbouw en de scheepvaart, het geen bevestigd wordt door de ver klaring van Mr. Schwerin. onder directeur van een stoomvaartmaat schappij, dat een Ameiikaansch schip een verlies van ongeveer 29.173 dollar per jaar opleverde. Welke middelen werden gevraagd om verbetering in den toestand te brengen? Dat Protectie, eenmaal bin nengehaald, steeds voert tot meer, blijkt uit de verzoeken van verschil lende getuigen om invoering van premiesde reeders en scheepsbouwers vragen beide subsidies uit de schat kist als vergoeding van de 30 en 40 pCt. meedere kosten van hun bedrijf. En geen wonder, als men bedenkt dat, zells wanneer kon worden ver kregen wat sommigen wenschen nl. het recht om schepen in 't buitenland te koopen en deze in Amerika te laten inschrijven, de duurdere exploi tatiekosten als gevolg der protectie steeds een belemmering voor het bediijf zouden blijven. Daarom werd door kapitein Robert Dollar, een reeder te San Francisco, terecht gezegd: «Wat wij noodig hebben zijn goedkoopere schepen en om deze te kunnen bouwen is goed kooper staal een vereischtehet heeft veel van krankzinnigheid om door protectie de reusachtige staalindustrie in dit land te beschermen, zoodat aan buitenlanders staal wordt verkocht waardoor zij goedkoopere schepen kun nen bouwen." En het meest afdoend in zijne verklaringen was admiraal Bowles, die tot verbazing van den voorzitter der commissie als geneesmiddel aan ried «volkomon vrijhandel." Zal het Nederlandsclie volk ver standig genoeg luisteren naar dezen raad en niet ook zijn scheepsbouw aan de protectie wagen? De ramp in de golf van Lyon. De Fransche bladen staan vol met betichten over den tragischen en noodlottigen afloop van den wedstrijd AlgiersToulon. Van een der ge zonken torpedobooten, de Quand mème van den hertog Decazes, niets meer vernomen, zoodat het vermoeden voor de hand ligt, dat het vaartuigje met zijn bemanning van elf koppen naar de diepte is gegaan. Aan boord bevonden zich de hertog Decazes, de Fransche zeeofficier Hubert Des- fossés, de ontwerper van de motor, Baudoin, de heer Chauchard, vier machinisten en drie matrozen. Maar dit is niet alles, is nog niet het ergste: ook de Arbaléle is nog terecht. Dit vaartuig is een torpedo boot-vernieler, welke de reputatie had Oorspronkelijke novelle van TH. STORM. 13) «En daarop, waarde dijkgraaf," antwoordde zjjn superieur opstaande, «willen wij samen dit glas ledigen I" Elke, die het ontbijt opgezet had, ging juist, toen de glazen tegen elkander klonken, met een glimlach op de lippen de deur der kamer uit. Daarop haalde zij een schotel met afval uit de keuken en ging daarmede den stal door om het buiten aan het pluimgedierte te brengen. In den stal was Hauke Haien bezig voor de koeien, die men om het gure weer nu al had moeten binnenhalen, met een hooivork hooi in de ruif te steken. Maar toen hij het meisje zag aankomen, stiet hij de vork in den grond. «Nu, Elke zeide hij, Zij bleef staan en knikte hem toe: «Ja, Hauke; maar je had zoo even binnen moeten wezeD «Zoo? Waarom dan Elke?" «Mijnheer de opperdijkgraaf heeft den baas geprezen I" «Den baas? Wat geeft mij dat?» «Neen, ik bedoel, den dijkgraaf heeft hij geprezen!» Een donkere blos kleurde plotseling het gelaat van den jongeling; «Ik weet wel,» zeide hij, «wat je bedoelt.» «Kleur nu maar niet, Hauke; gij waart het immers toch, dien de opperdijkgraaf prees.» Hauke keek haar met een halven glimlach aan. «Maar gij toch ook, Elke!» zeide hij. Doch zij schudde het hoofd«Neen, Hauke, toen ik hem alleen hielp, werden wij niet ge prezen. Ik kan immers ook alleen maar rekenen, maar gij ziet daarbuiten alles, wat de dijkgraaf eigenlijk zelf moest zien; gij hebt mij den voet gelicht!» «Dat heb ik toch niet gewild, u het aller minst,» zeide Hauke bedeesd, terwijl hij den kop eener koe op zij stiet. «Kom, roodbonte, vreet de vork er niet bij op, je zult immers toch alles hebben!» «Geloof maar niet, dat het mij spijt, Hauke« zeide het meisje na eenig peinzen, «dat is immers mannenwerk?» Toen stak Hauke haar de hand toe: «Elke, geef mij de hand daarop Een donkere blos kleurde de bruine wangen van het meisje. «Waarom, ik lieg immers niet!« zeide zij. Hauke wilde antwoordenmaar zij was den stal al uit, en hij stond met zijn hooivork in de hand en hoorde nog slechts, hoe buiten de eenden en kippen om haar heen snaterden en kakelden. Het was in Januari van Hauke's derde dienst jaar, dat er een winterfeest zou gevierd worden. «Eisbóssoln» noemde men dat daar. Een lang aanhoudende vorst bij bladstil weer had alle slooten tusschen de landerijen met een harde, vlakke kristalkorst bedekt, zoodat de doorsneden velden nu een uitgestrekte baan vormden voor het werpen met de kleine met lood volgegoten houten ballen, waarmee het doel bereikt moest worden. Dag uit, dag in woei er een zacht Noord-OostenwiDdje, alles was geheel en al in ordede bewoners van het oostwaarts van den polder op de heide gelegen kerspel, die het vorige jaar de over- Het „Eisbösseln" is een oud volksvermaak der polderbewoners. In den winter, wanneer alle slooten met ijs overdekt zijn, daagt het eene dorp het andere tot den strijd uit. Van beide kanten worden daarvoor de sterkste en vlugste mannen uitgekozen. Om beuiten wordt door eene der beide partijen met een houten bal geworpen en de piaals, waar die blijft liggen, gemerkt. De partij die eerst het doel, een houten ton, bereikt, heeft overwonnen. Dit vermaak kan alleen in den winter piaals hebben, omdat dan alle slooten bevroren zijn en dus den bal niet in zijn vaart stuiten. Iedere party heeft een „Kretler" d. i. strijder, woord voerder, die met het woord het recht der zijnen verdedigd en oplet, dat de tegenparty in geenen deele van de regels van het spel afwijkt. Vandaar het woord „herauskreteln," d. i. een door de tegenparty beschuldigde vi ijpleiten. „Bdssel" bal; büsseln met een bal werpen. Noot -v. d. Verf. winning behaald hadden, waren tot den wed strijd uitgenoodigd en hadden dit aangenomen van weerskanten waren negen werpers uitge kozen en eveneens een leider van het spel en een woordvoerder. Wanneer er twist ontstond over een twijfelachtigen worp, moesten deze laatste» zien tot een schikking te komen, en daarom werden tot woordvoerders altijd men- schen gekozen, die hun zaak in het beste licht wisten te stellen, liefst mannen die, behalve dat zij een gezond verstand hadden, ook hun mond goed wisten te roeren. Daartoe behoorde in de eerste plaats Ole Peters, de oudste knecht van den dijkgraaf. «Gooi maar als duivels," zeide hij «voor het praten zal ik wel zorgen." Het was op den avond voor den feestdag; in de zijkamer van de dorpsherberg waren een aantal werpers verschenen, om een beslissing te nemen over het toelaten van eenigen, die zich later hadden aangemeld. Hauke Haien behoorde ook tot deze laatsten; eerst had hij niet willen meedoen, hoewel hij wel wist, dat hij flink geoefende armen bezatmaar hij was bang door Ole Peters, die een eerepost bij dit spel bekleedde, afgewezen te worden en die nederlaag wilde hij zich besparen. Maar Elke had hem nog ter elfder ure tot andere gedachten gebracht. Wurdl vervolg#.)

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1905 | | pagina 1