NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
Schetsen uil ie recital.
Premie voor de lezeps van dit blad.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
No. 78
Woensdag 28 September 1910
Negen-en-dertigste )aargaag<
VERSCHIJNT UIIENSDAG EN ZATERDAG
J. P. METZGER Jr., tuinarchitect.
Steniaweg X ZEIST.
Aanleg van Buitenplaalseiijarken, enz.
„813"
FEUILLETON.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 1.15;
Franco per post door het geheele Kijk 1.25.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Langestraat 17. Telephoonuo. 69
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere regel meer Tl, Cent.
Advertentiên viermaal geplaatst wotfden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetfèn naar plaatsruimte.
\_A 1 OUUC 1CUUU1 O CU ll^UO uiipu uuiui piuuiuoi utui wv
door geheel Ned^land.
Levering der verschillende gewassentegen BILLIJKE PRIJZEN.
Het is den Uitgever van deze Cou
rant eene aangename taak, den talrijken
lezers de mededeeling te kunnen doen,
dat, ingevolge eene overeenkomst met
de directie van „Pak me mee voor
5 cents" dit rijk geïllustreerd Week
blad al PREMIE bij deze courant zal
worden verkrijgbaar gesteld.
»PAK ME MEE" bestaande uit 16
pagina's, gedrukt op goed papier en
bevattende in woord en beeld de
voornaamste binnen- en buitenland-
sche gebeurtenissen, kost in den
handel 5 Cents per exemplaar, maar
in vereeniging met deze courant, wordt
de prijs
op slechts 3 Cents
gesteld.
Sj^T* Vooral nu weldra een begin
wordt gemaakt met den boeienden
roman MAURICE LEBLANC, getiteld
de nieuwste avonturen van Arsene
Lupin wordt men aangeraden zicb ten
spoedigste op »PAK ME MEE"
als premie te aboDneeren.
Beleefd wordt men verzocht
onderstaand Inteekenbilj et, voorzien
van naam en woonplaats af te geven
aan den looper, of te doen bezorgen
aan bet bureau van dit blad.
DE UITGEVER.
De nieuwe burgemeester van Londen.
Donderdag a s. zal te Londen de
verkiezing plaats hebben van den
nieuwen burgemeester, ter vervanging
van den tegenwoordigen titularis, sir
John Knill, overeenkomstig de be
paling in het door koning Jan in 1214
aan de stad veileende charier dat de
burgemeester telken jare nieuw zal
worden gekozen.
De alderman, die thans boven aan
de lijst staat voor de te houden ver
kiezing, sir Vezpy Strong, zal naar
verwacht wordt met algemeene stem
men voor den post wotden aange
wezen.
Sir Vezey Strong, die reeds sedert
1897 als alderman en sedert 1904
als sher iff deel uitmaakt van bet ge
meentebestuur van Londen is eeri der
meest begaafde redenaars in Guildhall.
Ten volgenden jaren zal, indien bij
hij wordt gekozen, hetgeen gelijk ge
zegd wel te wachten is gedurende
zijn Lord Mayoischap niet alleen de
plechtig kroning van koning George
plaats hebben, rnaar ook het vijf
honderdjarig bestaan van Guidhall
woiden herdacht. Er zijn verschillende
plannen voor de herdenkingsfeesten
beraamd, doch hel mag waarschijnlijk
worden geacht, dat men die feeste
lijkheid zal doen samenvallen mot de
kronings-feesten en dat daaibij eene
de stad Londen waardige kunstgalerij
zal worden gesticht.
Sir Vezey is gedurende zijn beele
leven geheel-onthouder geweest en
heeft zich zeer verdienstelijk gemaakt
voor de matigheidsbeweging. Hij kan
desniettemin toch wel zien, dat de
zon in het water schijnt, en menscben
die zijne recepties zouden willen mijden
uit vrees slechts op limonade en spuit
water te worden onthaald, kunnen
volgens de Daily Mail die vrees ge
rust laten varen.
De installatie van den nieuwen
burgemeester heeft gelijk bekend,
telken jare plaats op den 8en Novem
ber-, terwijl daags d. a. v. de onder
den naam van Lord Mayor's Show
bekende optocht plaats heeft.
De Lokal-Anzeiger ontving uit
Petersburg bericht, dat dr. Andi usson
aldaar in de kolonie voor lepralijders
twee zieken heeft behandeld met
Ehrlich Hata 6U6, ten gevolge"waar
van hun toestand belangrijk beter is
geworden.
Het optreden der Russische politie.
De Oberhessische Vollcsblater, een
te Nauheim verschijnend blad, meldt,
dat toen de Tsaar dezer dagen in
Nauheim was, een Rus, die in de
Paikallee bij een boom stond, door
twee Russische detectives werd aan
gegrepen en uit de Paikallee gebracht.
Het blad voegt er aan toe, dat de
aldus behandelde een Russische kuur-
gast is, die te Nauheim vertoeft voor
zijn gezondheid.
Hel blad voegt aan die mededeeling
deze opmerkingen toe:
»Voor ons is het onbegi ijpelijk, hoe
Russische detectives zich het recht
kunnen aanmatigen op Duitsch gebied
op zulk een wijze tegen kuurgasten
op te treden Dit is te meer onbe
grijpelijk, daar men over de moreele
qualiteiten van die heeien allerlei
meikwaardige dingen hoort. In ieder
geval moet het Duitsche volk er tegen
opkomen, dat buitenlandsche detectives
op die wijze optreden. Daar de Duitsche
regeering er toch zoo spoedig bij is,
om nlastige buitenlanders» de deur
te wijzen, moest zij dit middel nu
maar eens op de Russische detectives
toepassen.»
De Frankf Ztg. hoopt, dat de
quaestie van hel optreden der Rus
sische politie op Duitsch gebied in
den Hessischen Landdag en in den
Rijksdag zal worden ter sprake
gebracht.
Björnson's weduwe waarschuwt in
de Duitsche bladen tegen een Ber-
lijnsche uitgave van Björnson's vol
ledige geschriften, die niet geautori-
seeid en niet compleet is. De echte
complete uitgave, waarvoor de schrij
ver zelf nog den vorm heeft vastge
steld, verschijnt bij S. Fischer en
wordt door di. Julius Elias bewerkt.
In de hopvelden.
Jaarlijks trekken lal van lieden naar
de hopvelden van Kent, om daar bij
het hopplukken behulpzaam te zijn
Het leven der van verre gekomen
arbeiders en arbeidsters, dikwerf ver
gezeld van huisgezinnen, in de hopvel
den, waar zij in geïmproviseerde tenten
en hutjes aan wind en weer blijven
blootgesteld, heeft herhaaldelijk de
aandacht van het groote publiek ge
trokken, zonder dat iets daartegen
werd gedaan.
Ook nu heeft het hopplukken weer
z'n slachtoffers geëischt. Te Stepney
werd lijkschouwing gehouden. Het
eerste slachtoffer was een kind van
19 maanden, gestorven ten gevolge
van onoordeelkundige voeding het
schaap kreeg van de moeder spek,
aardappelen, brood, boter enz., doch
kon dien zwaren kost niet verteren.
Een achtjarige jongen had z'n dood
te danken aan een mangelwortel,
terwijl verder nog een reservist kwam
te overlijden, ten gevolge van long
ontsteking.
De terechtstelling van den vader
moordenaar Pierrel, te Saint Dié,
Zaterdagmorgen is gebeurd onder de
volgende weerzinwekkende omstan
digheden.
Toen de heeren van bet gerecht
met den geestelijke zijn cel binnen
traden, om hem mee te deelen, dat
zijn laatste uur was geslagen, viel
Pierrel, onder den uitroep: »Ik ben
onschuldig!" bewusteloos op zijn bed.
Men moest hem tot tweemaal toe
met cafeïne inspuiten, maar het hielp
niet veel. De priesier spoorde hem
aan, de mis te hooren en te biecliten,
maar de veroordeelde gaf geen ant
woord en mompelde niets dan»On-
schuliiig Niet schuldig
Eindelijk werd Pierrel, nagenoeg
bewusteloos, den wagen ingedragen
en naar bet schavot gereden. Hij
moest ook naar de guillotine gedragen
worden en was al nagenoeg levenloos
vóór het mes viel, dat aan alles een
eind maakte.
Aldus geschiedde in de twintigste
eeuw, in het land, dat zich gaarne
het meest beschaafde der wereld
noemt
Nationale Schietwedstrijd te Utrceht.
De prijzen voor den Nat ionalen
schietwedstrijd van sde Utrecht»,
Onderafd. v. Volksweerbaarheid, zijti
als volgt voorgesteld.
Hoofd korpswedstrijdle prijs, gr.
bronzen medaille gesch. door H. M.
de Koningin; 2e prijs, gr. zilveren
medaille gesch. door de Gemeente
Utrecht3e prijs, gr. zilveren medaille
gesch. door den heer v. Hoogstraten,
lid II Kamer; 4e prijs, gr. bronzen
gietmedaille, gelijk te stellen met
gouden medaille, gesch. door de Ver.
Vreemdelingenveikeer; 5e prijs. zilv.
medaille, gesch. door de Ver. Volks
weerbaarheid 6e prijs, verg. zilv. med.
gesch. door de Scherpsch. ver. «Rot
terdam».
Korpswedstrijd 150 M.le prijs,
zilveren medaille gesch. door H. M.
de Koningin-Moeder; 2e prijs. gr. zilv.
medaille gesch. door den Burgemeester
Z'n Lien.
Erfelij kheid?...
Ze keek op toen de deur werd geo
pend... Wist, voelde wie er was.
En hij, Kees, zag direct dat 't nog
net-eender was gebleven als vroeger.
Lien was bleek geworden, maar had
strak- stug vóór zich gekeken. Met
iets om de mondhoeken, dat-ie nooit
vroeger had gemerkt... Iets-nieuws...
O, hij kende Lien op een prikje. Werd
de rest onverschillig-doende, zag 't al,
je dacht toch nog aan den vent,
aan "den doode." Hij moest zien
uit te vorschen hoe ver, hoe diep dat
ging. Kees was fijn-menschenkenner.
En hij mocht Lien graag-lijen. Toen
ze met den "dooie" liep en later vaste-
verkeering kreeg, had 't hem pijn
genoeg gedaan. Er waren avonden
geweest, dat Kees, mes in de hand
geklemd, rondliep om ze op te wach
ten... Vast-besloten om dien kerel
"koud te maken." Maar toen hadden
zij Lien en Kees elkaar eens
gesproken, op plekje, waar niemand
ze verrassen kon. Zij had naast hem
gezeten, dicht tegen hem aan. Hand
in hand... Haar hoofd tegen zijn
schouder.
Toen had zij lang tegen hem ge
sproken, waarom zij met geen ander
zou gaan trouwen. Ze had hem aan
gekeken met haar grijze oogen, en hij
las erin dat 't een groot offer voor
haar was...
«Omdat je van me houdt, van
mij alleen!" had-ie gezegd, haar han
den grijpend.
Toen had Lien geschreid, haar
hoofd blijvende leunen tegen z'n schou
der. Hij wist toch óók alles op een
prikje, hoe Lien d'r vader z'n halve
leven in "de bajes" had doorgebracht
En d'r broêr Louis P..En der andere
broêr Leendert... Toch wou Karei haar
hebben, ondanks alles. Hij had eene
goede vaste betrekking. En d'r moeder
doodziek, d'r vader al over 'tjaar
weg, waarhéén wist geen sterveling...
Ze zaten, hand-in-hand op het
onbespiede, veilige, verre plekje. En
Kees, die al zooveel «bakjes had
meegemaakt, wist geen woorden te
vinden. Knauwde op z'n rossigen kne-
vel. Voelde dat er lauw vocht drup
pelde over z'n wangen.
«Nou I" had-ie eindelijk uitgeroepen,
«doe wat je niet laten kunt, Lien!"
En ze waren samen opgeloopen. Aller
lei paden, wegjes over; 't was een heel
eind buiten de stad. Hij stapte voort,
handen in broekzaken, vóór zich uit
kijkend, geen woord kwam meer over
z'n lippen, dien avond...
«Nou, adiehad Kees geroepen,
toen ze van elkaar gingen, vlak bij
hel-verlichte stad.
En hij merkte, toen, niet eens, dat
Lien een omweg koos om aan de men-
schen, niet te laten merken dat ze
zulke dik- en rood-beschreide oogen
had...
«Gaat 't goed?" vroeg hij, op een
van de stoelen in het vertrek neêr
ploffend.
Ze knikte. Durfde niet opkijken...
Wist, dat-ie anders direct in d'r oogen,
op d'r gezicht, aan alles, zou lezen,
zou merken, wat in haar omging.
«Best... zei ze, op heeschen toon.
Hij floot zachtjes tusschen de lippen.
De klok, hangend aan een wand in
de kamer tikte... tikte...
«Zeg, Lien..."
Zij deed of ze iets aan haar schort
vermaakte. Om niet te laten merken,
hoe of ze beefden...
«Zeg, Lien!«...
Zij keek op. En toen was Kees er
toch wel dadelijk zoo-heelemaal zeker
van... Dat zij nog altijd van hem hield...
Vertelde hij doel van zijne komst.
Als die ander... Nou-ja, dat dénken—
Die centen, die «spie« van den «dooie»...
«Zeg, Lien?»
«Nou?»
Hij, Kees, vertelde verder.
Prachtzaakje. Over de duzend-pop
mee te verdienen, wat hij haar bezwoer.
Een van de mooiste dingetjes, in
wéken voorgekomen-
Bij den «dooie», bij Lien d'r
wettigen man. zou niemand 't
zoeken. Ja, de «prinserij» zou daar
verdenking hebben tegen iemand als
Karei Hautkamp...
Zij, Lien, stond met gebogen hoofd,
starend op den grond.
«Hij doét 't niet!"
Maar 't scheelde geen haar, of hun
handen, onderwijl ze daar tegen
over elkander stonden, hadden
elkadr beroerd. En hij, Kees, zag ook,
hoe er door de slanke figuur van de
jonge vrouw een siddering ging... O
ze woü wel... Ze woü wel... Zij, de
dochter van «den Schele", was nog
altijd dezelfde... Zonde-en-jammer, dat
zij met «den dooie", vent, in staat
om al de jongens bij «de prinserij"
aan te geven" als-ie ergens de lucht
van zou krijgen, was gaan trouwen-
Even, onderwijl hij vertelde, had
Lien opgekeken. Maar dat was voor
Kees toch voldoende geweest. Want
het vuurde, glansde, schitterde, straal
de in haar oogen— Van geestdrift voor
het hoeven-kunststuk, dat ze zouden
volbrengen, bij inbraak, beraamd tegen
Donderdag-nacht—
—Hij, de «dooie", was even terug
gedeinsd, toen ze daar tegenover hem
stond, zóó dreigend— Het bloed van
den «schele", niet te versmaden in
zijn goeie dagen... Voor wien drietal
agentjes noodig waren om hem in be
dwang te houden— Het bloed van den
vader was in Lien wakker gekomen.
Ze had de vuisten gebald, en vuur
spatte uit haar oogen. 't Schuim kwam
op haar lippen en in haar oogen blik
semde 't...
«Met schurken en boeven woü-je
mij onder één dak brengen I?" Had-ie
gezegd-