NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
FEUILLETON.
No. 37.
Woensdag 8 Mei 1912.
41e jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG
BUITENLAND.
BINNENLAND.
VERVLOEKT EN VERSTOOTEN.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 1.15;
Franco per post door het geheele Rijk 1.25.
Afzonderlijke Nnmmers 3 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Langestraat 77. Teleplioonn0- 60.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere reg9l meer Tl, Cent.
Advertentièn viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Uit het bericht van de bezetting
van liet eiland Rbodos blijkt, dat de
Italianen methodisch het program van
de vlootactie in de Aegeïsche Zee, het
welk onlangs de Romèinsche Temps-
correspondent uitvoerig beschreef, ten
uitvoer leggen.
Rhodos is het zuidelijkste en belang
rijkste eiland der Sporaden. Het be-
heerscht den toegang tot de Aegeïsche
Zee en ligt op ongeveer 17 K.M. van
de Aziatische kust verwijderd. De bijna
geheel Grieksche bevolking telt 27000
zielen. In de hoofdstad Rhodos wonen
ongeveer 11000 menschen.
Volgens een telegram heeft de be
zetting zich niet verzet tegen de lan
ding; bij het voorwaarts rukken schij
nen de Italianen wel eenig verzet
ontmoet te hebben, althans er is sprake
van een bombardement en van ge
wonden aan Italiaansche zijde.
De tijding van de landing, welke
door Giolittie persoonlijk Zaterdag in
het Parlement werd bekend gemaakt,
heeft een goeden indruk gemaakt te
Rome. Generaal Ameglio, do bevel
hebber van de landingsdivisie had zich
reeds bij de bezetting van Benghasi,
een dergelijke operatie, bijzonderon
derscheiden.
Na Stampalia, Rhodos men kan
er zich op voorbereiden de Italianen
gelijdelijk de voornaamste eilanden,
die échalons-gewijze in de Aegeïsche
Zee liggen lot den ingang dor Dar
danelles te zien bezetten.
In de stad Rhodos vindt men nog
herinneringen aan de bezetting van'
hel eiiand door de Johanniter-ridders, I
die er van 1310 na hun verdrijving,
uit Jeruzalem, tot 1522 verbleven,
toen zij, na een beleg doorstaan te
hebben van het leger van Soliman,
naar Malta vertrokken.
Sindsdien bleef het eiland onder
Turksch bestuur.
Van belang is het bericht, volgens
hetwelk de mogendheden van plan
zouden zijn, de door de Italianen be
zette en nog te bezetten eilanden
autonomie te verleenen.
Zooals men zich zal herinneren,
houden de Italianen bij hun vlootactie
rekening met de mogelijkheid van het
ontstaan van een groot-Grieksche be^
weging onder de bevolking der Turlt-
sche eilanden.
Reeds dadelijk bij de eerste berich
ten omtrent de catastrophe van de
»Texas«, dook het gerucht op. dat de
boot niet op een mijn zou zijn geloopen,
doch door een Tnrkscb projectiel in
den grond zou zijn geboord. Een der
gelijk «doortastend» optreden der
kustbalterijen zou zeer goed te ver
klaren zijn uit het bericht, dat de
kapitein van de «Texas" eenvoudig
een Italiaansche spion zou wezen, die
zich oveituigen wilde, of werkelijk de
haven van Smyrna door mijnen werd
verdedigd. Verklaarbaar wordt dan
ook de weigering van de Turksche
autoriteiten, om de duikers van don
Amerikaansche consul (zooals meri
weet voor de »Texas« onder Ameri
kaansche vlag) tot het wrak toe te
laten immers, dan zou het sprookje
van het stooten op een mijn dadelijk
uit de wereld zijn.
Aanzie «New-York Herald'.' wordt
uit Peking bericht dat, tenzij door de
barikgroep der zes mogendheden wordt
afgezien van den eisch betreffende bet
toezicht op de ontwapening van een
groot deel van het leger, er veel kans
bestaal, dat er niets van de groote
leening terecht komt.
De houding van Tang Sjao Yi wordt
door de leiders der nationale vergade
ring goedgekeurd. Tang Sjao Yi, de
eerste minister, verklaarde nog liever
de hand aar. zich zeiven te willen
slaan, dan zijne handteekeningte zetten
onder eene overeenkomst, die de be
doelde voorwaarden bevat.
Van de zijde der nationale verga
dering is er nog op gewezen, dat
indien aan den genoemden eisch zou
worden vastgehouden zulks eene aan
de vreemdelingen vijandige stemming
onder het volk, vooral in hel Zuiden,
zou te voorschijn roepen.
De Chineesche legeraanvoerders zien
in den eisch een streven van de vreemde
mogendheden om eenige toekomstige
uitbreiding van bet leger te beletten.
De correspondent van de «New-York
Herald», Ohl, zeide nog te hebben
vernomen, dat de eisch niet uitging
van de mogendheden, maar van de
bij de bankgroep aangesloten finan-
cieele instellingen.
Van de zijde der Chineesche regee
ring wordt al wat op genoemden eisch
betrekking heeft aan de inlandscbe
pers onthouden, uit vrees voor den
indruk op de bevolking.
De president, de eerste minister en
het geheele kabinet verklaren, dat
China gaarne buitenlandsche deskun
digen bij de.verschillende diensten zal
aanstellen. Ook is de regeering bereid
toe te stemmen in het toezicht van
het buitenland op spoorweg- en in-
dustrieele ondernemingen. Maar zij
wil zich niet onderwerpen aan een
toezicht van het buitenland op de
rijks-uitgaven.
Mocht bet sluiten eener leening on
mogelijk blijken, dan zal de regeering
genoodzaakt zijn, onder militaire pressie
de benoodigde fondsen van de bevol
king te requireeren.
Het weer in het buitenland.
Door heel Europa heeft het weer op
het oogenblik een aarzelend karakter.
In het Westen (Schotland en Enge
land) is de weerstoestand het minst
gunstig: het is daar druilerig weer en
af en toe valt daar regen, terwijl de
tempei atuur er vrij hoog ligt. In Zuid-
Engeland, o.a. op Wight, heeft het
eonweerd.
In België en Frankrijk zijn de winden
zwak en veranderlijk en schijnt de
zonneschijn nun of meer getemperd.
Er deden zich plaatselijke storingen
voor, o.a. aan de Riviera. De tempe
ratuur ligt in beide landen hoog en
het vochtigheidsgehaltg is groot, zoo
dat het er soms eenigszins broeiig is
In Duitschland is het weer uiteen
loopend. In Pruisen heeft de zonne
schijn de overhand, terwijl in het
Zuiden de zonneschijn getemperd of
geweerd wordt. Plaatselijk viel regeu
soms omvveerde het. Op vele plaatsen
in Duitschland is het warm en druk
kend.
In Zwitserland en Tirol is het weer
van streek. In beide landen viel over
vloedig regen. Het weer gaat er'nü
echter alweer vooruit. Vooral de nacht-
temperatuur ligt in Zwitserland veel
te hoog.
Ook in Noord-Ilal'ë doet zich een
atmosferische storing voor.
Plan 1913.
Naar het Vad. verneemt, zal binnen
kort de regeering een wetsontwerp
indienen, strekkende om aan de Staten
Generaal voor te stellen, een bedrag
van f 115.000 toe te staan voor sub
sidies aan het z.g. Plan 1913, uit
gaande van de Maatschappij van Nijver
heid, n.l. het organiseeren van een
groot aantal plaatselijke tentoonstel
lingen in 1913.
Door de Ntjrneegsche afdeeling van
de Mij. voor Nijvertieid is het voor
nemen opgevat om in verbinding met
de daarvoor in aanmerking komende
lichamen, in het jaar 1913 te Nijmegen
een tentoonstelling te doen houden
van Romeinscbe oudheden.
Dit plan zal bij genoegzame mede
werking veel kans van welslagen
hebben, daar voor deze stad de Ro
meinscbe oudheden veler belangstelling
wekken en zeldzame collecties te zien
geven. Men wil de expositie doen
houden in den tijd, waarin de vreem
deling ons land ook voor andere be
zienswaardigheden bezoeken.
Tariefwet.
Naar het Hbld. meldt, wordt door
eenige hoofden van ondernemingen
bij handel en nijverheid betrokken,
een adresbeweging tegen de Tariefwet
op touw gezet.
Mederteekening wordt van belang
hebbenden gevraagd van een adres,
dat slechts deze zinsnede bevat:
Dat zij (adressanten) er van over
tuigd zijn dat de verhoogde invoer
rechten, zooals die thans worden voor
gesteld. in de hoogste mate belem
merend zullen zijn voor de algemeene
welvaart en de economische ontwik
keling van het Nederlandsche volk;
Reden waarom zij uwe vergadering
in allen ernst verzoeken de Tariefwet
niet aan te nemen.
De bedoeling dezer adresbeweging
is, dat alle tegenstanders van het
voorgestelde tariefontwerp, afgezien
van hun politieke overtuiging en van
hun wellicht op andere wijze kenbaar
gemaakte bezwaren, gezamenlijk aan
onze Volksvertegenwoordiging te ken
nen geven, dat een tarief als het voor
gestelde, naar hun meening, in de
hoogste mate verderfelijk zal zijn voor
de ontwikkeling onzer welvaart op
industrieel en handelsgebied.
Het concept-adres is geteekend door
VV. Ruys Zonen, Rotterdam; Ko
ninklijke Nederlandsche Stoomboot
Maatschappij, Amsterdam; N. W.
van den Berg Co's Metaalhandel,
J. van den Honert, directeur, Amster
dam; Van den Bergh's Limited, Rot
terdam Gerhard Loeber, Amsterdam
P. F. van Vlissingen, Helmond; R.
Mees Zonen, RotterdamStoom-
meelfabriek «Holland», B. van Marwijk
Kooy, Amsterdam; Heinekens Bier
brouwerij Maatschappij, A. Berkemeier,
Rotterdam; G. J. van Heek, Enschedé;
«Werf Conrad», directeur P. Goedkoop
Dzn., Haarlem; E. H. Krelage; firma
E. A. Krelage Zoon, Haarlem; J.
E. Scholten, firma W. A. Scholten,
Groningen; J. Jonckheer, Amsterdam;
Wessanen Laan,Wormerveer; Ver-
kade Co., Zaandam.
Een Roman uit de laatste Poolsche Revolutie
VAN
JULIUS ALICZNT,
27)
Vervolgens kwamen, hun altama aan
de spits, krijgslieden der Uraalsche en
Donsche stammen in zonderlinge Oos-
tersche kleeding van allerlei kleur,
zonderlinge puntige mutsen boven de
door de zon verbrande, baardige ge
zichten, grijsaards en jongelingende
achterhoede vormde een hoop baskieren,
een haveloos volk, met bloeddorst op
het wild dierlijk gelaat. Tegen acht
ure 's avonds was het slot der gravin
Jablonowska een uur in den omtrek
door Russische troepen omsingeld. Daar
de voorposten van Dewbinsky dichter
bij het dorp geplaatst waren, had noch
deze, nocheen of ander soldaat van zijn
troep eenig vermoeden van het gevaar,
dat hen bedreigde.
De nacht was ruw en koud. Bul-
derend suisde de noordwesten wind in
de holten der oude kalkrotsen bij het
kasteel der gravin Jablonowska. De
storm zweepte donkere wolken aan het
zwerk voort, de boeren namen de wijk
onder hunne daken; zelfs de dieren
bergden zich in kloven en kreupelhout,
alleen de reuzige kettinghond van het
slot wedijverde in het huilen met den
storm, in zijn hok. Bij het flauwe
licht dat somwijlen de maan uit den
wolkenchaos op de aarde wierp, zag
men een menschelijke gedaante lang
zaam en voorzichtig uit de diepte van
een oude vervallen steengroeve op
waarts stijgen.
De man moest hier bekend zijn, want
met zekeren voet betrad hij de verval
len steenen treden, die van een diepe,
natuurlijke bron af naar het slot voer
den, en welke treden, uit kunsteloos
in den leembodem ingedrukte onbehou
wen steenen bestaande, door den regen
glibberig waren geworden. Hij stond
nu boven en staarde scherp in de on
vriendelijke duisternis.
«Nu ben ik dicht bij mijn doodsvij
and," mompelde hij; «misschien gelukt
mijn plan." Hij opende een kleine
deur en steeg behoedzaam den wentel
trap op.
Binnen in de verwarmde kamer zat
graaf Dewbinsky. Hij had zoo even
den brief van Iwan gelezen en dacht
aan Anka, aan al de gebeurtenissen,
die zoo snel elkander gevolgd waren.
Wat kon hem de toekomst brengen,
wanneer mocht bij zijn Anka weder
zien?
Deze gedachte hield zijn geest bezig,
toen een opstandeling binnen stormde
met deD kreet.
«Mijnheer de graaf, een jood is door
de achterdeur in het kasteel geslopen,
en werd toen hij zich zoo even in een
kamer verschuilen wilde, betrapt en
aangehouden."
«Breng hem hier," beval Dewbinky,
terwijl hij Iwan's brief in zijn schrijfta
fel bergde.
De deur werd geopend en twee zei
senmannen brachten Baruch Levi ge
bonden binnen.
De graaf was overeind gesprongen.
»Wat wilt ge hier, Levi? vroeg hij.
Bij Godantwoordde de j ood, scherp
op ieder woord drukkend, «had ik
kunnen gelooven dat mijnheer de graaf
zoo vele getuigen zou roepen en mij
laten binden, terwijl ik gekomen ben
over onze familie aangelegenheden te
spreken."
«Maakt den man los eD laat ons
alleen zei de graaf met sombere stem.
Zijn bevel werd dadelijk volbrachten
weinige seconden later stond Baruch
voor den graaf alleen.
«Mijnheer de graaf, wilt ge mij wel
veroorloven te gaan zitten?" En zon
der een antwoord af te wachten, zette
zich de oude man.
«Hoe sterk is uwe bezetting hier
in het kasteel?" voer hij toen voort.
Graaf Dewbinsky spron g verstoord op.
«Welk een vraag is dat?" riep hij,
«wilt ge ons verraden?"
«Waarom vertoont ge u? Wanneer
den jood de genade is deelachtig ge
worden, dat zijne dochter door mijnheer
den graaf is verleid, waarom zou hij
dan niet mogen vragen, hoe sterk de
bemanning in het slot is?"
«Hoe durft ge u vermeten mij den
verleider van uw dochter te noemen?"
antwoordde Dewbinsky.
«Ik wilde weten of uw troepen tegen
twee adrie duizend Russen weerstand
konden bieden?" voer Baruch spottend
voort.
«Wat bedoelt ge hier mee?" vroeg
de graaf, wien een vreeselijk vermoeden
bekroop.
«Ik bedoel," zei Baruch Levi zich
hoog oprichting. «Let goed opIk
had op deze wereld niets dan mijn
kind, mijne SaraDaar kwaamt ge in
ons huis sluipen als tijger, die zijn
buit opspoort. Ge verveelde u op uw
hoog kasteel, ge moest een speeltuig
hebben; ge hadt daartoe uitgekozen
mijne Sara, mijn hartebloed; en om
te weten hoe ver de liefde van een arm
joodsch meisje ging, hebt ge haar ge
beden of bevolen den godsdienst harer
vaderen te verzakenZij heeft het
gedaan, ja, ik zeg de waarheid, ik
sta aan de poort des doods en lieg niet:
Ik heb zulke jodenmeisjes gezien te
Warschau, Petersburg en Parijs. Heer,
ik heb de wereld geziende groote
heeren verstieten ze, zij zonken van
trap tot trap, al lager, zelfs het ge
ringste mochten zij niet betredenen
werden de ellendigste, verworpenste
schepsels. Ik had den moed niet Sara
mijn mes in het hart te stooten, maar
ik wierp haar buiten op de straat. Nu
zal zij dood zijn maar ik, Baruch
Levi, kan u zeggen, dat in hoogstens
twee uren ook haar verleider sterven
zalWordt vervolgd.)