NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
FEUI LEËTOiY
fl!o. li.
Zaterdag 13 Januari 1906.
Vijf-en-dertigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
RUIT EN LAND I Plaatselijk Nieuws.
HET KIND DER PRAIRIE.
Amersfoortsc
Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 0.75;
Franco per post door bet geheele Rijk f 1.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G, J. SLOTHOUWER.
Bureau: Langestraat 77. Telephoonno. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7Cent.
Advertentiên viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
De verkiezingsbeweging in Enge
land breidt zich over liet geheele
land uit. De meest op den voorgrond
tredende politici reizen voortdurend
en houden redevoeringen. Zoo sprak
Dinsdag de minister-president Camp-
bell-Bannerman in Liverpool en eer-
gistermiddag hield hij in deze plaats
weer een rede. Verder sprak hij in
Chester, Wrexham en Shrewsbury.
Dezer dagen zal hij naar Schotland
gaan om in Glasgow propaganda te
maken voor de liberale beginselen.
De minister van financiën, Asquith,
hield eenige redevoeringen te Yoiks-
hire, terwijl Chamberlain midden-
Engeland bewerkt. Balfour trad op in
de streek van Manchester. In de stad
Manchester is de spanning zeer groot.
De bijeenkomsten daar zijn zeer
rumoer ig.
Wellicht de gewichtigste politieke
redevoering is gehouden door den lieer
Asquith te Huddensfiald.
Hij zei, dat de eerste plicht der
regeering is onrechtvaardigheden weg
te nemen, gebracht door de onde
wijswet. Vervolgens zijn vele sociale
hervormingen noodzakelijk. Vooralies
moet de wet op de vrijheid van ver-
eeniging veranderd worden, opdat er
voor de werklieden werkelijk vrijheid
van vereeniging bestaat. En eindelijk
moet de ongevallen-uilkeenng uitge
breid worden tot alle bedrijven.
Wegens de zware regens die in
de laatste dagen in Duitscblarid zijn
neergekomen, zijn de rivieren sterk
gezwollen. Woensdag stonden gedeel
ten van den spoorweg langs den Moe
zel onder water, zoodat slechts zeer
langzaam kon worden geredenliet
water is echter weder aan het dalen.
Ook de Main, de Ruhr en de Eems
zijn sterk gestegen, zoodat reeds over-
strooiningen worden gemeld. Van den
Rijn boven Keulen geldt hetzelfde.
Langs den Wupper moesten een aan
tal huizen worden ontruimd.
Donderdagavond hield «Handel
en Nijverheid" hare flink bezochte
maandvergadering. Bij de opening
werd door den voorzitter even stil
gestaan bij de schokkende gebeurte
nissen op financieel gebied, die kort
vóór het einde van 19Q5 zich aan
meldden. Nadat gewezen was op het
groote kwaad, dat door dusdanige
malversatiën, aan het Crediet en daar
door aan den Handel werd berokkend,
werd een blik geworpen op de weinige
verantwoordelijkheid, die van Bestuur-
deren van Naaml. Vennootsch. door
de wet wordt gevorderd, was het vol
gens spieker eene uitstekendegedachle
geweest van onze Kamer van Koop
handel ai hier, om in liet beantwoorden
van het, door ilen betrokken Minister
onlangs gevraagd advies, inzake eene
meer wettelijke regeling van naamlooze
vennootschappen, op dit weinig ver
zorgde punt het volle licht te laten
schijnen.
Gelukkig was bij een terugblik aan
den jaarlijks te passeeren mijlpaal, ook
plaats voor meer bevredigende gedach
ten. Met groote ingenomenheid sprak
Spr. over de prettige verstandhouding
van de Bestuursleden onderling. Niet
minder was de betrekking van de
gewone Leden en het Bestuur over en
weer en waardeerde Spr. zeer de wel
willendheid van de Leden bij moeilijke
en ingewikkelde vraagstukken. Eene
aansporing om van beide zijden den
ingeslagen weg te vervolgen, vond
weerklank bij de hoorders. Eindelijk
werd een woord van dankbare waar-
deering gewijd aan de Pers, voor de
even hoffelijke als correcte wijze,
waarop, datgene wat in vergaderingen
onder den hamer doorging, publiek
eigendom word.
Nadat de uitvoerige notulen der
vorige vergadering, zooals ze door den
'2e secretaris waren ontworpen, zon
der eenige aanmerking werden vast
gesteld, kwam het le punt der agenda
aan de orde:
Verslag in:
houden met het Bestuur van Vreem
delingenverkeer.
De voorz. deelde mede, dat in de
gecombineerde Bestuursvergadering
op 5 Januari jl., was besloten tot het
houden, geduiende de week, waarin
alhier het 58e Landhuishoudkundig
congres met annexe tentoonstelling
zal worden gehouden, van:
le een etalage-wedsti ijd
2e wedstrijd in pui-versiering voor
winkelieis
3e wedstrijd in balcon- of gevel
versiering voor particulieren
De beoordeeling zal aan eene jury
worden opgedragen. Aan de bekroon
den zullen medailles en diploma's
worden uitgeieikl. Een en ander te
bekostigen door de beide vereenigiri-
gen. De vergadering nam genoegen
met het bepaalde
Punt 2 Voorstel van den heer
J. Stnnige in zake het Bondsorgaan.
Dit punt is ter afdoening aange
houden tot eene volgende vergadering
nadat de voorzitter in groote trekken
de geschiedenis van het Bondsorgaan
had aangestipt. Na eene vraag aan
den heer S. of deze zich kan ver
eenigen met het voorgestelde door
het bestuur, trok de heer S. zijn
voorstel in en werd dat van het be
stuur tot verdagen, bij acclamatie
aangenomen.
Punt 3. Voordracht van hot bestuur
betreffende de feestcommissie.
Nadat mededeeling was gedaan,
dat van de IB heeren die waren aan
gezocht om te vormen eene commis
sie ten einde het eerste lustrum van
de vereeniging waardig te gedenken,
14 zich daarvan hadden beschikbaar
gesteld, toonde de vergadering door
applaus in te stemmen met de voor
dracht van genoemde commissie.
Het 4o punt, om de kosten nood
wendig verbonden aan een feestavond,
te doen dragen door de kas der ver
eeniging werd bij acclamatie aange
nomen.
Het 5e punt ballotage had tot suc
ces, dat de vereeniging weer 4 leden
rijker weid, alweer twee candidaten
zich hadden opgegeven.
Bij de modedeelingen zeide de voor
zitter, dat zich bij den bond van
handelsvoreenigingen hadden aange
sloten de winkeli rsvereeniging te
Amsterdam en een middenstandsver-
eeniging te Gouda.
Ingekomen was voorts oen schrij
ven van B. en W. alhier, met ver
zoek te willen mededeelen of naar
't oordeel der vereeniging het in liet
belang der Nijverheid is te achten,
dat onafgebroken dag en nacht ge
legenheid bestaat tot telephoneeren
hier ter stede.
Na vrij uitvoerige discussie werd
besloten in bevestigenden zin te ant
woorden. Nadat de hamer reeds ge-,
vallen was, deed bij de rondvraag
een lid het voorstel deze zaak wat
sterker aan te binden, en werd aldus
met algemeene stemmen besloten.
Daarna kwam ter sprake of van
hooger hand iets gedaan zoude kunnen
worden tegen deloyale concui rentie
tijdelijke uitverkoop onder valsche voor-
gevens, enz. Na zeer uitvoerige dis
cussie werd besloten een voorstel bij
het Bestuur in te dienen en in eene
volgende vergadering te behandelen.
Uit dit debat ontspon zich de vraag
of 't niet deloyale concurrentie was
van de gemeente-gasfabriek, om de
cokes voor een minderen prijs te ver-
koopen, dan die waarvoor handelaren
in brandstollen de cokes aan particu
lieren kunnen leveren? Wijl deze dis
cussie verliep in de vraag of eene
gemeente-inrichting al of niet winst
mocht behalen en vele bezoekers reeds
de zaal hadden verlaten, maakte de
voorzitter ten elf ure een einde aan
de vergadering.
De kegelclub »U. D. I." behaalde
te Alkmaar met 265 houten den
17den prijs; de le prijs werd ge
wonnen met 302 punten.
De voetbal-club »H. V. C." van
hier speelt Zondag te Hilversum tegen
het tweede elftal van «Victoria".
Voor de rechthebbende is ten
Politiebureele terug te bekomen een
gouden lingetje, dat op de openbare
straat gevonden werd.
Bij besluit van den Minister
van Financiën is de 381 e Staatsloterij
vastgesteld, welke aanvangt 19 Maart
en eindigt 9 Juni '1900.
De Vereeniging tot het houden
van kunstbeschouwingen zal op 27
en 28 Januari weer een portefeuille
exposeeren.
De plaatselijke afdeeling van
«Patrimonium" zal 22 dezer haar 18de
Jaarvergadering houden.
Tot conrector van het gym
nasium le Assen is benoemd dr. P.
Groen boom Jr., Icernar te Utrecht.
Thans zijn overgeplaatst lit-
meester C Sandt van Nooten van het
le regiment huzaren alhier naar het
3e te 's Gravenhage en ritmeester
jhr. VV. H. J. van de Pol van liet
12e regiment te Haarlem naar hel le
te Amersfooi t.
De ritmeester jhr. W'. 11. J. van
de Poll is in het garnizoen aange
komen en heeft het hevel over liet
escadron van het lste legement hu
zaren overgenomen van den ritmees
ter Sandt van Nooten, die naar Den
Haag is overgeplaatst.
St. Ct. no 9 bevat een kon. be
sluit (Staatsblad 3G0) en 28 Dec.
1905, houdende toepassing van het
eerste lid van art. 45 der Landweer-
wet op de dienstdoende schutterijen
van eenige gemeenten.
Bij hovenvei meld besluit wordt be
paald dat te rekenen van 1 Januari
1906, voor de toepassing der wet op
de schutteiijen van II Aptil 1827
mei de rustende schuttel ij en hare
leden 2ullen gelijkgesteld de dienst
doende schutterijen en hare leden in
de gemeente Amersfoort.
Onze «dienstdoende" is dus in ruste
gegaan.
FRANZ TRELLER.
29)
Suizend vloog de saamgevouwen riem in een cirkel om
Puck's hoofd, nog eenige sprongen der beide paarden en
de lasso ontvlood zijn hand en de strik met volkomen
juisheid geslingerd kwam om den rechterpoot van het
paard, een worp die zelfs den kundigste maar zeldzaam
gelukt.
Op een gillende kreet van Puck wendde de schimmel zich
en volgde een ontzettende ruk. Pucks paard stijgerde hoogop
en het paard van den Indiaan stortte plotseling neer, zijn
ruiter onder zich begravend. Paard en ruiter werden een eind
voortgesleurd voor Puck stil hield en zijn buks greep.
De beide ruiters die Cajugas voor zich had bogen bij
den val van hun makker te gelijk naar rechts en links
keerden zich om en richtten hunne lansen op den jongen
hoofdman. Maar Cajugas, vlug als de panther en zijn paard
meester als een deel van zijn eigen lichaam, dreef zijn
paard rechts af waardoor hij een zijner vervolgers in de
flank kwam en ofschoon deze, toen hij zulks bemerkte, zijn
paard de sporen gaf en weer vooruit joeg, was het te
laat. De Cheyenne zette zijn paard zoo aan dat het als
een gejaagd hert voortvloog en de meedoogenlooze lans
boorde zich in den rug van den Indiaan, die met bloed
overstroomd van zijn paard viel.
Ook de andere Kiowa was, toen hij zag dat hun manoeuvre
vergeefs was, op de vlucht geslagen doch de koelbloedige
Puck richtte zijn doodaanbrengende buks en baar kogel
haalde den man in. In zijn hoofd getroffen zonk hij neer
op den nek van zijn paard en viel daarna als een blok
voorover op den grond, terwijl het voortvliedende paard
hem met zijn in den stijbeugel vastzittende voet, voortsleurde.
Cajugas, Puck, de beide Cheyennes hielden stil en overzagen
het slagveld, terwijl Paul op een afstand kwam aangerend.
Terwijl zij nog keken naar het paard, dat zijn ruiter
voortsleurde en naar dien, die door de lans van Cajugas
getroffen was, deed een luide schreeuw achter hen, hen
opzien.
Zij zagen Paul in gevecht met den Indiaan, wiens paard
door Puck's lasso geyallen was.
Paul's «Donder" was met zijn voorpoot in een gat geraakt
zooals de prairiehonden maken en had struikelend zijn rui
ter afgeworpen. Gelukkig kwam de jongeling op zijn beenen
terecht.
De Kiowa had zich juist van onder zijn paard uitgewerkt
en was in de grootste woede, het blinkende mes in de hand
op Paul losgevlogen. Deze zag hem te rechter tijd en trok,
daar zijn buks niet geladen was, het breede mes en wachtte
moedig den woedenden vijand af. De jongeling was vlug,
sterk en vastbesloten om zijn leven zoo duur mogelijk te
verkoopen. De wilde, woedend door de bloedige nederlaag
der zijnen, door de pijn en tengevolge van zijn val, kwam
met van toorn fonkelend oog op hem af, maar met een
bliksemsnellen greep zijner linker hand pakte Paul zijn
rechter pols en stiet hem tegelijk met alle kracht het mes
in de borst, nog voor hij zijne hand uit Paul's greep kon
los maken.
Met een doften kreet en een blik van doodelijken haat
zonk de Indiaan neer terwijl het warme bloed zijn borst
overstroomde.
In dat zelfde oogenblik waren ook Puck en Cajugas aan
Paul's zijde. De lans van. den Indiaan maakte een eind aan
des Kiowa's leven, terwijl de dwerg bezorgd vroeg «ben je
gewond
«Neen," sprak de jongeling die doodsbleek zag naar den
stervenden man, die door zijn mes was getroffen. Hij had
menschenbloed vergoten en hij huiverde over 't geen hij
gedaan had.
«Wat scheelt den jongen dan?"
«Daar, daar," sprak Paul met bevende stem, «ik heb
hem gedood."
De dwerg antwoordde kalm: «wildet ge liever in zijne
plaats daar liggen en dat jouw skalp zijn gordel sierde?"
»Ja" sprak de jongeling wat opgewekter, «hij dorstte
naar mijn hartebloed, ik heb slechts mijn leven verdedigd,
ik kon niet anders."
«Zij hadden allen het op ons gemunt en zij krijgen nu
slechts wat zij ons hadden toegedacht. Laat de weekhartig
heid iu de neerzettingen, wij strijden hier man tegen man,
leven om leven, zoo is de wet der prairie."
Met groote koelbloedigheid overzag de Indiaan, en
ook Puck, het slagveld.
Wordt vervolgd.)