NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. FEUILLETON Plaatselijk Nieuws. EENE NECROLOGIE. tfo. 66. Zaterdag 15 Augustus 1908. Zeven-en-dertigste jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. Van den Hak op den Tak. Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden met Zondagsblad f 0.75; Franco per post door het geheele Rijk 1. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. BureauLangestraat 77. Telephoonno. 69. AD VERTENTIËN: Van 16 regels 0.50; iedere regel meer Tl, Cent. Advertentiên viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte AugustusOogstmaand Een maand voor de landbouwers van groote be- teekenisOp haar is de hope van zoovelen gevestigd, die in 't zweet huns aanschijns hebben gearbeid en gezwoegd; die 't kouter door den grond hebben gedreven; die gezaaid en gewied hebben met inspanning van alle krachten. Zullen zij, die gezaaid hebben, ook maaien en oogsten? „Oogstmaand, deel uw zegen Milü weer uit langs d' aard. Worde veel verkregen! Kostbaar graan vergaard! Loon het werk der menschen Nu met overvloed! O, verhoor de wenschen, Toon IJ mild en goed Ook prins August Wilhelm van Pruisen, de vierde zoon van den Keizer, oogst de vruchten van zijn' arbeid. Twee jaar geleden wenschte hij te huwen met prinses Alexandra van Sleeswijk Holstein, maar Papa was van oordeel, dat de Prins nog te jong was en eerst zijn studiën moest vol einden. Toen zette de jongeling zich aan 't werk, rnet noesten vlijt, en dezer dagen is hij gepromoveerd tot doctor in de politieke wetenschap. Dit is de eerste maal, dat een Pruisische prins deze graad heeft gekiegen. Dit welverdiend succes is den gelukkigen Prins, die nu zeker niet tevergeefs om de toestemming voor zijn huwelijk zal vragen, van harte gegund. Stellig heeft zijn slagen hem een pak van 't hart genomen, evenals zekere mr Buzzle, maar in letteilijken zin, bevrijd is geworden van een pak van zijn maag. Mr. Buzzle is of liever was de dikste man van Virginia, hij woog circa 400 pond. Een respectabel ge wicht, niet waar? Een dokter te New- York bood aan hem langs operatieven weg van zijn overtollig vet te bevrijden, 't Ging aande dokter bracht hem onder narcose, maakte openingen rechts en links van de maag en sneed daar 2 vetmassa's, te zamen ongeveer 100 pond weg. Na 14 dagen was do patiënt genezen en gevoelde zich zoo frisch als een hoentje. Een mooie reclame voor den dokter, die nu wel meer dikkerds over zijn drempel zal krijgen. Mr. Buzzle kan intusschen weer voorlgaan met zich te goed te doen. Dat deed ook eene groote bruine beer, in de buurt van Halle (Saksen), die per spoor werd vervoerd, maar een oogenblik uit zijn kooi wist te ontsnappen. In de gauwigheid in specteerde bij de goederenwagen en verorberde daar een mandvol zoete kersen, drie kisten eieren, verscheidene vaten boter en een mand gevogelte. Toen liet hij zich weer gewillig op sluiten en deed een digeslieslaapje. Ik veronderstel, dat zelfs mr. Buzzle, die ongetwijfeld aardig kan peuzelen, hierin tegen Bruintje niet is opge wassen. Van beren gesprokeneen 4-tal Nederlanders, waaronder de heer G. J. v. Heek uit Enschede en J. J. ter Horst uit Rijssen zijn per stoomschip van uit Noorwegen naar de Noordelijke IJszee ter jacht geweest. Zij maakten l ijsbeeren en 15 zeerobben buit Hun vaartuig voer van Spitsbergen oostelijk door een bijna volkomen met ijs bedekte zee, waar het zich slechts met moeite een weg kon banen Een koud tochtje! Het jeugdige paartje te Amsterdam, dat de vorige week ook een reisje ging ondernemen, had zeker een ander doel, hoewel het gewichtige reisplan jaren kon duren. Zij waren n.l. op hun huwelijksreis, wat bleek, toen mijnheer aan het station naar zijn kaartje gevraagd werd en hij bij ver gissing niet zijn kilometerboekje maar zijn trouwakte liet zien. Doodleuk zeide de beambte: »U hebt wel een biljet voor een lange reis, mijnheer, maar het is op deze lijn niet geldig." Zoo'n «lange reis" beeft het echt paar Metsemakers, bewoners van het Begijnhof te Roermond, al goeddeels achter den rug: het vierde toch dezer dagen zijn gouden huwelijksfeest. Het heele hofje was in rep en roer. Art. 1. Het bepaalde bij artikel Deze zeldzame gebeurtenis wilde 1, sub 5, c, d en e, van voormelde men op luisterrijke wijze vieren, vooral ook, omdat er sinds lang over ge sproken is om het Begijnenhof te doen verdwijnen, 't Mocht eens de laatste maal zijnDie vrees vond men ook uitgedrukt in het opschrift van den eereboog „Voor het begijnenhof zal verdwijnen, Moet eerst in luister schijnen Een gouden bruilofstkroon, Schitterend in hofjes woon. Heil het gouden Paar, Gerard en Cathricn! Dat elk hun zegen wcnsch Fn hun gezondheid drinke!" Nog een ander gouden jubilé is gevierd! het 50-jarig bestaan van 't korps rijksveldwachters. Merkwaar dig is de feestgroet, bij die gelegen heid geuitdoorden beer. S. Wesselink Jr. te Utrecht, welke geschreven is in 't Bargoenscb, de dieventaal. Het le couplet van 't gedichtje laten wij hier, met verklaring volgen „Meefokkers in deez' Herry 't zamen, Leven wij zee wits en blij. Zijn wij thans vroolijk naar 't betaamen, Hier staat ons alles vrij. Het hoeft, de bay bcneven, De creeft is zeer plok alhier, Nacht deenen we op ons plaisir." Meefokkers kameraden: herrykoffihnis: zeerwits opgeruimdhoeft broodbay wijn creefe vleeschplok goednacht- de enen vroolijk zijn. Keuvelaar. De nieuwe postwet. In de SA-Cf. no. 190 wordt afge kondigd de wet van den 23sten Juli 1908 (Slbl. no. 238) houdende wijzi ging en aanvulling der wet van den 15aen April 1891 (Slbl. no. 87) tot legeling der brievenposterij, gewijzigd en aangevuld bij de wet van den 31sten December 1906 (Slbl. no. 358). De tekst van dit wetje luidt als volgt: wet, wordt gelezen als volgt «6. onder gedrukte stukken alle op papier, perkament of andere soortgelijke stoffen, door middel van boek-, plaat-, steen-, of lichtdruk ver menigvuldigde stukken en die welke, hoewel op andere wijze vermenigvul digd, door Ons met gedrukte stukken zullen worden gelijkgesteld: c. onder nieuwsbladen de gedrukte stukken, welke ten minste een maal per maand verschij nen als courant of tijdschrift: c. onder bijvoegsel het vervolg van een nieuwsblad, namelijk dat gedeelte, waarvoor het boofdblad geen genoegzame ruimte aanbiedt, doch dat overigens, hoewel op een afzonderlijk vel gedrukt, in strekking met dat blad overeenstemt of dit op eenigerlei gebied aanvult, daarvan kennelijk een wezenlijk deel uitmaakt en niet afzonderlijk verkrijg baar wordt gesteld of voor afzonder lijke verspreiding bestemd is e. onder monsters monsters of stalen van koopwaren en modellen, op zichzelf geen handels waarde bezittende en uitsluitend moe tende dienen om over de waar of de soort te kunnen oordeelen." Art. 2. Art. 3 van voormelde wet wordt gelezen als volgt: «Het port der brieven bedraagt, bij vooruitbetaling, voor elke briefkaart 2Vi cent voor eiken anderen brief: van een gewicht van niet meer dan 20 gram 5 cent, boven 20 tot en met 200 gram 10 cent, boven 200 tot en met 500 gram 15 cent, en voorts voor elk meerder gewicht van 500 gram of een gedeelte van 500 gram, 5 cent daarboven; behoudens dat het port van een brief van een gewicht van niet meer dan 200 gram, te be stellen binnen den kring van het post- of bulppostkantoor, waar die ter post is bezorgd, bedraagt, bij vooruitbeta ling, voor elke briefkaart l'/i cent; voor eiken anderen brief: van niet meer dan 20 gram 3 cent, boven 20 tot en met 200 gram 5 cent, Voor de toepassing van het bij bet vorig lid bedoelde tarief kan door Onzen Minister, met de uitvoering dezer wet belast, worden bepaald, dat twee aan elkander grenzende kringen van post- of hulppostkantoren geacht worden één kring te vormen, bijaldien daartoe bijzondere aanleiding bestaat. Heeft er geene vooruitbetaling plaats gehad, dan wordt bet alsdan volgens bovenstaand tarief van den geadres seerde te heffen port, behoudens bet bepaalde bij het volgend artikel, voor elke briefkaart met twee en een hal ven cent, voor eiken anderen brief met vijf cent verhoogd. Hetzelfde verhoogde port wordt toegepast bij ontoereikende fran keering, doch na aftrek van de waarde der gebezigde postzegels." Art. 3. Het eerste lid van artikel 5 van voormelde wet wordt gelezen als volgt: «Het port der gedrukte stukken bedraagt: Voor gewicht tot en met 500 gram 1 cent per 50 gram of gedeelte van 50 gram; boven 500 tot en met 750 gram 12'/i cent, boven 750 tot en met 1000 gram 15 cent, en voorts voor elk meerder gewicht van 1000 gram of gedeelte van 1000 gram 2'/j cent daarboven. Art. 4. Het eerste lid van artikel 6 van voormelde wet wordt gelezen als volgt «Het port van nieuwsbladen, met of zonder bijvoegsel, bedraagt per nommer of exemplaar voor een ge wicht van niet meer dan 55 gram '/i cent, boven 55 tot en met 150 gram 1 cent, en voorts voor elk meerder gewicht van 50 gram of van een gedeelte van 50 gram '/j cent daarboven." Art. 5. In artikel 27 der voormelde Uit het Zweedscli van SOPHIE ELKAN. 3) Ik zal dit nooit in mijn leven vergeten en indien ik nooit mijne dankbaarheid aan Falk- man zelf kan bewijzen, dan heb ik toch bij mijzelve de plechtige gelofte afgelegd dit te vergelden aan den een of ander, die misschien eenmaal mijne hulp behoeft." En zij begon daarop te weenen. «Wat ben ik blij, dat dit zoo goed voor u geschikt iszeide ik, niet minder erkentelijk dan zijwant bare reis had mij werkelijk bezorgd gemaaktzij was zoo vreeselijk zenuw achtig. "Och, mevrouw Arvidson, de vrouw vau den dokter is de laatste dagen ook zoo lief geweest. Ik gevoel zulk een berouw vroeger niet van haar gehouden te hebben. Ik had toch waarlijk wel wat jeugdigen overmoed over het hoofd mogen zien bij de jongen en gelukkigen; zij kunDen immers nog niet weten hoe een ander yoelt. Indien ik niet zoo uitgeput was van al dat waken, zou ook zeker dat onschuldige deuntje mij niet zoo hinderen." //Wat meent u?" «Het liedje: //II faut partir, ch ar m an te Joséphine" dat de straatzanger de beide dagen toen mijn man het ziekst was, in den tuin zong. Dat neuriën mevrouw Marius en Ealkman voortdurend als ik binnenkom. Zij kunnen niet weten, dat zij mij daarmede zoo vreeselijk kwellen, dat het mij is als hoorde ik zijn gereutel tusschen eiken toon door. Mei) wordt zoo zelfzuchtig, wanneer men een groot verdriet heeft en bedenkt niet dat an deren reden kunnen hebben zich te verheugen. En onderwijl zochten zij slechts op welke wijze zij mijn last zouden kunnen verlichten Nu is zij afgereisd. Ik wuifde haar van mijn balkon na. De dokter en zijne vrouw brachten haar naar het station. Ealkman kwam aan het rijtuig en overhandigde haar een brief, waarschijnlijk voor zijn broeder, en den heerlijksten bouquet oranjebloesems, dien ik ooit gezien heb, een echten bruidsbouquet. Louise vertelde mij dat, toen zij van het station terugkeerden, de dokter zich aan de piano neêrzette en een vroolijke Strauss-wals speelde, waarbij zijne vrouw en Falkman dansten. Nu, men kan het hun niet euvel duiden blij te zijn dat deze treurige dagen tot het verleden behooren, en zij hebben vrij wat meer voor mevrouw Balie gedaan, dan dat zij met haar hadden zitten weenen. Moge nu de luitenant (de broeder is luitenant) niet nalaten zich op het perron te bevinden om de arme ziel te ontvangen, anders zal zij geheel en al radeloos zijn. Och, Gustaf, wat is het heerlijk van een groot man te weten, dat hij ook een goed, warmkloppend hart bezit!" Drie dagen later. //Wees niet ontstemd over hetgeen ik u nu zeggen ga. Louise is uit en zoekt naar eene andere woning voor ons. Ik kan hier geen dag langer blijven. Het doet mij groot ver driet, als ik denk aan al de moeite en zorgen, j welke het u kostte mij onder dak te brengen beneden te kunnen komen, en kennis met hem te maken. Zoo aardig als hij dit jaar was, had hij zich nooit te voren getoond. Ik antwoordde, hoe al wat ik van hem gehoord had mij voor hem innam en dat ik blij zou zijn hem te leeren kennen. «Ja, nu zult gij wel sterker worden, nu gij niet langer van alle mogelijke treurigheden hoort. Zijt gij niet blij dat mevronw Balie is vertrokken //Ja, dat kan ik niet ontkennen. Het was heel droevig den laatsten tijd." //Ja, dat was het zeker. Verschrikkelijk! Maar nu moet u eens eene alleraardigste bij landgenooten, opdat ik niet onder menschen geschiedenis hooren! Ealkman heeft een broe- zou behoeven te wezen, die eene vreemde taal der te Parijs." spreken; maar ik wil hier niet blijven. Ik j «Ja, dat weet ik!" hoop, dat gij het begrijpen zult, nadat ik u j «Hij is zeer trouwlustig; dat wil zeggen, bij de reden daarvan zal hebben gezegd! En in zou dolgaame eene rijke partij doen. Hij heeft elk geval moet gij het mij vergeven. Gisteren kwam mevrouw Marius boven, om wat met mij te praten en mij een poosje te verstrooien. Zij verkeerde in hare allerbeste stemming en was overdreven vroolijk en geestig. Zij zeide van mij te houden omdat ik scherts verstond en niet alle woorden wikte en woog op een gouden schaal, zooals de goede Godslammeren waarmede zij anders had te doen. Het gesprek kwam op Falkman neêr en mijne bezoekster hoopte, dat ik spoedig wél genoeg zou zijn, om dat dan ook noodig. Dezer dagen schreef Falkman hem, dat er Donderdag avond eene jonge, verrukkelijk mooie en schatrijke weduwe te Parijs zou aankomen, dat zij hier gewoond had en dat het ons bekend was, dat zij heel gaarne zou hertrouwendat zij buitengewoon geestig was en juist voor hem geschikt zou zijn. Mevrouw Balie, begrijpt u!" Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1908 | | pagina 1