NIEUWS Nieuws- en Advertentieblad voor do Provincie Utrecht. FEUILLETON. BINNENLAND. PETER SABLEWSKY. No. 27. Woensdag 1 April 1908. Zeven-en-dertigste jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. Van den hak op den lak. BUITENLAND Y. D. MULLER MASSIS. Amersfoortsche ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden met Zondagsblad 0.75; Franco per post door het geheele Rijk 1. Afzonderlijke Nnmmers 3 Cent. Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. BureauLaugestraot 77. Telephoonno. 69. ADVERTENTIËN: Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7Cent. AdvertentiSn viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsrnimte O tempora, o moies! o tijden, zedenWat boort men tocb tegen woordig van vreemde dingen, ruet alleen uit dp menscheri, maar ook uit de dierenwereld! Daar lezen we zoowaar een geval van kippen-eman- cipatie! Te Veclita (Oost-Friesland) is een ben, die er van buiten net uitziet als haar zusters; zij picnict met andere haremdames, kakelt even druk als deze, legt op tijd haar eitje en Heit ook niet minder dan de andere dames met meneer den haan. Maar wanneer ze 's morgens de hanen hoort kraaien, roept ze guitig teiug, tot haar heer gemaal uit jaloezie daai een einde aan maakt. Ja, 't wordt een rare wereld Lazen we vroeger in onze kinderjaren, hot sprookje van de hen rnet de gouden eieren, thans hooren we uit Dinxperlo van een liaan met goudstukken in de krop. Toen het dier naar het oordeel van den eigenaar genoeg van het vette der aarde had genoten en werd geslacht, kwam er uit zijn krop te voorschijn behalve een paar knoopen, een geel muntstuk, dat schoonge maakt, een gouden tienmarkstukje (f6.bleek te zijn. Zoo'n beestje is het vetmesten nog eens waard Een ander geval uit den dieren wereld is niet minder vreemd. Johannes Mom te Gent heeft een geit. Niets bizonders, zegt ge. Dat is zoo. Die geit was laatst erg onrustig. Dat kan ook gebeuren. Maar de oorzaak kon men niet vinden, tot dat dezer dagen een der huisgenooten eenige jonge muisjes krijgertje zag spelen op den rug van de geit en ze tusscben de langen haren zag verdwijnen. Men zocht, en vond tusschen de haren een mooi nestje met snoezige, jonge muisjes, die echter ijlings de vlucht namen. Nu, die huisvesting was nog zoo verkeerd niet en zeker heel wat, warmer dan die van een Engelsch paartje, dat hun witiebrood-wekrii gaat doorbrengen in een licht klein linnen tentje. Zij zijn beiden harts tochtelijke fietsers en hebben een groote voorliefde voor het vrije kamp leven. Op een grooten lijtoer leerden ze elkaar kennen en daarom willen ze hun echtelijk leven ook aanvangen onder het lichte, luchtige tentdak, dat saamgerold op de fiets wordt vastgebonden. Het «gebouw" weegt slechts 5 pond, het huisraad nog geen 25, zoodat hun bagage slechts een 30 pond bedraagt. Wij wenschen hel paar een «goeie reis". Erg aanlokkelijk schijnt mij echter zulk een heerlijk reisje thans nog niet't is nog Maart, en Maart wordt wel Lentemaand geheeten, Doch heeft van Lente alleen den naam. Hy toont zich zelden aangenaam. Vandaar het oude rgm, dat Maart Zich dochtig roert soms met den staar." Evenwel: de Lente komt en nieuw leven openbaart zich reeds allerwegen Ook de oude heer Joseph Hufker te Alton (N.-Amerika), die reeds ten doods scheen opgeschreven, is weer tot nieuw leven gekomen. De oude heer versufte en kende vaak zijn naaste omgeving niet meer. Hij koesterde een innigen wensch zijn zoon, die farmer is in Australië, voor zijn dood nog eens te spreken Zóó lang hoopte hij nog te leven. Met alle energie, waarover hij nog kon beschikken, zocht hij naar een middel om zijn gedachten bijeen le houden, en hij vond dit in het kaartspel. Hij speelde met zijn vrienden, wel zes uur achtereen, en na een paar uur van rust, hervatte hij het spel. Zóó ging het veertien dagen achtereen. Toen kwam de zoon en deze vond zijn vader niet alleen goed bij zijn positieven, maar in den besten wel stand. De oude heer Hufker had door het spel een verjongingskuur onder gaan. Het geheim of de kunst om het leven te verlengen bestaat hierin, dat men zijn hart jong houdt, en steeds blijmoedig zijn levensweg be wandelt «Poog de bloeiende jeugd van uw hart te f verlengen, Rek haar van Mei, tot October, tot meer! De natuur op haar tijd moog'de lente her- [brengen, 's Harten jeugd, ging ze eens neen, keert [nooit weer." Wij kunnen niet altoos in 't zonnetje wandelen en niet overal geuren de bloemen ons tegen. Toch: «Bloemen zijn op ieder pad te vinden. «Maar niet ieder kan een ruiker er van [binden." Sommige menscben tobben altoos over 's levens verdrietelijkheden anderen zijn zoo luchthartig en licht zinnig mogelijk. Voor die beiden is bet Arabisch spreekwoord een waar schuwing: «Loop uw noodlot niet na, uw noodlot zal u wel opzoeken. Waarom het noodlot uit te tarten Elke uittarting is verkeerd. Maar 't komt ook voor, dat men zich ver beeldt uitgetart te worden, terwijl daar van toch geen sprake is. Zoo zagen eenige studenten nabij de stadt Utrecht een 4-tal borden, waarop te lezen stondKom vechten. Zij zagen daarin een uitdaging tot een gevecht, maar niemand ziende met wien te vechten viel, vonden ze de uitnoodiging overbodig, trokken de borden uit en namen ze mee. Zóó was het echter niet bedoeld. De borden wezen eenvoudig de plaats aan, waar de «kom van het gehucht «Vechten" was gelegen, en de burge meester van Bunnik liet dan ook den snooden diefstal niet ongestraft. Het viertal zonen van Minerva werd opgespoord, de borden werden in be slag genomen, en tegen de heeren werd proces-verbaal opgemaakt. Arme onnoozelheid Student Meijer keek laatst ook op zijn neus, hoewel hot geval niet zoo erg en meer vermakelijk was. Professor Hemmelman, college gevende,ontdekte wat hem wel vaker overkwam dat hij zijn horloge op zijn schrijf tafel bad laten liggen. Hij tuurde door het raam naar de torenklok maar tevergeefs Het auditorium vermeidl zich in des professors ver legenheid en vooral Meijer had lol voor tien. De professor, ten einde raad, wendt zich nu tot Meijer«Ocb mijn waarde, wilt ge eens even op uw horloge zienhet mijne is te ver weg, om het te raadplegeD.' Meijer kleurt, bij tast in het eene daarna in het andere vestzakje, maar zijn uurwerk vond hij niet, daar dit in de bank van lening was aangeland. Groote hilarteit en nog grooter toen Professor Hemmelman met een fijn lachje Meijer toevoegde: «Doe geen moeite, mijn waarde, uw horloge schijnt nog verder weg te zijn 1 Keuvelaar. Er loopen onrustbarende geruchten omtrent den toestand van den Groot- Hertog van Luxemburg. Volgens een bericht uit Berlijn zou de Groothertog zelfs op sterven liggen. Maar volgens de Karlsruher Zeitung (de zieke Groot hertog houdt nog steeds in Baden ver blijf) is de toestand van den vorstelijken zieke niet oniustbarend en het is best mogelijk dat de eenige aanleiding tot de slechte geruchten het decreet is geweest, waarbij de Groothertog zijne gemalin als regentes aanwees, omdat zijne gezondheid hem niet in staat stelt zich zoozeer aan de staatszaken te wijden als bij wenscht en moet. Bij een poging tot redding van twee arbeiders, die bij een mijn- ontploffing in een aan den Union Pacificspoorweg toebehoorende mijn in Wyoming bedolven waren, had een tweede ontploffing plaats, waarbij de geheele reddingsbrigade bedolven werd. Men vreest dat allen, ongeveer 70 man, omgekomen zijn. H. M. de Koningin-Moeder heeft het prachtwerk «Afbeeldingen naar belangrijke prenten en teekeningen van 's Rijksprentenkabinet te Amster dam", uitgegeven onder leiding van J. Ph. van der Keilen Dzn., bij W. Versluys te Amsterdam, met Hare inteekening vereerd. H. M. de Koningin en Z. K. H. de Prins waren Zondag, evenals H. M. de KoninginMoeder, weèrop Sche- veningen. De Koningin en de Prins toerden eerst een weinig langs den strandweg en deden ook een wandeltocht langs het strand. Er gaan zelden dagen in het win terseizoen voorbij, dat de vorstelijke familie niet aan het Scheveningsche strand vertoeft. Z. K. H. de Prins der Neder landen, Hertog van Mecklenburg, heeft aan vaat d het beschermheerschap van het XXX Nederlandsche Taal- en Letterkundig Congres, dat van 25 tot 28 Augustus a.s. te Leiden zal gehouden worden. Ten behoeve van de Koninklijke boerderij op Het Loo is in de provincie Groningen een prachtige stier aange kocht, welke gisteren aldaar is aan gekomen. Vrijwillig blijvend gedeelte. De minister van oorlog beeft als daium van opkomst onder de wapenen van de militieplicbtigen, die zich voor vrijwillig verblijf tegen eene premie van f 120 hebben aangeboden, thans voorloopig bepaald 4 April a.s. Voor de in 1909 te Zeist te houden Nationale Tuinbouw-tentoon- stelling hebben in bet reeds vroeger vermelde Eere-Comité, alsnog zittiog Eene Episode uit de martelingen, door Czaar Peter den Grooten, van Rusland, de vrijheidlievende Streiitzers aangedaan, door 9) En zoo gingen zij dan de van zeildoek en dennenplanken eenvoudige, maar stevig door touwen en pinnen vastgemaakte hut van Nicolaas binnen. Het vuur buiten de hut aangelegd in een diep gat in den grond en weldra opvlammend uit de in brand gestoken dennen en beukentakken, die een krachtigen hartsgeur verspreidde, brandde lustig. Het liet den blauwen rook kronkelen tusschen de hoog oprijzende stammen. Een stuk schapenvleesch werd er op gebraden. De geur er van verkwikte Peter en Soiie. Zij zaten op de ruwe bank der hut, zij aten van het brood, dat Nicolaas he», in flinke stukken voorzette. «Zoó, zoó!" zeide Nicolaas. «Om familieleden te bezoeken, maakt gij zulk eenen verren tocht? - En neemt gij zoo weinig proviand mede?" En daarbij keek hij hen, vriendelijk lachend, aan. «Ja, Ja, Peter Sablewsky. Gij zijt een hartelijk vriend voor uwe familieleden en doorkruist voor hen, met uwe Sofie, de groote Russische bosschen." ««Kent gij mij dan?"" vroeg Peter, wel verschrikt door den vrijmoedigen toon van Nicolaas Tschni- zar. Maar door zijn vriendelijken lach toch gerust gesteld. »»Ik geloof niet, u ooit gezien te hebben."" Het is zeer lang geleden, sinds ik eenige malen met mijnen vader bij u op het erf kwam." zeide Nicolaas. Wij waren beiden nog heel jong. Maar uwe trekken en vooral uwe stem herkende ik; en ook Sofie Tukanof is mij niet onbekend. Met den bal hebben wij als kinderen vaak gespeeld. Wie hem het hoogst en het verst wierp, was de koning van het kinder feest, of de koningin. Als mijn vader en ik Peter bezochten, gingen wij altijd eerst naar den boer Tukanof en van daar, over den breeden stroom naar U. En daarbijeen enkele maal kwam ik ter markt in de stad Kasan en als gij uit eenen winkel kwaamt met Sofie, of bij de handelaars op de markt uwe inkoopen hadt gedaan, vroeg ik, U ziende, aan de lieden rondom of gij niet Peter Sablewsky waart. Dan kreeg ik Ja ten antwoord. Zoó zien Peter en Sofie dat Nico laas, de baas der houthakkers, hen kent! En ik weet ook? ging Nicolaas ernstig en toch vriendelijk voort «ik weet ook, dat het bloed der vrije Streiitzers u door de aderen Stroomt! «Neen! weest niet ont roerdvoer hij bemoedigend voort. «Ik gevoel, al ben ik niet een hunner, wat zij gevoelen. En hier, mijne mannen, mijne ondergeschikten, met mij. Wij zullen u niet verraden, u niet aan uwe vijanden en ver volgers overgeven. Ik weet, hoe gij dik wijls spraakt tot vrienden en verwanten op de markt te Kasan en in vele andere dorpen en vlekken. Hoe gij gruwt van iedere onderdrukking. Hoe adelaarsbloed golft door uwe ziel en het lot der Srelitzers in Moskau u snijdt door de ziel. «Brave jongen." zeide hij, de ruwe hand op Peters schouders leggend. «Er is iets van een groote en en goede geest, een martelaarsziel in u, en om aan uwe vervolgers te ontkomen, vlucht gij. Hier kunt gij rusten en veilig zijn," Zoó sprak Nicolaas. En Peter zijne hand in die zijns broeders leggend, zeide: «Nicolaas! gij hebt in mijn hart en dat van Sofie gelezen! Ja! de Vrijheid ïs mijn wachtwoord! Ik eer onzen Czaar. Een groot man is hij. Maar goed? O! zoo hij bij zijne groote gaven van verstand ook een edel hart bezat; de vrij heidsgedachten het gevoel der wreed ver drukten verstaande. Recht doende aan ou- rechvaardig verdrukten. Medelijden hebbend met weduwen en weezen, hem nu aanklagend voor Gods rechterstoel. Groot van hart zijn de ik, Peter, ik zou de eerste zijn om hem te dienen; zijne vijanden te overwinnen. Zweden, Polen, Duitschers, Turken aan zijn voeten neer te leggen De kroon van Wereld- keizer voor hem te vlechten en hem die te verdedigenMaar om onwetende, slecht gedrilde en afgerichte boeren te dwingen voor hem met oneindig beter geschoolde en onder wezen vijanden te vechten, om den grond te drenken met hun alzoó nutteloos vergoten bloed. Om dan, dood voor duizenden kreten en klachten en dooden der door hem tot het uiterste getergde slachtoffers, zelf bij hunne terechtstelling tegenwoordig te zijn; harder dan het hardste graniet; neen! ddt, dat is niet te dragen voor een Strelitzer; voor mij, voor Sofie Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1908 | | pagina 1