NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. Gemeenteraad. FEÜILLETON. No. 36. Woensdag 5 Mei 1315. 44e jaargang 1AUS€8W!II«. De FirmaA. LEWENSTE1N VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. DE SCHOON E BATAAFSCHE Aangezien ona gebleken is dat er onder onzen' naam zeer ondeugdelijke Naaimachines verkocht! worden, zoo berichten wij dat op al onze Naai machines nevenstaand handelsmerk moet voor komen. Men late zich onder welk voorwendsel ook geen nagemaakte- Lewenstein' machine aan praten. Voor Amersfoort en Omstreken eenigste' Agent W. KOMMER, Kromraestraat 24, Amersfoort. UTRECHT, C'HOORSTRAAT 14. Amersfoortsche Courant. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden met Zondagsblad 1.15; Franco per post door het geheele Rijk 1.25. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER Bureau: Langeetraat 17. Telephoonn. 69. ADVERT ENTIEN: Van 16 regels 0.50; iedere reg9l meer 7'/, Cent. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. Ter gisterenavond onder praesidium van den Burgemeester Mr. J. C. graaf van Randwyck gehouden Raadsverga dering waren de heeren Gerritsen en Jorissen onder kennisgeving afwezig. Na goedkeuring van de notulen der vergadering van den 31 Maart behou dens een kleine niets beteekenende wijziging naar aanleiding van een be merking van den heer Hofland, deed de voorzitter door den secretaris mede- deelen dat de navolgende stukkeD waren ingekomen Besluit van Gedeputeerde Staten vaTi Utrecht d.d. 22 Maart 1915 3e Afd. No. 478/545 waarbij wordt goedgekeurd het Raadsbesluit van 23 Februari 1915 No. 84 tot verkoop van drie perceelen grond aan M. Klijnstra te Ameisfoort. (Voor kennisgeving aangenomen). Besluit van Gedeputeerde Staten van Utrecht d.d. 22 Maart 1915 3e Afd. No. 499/544, waarbij wordt goedgekeurd het Raadsbesluit van 23 Februari 1915 No. 101 tot kostelooze overneming van grond van de Maatschappij «de Trippen huizen» te Amsterdam. (Voor kennis geving aangenomen). Besluit van Gedeputeerde Staten van Utrecht d.d. 0 April 1915 3e Afd. No. 750/628, waarbij wordt goedgekeurd bet Raadsbesluit van 27 October 1914 No. 5281 tot overneming in eigendom en beheer van den Bisschopsweg, de Achterluiaard, de Veldstraat en de Kroontjesmolen. (Voor kennisgeving aangenomen). Besluit van Gedeputeerde Staten van Utrecht d.d. 12 April 1915 3e Afd. No. 784/671, waarbij wordt goedgekeurd het Raadsbesluit van 30 Maart 1915 tot onderbandsche verhuring van het voormalig schoolgebouw met inventaris en de daarbij gelegen speelplaats aan de Koestraat aan de Vereeniging «Han delsschool voor Amersfoort en Omstre ken®. (Voor kennisgevingaangenomen). Besluit van Gedeputeerde Staten van Utrecht d.d. 12 April 1915 3e Afd. No. 785/7, waarbij wordt goedgekeurd bet Raadsbesluit van 30 Maart 1915 tot onderhandsche verhuring »an een stukje grond achter perceel Koninginne- laan No. 10 aan Mr. R. P. van der Mark te Amersfoort. (Voor kennis geving aangenomen). Besluit van Gedeputeerde Staten van Utrecht d.d. 12 April 1915 3e Afd. No 786/668, waarbij wordt goedgekeurd het Raadsbesluit van 30 Maart 1915 No. 132 tot vei koop van een perceel bouwterrein gelegen aan de Barchman Wuijtierslaan aan Dr. A. H. F. Craanen te Scbeveningen. (Voor kennisgeving aangenomen). Besluit van Gedeputeerde Staten vari Utrecht dd. 12 April 1915 3e Afd, No. 853/648, waarbij worden goedgekeurd de le suppletoire ko hieren tot heffing van schoolgelden voor de O. L. scholen A, B, C en D en voor de H. B. S. dienstjaar 1914/15 vastgesteld bij Raadsbesluit van 30 Maart 1915. (Voor kennisgeving aan genomen.) Besluit van Gedeputeerde Staten van Utrecht dd. 19 April 1915 3e Afd. 790/729, waarbij wordt goed gekeurd het Raadsbesluit van 30 Maart 1915 No. 1733 tot wijziging van de begrooting, dienstjaar 1914 Besluit van Gedeputeerde Staten van Utrecht dd. 26 April 1915 3e Afd. No. 827/778, waarbij wordt goed gekeurd het Raadsbesluit van 30 Maart 1915 tot afkoop van het recht van uitgang, rustende op het terrein van het schoolgebouw aan de Coninck- straat en toekomende aan het Capit- tel van St. Joris le Amersfoort. (Voor kennisgeving aangenomen.) Brief van den Minister van Bin- nenlandsche Zaken dd. 1 Mei 1915 No. 1161 Afd. K. W., waarbij wordt toegezonden afschrift van het K. B. van 28 April 1915 No. 42 houdende vernietiging van het Raadsbesluit van 27 October 1914 No. 572 tot slooping van de torentjes der Kamperbinnen pooit. (Voor kennisgeving aangeno men.) Brief van F. E. Ritsma dd. 14 April 1915, waarbij deze mededeeld zijne benoeming tot onderwijzer aan school B. aan te nemen. (Voor ken nisgeving aangenomen.) Adres van A. Schouten cs. dd. 29 Maart 1915, houdende verzoek maat regelen te willen nemen ter verbete- ring van de Varkenmarkt. (Naar B. en W. om advies.) Adres van de Naamlooze Vennoot schap Stoomolieslagerij en Graanhan del van J. van Vollenhoven, dd. 9 April 1915 met verzoek om vergun ning tot het plaatsen van een graan- losinrichting, z.g. elevator, op en over de kade, aan de Groote Koppel. (Naar B. en W. om advies.) Adres van de Afdeeling Amersfoort van den Nederlandschen Bond van Koffiehuis-, Restauranthouders en Slij ters te Amsterdam dd. 10 April 1915 houdende verzoek de moeielijkheden voor het controleerbare bedrijf voor verkoop van sterken drank in het klein niet te vergrooten door een gunstige beschikking op het adtes van eenige Drankweervereenigingen. Adres van eenige R.K. Drankweer vereenigingen houdende verzoek het voorstel te doen aan H.M. de Konin gin tot verlaging van het maximum der vergunningen. Deze beide adressen worden gevoegd bij de vorige stukken betreffende drankbestrijding. (Naar B. en W.om advies). Adres van E. La Haye cs. dd. 16 April 1915 inhoudende het verzoek den Parallelweg te voorzien van eene behoorlijke bestrating. (Naar B. en W. om advies). Adres van den Afdeeling Amers foort van den «Bond van Gemeente- politiebeambten in Nederland dd. 27 April 1915, waarbij verzocht wordt het salaris van twee politiebeambten, wier werkzaamheden door het overige personeel zijn waargenomen, aan dit personeel uit te betalen. (Naar B. en W. om advies). Adres van het bestuur der Open bare Leeszaal en Bibliotheek dd. 26 April 1915 waarbij wordt verzocht: le aan genoemde vereeniging te willen leenen f20000 ten behoeve van den bouw eener Openbare Leeszaal en Bibliotheek. 2e daartoe een terrein beschikbaar te stellen. 3e het gemeentelijke subsidie te verhoogen van f1500 tot f2350. (Naar B. en W. om advies). Adres van de Afdeeling Amersfoort van den «Nederlandschen bond van Werklieden in Openbare Diensten en Bedrijven» dd. 23 April 1915 houdende het verzoek voor de werklieden aan alle Gemeentebedrijven, die niet tot het 3ploegeostelsel, de week te doen eindigen op Zaterdagmiddag 4 uur, zonder dat hiermede vermindering van loon gepaard gaat. Adres van de Afdeeling Amersfoort der Nederlandsche R.K. Gemeente werklieden, dd. 1 Mei 1915 inhou dende een gelijkluidend verzoek als het vorige. (B. en W. stellen voor dit te behandelen wanneer de om standigheden zijn). De voorzitter antwoordt op eene vraag van den heer Hofland, dat finan- tieele bezwaren de oorzaak zijn, dat dit adres tot nader moet worden uit gesteld. De heer Hofland vermeent dat die finantieele bezwaren slechts zeer ge ring zullen zijn en geeft den Raad in ernstige overweging bet voorstel van B. en W. niet aan te nemen, maar deze adressen ten spoedigste te be handelen. Nadat de heer Van Achterbergh op zijn vraag: of de hoofden van dienst in deze zijn geboord, een bevestigend antwoord heeft ontvangen wordt het voorstel van B. en W. met 9 tegen 8 stemmen aangenomen. Dankbetuiging van den Nederland schen Protestanten Bond voor het in gebruik geven van een schoollokaal ten behoeve van de Zondagschool. (Voor kennisgeving aangenomen). Besluit van Gedeputeerde Staten van Utrecht dd. 19 April 19153e Afd. No. 872/688, waarbij wordt goedge keurd het primitief kohier tot heffing van de bondenbelastingdienstjaarl915, vastgesteld bij Raadsbesluit van 30 Maart 1915. (Voor kennisgeving aan genomen). Mededeeling van Burgemeester en Wethouders dat krachtens artikel 7 der verotdening regelende de voor waarden voor de electrische stroom met de H. IJ. S. M. een overeenkomst is aangegaan omtrent levering van electrischen stroom door deze ge meente. (Het ontwerp-contract wordt voor de raadsleden ter inzage gelegd). Tot Regentes van het Burger Wees huis benoemde de Raad daarna me vrouw de wed. Rolandus Hagedoorn Schutte. Nadat de heer Holland de wensche- lijkbeid had betoogd om in het ver volg voor dergelijke commissies dub beltallen op te maken en niet steeds personen uit dezelfde klingen ter be noeming voor te dragen werden tot leden voor de schattings-commissie volgens de Wet op de Rijksinkomsten- belasting benoemd de heeren: L. A. baron Van Ittersum, T. van Daal, A. Herschel en J. van Wessum. Tot leden der commissie van het fonds tot bevordering van de ver zekering tegen de geldelijke gevolgen van onvrijwillige werkeloosheid be noemde de Raad de heeren: D.Ger ritsen, H. Kroes en R. G. Rijkens. Tot tijdelijk opzichter bij de restauratie van den O. L. Vrouwe toren werd benoemd de heer H. C. J.M. Verhaafte Millingen bij Nijmegen. Tot herschatter der dranklocali- teiten werd op voordracht van Bur- Historisch romantisch verhaal. 22) En toen kwam de gedachte aan Briganticus boven. Hij twijfelde geen oogenblik, of het was de oude genegenheid voor Brigan ticus welke Claudia afkeerig van hem maakte. Zou die verrader dan altijd zijn pad kruissen? Hij diende hem onder de oogen te treden. Waar was hij? Immers te Grinnes of te Vada. Wat belette hem naar die plaatsen te gaan en hem op te zoeken En langzamerhand begon hij kalmer te denken. Was niet te Fleuium een gedeelte van zijn volk? Kon hij niet met twee- of driehonderd Kaninofaten van Flenium den weg inslaan naar Tablae en over Caspingium naar de Nabalia vertrekken. Kon hij Civilis niet aanbieden hem te vergezellen op zijn tocht tegen Vada, welke dezer dagen plaats moest hebben? Het plan lachte hem toe en onwillekeurig zette hij zijn paard Oud AlLlus? Ajperen? aan. Hij zou Briganticus onder de oogen treden en hem tot een gevecht uitdagen. Het moest tussehen hen beslist worden. Of hij, óf Briganticus had het veld te ruimen. En zoo reed hij door en kwam te Flenium. Hier verzamelde hij snel een twee honderd zijner mannen en sloeg den weg naar Tablae in. Den volgenden dag naderde hij de Nabalia. Het was tegen den avond. Juist reed hij den weg naar de hoeve van Claudia's moei op, waar Civilis het middelpunt van den krijg had gevestigd, toen hij drommen van krijgers in oostelijke richting zag aftrekken. Hij merkte vele Batavieren op maar ook honderden Friezen. Met een blij gejuich werden hij en zijn mannen begroet door de krijgers, die nog op het erf geschaard stonden. Zijn Kaninefaten antwoordden met luide vreugdekreten. Voor de groote deur der hoeve gekomen, zag Brinio daar het welbekende groote zwarte strijdros van Civilis staan. Dit bewees hem dat Claudius op het punt stond weg te rijden. Brinio sprong vlug van zijn paard en stapte naar binnen. Hij vond Civilis alleen in een klein vertrekje naast de gang. Hij was bezig zich het harnas aan te doen. „Brinio," riep Civilis zoodra hij hem zag. „Gij hier?" „Ja, ik," antwoordde Brinio met somber gelaat. Civilis begreep dadelijk dat er iets aan haperde en wetende met welke gevoelens Claudia naar Brinio's hoeve was vertrokken, twijfelde hij geen oogenblik of er had een verklaring plaats gehad en Brinio wist reeds, dat hij zich niet langer als den aanstaanden echtgenoot van Claudia had te beschouweD. „Ik sta op het punt te vertrekken," hernam Civilis. „Wil ik met je medegaan vroeg Brinio. „Niet noodig," antwoordde Civilis, „er zijn mannen in overvloed. Bovendien uw krijgers zullen wel vermoeid zijn van de lange reis en rust behoeven. Ook is het waarschijnlijk niet kwaad als hier wat krijgsvolk achterblijft. Misschien ontbloot ik de hoeve wel wat al te veel en zouden de Nerviers ons een poets kunnen bakken. Laat uw krijgers dus liever hier. Als gij wilt, zoudt gij echter alleen mede kunnen gaan." Brinio dacht een oogenblik na. Het voorstel van Claudius lachte hem Diet bijster toe. Hij wilde een ontmoeting met Briganticus hebben. Dus was hij liever aan het hoofd van zijn eigen mannen, dan dat hij in de onmiddellijke nabijheid van Civilis, zonder met eenig bevel te zijn bekleed, den strijd zou mede maken. „Ik blijf toch maar liever hier. Misschien kom ik als mijn mannen uitgerust zijn met een gedeelte eens kijken of ik je van eenig nut kan wezen." „Goed," antwoordde Civilis, die dit aanbod niet geheel wilde afslaan, daar het toch misschien niet onmogelijk was, dat hij op een zeker oogenblik van zulk een wakkere bende krijgers een

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1915 | | pagina 1