NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. No. 7. Zaterdag 22 Januari 1910 Negen-en-dertigste jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG DE WEEK. FEUILLETON. OLINE FRANKE Karin nxd-iclxaëlis. Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden met Zondagsblad 1.15; Franco per post door het geheele Rijk 1.25. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. Bureau: Langestraat 77. Telephoonuo. 09. ADVERTENTIËN: Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 71/» Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. 21 Januari. Mijn waarde, zei hij, en peinzend blies hij de rookwolkjes van zijn cigarette de lucht in, «m'n waarde, ik verbaas mij over je!" En hij keek mij aan met 'n trekje van verwondering, waarin ook wel teleurstelling was te zien... en expressie van: Wat val-je me toch tegen...! «Weioig bijzonders," ging hij voort, «gebrek aan interessant nieuws. Wat vindt ge dan eigenlijk pikant of in teressant, als ik vragen mag...? De nfaits divers," het bloederige «allerlei" en «gemengd" van «Matin" en soort gelijke fakkels ter voorlichting van de menschheid Koffers met brokken- lijk erin...? Jaloezie-drama's, zooals er nu weèr eentje te Amsterdam is afgespeeld, en waar we toch waar achtig in Patria óók geen gebrek aan hebben...? In mootjes gehakte schoon moeders of minnaressen...? Oplichte rijen up to date, hetzij dan met bypotbeekjes op andermans woning en met de herleefde, gemodeiniseerde snoeierij van munt, nu niet meer met messen en zaagjes, maar zooals 't een huidigen snoeier, die zichzelt respecteert, betaamt... met «Konings water," zoodat de gouden pondjes- slerling een behoorlijke portie van hun kostelijk materiaal in uw kroes achter laien... Schandaaltjes van af dreiging...? Waarbij oude en jonye zondaars hunne pekelzonden net-zoo- lang met geld onder den dekmantel houden, zich althans verbeelden dat niemand hen «ui de gaten" heeft, totdat de bom toch lo-breekl en ze tot de droeve ervannjr komen, dat al hun duiten vruchteloos in heel- vunzig zinkpuije werden geworpen...! Inderdaad, de menschen houden van zulke dingen en als zeer niet genoeg van te slikken kiij en, dan klagen zij dat er «uiks-nieuws" is. \Vorden intieme schandaaltjes uitgeplozen.. Verzuimt men, ten slotte, pikanterig beden... Moet de groote onuitputtelijke duim dienst doen, waar ze aan zuigen... Zuigen... Amice, 't spijt me dat ik 't je zeggen moet... Maar je bent net als de rest. En met nijdig gebaar wierp hij bet restanije van z'n sigarette op 't koperen bakje... «Je bent onbillijk" zei ik, wetend dat z'n knorrigheid welhaast zou ver vloeien... «je miskent de waarheid, dat de pers rekening moét houden met Publiek z'n smaak, z'n voorkeur, z'n wenscben..." «Zeker!" riep hij uit, met dat soort van lach dat de Engelschmari een «sneer" noemt. «Zeker! En dat noemt zich dan God betere 't, nog wel de Koningin der aardeEen paskwil als de constitutioneele moderne monarchie maakt van de macht derstaalshoofden, die regeeren, gelasten, verordenen, «doen te weten" bij de genade der politieke meerderheid; der snugger aaneengesmede, saamgelapte coalitie in het Parlement!... Zoo'n soort van «dictatuur", hè?.. Maar je hebt vol komen gelijk en ik draaf als van ouds weer door. Saus rancune, hè?..." Hij stak me glimlachend de hand toe. En we waren dikker-vrinden dan ooit... Temeer, waar ik hem, brompot, in mijn hart gelijk gaf, Zeker, en voor een persman is 't wel eens opluchting'tuitte zeggen soms moet een, die dagelijks Publiek heeft «bezig te houden", een gevoel om het bart komen... wee, verdrietig, en somber makend, zooals... een clown, een August de bomme nu en dan zal bevangen wanneer bij, met z'n grollen en z'n fratsen, zoo'n stuk of wat ginnegappende mannetjes en vrouwtjes «Amuseert"... Hij ziet de tot breeden grijns verwrongen lippen en de oogen, waarin de jool giechelt... Hij moet kapriolen maken," zoute- looze of platte woordspelingen ver zinnen, met z'n punthoed balanceeren en malle tippelpasjes maken, zoodat de wijde pijpen van z'n broek wap peren... Hij moet zich vernederen tot bet verzinnen van «flauwe moppen", gericht tot de sierlijke danseuse op het mooie, nobele raspaard in de arena... O, 't zal den armen keiel soms droef te moede zijn, kan ik me voorstellen... Zeker, er is nu «weinig bijzon ders,"zelfs over degenerale vergiftiging, met blauwzuur, door de staart van Halley's komeet kunnen we, met den besten wil, niet griezelen. In een of ander theekransje loopen er... als de komeet op het chapiter komt, nog wel eens koude waterstraaltes over ruggen van lichtelijk-aandoenlijke ouwe vrijsters... «Mensch, praat trch asjeblieft over wat andersJe zoudt iemand heusch van streek brengen..." En wanneer dan eene meer «ver lichte" zuster uit den kring tracht uit te leggen dat er heusch geen gevaar is, dan blijft er toch nog iets zweven, in de atmospheer, van onrust... «Ja, men kan toch nóóit weten Eén prikje van zoo'n staart in de aarde en we zijn er geweest..." Maar 't slaat niet in. De kranten hebben tegenwoordig specialiteiten," die de menschen inlichten. Vroeger in 1835, bij de jongste visite van het gestaarte hemellichaam althans werden oude veeten vergeten. Ver zoende men zich, in afwachting van het schrikkelijke, dat naakte... Wij. sceptische en welingelichte twintigst' eeuwers, zijn niet meer bang voor kometen... Zeker, bet is lastig genoeg om de menschen dag aan dag van «saillant nieuws" te voorzien En wanneer zelfs van de bloedigste apachen-misdaden, vandemeest-krasse oplichterijen e. t. q. óók «de aardig heid" af zal wezen... O, 't zal eerder gebeuren dan gij of ik denkt!... dan eerst zal het vak van voor pikant- nieuws aansprakelijken reporter een vak worden, waar ge menschen van de allerbovenst-generale plank voor noodig hebt!... Het interview Stroohalm, redding plank in tijd van nood. Vijftig grein «duif" (onbeschaamdheid, noemt een ander 't) dertig percen t fantasie", de rest franje, tralarie: klaar is kees. Het «interview" geboren - Maakte iemand zich de illusie, dat generaal Van Heutsz, pas in Europa terug, iets zou «loslaten" wat niet ieder mensch, die gewoon is de dingen van den dag te volgen, reeds wist?... Weet-ge, de Hollandsche «uitvra ger" beeft nog niet de kunstvaardig heid bereikt van bijv. z'n Franschen of Amerikaanschen collega. Hij wil zich nog blijven bewegen tusschen de grenzen van wat hem werkelijk gezegd is... Voor de meeste buiteulandscne interviewers onzer dagen is dat heele- maal «bijzaak" gewordon Maar er tegenover staat.. Moet dadelijk erkend. Dat ons brave Hollandsche publiek met groot genoegen zoo'n «vraagge sprek" leest, mits de geïnterviewde slechts een «zeer-hooge oome" is, en al vertelt de man even-belangwek kende dingen als uw barbier of de bediende in het magazijn, waar ge uwe sigaren koopt, u dagelijks op- discht. 't Is nu laten wjj 't erkennen de eigenlijke «slappe tijd". Heel in de verte hoor ik iets ruischen, iets gon zen... Ze zeggen, dat 't in de weken van 15 Februari tot Paschen in de Tweede Kamer stormen zal. Het Enquête-voorstel de R. V. B. en haar tekort, de Verzekering-wetten: O, er is «stof' genoeg om lustig brandje te wekken Ik vermoed vooralsnog dat't maar op 'n stroovuurtje zal lijken, eventjes hoog-opvlammend, dan uit- gebluscht... Intusschenmen moet afwachten. Zelfs van de nu-komendesenatoriale begrootings-dagen is het zeggen, dat minister Cool zich op warme uurtjes heeft voor te bereiden. Dat de om standigheden een Staal prikkelen om eens te toonen dat-ie er «ook nog is," kan ik mij voorstellen. De ge ruchten, dat senatoriaal spiegelge- vecbtje in aantocht is, ze bereikten me ook... Doch aangezien de «adat" der Eerste Kamer wil, dat haar boo- zigheid steeds precies-lijkt op... zoo'n ouderwetsche,geweldig opkneiterende, vlammende, bombardeerende tros- pijlen, kleurige, van vuurwerk... waar we als kinderen, in zoo heerlijke ver rukking naar konden kijken... die, wanneer ge sidddrend vreest dat zij heele stad in een paar minuten zullen vermorzelen... die dan haast-geiuiscb- loos, zóó-vredig, zóó-kalm en genoege- lijk vervloeien in lievige, lonkende, kleurvonkjes, verstervend in de zwarte avondlucht... Aangezien, zeg ik, de senatoriale boozigheid daar meestal op lijkt, maak ik me niet ongerust... Trouwens, al deze dingen interes- seeren Publiek heusch niet. Tenzij er kans is opeen uurtje lekkere «emotie".. Een minister te zien duikelen Heei- lijkNet-zooals de menschen met plezier hun laatste duiten offeren om de kans te loopen, op de wedrenbaan een jockey z'n hals, een goed paard zijn wonderbaar geconstrueerde fijne pooten te zien breken... Of: in het circus een kunstemaker z'n wervel kolom te zien knokken... Mijn lezer, wijt 't aan de miezerige grauwe, gure Januari-lucht zonder echte vorst en met milliarden van ziekte kiemen voor longen en bronchen verzadigd... het zure, mistroostige van mijne stemming Ik had U nog willen verhalen van waar ik, dien middag, verder met mijn brompot, wiens sarcastische gemelijkheid op me oversloeg. heb «geboomd." Over de fameuse beweging in de wereld der onderwijzers van de open bare school. Of het verdedigen van onze nationale instellingen e. t. q. de «neutraliteit" der school at dan niet schendt... Dit zal, hoop ik, niemand tegenspreken, dat de school er is, niet allereerst doch ganschelijk voor het kind. En aan bet kind behoort men in te scherpen al wat voor den groei van bet karakter in zuivere 2) DOOR Ze leefden van maïs en zwoert. Daar werden ze zoo vet en geel van, dat ze elkander niet meer aan konden zien. Als zij van die dagen vertelde, hield zij eene hand voor de oogen. Zij vertelde al maar door; maar als iemand haar in de rede viel met een vraag, zweeg zij plotseling en scheen zij uit een wonderlijken droom te ontwaken. Langzamerhand begon zij dan weer, waar zij had opgehouden, alsof niemand haar gestoord had. Merkwaardig genoeg bezat zij geen enkel portret van Franke, maar zij vertelde dikwijls van zijn grooten zwarten baard, die krulde als hij vroolijk was, maar steil hing als hij opspeelde of heelemaal slap was wan neer hij zachtzinnig gestemd was of bang. Iedereen stelde zich dien baard voor op zijn manier, maar die baard, dat was Franke, want dat was het eenige wat zij over zijn uiterlijk! vertelde. Er was nog eene kleinigheid, die men van hem wist, maar die was zoo lang van mond tot mond gegaan dat het even goed heelemaal verzinsel kon zijn als de zuivere waarheid. Men wist dat Franke zaliger eens, toen hij erg in de benauwdheid zat, zijne vrouw had willen verkoopen dat moest aan de Ivoorkust geweest zijn voor een klomp goud en een scheepsjongen, waaraan hij hard be hoefte had. Maar de zaak was blijkbaar toch niet in orde gekomen. De oude juffers behielden haar wetenschap langen tijd voor zich, zij werd er als 't ware grooter en belang rijker door; maar op 't laatst, werd zij zoo springlevend dat ze haar moesten laten ontglippen. Na veel onderling gepraat, werden ze 't er eindelijk over eens, dat de oudste 't geval zou aanroeren tegenover Oline Franke; maar 't moest erg handig gedaan worden, zoodat zij niet boos werd en zweeg, en toch moest het zoo vlug in zijn werk gaan dat zij geen onraad bemerkte en haar ontdook. Oline Franke werd op koffie ver zocht bij de oudste en ze waren maar met zijn vijven genoodigden, behalve zij zelve. Oline Franke werd van ailes het eerst aangeboden. En toen zij het zachte brood in de koffie gesopt had en de koffie op haar schoteltje geschonken, en een stukje kandij suiker in haar mond genomen en in de koffie geblazen had, begon de oudste tactvol «Is het waarlijk waar, juffrouw Franke, dat uw man zaliger u eeDS verkocht heeft voor een klomp goud en een negerjongen? Want ze zeggen altijd zooveel en d'r is altijd een heele hoop leugen onder «Heere Jezus ja, dat wou hij waar achtig, want hij zat zoo in de be nauwdheid. Hij werkte zich het vleesch van zijne knokkels, om de schuit maar boven water te houden. De kok was er uitgeknepen eD de stuurman lag aan de pokken, maar hij zou d'r berouw van hebben gehad, daar ben ik zeker van. Nu, ik kreeg Franke's eene oliejas aan over mijn hemd en een van zijn blauwe pilo broeken en zoo speelden moeder Franke en ik voor stuurman en kok Toen het er nit was, zweeg zij, streek met de hand over haar voor hoofd, alsof zij eene herinnering wilde verdrijven, en was er niet meer toe te brengen er verder over te spreken. De oude bestjes lazeD het familie blad dat voorzag haar van romantische lectuur, vertelde haar van het leven in de wereld daar buiten, die nu voor haar gesloten was. Eens op een Zondag zaten een paar oudjes met het juist aangekomen familieblad. Ze keken naar de plaatjes; een was er met een nieuw schip, dat van stapel liep. Een massa menschen stonden er bij. «Zoo heeft bepaald Franke zaliger er uitgezien," zeide de oudste, en wees op een zeeman met een langen baard en een pijp in den mond. «Gij hebt gelijk, juist zoo en niet anders heeft hij er uitgezien," zei de andere. Het plaatje was zoo klein, dat men niets als den haard, drie prikken van de oogen en den neus zag. Oline Franke moest het zien en zeggen of 't niet leek. «Ja," zei ze, dat leek, want Franke nam zijn pijp haast mee naar bed," en zelfs de pijp geleek sprekend. «Verbeeld je dat bij nog in leven den lijve was," zei de een. «Gut ja 1 stel je voor," zei de ander. Oline Franke's oude hersenen lieten de pijp en den grooten baard maar niet los en net zoo min die veron derstelling: «Stel je voor, dat hij nog in levenden lijve was!" En 't schee'de niet veel, of zij was de straat op gaan zitten turen, om te zien of hij toch niet voorbij kwam. Zij had hem immers niet met haar eigen oogen zien sterven, en het alleen maar schriftelijk van de reederij gehoord. De Vader liep de plaats over met een grooten zwartgebaarden man. Oline zag het. «Dat is 'm," zei ze. Zij dacht er niet over, dat dertig jaren misschien iets konden veranderen aan iemands uiterlijk; bovendien waren hare oogen met de jaren wat zwak geworden. Zij zag, maar zij zag niet duidelijk. Iets later klopte zij op de deur bij den Vader en verlangde haar man te zien. Geen praatjes, het whs baar man. De Vader moest hem verstopt hebben, weggemoffeld maar y.ij eischte hem op, zij wou hem hebben. PTi /rill rervnly h

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1910 | | pagina 1