NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad NÉT voor de Provincie Utrecht. |S| ®ükmmz FEUILLETON. No. 80. Zaterdag 5 October 1912. 41e jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG PREMIE BUITENLAND. BESCHULDIGDE. EEN Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden met Zondagsblad 1.15; Franco per post door het geheele Rijk 1.25. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER Bureau: Langestraat 17. Tclephoonn. 69 AD VERTENTIËN: Van 16 regels 0.50; iedere reg9l meer 7Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. voor de lezers van deze courant [Jet heden verschenen 27e nummer van den vierden jaargang van Zijnde het eerste Nummer van het Derde Kwartaal van den Vierden Jaar gang, munt uit door fraaie, actueele illustraties en boeienden tekst. De voorplaat geeft een gezicht op de Rampok-Partijen op nationale feest dagen te Kediri (Oost-Java). Een ruime plaats wordt ingenomen door foto's botrekking hebbende op de Legermanoeuvres. als: Amsterdam wordt belegerd. Z Exc. Minister Colijii poseert voor onzen fotograaf. In gevechtsstelling tegenover den vijand. Een observatiepost. De artillerie tiekt Aalsmeer binnen. De veldtelefoon in functie Voorts: de gewaande ketelontplolling aan booid van de «Evertsen*, met de volgende foto's: De aankomst van Z. K. H. de Prins te IJmuiden. Gewonden aan boord van de »Evertsen«. De ge wonden worden in de spoorwegwagens gedragen. Het vertrek vair Z. K. H. de Prins, na afloop van de gehouden oefeningen. Verder: Portretten van Jhr. Van Nispen tot Sevenaer, de nieuw benoemde voorzitter der Tweede Kamer. Mr. G. Vissering, de nieuw Panama-Kanaal. De begrafenis van vice-admiraal Hoekwater. De wed strijd om den Kromhoutbeker met 2 foto's. Een toestel voor blinden om hel licht te »booren«. Fotos van bekende persoonlijkheden. De aankondiging van den nieuwen geïllu- streerden historische» roman, getiteld: Donkere Wolken, door Eline van Stuwe (Jacqueline Reyneke van Stuwe). Ten slotte eene mededeeling omtrent de Gratis Verzekering tegen Ongeluk ken van f5000 en f2500 ten behoeve van de abonné*. Een Knippuzzle en een Prijsraadsel in de rubriek van Redacteur X, waarbij telkens honderd prijzen worden uitgeloofd, en het Kindernummer »Ons Prinsesje®, met onderhoudende lectuur voor de Jeugd De geabonneerde wonende wenscht zich te abouneeren op het weekblad „PAK ME MEE", tegen den prijs van 3'/i cents thuis bezorgd. Kans op vrede en oorlogsgevaar. Inplaats van elk oogenblik uit bet Oosten verwachte bericht, »de oorlog is uitgebroken», bereikt ons heden morgen een vredestijding: Italië en Turkije staan op het punt bet zwaard in de scheede te steken; de onder- benoemde directeur der Nederland-che1 handelingen sedert half Juli in Ouchy Bank. De hoogst interessante Ten-1 gevoerd door Torksche en Itiliaansche toonstelling van Zwammen en Padde-, gevolmachtigden, hebben, dank zij de stoelen te Arnhem. Jubileumwed strijd «Sneeker Zeilclub«, met 3 foto's Veldwedstrijd van de afd. »Neder- land« van de Griffonclub met 2 foto's Opening van het gesticht Valken- heide te Maarsbergen, met 2 foto's. Een herstelplaats voor zieke Kolo nialen. Kazernebrand te Haarlem. De sluizen van bet weldra voltooide zending van den Turkschen minister van handel, Resjid Pasja, tot een gun stig resultaat geleid en men verwacht binnen zeer korten lijd de onder tee- kening der preliminairen, d. w. z. van het stuk waarbij de vrede in beginsel aanvaard wordt. Meer dan dit meldt men ons niet, en we zullen dus ons geduld moeten opschorten om te weten hoe er een uitweg uit die schijnbaar onuplosbarequaestie gevon den is om de souvereiniteit van Italië over de Lybische gewesten in stand te laten, zonder die van den Sultan geheel te laten ophouden, want eenig gezag al is het dan ook maar in naam zal den beheerscher aller geloovigeri toch wel in gelaten zijn in Tripoli en Cyrenaieu. Men behoeft er nauwelijks aan te twijfelen, of do gunstige wending in de vredesonderhandelingen te Ouchy staat in verband met den toestand op den Balkan twee oorlogen tegelijk voeren zou den krachten van den wankelen Turkschen staat te boven gaan, en zoo kunnen wij het begrjj pen dat er sommige menschen zijn die achter de provoceerende houding der Balkan-staten tegenover Turkije de hand van Italië meenen te zien, dat alleen hierdoor Turkije tot den vrede kon nopen. Natuurlijk, naar de lezer begrijpen zal, beduidt het bericht van dezen morgen nog niet dat de vrede vast en zeker tot stand komt: ten eerste acht men de preliminaren nog slechts op de komst en ten tweede moet er, nadat zij onderteekend zijn, nog over heel wat gesproken worden vóór er werkelijk vrede is. Maar toch, de kansen dat er inderdaad een einde komen zal aan den Italiaansch-Turk- schen oorlog zijn zeer groot en in elk geval zal het gevolg van de onderteekening der voorloopige vredes overeenkomst wel wezen dat de vijandelijkheden in Tripoli onverwijld gestaakt worden. Welken terugslag de Italiaansch- Turksche vrede op den toestand in den Balkan hebben zal, is natuurlijk niet met zekerheid te voorspellen. Aan den eenen kant zal Turkije nog min der tegen den oorlog opzien dan het reeds deed en derhalve nog minder geneigd zijn tot tegemoetkomingen aan de Balkanslaten, waardoor dus het gevaar voor den Balkar-oorlog stijgt, maar aan den anderen kant zullen wellicht ook de krijgslustige leden van den nieuwen Balkan-bond ietwat huiveriger worden om den Turk aan te vallen, die ontslagen van de zorgen welke de Italiaansche oorlog hem berokkende, een nog wel zoo ge vaarlijk tegenstander wordt. Overigens, afgezien van den even- tueelen invloed der vredesluiting met Italië, is het gevaar voor den oorlog op het Balkan-schiereiland nog juist even groot als gisteren en men ver wondert zich eiken dag opnieuw.dat de spanning zoo fel kan wezen zonder dat de strijd vanzelf ontbrandt. Trou wens, er hebben reeds geruchten ge- loopen dat Bulgaarsche troepen de Turksche grens overschreden zouden zijn en dat Turksche soldaten aan de Montenegrijnsche grens slaags zouden zijn geweest met de bergbewoners aldaar, maar dat alles is tot dusver nog niet bevestigd en voor zooveel men weet is op het oogenblik de de vrede ook feitelijk nog bewaard gebleven Ook is er opnieuw beweerd, dat Bulgarije, Servië, Montenegro en Griekenland een ultimatum hebben gezonden aan de Porte, maar ook dat is nog niet bevestigd en volgens de laatste berichten zal dit ultimatum eerst aan het einde dezer of het be gin der volgende week gezondou wor den. Nu, hoe later hoe beter, want het gaat met oorlogsgevaar gewoon lijk zoo, dat hoe langer het dreigt, hoe geringer het wordt. In de Europeesche hoofdsteden blijft men tot vervelend wordens toe officieel en officieuselijk beweren, dat men alle mogelijke moeite doet om het contlict te voorkomen, maar natuurlijk ontkent men nergens meer dat het gevaar dreigender is dan ooit en dat de oorlog zeer waarschijnlijk is. JBoincaré, de Fransche premier, heeft de gelegen heid eener diplomatieke receptie aan gegrepen om iri betopenbaarFrankrijk's goeden wil te toonen, en de vertegen woordigers der vier Balkan-staten te wijzen op den ernst der maatregelen, door bun regeeringen genomen, en hij voegde erbij dat het veel meer in het belang van liet doel, door de Balkan- staten nagejaagd, zou strekken, wan neer zij den vrede weten to bewaren dan wanneer zij den oorlog uitlokken. Wat de gezanten hierop antwoordden meldt ons hel bericht niet Ook met den Italiaanschen, Biitschen, Russischen en Uuitschen gezant onderhield Poincaré zich langdurig over de Balkan-crisis en bovendien ontving de premier om 10 uur des avonds minister Sasonof, die gisteren in Parijs aankwam. Zoo is hel dus niet onmogelijk dat er gisteravond in de salons en kabinetten aan de Quai d'Orsay tal van dingen besproken en vastgesteld zijn van overwegend belang voor de gebeur tenissen in den Balkan en den toestand van Europa. Door middel van de Norddeutsche Allgem. Zeitung laat de Duilsche regeering zich uit over de kans op oorlog, en schrijft zij dat die inderdaad groot is, maar dat zelfs al breekt de krijg uit, men zich niet bezorgd behoeft te maken voor de belangen van Duitschland, aangezien men »met zekerheid mag hopen dat een eventueel conllict beperkt zou blijven tot de plaats waar het uitbrak, i. e. den Balkan. uTegenover bet vasie besluit* aldus het officieuse blad »van alle mogendheden om uitbreiding van het conflict tegen te houden, kan een definitieve overeenstemming niet uit blijven*. Volkomen duidelijk zijn deze laatste woorden niet, maar in elk geval is de strekking van het stuk duidelijk: men make zich niet te ongerust. Ook in de Hongaarsche delegatie in Weenen is het oorlogsgevaar weer ter sprake gekomen, en Berchtold's plaats vervanger (de minister zelf zat met den Koning van Griekenland te praten, die in Weenen vertoeft) antwoordde op hem gestelde vragen, datde toestand, nu iedereen mobiliseert, natuuiljjk heel serieus is. Van groot belang was evenwel wat geantwoord werd in zake de verhouding met Rusland, want, 3 »Hoe ia het in het water gekomen «Het is er in gevalleD," antwoordde de gevraagde eindelijk. Het was als of de grootste angst en wanhoop haar nu eerst deze gedachte hadden ingegeven en zy scheen er zich aan vast te klemmen, als of ze haar redding kon brengen. "Hoe was dat mogelijk hernam de president. «Het kind was slecht eenige weken oud, het kon zich nauwelijks bewegen, gij zoudt het niet van uw arm hebben gelaten de onwaarschijn lijkheid, ja de onmogelijkheid uwer bewering moet u zelf in het oog sprin gen. "Het gleed van mijn arm, toen ik op de brug stond en vermoeid op de leuning rustte.» »En gij hebt niets gedaan om uw kind te redden »Ik kon het niet redden!» »Gij hadt toch menschen te hulp kunnen roepen maar gij hieldt n stil en ge hebt niet eens naar het lijk van uw kind gezocht. »Jaja, maar ik heb het niet gevon den. Het was een ramp die u trof, waarom hebt ge ze verzwegen ?n De beschuldigde had geen antwoord. »Ik weet hetniet meer,» antwoordde zij eindelijk, toen de vraag herhaald werd. »Ik weet zelfs niet wat in die vol gende dagen met mij gebeurd is ik ont week de menschen ik zwierf door de bosschen slechts onduidelijke her- ineringen zweven mij daarvan nog voor den geest.» »Gij zijt inderdaad eerst eenige dagen na den dood van uw kind in uw dorp terruggekomen gij weet dus niet, waar ge al dien tijd geweest zijt?» »Neen in het bosch ik weet echter niet waar.» «Uw verwonderd voorkomen viel iedereen in het oog die u zag, na uwe terugkomst, gij ontweek de vragen naar uw kind.» »Ik wilde niet zeggen, dat het in het water was gevallen., "Waarom niet De menschen zouden gedacht hebben dat ik het omgebracht had.» «Deze vrees kon dan slechts bij u bestaan heebben zoo gij u werkelijk schuldig gevoelde.» «Ik ben niet schuldig riep de onge lukkige en zag den president biddend aan. j «Slechts aan een getuige hebt ge gezegd, dat uw kind gestorven was. Waarom zegt ge niet de zuivere waar heid, zoo uw kind werkelijkdoor onacht zaamheid in het water was gevallen?» »Ik weet het niet meer ik weet ook niet meer wat ik gezegd heb. Ik j was zoo onbeschrijfelijk ongelukkig I Het zou voor mij een weldaad zijn geweest, zoo ik gestorven ware De jonge vrouw vertoonde inderdaad een beeld van het diepste ongeluk. Welk een smart, welk een angst sprak nit haar fijn bleek gelaatNiemand kon zich beletten medelijden te gevoelen en toch mocht de president haar niet ont zien, want het was zijn plicht de waar heid te ontdekken. n Waarom verliet ge reeds den vol genden dag uwe woning en het dorp weder?» vroeg hij voort. Ik kon het niet verdragen, dat aller oogen op mij gericht waren, dat de menschen naar mijn kind vroegen.» «Gij begaaft n naar de stad »Ja.» »Wat wilde ge doen »Ik wilde een dienst zoeken.» »Maar ge waart gehuwd uw man moest u ondersteunen wist hij iets van uw voornemen Zij schudde ontkennend het hoofd «Des te onbegrijpelijker blijft het, dat gij zulks buiten zijne toestemming doen wilde.» »Ik kon in het dorp niet blijven,» hernam de beschuldigde. »Toen ge in hechtenis werd genomen, verried ge door uw geheel gedrag en den grootsten angst, de duidelijkste kenteekenen van schuld!» Zij zweeg; op haar gelaat las 'men afmatting. Zij scheen al hare kracht uitgeput te hebben, om de zware schuld van zich te werpen; maar zij moest iuzien, dat al hare pogingen vruchteloos waren, dat zij voor de macht der bewij zen zwichten moest, dat de rechters aan hare woordeD geen geloof schonken. De president maakte vau deze gelegen heid gebruik om nog eens tot haar hart te spreken. «Beschuldigde,» zeidehij en zijnestem klonk zacht, «het is mijne taak naar de waarheid te zoeken, opdat de rechters uw vonnis kunnen uitspreken. Door geen woord zou ik dat vonnis vooruit- loopen, zoo niet alle bewijzen en uw gedrag tegen u spraken. Ik kan aan uwe onschuld niet gelooveD, nu reeds uwe daad een raadsel is. Uw hart is joDg, uw vorig leven spreekt te zeer in uw voordeel, om te gelooven dat ge uw kind hebt omgebracht, eeniglijk om te moorden. Stel dus vertrouwen in uwe rechters, zij zullen uwe schuld niet zwaarder straffen dan zij verdient, ont neem u zelve niet door te loochenen, het recht op een zacht oordeel. Geloof mijne woorden, gij zoudt het u te laat berouwen, zoo ge de waarheid ontrouw waart geweest.» De beschuldigde wrong wanhopend de handen. De woorden van den presi dent hadden een diepen indruk op haar gemaakt en zij scheen met zich zelve in herigen tweestrijd. «Ik ben onschuldig ik heb het niet gedaan!» riep zij eindelijk. «Ach. ik zou nog in dit oogenblik mijn leven geven, zoo ik dat van mijn arm kind er door redden: kon.» Zij zonk op de bank neder en legde haar hoofd op de leuning. Hare woorden klonken zoo waar en aandoenlijk, en toch kon niemand aan hare schuld twijfelen. Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1912 | | pagina 1