NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. BINNENLAND. J. P. METZGER Jr., Tuinarchitect. Aanleg van Buitenplaatsen, Parken, enz. WseD uil de rectaal. Woensdag 15 December 1909. Acht-ea-dertigste jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG Steniaweg ZEIST. FEUILLETON. iMo. 100. Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden met Zondagsblad 0.75; Franco per post door het geheele Rijk 1. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. Bureau: Langestraat 77. Telephoonn0. 09. ADVERTENTIËN: Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. Voor den Indischen soldaat. Men heeft zich wel eens afgevraagd, of er niet wat te doen zou zijn om die velen, die, met een luttel pensioen in het vaderland teruggekeerd, door een langdurig verblijf als soldaat in de koloniën, ontwend zijn aan de maat schappij waaruit zij voortkomen, den terugkeer in die maatschappij te ver gemakkelijken. Er zijn er onder dezen zeker, die ook vóór hun dienstverband aan geen geregelden arbeid gewoon waren, maar bij de meesten is dit ongetwijfeld wèl het geval geweest, terwijl op menigen deugniet in het vaderland de militaire tucht, indien hij zich daaraan leerde onderwerpen een heilzamen invloed heeft gehad. Allen evenwel, dus ook bun, die tot werken geneigd en instaat zijn, staan in den aanvang in de hun vreemd geworden omgeving de handen verkeerd. Zij hebben allen, de een meer de ander minder, behoefte aan een geleidelijken overgang, om zich in de nieuwe omgeving Ie schikken. Men leeft snel in deze tijden en wie niet dadelijk meê kan gaan, loopt gevaar onder den voet te geraken. De politiestatistiek in ons land zou menig staaltje kunnen melden van den maatschappelijke!! ondergang van lieden, die, wegens de diensten aan het vaderland in de koloniën bewezen, maar ook dikwerf om den goeden wil, die hen bij terugkeer hier be zielde, beter zouden hebben verdiend. Hetzelfde verschijnsel deed zich ook in Frankrijk voor, ten aanzien van de uit de koloniën terugkeerende »légionnaires" en soldaten van het koloniale leger. Dit gaf ten vorigen jare den minister van oorlog Picquart aanleiding, zich tot het Roode Kruis te wenden met de vraag, of het niet mogelijk ware iets daarop te vinden. Het Roode Kruis stelde voor het ter zake te houden onderzoek een comité samen, onder het voorzitter schap van generaal Dodds en de markiezin De Ganay. In het comité hadden verder verschillende bekende persoonlijkheden uit de groote wereld en uit koloniale en militaire kringen zitting, zooals markies de Vogüé, de heereo d'Haussonville, Etienne, Dou- mer, Lebon, Le Myre de Vilers, burggraaf d'Harcourt, graaf de Cas- tellane, admiraal Maigret, generaal Duchesne en anderen. De minister van oorlog stelde de kazerne van bastion 84 aan den bou- levard-Kellermann, benevens het noo- dige nachtleger ter beschikking van het comité, terwijl het Roode Kruis voor het overige zorg droeg. Den len December 1908 kon het Tehuis worden geopend voor repatri- eerende soldaten van bet vreemde lingenlegioen en van de koloniale troepen, die daar een onderkomen vonden tot tijd en wijle zij plaatsing in eenigen werkkring zouden hebben gevonden. De voor dit doel afgestane kazerne was nimmer tevoren bewoond geweest, doch bad als magazijn gediend. De opgenomen soldaten hebben zeiven het gebouw tot verblijf ingericht. Men treft er nu een eetzaal aan, een bibliotheek, badkamers en een amusementzaal, terwijl het bastion in een grooten tuin werd herschapen, die de groenten levert voor de keuken. Voorts worden kippen gehouden voor de eieren en geiten voor de benoo- digde melk. In het Tehuis worden slechts de gezonden ondergebracht, de zieken worden in hospitalen opgenomen. In nog geen jaar tijds herbergde het Tehuis 322 lieden, van wie er 202 slaagden werk te verkrijgen. De ove rigen werden of in hospitalen opge nomen of naar de plaatsen van her komst teruggezonden, terwijl ook eenigen zich opnieuw voor den dienst verbonden. Den 15en November 1.1. bevonden zich nog 37 lieden in het Tehuis. Velen, die in het Tehuis opneming hadden gevonden, hebben sedert schrif telijk blijk gegeven van dankbaarheid voor de genoten gastvrijheid. De Temps schreef dienaangaande «Deze brieven zullen met het minst belangwekkende deel vormen van het archief der instelling. De inhoud is aangrijpend. Uit de brieven van mannen van 25- tot 35-jarigen leef tijd spreekt ten duidelijkste, dat zij den angst hebben gekend van hem, die zich eenzaam gevoelt, de vrees hebben doorstaan van komende ellende. Warmen dank betuigen zij aan de instelling, die ben daarvoor heeft be waard, en die op zich nam hun de intrede in de burgermaatschappij mogelijk te maken. Meer dan een is ongetwijfeld zedelijk gered en voor de maatschappij behouden gebleven." Tot nu toe zijn de kosten van onderhoud der instelling, behoudens den door den minister van oorlog voor de oprichting verleenden steun, bestreden door het particulier initiatief en de markiezin De Ganay heeft zich in het bijzonder verdienstelijk gemaakt om de giften te doen vloeien. Zou nu, zoo vragen wij ons af, wat in Frankrijk kon tot stand komen, ook niet ten onzent tot de mogelijk heden behooren Voor de ouden van dagen, voor hen, die na in den strijd bekomen ver wonding of verminking uit de koloniën terugkeerden, zoowel als voor hen, die in de gelegenheid waren zich bij zonder te onderscheiden, biedt Bron beek een rustoord aan. Maar voor zeer velen onder het betrekkelijk geringe aantal dergenen, die voor opneming in aanmerking komen, heeft het denkbeeld om bun verder leven in een rustoord door te brengen weinig aanlokkelijks. Voor dezen is de zucht om te werken, voor de meesten is noodzaak de drijfveer om te trachten in de burger-maatschappij weder een plaatsje te bekomen, waar zij de handen uit de mouw kunnen steken Zou het nu niet, naar het te Parijs gegeven voorbeeld, op den weg van het particulier initiatief in Nederland liggen, om met den steun, dien de Regeering het zeker niet zal onthouden, eene instelling in het leven te roepen voor onze gerepatrieerde koloniale soldaten als die, welke nu reeds sedert een jaar aan den boulevard-Kellermann te Parijs zoo nuttig werkte voor hunne Franscbe collega's? Drankwet. De Verlofboudersbond heeft den minister van Binnenlandsche Zaken een adres aangeboden, waarin Z.Exc verzocht wordt H. M. de Koningin een voorstel tot aanvulling en wijziging der Drankwet te doen ten opzichte van de volgende punten: lo. bij dag en nacht, bij tij en ontij, hebben de ambtenaren, belast met opsporing, toegang tot alle loka len, zelfs tot het huis van den betrokkene. Immers slechts dan is een schrifte lijke last noodig, indien de verlof houder of burger speciaal bekend met bepalingen en finesses der wet, dat verlangt. Zeker, menigeen zal zich wachten den toegang te weigeren, zegt adres sant, vreezend, zich aan een feit, strafbaar gesteld bij artikel 184 Wetboek van Strafrecht, schuldig te maken en liever een ongewenschten en ongenooden gast toelaat, dan zijn wil kenbaar maakt, dat die toegang door hem niet gewenscht is, terwijl de politie-beambte den bewoner, al vraagt deze: »heb ik dat bezoek wel toe te laten?" niet er op opmerkzaam maakt, dat het zonder schriftelijken last van den burgemeester kan worden geweigerd. 2o. volgens de jurisprudente van den Hoogen Raad is zelfs zonder schriftelijken last bij dag en nacht toegang te bekomen al is het in het huis, de woning van den betrokkene, mits het lokaal, dat men wil binuen- treden maar niet door die woning moet betreden worden, doch bijv. door een afzonderlijke deur. Aangenomen een geval, waarin een schriftelijke last van den burgemeester noodig is, dan ligt die last in sommige gemeenten in blanco gereed, zoodat door een lageren ambtenaar slechts een willekeurige naam behoeft inge vuld te worden, om, bij wien deze maar wil, bij nacht en ontij binnen te treden. Dit in aanmerking genomen, wordt verzocht die schending van het huis recht aan meer en strengere banden te leggen, en waar reods eenmaal, en wel bij de wet van 1 November 1907 Stbl. No. 291 na de wijziging bij de wet van 12 October 1904 Stbl. No. 230 de Drankwet is gewijzigd, toen eene bepaling dier wet werd toegepast op eene wijze die niet was gewild, vleien de requestranten zich met de hoop, dat ook deze hun ernstige en gegronde bezwaren tegen de wet mogen leiden tot wetswijziging. Nederlandsche bond van gemeente ambtenaren. De afdeeling Utrecht van den bond, die reeds een bloeienden cursus bezit voor opleiding in de gemeente-admi nistratie, heeft besloten tot oprichting van een nieuwe belangrijke instelling, een bureau voor verbetering van de gemeenteadministratie en den bur gelijken stand. Dit bureau zal bij door geheel Nederland. Levering der verschillende gewassen tegen BILLIJKE PRIJZEN. Uitstapje. 't «Standje". «Nou" zei mevrouw Ekkers tegen haar man, en ze geeuwde achter 't krantje, waarin ze zat te turen, «nou, dan blijf-je thuis... Zanik er niet langer over." Hij stond vóór het raam en trom melde met z'n lange dunne schrijf- vingers tegen het glas. Floot zacht een deuntje. Scheen besluiteloos... «Dus jij gaat tóch vroeg-ie einde lijk, voort-trommelend. En toen er geen antwoord kwam, voegde hij eraan toe «Je vindt 't wel leuk, hè «Och!" zei mevrouw, nauwelijks luisterend «as-je toch niet weg kunt..." «Ze zullen Da niet schaken, Hans" merkte z'n schoonzuster op, haar naaimachine eventjes stop-zettend «we zullen goed op 'r passen..." Ze gaf Da een knipoogje van... «Heb-je hem wel ia de gaten? Hij is jaloersch Da wenkte nog vansar 'm nu niet. Je weet hoe-ie is... Maar 't gaf niks. Trees was een geboren plaaggeest. En speciaal zwagertje 'tland op te jagen, vond ze heerlijk... «Da zal zich best troosten zei ze weêr «ga-jij maar naar je bureau, joDgen. Karei Govers zal de honneurs wel waarnemen. Ik vind hem toch wel een leuk ventje, dien Karei..." Zwager stond nog altijd uit het raam te kijken. Z'n gezicht was vuurrood geworden en hij rukte aan de punten van z'n snor. Weêr had Da gewenkt- Hoe kön Trees nou zoo wezen— Zou nog maken, dat er van 't heele uitstapje niks-kwam... Als Hans nijdig werd, kon-ie lastig genoeg wezen... «Naar dier dat je bent fluisterde ze tegen zus. Maar dat was olie in 't vuur. «Ik zou tóch maar méégaan, Hans" zei Trees weêr «je kunt nooit weten Die Karei is zoo erg galant. Als Da d'r grijze jurk aan heeft... En dat nieuwe bontmanteltje..." «Ik geloof dat jij gek bent!" viel zuster uit, want nu werd 't haar toch al te kras «als iemand je hoorde... houd je malle praatjes voor je..."| En ze was echt boos. „Och" zei Hans, die zich groot woü houden «een mensch z'n lust, een mensch z'n leven. Ik zal m'n weggetje ook wel alleen vinden". En hij strekte zich op de canapé uit. Begon een opera-deuntje te neuriën, als iemand die zich van 't heele zaakje niets aantrekt... Da wist, dat 't in hem kookte. Dat-ie straks zou opstuiven, en woedend uit roepen: «Ik vind 't ongepast dat eene vrouw, als haar mau zit te ploeteren voor z'n brood, met de vrinden aan 't pretmaken gaat. Dat is eenvoudig een schandaal!"... Waarna zij wel ge dwongen zou zijn om terug te krab belen... Te zeggen dat haar plezier er nou al-af was... Dat ze zou thuis blijven... Nou had-ie dan z'n zin- nik zou 't maar wagenzei ze haastig, den storm willende bezweren «geen mensch, die er iets van te weten komt. We gaan met den trein van achten. Wie zou je dan zien?"' Pa heeft er nu dat lapje van vijf-en-twin- tig voor gegeven, 't Kan een leuk dagje worden. En als jij er niet bij bent, dan heb ik toch maar half-pret." Hans gelaat klaarde op. Hij keek 's naar zijn schoonzus, om wier lippen een medelijdend-spottend lachje speel de... «'t Is heusch aandoenlijk!" had ze haast gezegd. Maar ze liet de machine voortsnorren en vergenoegde zich met dat enkele teeken van spotternij— «En als Van Vliet er de lucht van krijgt?" zei Hans, naar het plafond turendin z'n hart dolblij, dat Da de eerste was geweest om 't aan te moedigen- nik zou maar oppassenkwam plaaggeest uit den hoek «één uur van onbezonnenheid... kan maken..." «Zou ik je nu vriendelijk mogen verzoeken, Trees" zei Hans, wiens nijdigheid weer terugkwam «om je buiten onze zaken te houden?... Ik vind dat Da en ik in zulke dingen geen advies van jou noodig hebben «Ben-je op 't bureau, onder je collega's, ook altijd zoo beminnelijk?" zei zusje, «dan zullen ze je wel een gezelligen baas vinden, hè?" Maar zwager verwaardigde zich niet te antwoorden. Eventjes was er op Trees' gelaat 'n trekje van gekrenkt-zijn gekomen; nu herleefde het treiterige spottrekje weêr... «Trees is altijd een bemoeial ge weest," snibde Da, die zat te piekeren over het geld voor de nieuwe parasol, dat ze moest hebben... En Hans in goed-humeur woü houden... «Dat kan voor Dolf een heerlijk leventje worden!" vulde Hans aan, genietend van de kans om plaag- stertje een steek te geven... Het wiel van de naaimachine wen telde niet onbeduidend-sneller... «Als wij later uitstapjes gaan maken" kaatste Trees terug, «dan doen wij 't van ons eigen geld!" «Ten-minste als de oude heer Booms dan nog over-eind staat" zei zwager- De atmospheer in familie-kring werd allengs zwoeler— «Dolf zou veel te trotsch wezen om, als we getrouwd zijn onderstand van z'n vader aan te nemen," zei zusje... wier glimlach verdwenen was. Die nu tikje-bleek zag van gistende drift... Dat ze zwager verweet de toelage, die pa hem maandelijks gaf, teekende 't best haar gemoedsstemming- Even was 't stil in de kamer. Hoorde men slechts het snorren en rikketik ken van de naaimachine. Het gejaagde rookwolkjes uitblazen van zwager, die een sigaartje had aangestoken- Het krantje trilde lichtelijk in Da's

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1909 | | pagina 1