Gemeenteraad.
dieke aftreding van de heeren W. v. d.
Donker, E. van Vollenboven, L. A.
Baron van Ittersum, A. C. Koppejan.
b. wegens bedanken van de heeren
G. J. Buijs en J. W. C. Bloem. Be
noeming eener finantieele commissie
en kennisname van mededeelingen van
het bestuur.
De kiesvereeniging »Geloof en
Liefdes zal Donderdag 21 October a.s,
vergaderen tot het stellen van kan
didaten voor het college van notabelen
De vereeniging nAmeisfoortsche
Industrie- en Huishoudschool! zal in
eene algomeene vergadering op Dins-
dag 26 October a.s. de begrooting
over 1916 behandelen. Voorts eene
commissie benoemen tot het nazien
dar rekening en verantwoording 1915
Bestuursleden verkiezen wegens perio
dieke aftreding van mevrouw J. van
B-yma thoe Kingma-Fontein, Mejuf
frouw M. Knottenbelt, Mevrouw L. E
J. Meiners-Crébas en de heer A. J
Looxma van Weideren Baron Rengers
en wegens bedanken van de heeren
H de Jong Jz. en J. W. Middelburg
en ten slotte kennis nemen van me
dedeelingen van het bestuur.
Religieus-Soc.-Verbond.
Voor de afdeeling Amersfoort sprak
j.l. Zondagavond in de Doopsgezinde
kerk de heer J. H. Rengen uit Utrecht.
Spreker begon met te zeggeu, dat
't hem een groot genoegen was heden
te mogen spreken en wel om aan te
toonen, dat hij er door zijn theoso
fische overtuiging toe gekomen was,
dat er komen moet een andere maat
schappij, een van Broederschaps Ge
meenscbap, in plaats van deze samen
leving, die op strijd is gebaseerd. Hue
ik in dezen tijd bezig zie, dat proces
langzaam maar zeker te voltrekken,
wensch ik u voor te leggen, niet om
het te aanvaarden, maar om u stof
tot denken te geven. De theosfie heeft
aan spr. twee dingen gegeven. Voor
eerst is deze wereld niet enkel stoffelijk
gebeuren. De stoffelijke wereld is de
laagste schakel in een reeks van
werelden tol den troon van God.
Dan is er een gevoelsgebied. Prac-
tisch is aangetoond, dat er zijn fijnere,
ijlere werelden, waarin de helderziende
soms een blik kan werpen. Voor
enkelen onder de menscheid was het
mogelijk zich zoover op te heffen, dat
ze dit evolutieproces konden zien
(Jezus, Boeddha). Langzaam, maar
zeker, worden alle vermogens tot ont
plooiing gebracht, eeuw na eeuw. Dit
oneindige evolutie plan Gods voert den
mensch op van 't allerlaagste stadium
tot die ontzagwekkende hoogte. Tel
kens komt de mensch weer op aarde
om te leeren, wat hij niet leerde.
Gelijk met den mensch gaat het
ook met Staten.
Het Atlantische wereldras had ten
doel de beschaving tot groote hoogte
te brengen. Toen beeft bestaan, wat
we een heilstaat noemen. Die oude
gemeenschappen waren niet gebouwd
van onder op; ze waren te vergelijken
met een goed gezin van tegenwoordig.
Evenals de mensch zelf een Broeder
gemeenschap sticht, is 't ook gegaan
bij die groote e>olutie, die de menscb-
heid heeft doorloopen. Doch verstand
is de wortel van verdeeldheid. Boeddha
voelde dit ook en zeide: Er is maar
een ketterij, nl. de ketterij der afge
scheidenheid. Hierdoor wordt strijd
geboien op politiek, economisch en
godsdienstig gebied. Hoe de mensch
nu komt van dit eenzijdig verstande-
lilke tot bewust geestelijke en er
broederschap zal heerschen ging spr.
na uit de geschiedenis.
We staan thans op een keerpunt.
In dezen nieuwen tijd van kentering
staat uitgestort te worden een nieuwen
geest van Christus. Nieuwe vormen
moeten worden gebouwd. We zien
dat proces van afbreking van alles wat
bestaan heeft, van alles, waarop de
menschheid haar hoop had gevestigd
En zoo in gioote lijnen de geschiedenis
volgende kwam spr. tot de geweldige
worsteling van heden, waarvan het
resultaat zal zijn, dat de overwinnaar
een overwegenden invloed heeft op
overig Europa en dat er een Staten
bond zal komen. We kunnen er zeker
van zijn, dat de winnaar zal zijn, die
Staat, welke biervoor het meest rijp
is. Die partij, die staat op het oude
principe zal verliezen, en die strijd
voor 't zuiverste idiaal van socialisme
zal overwinnen.
De volgende crisis, die de mensch
beid doormaakt, is de economische.
In de middeleeuwen was de vrijheid
op economisch gebied nihil. Alles was
streng gereglementeerd. In den Gilden-
tijd waren de rechten streng om
schreven. De Fransche revolutie bracht
weer verandering.
De economisch zwakkere werd over
geleverd aao den sterkere, den kapi
talist. Die wedstrijd tusschen bezitters
en niet-bezitters zal moeten leiden tot
botsing, tot revolutie. De geboorte van
een nieuwe beschaving kan niet gaan
zonder schokken.
Na dezen oorlog gaaD we een ge
weldige crisis op economisch gebied
te gemoet. Wanneer deze zal komen
en boe ze zal zijn, weet ik niet, zegt
spreker. Doch de schok zal vreeselijk
zijn. Een nieuwe verjongde scboonere
samenleving zal komen.
Thans staan we aan den vooravond
der groote, religieuze verbroedering
van alle godsdiensten der wereld. De
menschheid is bezig zich los te wor
stelen uit al de boeien van exclusivisme,
hiertoe werkt ook het theosofisme
mede, dat in haar vaandel beeft de
broederschap van alle godsdiensten.
Het zwaard van den nieuwen tijd snijdt
in die oude vormen. De keus gaat
tusschen oud of nieuw, tusschen eog
nationalisme of cosmopolitisme. Zoo
mogen we uitzien naar de komst van
een groote ziel, naar een nieuwe uit
storting, wanneer eenmaal de strijd
op stoffelijk gebied beslecht is.
De gansche menschheid is thans
bezig aan het bouwen van dien tempel,
waarvan steen na steen wordt aan
gebracht. Dit groot gebouw wordt
opgericht door het socialisme van de
toekomst. Eén ding is nog grooter,
dat is de religie, die in dieo tempel
zal wonen. Dan is er broederschap
der religies, een religieus socialistische
gemeenschap.
Op de alhier gehouden St. Gal-
lenmarkt van 16 October 1915 werden
aangevoerd 180 paarden, 60 bitten en
20 veulens.
Besteed werd voor luxe paarden
f600.— tot f800.voor werkpaar
den f250.tot f450.voorslacht-
paarden f 90.tot f 150.voor veu
lens f200.tot f850.en voor hit
ten f120.— tot f300.
Ter kaasmarkt vau Maandag 18
Oct. j.l. werden aangevoerd 28 wagens,
waarop 6600 K.G. kaas.
De prijs liep voor gewone kaas van
f71.tot f75.50, voor gestempelde
van f00.tot f00.per 50 K.G.
Handel was traag.
Aan de alhier op 19 October
gehouden veemarkt waren aangevoerd
8 stuks.
Prijzen golden voor guste koeien
f 160.h f 180.—, voor kalfkoeien
f280.a f 320.—voor guste vaarzen
f120.— a f140.-.
Raadsvergadering van den 19 Oc-
toberl9l5. Voorzitter de Burgemeester.
Afwezig de heeren P. van Achteibergh
en Koning (wegens ziekte).
Ingekomen zijn de volgende stukken:
Brief van den Minister van Binnen-
landsche Zaken d.d. 29 September 1915
No. 14623 Afd. O, waarbij worden
goedgekeurd de Raadsbesluiten d.d. 7
September 1915 ter benoeming van
de beeren J. D. Meerwaldt en Tj. Kiel
stra tot tijdelijk leeraar aan het Gym
nasium. (Voor kennisgeving aange
nomen).
Besluit van Gedeputeerde Staten vaD
Utrecht d.d. 22 September 1915 3e
Afd. No. 2419/1736, waarbij wordt
goedgekeurd het Raadsbesluit d.d.
September 1915 No. 385 tot verkoop
van een perceel bouwterrein aan G
van Hoogevest te Amersfoort. (Voor
kennisgeving aangenomen).
Besluit van Gedeputeerde Staten van
Utrecht d.d. 22 September 1915 3e
Afd. No. 2418/1750, waarbij wordt
goedgekeurd het Raadsbesluit van
September 1915 No. 376 tot verkoop
van een perceel grond aan A. G. van
Os, te Amersfoort. (Voor kennisgeving
aangenomen).
Besluit van Gedeputeerde Staten van
Utrecht d.d. 22 September 1915 3e
Afd. No. 2420/1737, waarbij wordt
goedgekeurd het Raadsbesluit vau 7
September 1915 No. 377 tot verkoop
van een strook grond aan J. G. Fontein
te Amersfoort. (Voor kennisgeving aan
genomen).
Besluit van Gedeputeerde Staten van
Utrecht d.d. 27 September 1915 3e
Afd. No. 1969/1815, waarbij worden
goedgekeurd de Raadsbesluiten van 27
Juli 1915 Nos. 3132, 3212 en 3213,
tot wijziging der begrooting dienstjaar
1915. (Voor kennisgeving aangenumen).
Besluit van Gedeputeerde Staten van
Utrecht d.d. 27 September 1915 3e
Afd. No. 2472/1792, waarbij worden
goedgekeurd bet 5e gedeelte van het
primitief kohier der inkomstenbelasting
en het 2e suppletoir kohier der honden
belasting, dienstjaar 1915 vastgesteld
bij Raadsbesluit van 7 September 1915.
(Voor kennisgeving aangenomen).
Besluit van Gedeputeerde Staten van
Utrecht d.d. 4 October 1913 3e Afd.
No. 2444/1846, waarbij wordt goed
gekeurd het Raadsbesluit van 7 Sep
tember 1915 No. 3812 tot wijziging
der begrooting, dienstjaar 1915. (Voor
kennisgeving aangenomen).
Besluit van Gedeputeerde Staten van
Utrecht d d. 11 October 1915 3e Afd.
No. 2443/1863, waarbij wordt verdaagd
de beslissing op het Raadsbesluit van
7 September 1915 strekkende o m. tot
het aangaan van een overeenkomst tot
overdracht van gemeentegronden met
den Staat der Nederlanden. (Voor ken
nisgeving aangenomen)
Brief van het Bestuur der Vereeni-
ging »R K. Openbare Leeszaal en
Bibliotheek! dd. 1 October 1915,
waarbij wordt aangeboden het jaar
verslag en de rekening en verant
woording over 1914. (Voor kennis
geving aangenomen.)
Rondschrijven der vereeniging V. V. V.
te Arnhem dd. 8 October 1915, waarbij
wordt aangedrongen op restauratie
van het carillon. (Voor kennisgeving
aangenomen.)
Adres van E. J. Houpst, dd. 3 Oc
tober 1915, waarbij vergunning wordt
gevraagd tot uitoefening van het leer-
looiersbedrijf op een van de gemeente
gebuurd stuk grond aan de Beek.
(Naar B. en W. om advies.)
Adres van M. van Lessen, hoofd
van school A, en G. A. L. Spelberg,
hoofd van school C, dd. 13 October
1915, houdende verzoek om een rege
ling van extra bezoldiging voor ver
plichte bijacten, zooals bestaat voor
de onderwijzers van bijstand, ook te
treffan ten aanzien der hoofden van
scholen. Dit te behandelen wanneer
de gemeentebegrooting aan de orde is.
Adres vau J. van Ginkel dd. 18
October 1915, houdende verzoek de
geheimhouding van het vei handelde
in de vergadering met gesloten deu
ren van den 7 September 1915, voor-
zoover betrefiende zijn persoon, op te
heffen.
Brief van Mr. J. C. Graaf van Rand-
wijck, D. Gerritsen, A. .VL.Tromp van
Holst en J. v. d. Wal Kzn., respec
tievelijk voorzitter en leden der com
missie van bijstand voor de financiën
dd. 16 October 1915, betreffende han
delingen van hun medelid H. Kroes,
en brief van D. Gerritsen, A. M. Tromp
van Holst en J. v. d. Wal Kzn., leden
der genoemde commissie, van denzelf
den datum, waarbij zij hun mandaat
in banden stellen van den Raad. Dit
punt gaf tot een langdurige discussie
aanleiding. De heer Oosterveen stelde
een motie voor, waarin do handelingen
van den heer Kroes werden afgekeurd.
Deze motie werd met algemeene stem
men op 2 na aangenomen.
Besluit van Gedeputeerde Staten
van Utrecht dd. 11 October 1915 Ie
afd. No. 461/461, waarbij wordt goed
gekeurd het Raadsbesluit dd. 28 Sep
tember 1915 No. 407 tot verlenging
van den termijn van ontruiming voor
de onbewoonbaar verklaarde woningen
aan de Coninckstraat Nos. 87 tot en
met 103. (Voor kennisgeving aange
nomen.)
Besluit van Gedeputeerde Staten
van Utrecht dd. 11 October 1915 3e
afd. No. 2572/1881, waarbij wordt
goedgekeurd het Raadsbesluit van 7
September 1915 No. 386 tot verkoop
van een perceel bouwterrein aan de
firma K. Baving te Zwolle. (Vooi
kennisgeving aangenomen.)
Aan de orde kwam nu de agenda.
Benoeming van lijdelijk personeel
aan de Burgeravondschool. Benoemd
de beeren F. Faber er. H. Mooien Jr.
Benoeming van een Regent van het
Burger Weeshuis ter voorziening in
de vacature ontstaan door het verleend
ontslag aan den heer J. W C. Bloem.
Benoemd de heer J. Visser, Dir. Rijks
opvoedingsgesticht.
Arbeidsbeurs
a. Motie van de heeren J. Hofland,
D. Gerritsen en J. A. Rant om terug
te komen op het Raadsbesluit van
7 September 1915, waarbij Burge
meester en Wethouders worden uit-
genoodigd als nog een oproeping van
sollicitanten voor de betrekking van
Directeur van de Arbeidsbeurs te doen
Na langdurige discussie werd deze
motie aangenomen met 11 tegen 6
stemmen, en als gevolg hiervan ver
valt de sollicitatielijst formeel;
b. Lijst tan sollicitanten voor de
betrekking van Directeur van de Ar
beidsbeurs;
c. Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot benoeming van een
Directeur van de Arbeidsbeurs. Be
noemd de heer Scholte Nordholt.
Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot overname van den be-
noodigden grond voor verbreeding van
den Ouden Soesterweg. Aangenomen.
Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot overname van eenig par
ticulier terrein in verband met den
aanleg van de St. Bonifaciusstraat.
Aangenomeo.
Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot het inbrengen der gron
den aangekocht van Douairière, Steen-
berghe geb. Bosch van Drakestein in
het grondbedrijf. De beer Hofland ziet,
dat die gronden zeer verschillend ge
taxeerd zijn en wilde gaarne weten,
waarop dat berust.
De Voorz. zegt, dat de waarde wordt
getaxeerd volgens regelen. Aangeno
men.
Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot verkoop van 4000 M1 grond
fl.per M', gelegen aan den Isselt-
schen weg aan de N. V. Weverijen
van D. van Leijden en Zoon te Krom
menie. Aangenomen.
Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot verkoop van 3200 M"
bouwterrein gelegen tusschen de Von
dellaan en Utrechtschen weg voor
f2.75 per M' aan den Heer Jhr. B.
Eekhout te Bloemendaal. Aangenomen.
Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot aankoop van bet perceel
Sectie E No. 84a op Rommelenburg
in het belang der volkshuisvesting.
Aangenomen.
Advies van Burgemeester en Wet
houders naar aanleiding van een adres
van eenige bewoners van de Kranke-
ledenstraat en Breestraat i.z. de huis
vesting van dakloozen. De heer Lein-
weber acht het verkeerd, dat hier die
menschen worden ondergebracht, om
dat de buurt hierdoor niet verfraaid
wordt. B. en W. zullen 't gezegde
in overweging nemen. Aangenomen.
Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot verhooging van subsidie
aan de vereeniging dAmbachtsschool
voor Amersfoort en omstrekena. Aan
genomen.
Vaststelling jaarwedden en pen
sioensgrondslagen leeraren Hooger- en
Middelbaar onderwijs. Aangenomen.
Vaststelling jaarwedden en pen
sioensgrondslagen leeraren Burger
avondschool. Aangenomen.
Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot voorloopige vaststelling
der Gemeente-rekening, dienst 1914.
Aangenomen, de Wethouders buiten
stemming.
Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot vaststelling der rekening
van het Burgerlijk Armbestuur over
het jaar 1914. Aangenomen, de heeren
Van Esveld en Van Kalken buiten
stemming.
Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot vaststelling der rekening
van het Burger Weeshuis over het
jaar 1914. Aangenomen, de heer
Van Esveld buiten stemming.
Advies van Burgemeester en Wet
houders naar aanleiding van het ver
zoek van Brouwer in zake betaling
van begrafenisrecht. Aangenomen.
Voorstel van Burgemeester en Wet
houders om aan den heer W. J.For-
tuijn Drooglever eervol ontslag te ver-
leenen als lid van het Burgerlijk
Armbestuur, overeenkomstig verzoek.
Aangenomen.
Vaststelling 2e aanvullingskohier der
Inkomstenbelasting, dienst 1915. Aan
genomen.
Vaststelling scboolgeldkohieren 1915-
1916 voor de Hoogere Burgerschool,
zei zij
„Vermoei u niet. Ik hoorde van den eerwaarden broeder
Anaelmua, dat gij iets beter waart en met iemand spreken
kondt, dit gaf mij den moed u op te zoeken, ten einde te zien
of ik iets voor u doen kan. Ik ben Tetburga, de dochter des
huizes."
Sicco greep haar hand. Het was een lief, buitengewoon zacht
handje; hij hield het een oogenblik in zijn stevige krijgsmans
hand en verwonderde er zich over, hoe blank, warm en klein
het was. Hij waagde het even een drukje te geven en toen zij
zacht haar handje terugtrok, zei hij
„Hoe kan ik u genoeg danken?"
„Mij danken," zei Tetburga zacht, terwijl zij het zilveren
schoteltje met aardbeien, dat zij gedurende de begroeting ge
lukkig nogal in evenwicht had gehouden, op een tafeltje naast
het bed zette, „mij danken, heer Sicco, ik heb volstrekt niets
voor u gedaan. Arlinde, gij kent haar nu, heeft daarentegen
getracht u zooveel mogelijk van dienst te zijn."
Tetburga sprak deze woorden langzaam. Zij was eenigszins
in de war. Haar oog hing aan den jongeling, die daar gekwetst
nederlag. Zijn knap gelaat, waarop een blozende kleur, (hij - had
een weinig koorts) stak sterk af tegen de met sneeuwwit lianen
overtrokken veeren kussens. Zijn donkerbruin weelderig haar
had een neiging tot krullen, zonder juist gekruld te wezen. Zijn
fijn gevormde neus, zijn prettige mond, zijn klein donsachtig
snorretje, gevoegd bij zijn ongewoon fonkelende, levendige, ietwat
rustelooze oogen, waren wel in staat, indruk op een vrouw te
maken. Als hier bijgevoegd wordt de roep welke sedert jaren
van hem uitging, die hem als een vrouwengunsteling bij uit
nemendheid aanwees, dan is het te begrijpen, dat Tetburga
zich niet geheel op haar gemak gevoelde toen zij tegenover
dezen gravenzoon stond. Tetburga zocht naar woorden om hem
verder te beduiden, dat zij niets, maar haar vader en Arlinde veel
voor hem gedaan hadden, maar in haar opgewondenheid schoten
die woorden haar niet te binnen. Zij bepaalde zich met op
Sicco een vriendelijken, deelnemenden blik te werpen. De ge
dwongen houding tusschen de twee jongelieden kwam gelukkig
tot een einde door het verschijnen van broeder Anselmus die
glimlachend binnentrad.
„Wel heer Sicco," riep hij, „nu heb ik in alle opzichten mijn
plicht volbracht. Ik heb getracht u weder in het leven terug te
roepen en ik heb u in de gelegenheid gesteld om de personen
die mij bij die taak geholpen hebben, dank te zeggen."
Sicco antwoordde levendig „Ik dank u zeer broeder Anselmus,
I ik weet niet waarmee ik zooveel goedheid heb verdiend, maar
in allen gevalle hoop ik geen ondankbare te zijn. Help mij deze
jonkvrouw te overtuigen, dat het niet aangaat al den dank dien
ik dit gastvrije huis verschuldigd ben op Arlinde over te dragen.
Heb ik niet eenig recht haar vader en haar zelve mijn dank te
brengen."
„Gij hebt gelijk heer Sicco; dat Arlinde zoo'n uitstekende
verpleegster was, kwam voornamelijk doordat zij wist dat haar
meester en haar jonge meesteres er een eer in stelden den
zwakke of hulpbehoevende, die onder hun dak vertoeft de
grootste hulp en zorg te verstrekken."
Tetburga maakte een afwerende beweging met de hand en
wierp het fraaie hoofdje met een schalksche beweging op zijde:
„Stil vader Anselmus, gij zoudt nog maken dat heer Sicco ging
denken dat hij ons wonder veel verschuldigd was. Wij hebben
niets meer gedaan dan onzen plicht en wij zouden hem schuil
plaats en gastvrijheid hebben verleend al was hij een gewoon
zeeman geweest. Toen hij aan land spoelde, wisten wij niet dat
hij 's graven broeder was. Uiterlijke teekenen die op zijn hoogen
rang wezen, waren er immers niet."
„Dat merk ik," riep Sicco lachend een blik op zijn kleeding
werpend. „Al wat ik aanheb op het oogenblik verraadt zijn