NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
Qokmzmz
BERICHT. 1 BINNENLAND.
FEUILLETON.
No. 70.
Zaterdag 2 September 1911.
Veertigste j aargang
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATEROAfi
„ZIJN EED GETROUW"
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 1.15;
Franco per post door het geheele Rijk 1.25.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Langestraat 17. Telephoonn0. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels f 0.50; iedere regel meer 7'/, Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
No. 23 2 September 1911.
Het heden verschenen Nummer
bevat als voorplaat:
Het Vredespaleis te 's-Gravenhage
in het laatst van Augustus gekiekt.
Het te Parijs gestolen schilderij
Ioconde. Natuurtooneel te Bergen
(N. H.) De nieuwe revue .Amster
dam op hok. Internationale ten
toonstelling van banketbakkerij enz.,
te Arnhem. Rozencultuur met 3
foto's. Een drijvende «kraan® te
Rotterdam. De Kapelmeester Zaag-
mans, te midden van zijn populaire
Kapel. Nationale atbletische wed
strijden te 's-Gravenhage. Het
Haagsche abattoir in werking met
zeven goed geslaagde Actie-Kiekjes
De gruwelijke moord te Vught,
met portret van het vermoorde meisje.
De bekende aviateur Vedrines te
water. Het te water laten van
»De Palembangtt.
De oefeningen van het Roode Kruis,
iri gemeenschap met het 5e reg. Inf.
en den Geneeskundigen Dienst, ge
houden en bijgewoond door Z.K H
Prins Hendrik, met 3 foto's.
Ten slotte Portretten van bekende
laridgenooten. boeiende Schetsen, de
rubriek van Redacteur X. het Kirider-
nurnmer »Ons Prinsesje® en bet ver
volg van den nieuwen roman, getiteld
door Beatrice Walsh.
De geabonneerde
wonende
wenscht zich te abonneeren op het
weekblad „PAK ME MEE", tegen den
prijs van 3'/i cents thuis bezorgd.
Dc opening der Staten-Generaal.
Bij gelegenheid van de plechtige
opening der Staten-Generaal op Dins
dag 19 Sept. zal H. Al. de Koningin
met gevolg des morgens per extra-
tiein van het Loo naar den Haag ver
trekken en nog denzelfden dag op het
Loo terugkeeren.
Trekhondenwet.
De Minister van Binnen!. Zaken
heeft aan de Commissarissen der
Koningin in de provinciën verzocht
om het volgende onder de aandacht
te brengen van de burgemeesters:
Waar in art. 2 van het Koninklijk
besluit van 6 Febr. 1911 sprake is
van een spoorstok, onder de honden
kar vastgemaakt lusschen de twee
uiteinden van de booman wordt naar
mijne opvatting bedoeld dat de spoor
stok op de aangewezen wijze bevestigd
moet worden, indien er hoornen zijn.
In het voorschrift ligt niet opgesloten
dat alle karren, ook die, waaronder
of waarnaast de hond ioopt, van hoo
rnen zouden moeten woi den voorzien.
Evenzoo is de bepaling, dal tot het
tuig moet behooren een draagriem
van minstens zes centimeter, mijns
inziens aldus op te vatten, dat wan
neer een draagriem aanwezig is, zoo
als het geval is bij honden voor de
kar gespannen, deze de gestelde
breedte moet bezitten. Komt een
eigenlijk gezegde draagriem niet te
pas, doch zijn alleen één of meer rug-
riemen aangebracht, om den borst
riem op de vereischte hoogte te hou
den, zoo vindt de bepaling, dat de
draagriem minstens zes centimeter
breed moet zijn, geen toepassing.
Waalbrug bij Nijmegen.
Naar de .Maasbode® uit goede bron
verneemt,' is op de Staatsbegrooting
voor het volgend dienstjaar een bedrag
uitgetrokken voor eene overbrugging
van de Waal hij Nijmegen.
Hollandsche Sleeporsdurf.
Nederland is over de geheele wereld
bekend om zijn stoutmoedige sleep
bootkapiteins, die er niet tegen op
zien zware dokken, baggermolens enz
naar de verste werelddeelen te slee
pen.
Maar wat nu over eenigen tijd op
dit gebied door Hollandsche sleepers
vertoond zal worden, is zeifs bier een
I nog nooit gezien schouwspel.
Zooals men weet, wordt bij Schel-
lingwoude, buiten de Oranjesluizen,
daar het te groot wordt om deze
te passeeren, een dok voor Soera-
baja gebouwd, dat nog even grooter
is dan het laatst klaargekomen Juiiana-
dok
Terzelfder tijd dat dit dok gereed
komt en naar Indië gesleept moet
worden, loopen in Engeland een klei
ner dok van stapel en een schip,
beide eveneens bestemd voor Oost-
Indië. Om nu inplaats van 3 sleepen
er slechts één te behoeven te orga-
niseeren, heeft men het volgende be
dacht.
Het kleine Engeiscbe dok neemt
op de gewone wijze het schip op.
Dit wordt gestut en het dok weer
leeggepompt, zoodat de heele zaak
gelicht wordt. Terzelfder tijd arriveert
uit Nederland het groote voor Soera-
baja bestemde dok, dat over de Zuider
zee en lusschen de eilanden door,
naar Engeland is gesleept. Dit wordt
nu op zijn beurt vol gepompt, zoodat
bet zinkt, het kleine dok met het
schip vaart er in, het groote wordt
vervolgens weer naar boven gebracht,
en zoo zal bet beele zaakje dan naar
Indië gesleept worden.
Inderdaad een stout stukje!
(N. v. N.)
Enveloppee met doorschijnend
adresvlak.
De directeur-generaal der posterijen
en telegraphie maakt, met verwijzing
naar de desbetreffende aankondiging
in de «St. Ct." No. 84, bekend, dat
de termijn, gedurende welken niet-
aangeteekende briefpostzendingen on
der omslag met doorschijnend adres-
vlak, waarvan het adres niet parallel
is gesteld met de zijde van den omslag
welke de grootste afmeting heeft, nog
ter verzending zullen worden aange
nomen, uitsluitend voor het binnen-
landsch verkeer is verlengd tot 1 Oct.
1912, zulks ten einde belanghebbenden
in de gelegenheid te stellen om bij
hen nog voorradige briefomslagen als
bovenbedoeld zooveel mogelijk op te
gebruiken.
Een oud gebruik.
Een eigenaardig oud gebruik heerscht
nog te IJzendijke. Wordt daar een on
getrouwde man dertig jaar, dan krijgt
bij in den loop van den morgen een
houten sleutel van ongeveer een meter
lengte thuis bezorgd. De joelende en
straatliederen zingende jeugd draagt
dezen sleutel, waarop een als dame
aangekleede pop vastgebonden is, in
triomf rond de Markt, opdat de bur
gerij zal weten, dat er een dertig
jarige ongehuwde man in de gemeente
is. Daarna krijgt de jarige den sleutel
in huis en deelt aan de opgeschoten
jongens, die hem brengen, centen en
«halve kluten® (twee en halvecent-
stukken) uit.
De bedoelde sleutel is bekend als
«de sleutel van de ossewei« waar de
jarige nu zijn entrée kan maken.
Daarna komen vrienden en bekenden
gelukwenschen. De gelukkige bezitter
tracht nu op te sporen, wie de man
is, die na hem aanspraak kan maken
op den sleutel. Tot diens veijaardag
blijft het ding bij hem in huis, daarna
geeft hij hem weer aan de jeugd eri
dezelfde geschiedenis wordt bij een
ander afgespeeld.
Wordt een vrijgezel veertig jaar,
dan krijgt hij niet meer den sleutel,
maar een geheel als vrouw aange
kleede pop. Soms wordt deze heel
deftig door de vrienden met hooge
hoeden op in een gesloten rijtuig naar
den feestvierende gebracht Een kleine
herinnering dat het nu waarlijk tijd
voor hem wordt.
Bovenstaand gebruik heerscht alleen
bij den burgerstand. Boeren en arbei
ders vallen er eigenaardig genoeg
geheel buiten.
Brandstichters.
Zooals men weet, werd Maandag j.l.
ongeveer 200 H.A. dennenbosch aan
den Apeldoornschen weg ten Noorden
van Arnhem door brand vernield. Bij
de polite te Zwolle hebben zich nu
drie landloopers aangemeld, die ver
klaarden, dezen brand te hebben ge
sticht. Zij werden naar Arnhem over
gebracht. ter beschikking van de
justitie gesteld en in het huis van
bewaring opgesloten.
Vroege aardappeloogst.
De aardappeloogst op de Friesche
zandgronden, die geregeld] in het
midden van September aanvangt, is
door de droogte nu reeds in volle
gang. Dij is vrij goed en de qualiteit
is over het geheel best. Er worden
goede prijzen besteed, wiji er veel
vraag is, zoodat lal van verbouwers
reeds groolere hoeveelheden hebben
afgeleveid tegen f 1.60 a fl.80 per
H. L. De opbrengst per H.A. loopt
van f500.tot f 000.
Het ziet er voor de imkers dit
jaar treurig uit. Was na de misluk
king van den honingoogst op de boek
weit alle hoop gevestigd op de heide,
het blijkt nu, dat door de felle en
aanhoudende droogte de heidestruiken
niet zijn ontwikkeld en de nog aan
wezige bloempjes geen honing af
scheiden. Voor de overwintering zal
de door de Regeenng beschikbaar
gestelde accijnsviije suiker zeker goed
te stade komen, want de meeste volken
hebben onvoldoenden voorraad, om
door den winter te komen. Van een
honingoogst is geen sprake.
Voor jagers en stroopers.
Tengevolge van het drooge weder
zijn de velden en bosschen op de
Veluwe ruim voorzien van wild. Wilde
konijnen komen er in verbazend groot
aantal voor. In geen jaren zijn er
IDE EIEPTE.
EEN A3IEBIKAANSCHE GESCHIEDENIS.
7)
De Nord-Marketstraat te Chicago is
nog een der straten van de bloeiende,
nit niets ontstane wereldstad, die den
vroegeren alouden toestand der tui-
nenstad behouden heeft. Op en neer
gaan bier de hobbelige bouten trot
toirs, en begrenzen eene straat, die
met haar kniediep slijk aan den chaos
en de Mexikaansche postwegen her
innert. Rechts en links staan ellendige
bouten huizen van alle groote en
vorm, en daarin woont meestal ellende
en misdaad.
Het zijn bijna allen Ieren, die zich
hier gevestigd hebben en allerhande
beroepen uitoefenen, waaronder het
stelen en het handelen met vleesch
van gestorven vee nog niet de ergsten
zijn! Des avonds is de straat gevaar
lijk om te passeeren, hoezeer ook niet
voor hare bewoners, want dezen hou
den de omgeving wegens hunne huizen
zuiver en des daags vermijdt men ze
gaarne, wijl hier een soort van half
volwassen Iersche straatjongens huizen,
welke iedereen met scheldwoorden en
steenen aanvallen, die hier in een fat
soenlijke kleeding voorbijgaat.
Om deze reden heeft waarschijnlijk
ook de dikke, bedaarde John O'Don-
nohuc, de bediende van den achtbaren
doctor Slocum, zijne livrei voor een
eenvoudige grijze kleeding verwisseld
en sleept zijn 240 pond zwaar lichaam
over het krakende houten trottoir van
de Marketstraat naar een der meest
vervallen hutten. Toen hij ze bijna
bereikt had, bleef hij staan, om adem
te scheppen, en toen drong in zijne
ooren nit het huis, hetwelk hij juist
bezoeken wilde, een afschuwelijk
geraas.
«Jou dagdief luiaard slechte
vader van zes deugnieten van kinde
ren hondsche Ier straatroover
pest der Marketstraat je wilt
je borrel alleen drinken en jou gezin
gebrek laten lijden. En pief! paf!
poef, vlogen door het venster oude
laarzen, koffiekannen, borden, pooten
van stoelen en dergelijke niet spijker-
vaste voorwerpen.
"Daar gaat het vroolijk toe," zei
John, terwijl hij zich achter het oor
krabde, «ik geloof, John, mijn beste
jongen, dat ge zeer verstandig hebt
gedaan nóg niet te huwen." En terwijl
hij een half cirkelvormige richting
nam, om niet in de linie van het werp
geschut te komen, laveerde hij naar
den verder zijnden ingang van het
huis.
Het viel John niet moeielijk in de
kamer te komen waar men krakeelde
en een kunst- en regelmatige kloppartij
plaats had. Niemand nam eenige notitie
van den nieuw aangekomene.
Een man, die er zeer haveloos uit
zag, had zijne wederhelft bij de haren
gegrepen, en trommelde op haar rug
met den poot van een stoel, terwijl zij
trachtte hem met haar nagels en tan
den te pijnigen.
Dat was de hoofdgroep.
Rechts er van lagen drie half mis-
groeide jongens op den grond, en lekten
den inhoud van een whiskykruik op,
die omver gevallen en gebroken was.
Een vierde, die jonger was en geen
plaats meer gevonden had aan het
Lucullusmaal, onthaalde de hoofden
der gelukkigen middelerwijl op vuist
slagen en schoppen.
Links krakeelden twee kleine meisjes
om een jonge kat, welke zij bij den
staart en de ooren hielden, en elkan
der poogden te ontrukken. Natuurlijk
schreeuwden de kat, de meisjes en de
'jongens en daartusschen krijschte de
vrouw. «Hulp! hulp! politie! De bar
baar slaat mij doodAu I mijn
hoofd! mijn rug! hulp!»
John bekeek een oogenblik de zaak
met bedaardheid, vervolgens nam hij
den wateremmer, die gevuld naast de
deur op een bank stond, en ledigde den
inhoud boven het hoofd der vechters.
Nu was het een plassen, proesten en
snuiven, uiteen stoof het vechtende
paar en als op kommando viel het op
den indringer aan.
Maar als had de oude vrouw plotse
ling hanenveer en paardenpoot ontdekt,
zoo dansde zij bij het gezicht van John
achteruit, die zich den buik vast hield
van het lachen.
"Bij de H. Maagd," krijschte zij, "daar
is waarachtig onze weldoener, de goede
John O'Donnohuc! Welkom I duizend
maal welkom 1 O, mijn goede, maar
hoe ziet het er hier uit!" voegde zij
er bij, terwijl zij haastig een stoel ledig
en schoon maakte, waarop een menigte
scherven had gelegen. «Wees zoo goed
plaats te nemen, en houd het mij ten
goede, ik had met mijn goeden Pat
slechts een kleine woordenwisseling
over de kinderen I»
»0, mijnentwege, geneer je niet,"
lachte John; «maar als ge dit eene
kleine woordenwisseling noemt, dan
wilde ik wel eens een flinke vechtpartij
.bij j e zien
"Ge hebt nu wat je verdient,» zei
Pat, die zijn buis omkeerde, »nu denkt
de brave John, wij leven slecht te
zamen. Waarom moet ge ook altijd
vloeken en God lasteren!"
»Ik God lasteren?» schreeuwde Brid-
git, «nu is het genoeg, zuiper, onver-
zadelijke dronkaard het kwam door
den drank, dien jij alleen wildet!»
«Stil, menschen!» mengde John zich
in het gesprek, dat weder levendig
beloofde te worden, waarover ge twist
is je zaak en gaat niemand aan, als
ik weg ben, kunt ge elkaar op nieuw
ranselen. Maar luister nu, Pat, eD hou
je verstand bij elkaar, als het Diet
reeds heel verzopen is.»
«Mogelijk is het waarachtig, dat het
nu verzopen is,» bromde Pat half voor
zich, »want sedert tien jaren heb ik
niet zooveel water geslikt, als zooeven
door je grap.»
«Wees tevreden, deze grap heeft je
beiden bekoeld, anders had het morgen