Gemeenteraad.
Plaatselijk Nieuws.
»Maar waar wij onzeD eigen weg
volgeD, die zuiver vrouwelijk zijn moet,
daar zullen wij scheppendeen stuwende
kracht ontwikkelen en naar ons doel
schrijden, op een wijze die de mannen
door hun aard en hun omstandigheden,
niet kunnen volgen.
»Wacht niet met rechtstreeksche
daden tegen den oorlog totdat uw
rechten gelijk zijn aan die van den
man, maar maakt van uw zwakheid
uw kracht: waar geen staatsverant-
woording ons drukt, kennen wij slechts
de verantwoording tegenover de
menscbheid en het geweten, of tegen
over God, een voorrecht dat iedere man
ons zou kunnen benijden.
«Begint dus waar gij staat en ge
bruikt de omstandigheden waarin de
maatschappij u plaatst en die niet zijn
die van den man.
«Het Witte Leger is één weg dien wij
gaan kunnen, omdat wij vrouwen zijn!
«Wie schaart zich onder die blanke
banieren?
«Wie kracht en talent bezit om op
te richten, wie liefde en moed heeft
om mede te doen, gij allen geeft uw
gevoelens en zendt uw schrijven aan
«Het Witte Legeroc, p/a. J. H. de Bussy,
Rokin GO, Amsterdam.
De „Tenips" over onze neutraliteit.
Het groote officieuze Fransche blad
«Le Tempsi bespreekt thans op wel
willende toon de houding van ware
onzijdigheid, welke Nederland bewaart.
Reeds vroeger erkende genoemd
blad het moeilijke van den toestand.
De neutraliteit, zoo schrijft het thans,
eischt, noodzakelijke opofferingen en
de vervulling van dikwijls pijnlijke
plichten. De Nederlandscho regeering
heeft zich daarvan vrij gewillig ge
kweten («d'assez bonne grace«). Het
staat niet aan ons, na te gaan, welke
partij haar sympathie heeft, waarheen
haar wenschen gaan: het is voldoende
te weten, dat er in Den Haag geener
lei vijandschap heerscht jegens de
geallieerden en dat de regeering der
Koningin een gezonde opvatting heeft
van de neutraliteit.
De «Tempsa erkent vervolgens, dat
Nederland in zake de interneeringen,
geest en letter van de internationale
overeenkomsten geëerbiedigd heeft,
en dat het de Belgische vluchtelingen
edelmoedig is te hulp gekomen. «Men
mag zeggen, zoo besluit het blad, dat
Nederland zich den plicht, dien de
omstandighedon het opleggen, bewust
is, en dat de openbare meeniDg,
zooals zij zich thans doet kennen, het
aan de regeering gemakkelijk maakt,
de neutraliteit stipt in acht te nemen.
Dinsdagavond vergaderde de Raad
der Gemeente Amersfoort te half acht
ten Stadhuize.
Voorzitter de Burgemeester.
Afwezig de heeren Jorissen, Ooster
veen, Van Achterbergh en Eysink en
3 vacatures.
Ingekomen de volgende stukken:
Koninklijk Besluit dd. 16 December
1914 no. 3, waarbij de bezoldiging van
den Commissaris van Politie te Amers
foort wordt vastgesteld op f2600.
's jaars, ingaande 1 JaDuari 1915. Voor
kennisgeving aangenomen.
Brief van den Minister van Binnen-
landsche Zaken dd. 4 Januari 1915
no. 21160 Afd. O waarbij wordt goed
gekeurd de wedderegeling van B. G.
Halberstadt, leeraar aan de H. B. S. te
Amersfoort. Voor kennisgeving aan
genomen.
Besluit van Gedeputeerde Staten van
Utrecht, dd. 28 December 1914 3e Afd.
no. 2393, waarbij wordt verdaagd de
beslissing omtrent de begrooting van
inkomsten en uitgaven der Gemeente
Amersfoort en waarbij Burgemeester
en Wethouders worden gemachtigd
tot op de helft der aangevraagde som
men uitgaven te doen en de inkomsten
te ionen, gelijk die op de begrooting
zijn geraamd. Voor kennisgeving aan
genomen.
Besluit van Gedeputeerde Staten
van Utrecht, dd. 28 December 1914
3e afd. No. 3121/2378, waarbij wordt
goedgekeurd het le suppletoir kohier
tot heffing van de straatbelasting over
het dienstjaar 1914, vastgesteld bij
raadsbesluit van 15 December 1914
op een bedrag van f 270.39. Voor
kennisgeving aangenomen.
Besluit van Gedeputeerde Staten
van Utrecht, dd. 28 December 1914
3e afd. No. 3122/2378, waarbij wordt
goedgekeurd bet kohier tot heffing
van schoolgelden voor de Burger
avondschool voor den cursus 1914-
1915, vastgesteld bij raadsbesluit van
15 December 1914 op een bedrag
van f200,-. Voor kennisgeving aan
genomen.
Besluit van Gedeputeerde Staten
van Utrecht, dd. 28 December 1914
3e afd. No. 3123/2378, waarbij wordt
goedgekeurd het 2e suppletoir kohier
tot heffing van de inkomstenbelasting
over het dienstjaar 1914, vastgesteld
bij raadsbesluit van 15 December op
een bedrag van f 2050,50.
Besluit van Gedeputeerde Staten
van Utrecht, dd. 28 December 1914
3e afd. no. 3143/2404, waarbij wordt
goedgekeurd het raadsbesluit dd. 15
December 1914, No. 3111 tot koste-
looze overname van eenige strooken
grond van J. Verhey te Amersfoort.
Voor kennisgeving aangenomen.
Besluit van Gedeputeerde Staten van
Utrecht, dd. 11 Januari 1915 le afd.
No. 608/26, waarbij wordt goedgekeurd
het raadsbesluit van 15 December 1914
no. 6323 tot verlenging van den termijn,
binnen welken de onbewoonbaar ver
klaarde perceelen Wolkerstraat 7, 9,
11 en 13 ontruimd moeten zijn. Voor
kennisgeving aangenomen.
Besluit van Gedeputeerde Staten van
Utrecht, dd. 11 Januari 1915 le afd
No. 60S/26, waarbij wordt geweigerd
goedkeuring van het raadsbesluit vari
15 December 1914 no. 6313 tot ver
lenging van den termijn hinnen welken
do onbowoonbaar verklaarde perceelen
Wolkerstraat 5 en 15 ontruimd moeten
zijn. Voor kennisgeving aangenomen.
Besluit van Gedeputeerde Staten
van Utrecht, dd. 11 Januari 1915
le afd. No. 21, waarbij wordt ver
daagd de beslissing op het raadsbe
sluit van 15 December 1914 tot het
aanvragen en aanvaarden uit 's Rijks
kas van een voorschot van ten hoogste
f 107.500.benevens een bijdrage
uit 's Rijks kas ad. f400,per jaar,
in verband met de kosten der bouw
plannen van de stichting Volkshuis
vesting II. Voor kennisgeving aan
genomen.
Besluit van Gedeputeerde Staten
van Utrecht, dd. 11 Januari 1915
3e afd. No. 70/31, waarbij wordt ver
daagd de beslissing op het raadsbe
sluit van 27 October 1914 tot over
name van den Bisschopsweg, de Ach
terluiaard, de Veldstraat en Kroontjes-
molon. Voor kennisgeving aangenomen.
Proces Verbaal van de opneming
van kas en boeken van den Ontvanger
op 21 Januari 1915. Voor kennisgeving
aangenomen.
Brief van de Commissie tot wering
van schoolverzuim dd. 19 Januari 1915
no. 1 waarbij worden aangeboden het
jaarverslag en de rekeningen verant
woording over het jaar 1914. Voor
kennisgeving aangenomen.
Brief van H. J. Martens dd. 12
Januari 1915, waarbij deze zijne be
noeming tot lid van de Commissie lot
wering van schoolverzuim aanneemt.
Voor kennisgeving aangenomen.
Brief van A. van Weezei Errens
dd. 11 Januari 1915, waarbij hij zijne
herbenoeming tot lid der Commissie
van toezicht op het lager onderwijs
aanneemt. Voor kennisgeving aange
nomen.
Brief van A. F. L. van Hengel dd.
12 Januari 1915 waarbij hij zijne her
benoeming tot lid van de Commissie
van toezicht op het lager onderwijs
aanneemt. Voor kennisgeving aange
nomen.
Brief van B. Kerkhoff, dd. 15 Januari
1915, waarbij hij zijne herbenoeming
tot lid van de Commissie van toezicht
op bet Lager Onderwijs aanneemt.
Voor kennisgeving aangenomen.
Brief van A. F. van Hengel dd.
11 Januari 1915 waarbij hjj zijne be
noeming tot Armverzorger aanneemt.
Voor kennisgeving aangenomen.
Brief van W. J. Fortuin Drooglever
dd. 36 December 1914 waarbij hij
zijne benoeming tot lid van het Bur
gerlijk Armbestuur aanneemt. Voor
kennisgeving aangenomen.
Brief van T. van Daal dd. 28 Decem
ber 1914, waarbij hij zijne herbe
noeming tot lid van het burgerlijk
armbestuur aanneemt. Voor kennis
geving aangenomen.
Brief van J. A. Baud dd. 28 Decem
ber 1914, waarbij hij zijne benoeming
tot len ambtenaar ten kantore van
den gemeente-ontvanger aanneemt.
Voor kennisgeving aangenomen.
Brief van de Gymnastiekvereniging
T. O. G. dd. 25 December 1914 met
dankbetuiging voor de ingebruikgeving
van het gymnastieklokaal derH.B. S.
Voor kennisgeving aangenomen.
Adres van G. Kraak, gepensionneerd
hospitaalgeëmployeerde dd. 6 Januari
1915 met verzoek hern gedurende 4
jaar eene giatificatie te willen ver-
leenen. Naar B. en W. om advies.
Adres van de Afdeeling Amersfoort
der S. D. A. P. en van de vakcenirale
de A. B B. inhoudende het verzoek
de uitkeenngen uit de werklozen
fondsen te verhoogen ten aanzien van
de ongehuwden. Naar B. en W. om
advies.
Adres der afdeeling Amersfoort van
den Volksbond tegen Drankmisbruik
dd. 21 Januari 19i5 inhoudende het
verzoek een lokaal te willen beschik
baar stellen ten behoeve van op te
richten cursussen in schoonschrijven.
Naar B. en W. om advies.
Adres van de Zondagsschool van
den Ned. Protesiantenbond inhoudende
het verzoek, ten behoeve van het
godsdienstonderwijs gebruik te mogen
maken van een drietal lokalen eener
openbare school. Naar B. en W. om
advies.
Brief van de Kamer van Koophandel
en Fabrieken dd. 24 December 1914
inzake verhooging der subsidie. Voor
kennisgeving aangenomen.
Adres van de Afd. «Amersfooit van
den Nationalen Bond van handels- en
kantoorbedienden «Mercurius» dd. 25
Januari 1915 houdende verzoek gebruik
te mogen maken van een schoollokaal
voor een cursus in Boekhouden enz.
Naar B. en W. om advies.
Na opening hield de Burgemeester
de volgende rede: (wordt in zijn geheel
in ons volgend nummer opgenomen).
De heer Van Kalken als oudste raads
lid het woord nemende, gelooft het zich
tot plicht te moeten rekenen een woord
van dank te spreken. Wanneer spreker
denkt aan alles, wat door de mobilisatie
is tot stand moeten komen om de
nooden te lenigen dan is dankbaarheid
hier op zijn plaats. Door den Burge
meester is met ernst ingegrepen, bij
gestaan door de Wethouders en den
Raad en ook door de Burgerij. Daarom
kan Amersfoort trots zijn op alles, wat
is tot stand gebracht, waardoor een
krachtigen band is gelegd tusschen de
Burgerij en het Gemeentebestuur. Spre-
kerhoopt,datGod den Voorzitter kracht
moge schenken, om in lengte van dagen
de vruchten van gedaan werk te zien.
(Applaus.
Agenda:
1. Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot bet verleenen van
eervol ontslag aan mejullrouw A. J.
W. Th. Bremer, onderwijzeres in de
nuttige handwerken aan school E. (Aan
genomen).
2. Advies van Burgemeester en
Wethouders op het adres van mevr.
de wed. Heyligers geb. Reinbaudt,
houdende verzoek om eervol ontslag
als Regentes van het Burgerweeshuis
(Aangenomen).
3. Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot verkoop van een per
ceel bouwgrond aan den heer W. W.
Hopperus Buma. (Aangenomen)
4. Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot aankoop van grond
van Jb. Hendriks en A. Hendriks, ectat-
genoote van A. H. van Bemmel, ge
legen aan de Barchman Wuytierslaan.
(Aangenomen).
5. Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot opheffing van bouw-
verboden gevestigd op perceelen tus
schen de Groote Nachtegaalsteeg en
de beek. (Aangenomen).
6. Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot onbewoonbaarverkla
ring van de perceelen St. Agathastraal
Nos. 20 en 22, met advies daaiomtrent
van de Commissie uit den Raad. (Aan
genomen).
7. Advies van Burgemeester en
Wethouders op het verzoek van de
Tuchtunie om zoo krachtig mogelijk
te steunen het stieven van die vei-
eeniging om de tuchteloosheid onder
het Nederlandsche volk te bestrijden
(Aangenomen)
8. Advies van Burgemeester en
Wethouders op het advies van den
Nederlandschen Bond voor werkver
schaffing, inhoudende verzoek de ge
meente Amersfooi t als lid van dien bond
te doen toetreden. (Aangenomen).
9. Advies van Burgemeester en
Wethouders op het verzoek van de
Huishoud- en Industrieschool om ver
hooging van subsidie. (Aangenomen).
Bij punt 10, voorstel van Burge
meester en Wethouders tot het ver
leenen van een crediet om daarmede
nijveren te Amersfoort gevestigd, te
kunnen steunen, merkt de heer van
Duinen op, dat 6en kapitaal van
f20.000 te klein is. Ook acht hij
zakelijke zekeiheid voor de Gemeente
niet goed. Na toelichting van den
voorzitter wordt dit punt ook aan
genomen.
11. Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot het verleenen van een
crediet voor den aanleg van trottoirs
in de Bloemendaalsche poort. (Aan
genomen.)
12. Voorstel van Burgemeester en
Wethoudersom te bepalen dat bijdragen
door de Gemeente verschuldigd voor
inkoop van diensttijd ingevolge de wet
van 21 Juni 1913 (Staatsblad No. 303)
en de Pensioenwet voor de bijzondere
leeraren 1914, zullen worden betaald
in tien, zooveel mogelijk gelijke, jaar-
lijkscbe termijnen. (Aangenomen.)
13. Vooistel van Burgemeester en
Wethouders tot wijziging der verorde
ning waarbij ter zake van bepaalde
ontvangsten der Gemeente, wordt af
geweken van het bepaalde bij art. 113
der Gemeentewet. (Aangenomen).
14. Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot wijziging der begroo
tingen dienst 1914 en 1915. (Aan
genomen).
15. Vaststelling 3e suppletoir kohier
inkomstenbelasting dienst 1914. (Aan
genomen).
16. Reclame inkomstenbelasting
dierst 1914. (Aangenomen).
17. Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot het aangaan van een
tijdelijke leening van f 400.000 om
de reeds vastgestelde geweentewerken
te kunnen uitvoeren. (Aangenomen.)
18. De gemeente-eigendommen
worden onder dezelfde voorwaarden
verhuurd. Voor kennisgeving aange
nomen.
Rondvraag.
De heer Van Kalken klaagt over
het slechte gebouw van den gemeente
ontvanger. Deze toestand kan niet
bestendigd blijven en er zal naar een
betere gelegenheid moeten worden
uitgezien. De belastingbetalers hebben
recht op een behoorlijke ontvangst.
De voorzitter zegt: Een geschikter
plaats is niet te vinden, doch er zal
getracht worden verbetering aan te
brengen.
De heer Houbaer komt op voorde
Belgische studenten, die als school
jongens behandeld worden. Hij wenschte
hen meer vrijheid te geven, evenals
de officieren.
De voorzitter zegt, dat dit niet op
den weg van de gemeente ligt.
Hierna sluiting.
Begrafenis ils. Lagers.
Maandagmiddag wrrd onder veel
belangstelling op de Algemeene Be
graafplaats ter aarde besteld het
stoffelijk overschot van ds F. G. Lagers,
tegelijk met dat van zijn echtgenoote.
Toen de kisten in de groeve waren
neergelaten, trad mr. Van Schaarden
burg naar voren en bracht een laatste
gioet aan den overledene, namens de
Evangelische Maatschappij, waaraan
hij zijn beste krachten had gewijd en
waarvan hij het oudste lid was. Veer
tig jaren lang heeft hij de belangen
der Maatschappij gediend. Als redac
teur van den «ProtestanU gaf hij
leiding. Ook als vaderlijke vriend zal
zijn naarn met eere en dank genoemd
worden.
Hierna sprak ds. Staderman te
Groningen, de laatste standplaats van
den overledene. Hij had veel van
ds. Lagers gehoord, en hierdoor was
deze geen vreemdeling van hem. Hij
bracht hem hulde als redenaar, die
zijn gehoor wist te boeien, als man
van karakter, die steeds recht door
zee ging, en niet hield van schipperen.
Namens zijn vele vrienden bracht
hij hem een laatsten groet.
De heer Kriegei sprak namens het
bestuur van de Evangelische Maat
schappij te Amersfoort. Oud moet
men sterven, doch wij hadden niet
gedacht, zoo spoedig bier te moeten
„'t Zal in je voordeel wezen als je je verstandig wilt gedragen."
„Ik ben niet van plan op één vraag te antwoorden zoolang ik
vastgebonden lig."
„Ik zal je beenen losmaken," zei Racksole, „dan kun je op
zitten. Je behoeft me niet te vertellen dat je een bijzonder
onaangenamen nacht hebt gehad, want ik weet dat 't niet waar
is. Me dunkt dat je buitengewoon welwillend behandeld bent
geworden, m'n vriend. Ziezoo!" En hij maakte het touw los
waarmee de beenen van zijn gevangene waren vastgebonden. „Ik
zeg nog eens dat je 't best zult doen je verstandig te gedragen.
Je zult wel willen erkennen dat je 't spelletje totaal hebt vor-
loren. Ik heb me voorgenomen je te verslaan, ik zelf zonder
hnlp van de politie en ik heb 't gedaan ook."
„U heeft 't heelenal zelf gedaan, zeker," gaf Jules ten ant
woord. „U heeft in strijd met de wet gehandeld. Als u uw ver
stand had gebruikt, zoudt ge u er in 't geheel niet mee bemoeid
hebben en alles aan de politie hebben overgelaten. Dan zouden
ze een jaar of zoo aan het rondsnuffelen zijn geweest en ten
slotte niemandal hebben gedaan. Wie moet de politie de zaak nu
gaan vertellen? U? Gaat u me aan hen uitleveren en zeggen:
„Hier, ik heb hem voor jullie gepakt." Als u dat doet zullen ze
u verzoeken verschillende dingen eens uit te leggen en dan zult
u heel raar kijken. Een misdaad is geen excuus voor een andere
misdaad, dat zullen ze u wel aan 't verstand brengen."
't Bleek duidelijk dat Jules het moeilijke in Racksole's positie
volkomen had doorgrond en dat die moeilijkheid inderdaad niet
viel weg te cijferen, hiervan voelde Racksole zelf zich volkomen
overtuigd. Hij zou die moeilijkheid onder de oogen moeten zien.
Maar hij wilde Jules niets doen vermoeden van zijn meening
omtrent dat punt.
„In elk geval heb ik je nu hier, als mijn gevangene," zei hij
heel kalm. „Je hebt allerlei soort van misdaden begaan en daar
onder een moord. Je verdient niet anders dan opgehangen te
worden, dat weet je zelf volkomen goed. Er bestaat niet de
minste reden waarom ik de politie er bij zou moeten roepen,
't Zal voor mij zoo gemakkelijk als iets zijn om zelf je naar de
andere wereld te helpen; 't zal niet meer dan een daad van
rechtvaardigheid wezen. Op dezelfde manier als ik je hier in het
hotel heb gebracht, kan ik je er weer uitbrengen. Een dag of
wat geleden heb je te Ostcnde een stoomjacht geleend of ge
stolen. Wat je er mee gedaan hebt, weet ik niet en 't kan me
ook niet schelen. Maar ik heb een heel sterk vermoeden dat mijn
dochter groot gevaar hoeft geloopen op dat stoomjacht door je
vermoord te worden. Nu bezit ik ook een stoomjacht. Veronder
steld dat ik 't ook eens op dezelfde manier gebruikte, dat ik je
er heen bracht, naar zee stoomde en je dan op een goeden avond
verzocht van boord en in zee te stappen! Zulke dingen zijn meer
gebeurd en zullen nog wel meer gebeuren. Als ik zoo handelde,
zou ik tenminste do voldoening hebben te weten dat ik de maat
schappij van de nachtmerrie van een schurk had bevrijd."
„Maar toch doet u 't niet," zei Jules met gedempte stem.
„Neen," antwoordde Racksole op vasten toon, „ik zal 't niet
doen als je je van morgen behoorlijk gedraagt. Maar ik zweer
je, als je dat niet doet, dan zal ik niet rusten voor dat je dood
bent, politie of geen politie. Je kent Theodore Racksole nog niet."
„Ik geloof waarachtig dat u 't meemt," riep Jules uit, met
een air van verbaasde belangstelling, alsof hij iets gewichtigs had
ontdekt.
„Dat geloof ik ook," zei Racksole. „Luister nu. In't gunstigste
geval wordt je uitgeleverd aan de politie. In 't ongunstigste
I geval behandel ik de zaak zelf. Met de politie zou je nog een
kleine kans hebben er levend af te komen je zoudt misschien
twintig jaar dwangarbeid krijgen, omdat het, hoewel 't volkomen
zeker is dat je Reginald Dimmock hebt vermoord, eenigszins
moeilijk zou wezen dat feit te bewijzen. Maar met mij zou er
van geen kans hoegenaamd ook, sprake zijn. Ik heb je een paar
vragen te doen en 't zal van de manier waarop je die beant
woordt afhangen, of ik je aan de politie uitlever of dat ik mijn
eigen rechter zal zijn. En laat ik je dit zeggen, dat die laatste
manier verreweg 't eenvoudigst voor me zou wezen. Ik zou er
ook dadelijk toe besloten zijn, als ik niet 't besef had gehad dat
je een schrander en in je soort merkwaardig man bent, als ik
niet een zekere bewondering voelde voor je weergasche slimheid."
„Dus u is toch overtuigd dat ik een schrandere kerel ben?"
zei Jules. „Nu, u beeft gelijk, want dat ben ik. Ik zou u ook
veel te slim af zijn geweest als 't toeval u niet een handje had
geholpen. U heeft uw overwinning niet te danken aan uw eigen
beleid, maar aan het toeval."
„Dat zeggen de overwonnenen altijd. Waterloo was natuurlijk
voor de Engclschen alleen maar een geluks toeval, maar met
dat al was hot toch Waterloo."
Jules trok een gezicht alsof hij een geeuw onderdrukte. „Wat
verlangt u te weten?" vroeg hij beleefd.
„In de allereerste plaats verlang ik de namen te weten van
je medeplichtigen hier in dit hotel."
„Ik heb er geen meer," zei Jules. „Rocco was de laatste."
(Wordt vervolgd).