NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. No. 18. Zaterdag 3 Maart 1917 46e jaargang. TgBSMIJÜT WOENSDAG SN ZATERDAG. DE OORLOG. SCHETSEN DIT Dl RECHTSZAAL 'Jw"i a - Courant. ABONNEMENTSPRIJS: Per S maanden 1. Franco per poet door het gelieele Rijk 1.15. Afzonderlijke Nummert 5 Cent. ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER Bureau: Lange.traat 17. Telephooan. 69. AD VERTENTIËN: Van 16 regel» f 0.90; iedere regel meer 15 Cent. Q-roote letters en vignetten naar plaatsruimte. Een Franschman over oorlog en vrede. Onder leiding van den Voorzitter ?an Oen oNederlandsclie Anti-Oorlog Ruadc, Mr. H. C. Dresselhuys, had htden een besloten vergadering plaats, waar Ds. E. Soulier uit Parijs, die voor eenige weken bier te lande ver toeft, »oor een aantal genoodigden g: spi oken beeft ovor de Franscbe inzichten ten aanzien «art den oorlog en den toekomstigen trede. Spreker betoogde allereerst, boe Fiankrijk steeds den vrede heeft ge wild: op welk een tegenstand do wet van den diiejarlgen dienstplicht in Fiankrijk was gestoolen en boe uit liefde voor den trede Frankrijk zelfs de gebaele retancbe-idee voor den oorlog van 1870 had losgelaten. Ter wijl men aanvankelijk nog den eisch stelde, dat Flzas-Lotbariogen zou moeten worden een builerstaat lus- scben Frankrijk en Duitschland was men in den laatsten tijd vóór den oorlog al zóóver gekomen, dal men 11iet meer verlangde, dan dat deze provincies een autonome staat in den Lruitscben Bondstaat zouden vormen. Ds. Soulier schetste vervolgens in gloedvolle woorden de gevoelens die thans geheel Frankrijk bezielen, de algemeene bereidwilligheid, om alles te olleren om door den oorlog deo oorlog te dooden. Spreker betreurde in de eerste plaats, dat niet de ge heele weield zich onmiddellijk tegen de schendiog van de neutraliteit van België vtrzet had en voorts, dat ook thans nog niet een bond van Neutralen was gevormd. Voor de toekomst hoopte spieker, dat een dergelijke bond van de neutrale Staten als een nieuwe grootmacht een goeden invloed zou uitoefenen. Dezelfde duurzame vrede, waarvoor in de neutrale landeo bewegingen beslaan, werd vooris beschreven als bet oorlogsdoel van de Geallieerden. Spreker wees er op, hoe thans drie documenten bestaan, waaruit men dit oorlogsdoel nader kan leeren kennen de antwoordnota der Entente aan President Wilson als voornaamste stuk, aangevuld door het schrijven van Balfour en de rede van Boselli Spre ker durfde verklaren, dat iedere man en iedere vrouw in Frankrijk precies zóó zou hebben geantwoord, als de Begeeringen der Entente dit in hun gezamenlijke nota hebben gedaan. De voorwaarden, welke vervuld moe ten worden, alvorens van een duur- zamen vrede sprake zal kunnen zijn, meende spieker te moeten zoeken m de vernietiging van bet militarisme, in de doorvoering van de rechten der nationaliteiten en ten slotte in bet scheppen van betere grenzen voor de verschillende staten. Voor Frankrijk beteekent dit laatste punt z. i. niet alleen, dat Flzas-Lotbaringen aan Frankrijk zal moeten terugkomen, maar tevens, dat Frankrijk zijn gren zen zal moeten uitstrekken tot den linker Rijnoever. Een dergelijke grenswijziging moge U toeschijnen te zijn verovering, zoo voegde spreker hieraan toe: dit is onjuist: het is geen verovering, het is slechts een vraag van veiligheid. Dit oorlogsdoel der Geallieerden zal volgens de Franschen uitsluitend be reikt kunnen worden door middel van de wapenen. Vandaar dat het woord >vrede< thans in Frankrijk zulk een slechten klank heeftvoor een Fransch man staat dit gelijk met berusteu in den vroegereD toestand vao steeds bedreigend militarisme. Aan het debat werd deelgenomen door Dr. C. Easton, Dr. H. T Colen- brander, den heer H. H. van Kol, den beer L. Simons, den heer Haakon Lökon (Noorwegen), mevr. W. van Itallie— van Fmbden, mevr. H. van Biema—Hijmans. De meesten dezer sprekers en spreeksters begonnen met nadrukkelijk voorop te stellen, dat huri sympathiën waren aan de zijde der Entente en dat men evenzeer als Frankrijk wenscbte een vrede gegrond op het recht en niet eeD vrede tot iedoren prijs. Echter kon men zich niet vereeni gen met de oorlogsdoeleinden door D*. Soulier aangegeven: men was van meening, dat deze getuigden van een militarisme van Franscbe zijde en vreesde, dat juist door eeD dergeljjken vrede oorzaken voor nieuwe oorlogen zouden ontstaan. De Voorzitter eindigde met een woord van harleiijken dank aan den spreker, waarin hij herinnerde aan het goede recht der neutralen, om thans reeds te arbeiden aan de op lossing der vraagstukken vau den duurzamen vrede, en tevens den wensch uitsprak, dat de Franscbe strijders en de Nederlaodsche paci fisten met hetzelfde ideaal vaD den duurzamen vrede voor oogen, maar van meeoing verschtllonde omtrent de wijze, waarop dit doel bereikt zal kunnen worden, voor elkander waar deering en sympathie zullen gevoelen. De duiUbooteorlof zonder pardon. De oogst der duikbooleu is niet belangrijk vandaag. Drie Franscbe scheepjes en één Noorscb is al, wat we uit Reuterberichten en de Duit- sche bladen kunnen opdiepen. De Fransche schepen zijn de tKleber" (277 ion), de «Cacique" en een via- schersboot de No. 705 uit Greveling»n (teri N. van Calais). Van de In den grond geboorde vtsschersscbepen schijnen do opgaven tot nog toe zeer onvolledig te zijn. Fen correspondent van de «Matin" althans beweert, dat eeDige dagen geleden een duikboot een beele visscbersvloot op de Fransche kust vernielde. De belangrijke Fransche haringvangst in de bourt van New. Foundland zal dit jaar een gevoelige klap krijgen, meent »Le Petit Jour nal." De schrik zit er bij de Fransche visschers zóó in en bovendien zijn de zeeverzekeringspremies zóó boog, dat er slechts 14 visschersvaarluigeü op uit zullen gaan. Het Engelsche weekoverzicht, dat Bonar Law in het Lagerhuis heeft beloofd en dat thans voor het eerst verschenen is, maakt melding van vier Britsche visschersscheepjes, die door de Duilsche duikbooten in den grond zijn geboord. De volledige Engelsche statistiek luidtIn de week, eindigende 25 Febr., zijn 2280 koopvaarders van allerlei nationaliteit, grooter dan 100 ton in Engeland binnengeloopen en 2261 ver trokken. Vijftien Engelsche koopvaar ders boven de 1600 ton zijn door mijnen en duikbooten tot zinken ge bracht en zes kleinere; ^koopvaar ders weerstonden met succes aanvallen der duikbooten. Ook uit de berichten uit Spanje zou blijken, dat de duikbootblokkade volstrekt niet effectief is. In de havens aan de Spaansche noordkust zijn 10 Fransche en Engelsche schepen bin nengeloopen, tot groote vreugde der bewoners dier havensteden, die thans weer leven en bedrijvigheid bespeuren op de verlaten kaden. In Bio de Janeiro maakt men zich ongerust over het Braziliaansche stoomschip, dat een dag oa de reeds in Frankrijk aangekomen schepen »Taquiarch« en «Tbabagu» uit de Braziliaansche baten vertrokken is. Men vreest, dat dit schip aan de duikbooten ten prooi is gevallen. De getorpedeerde schepen. Reuter seint uit Looden Uit officieele bton wordt het hier volgende gemeldEen Duitsch «draad loos» telegram van 27 Februari waarin melding wordt gemaakt van de zeven Nederlandsche door een Duitscbe duik boot vernielde schepen, ondanks de verzekering van veiligheid door de Duitscbe regeering, doet uiterste moeite om nadruk te leggen op het feit dat alleen «betrekkelijke» veilig heid was gewaarborgd, indien de sche - pen op 22 Febr. uitgingen. Dat Duit- sche telegram gaat daarop voort «dezelfde betrekkelijke veiligheid be staat nu nog op de vrije strook, welke Duitschland in <le Noordzee aanwees als een tegemoetkoming voor de Ne derlandsche behoeften». Het is belangwekkend te zien wat «betrekkelijke veiligheid» voor de neutrale scheepvaart naar de Duitscbe opvatting beteekent. Indien de aan gegeven route in de Noordzee voor de Nederlandsche scheepvaart even betrekkelijk veilig is als die welke door Duitschland was aangegeven voor schepen welke op 22 Februari uit Falmouth vertrokken, kan dit in geenen deele geruststellend zijn voor de Nederlandsche reeders, daar «be trekkelijke veiligheid» tot ondergang voert. De oorlogvoerenden en de neutralen. De Engelsche onderminister van handel, Boberts, heeft iu het Lager huis ter beantwoording van een vraag gezegdEnkele onzgdigo lijnen bobben de vaart op Engeland gestaakt. Als de staking aanhoudt, zal bet noodig zijn te overwegen, wat Engeland in zjjn belang te doen staat. VolgeDs «Aftenposten» is Dene marken met Engeland en Duitschland overeengekomen, aan elk de helft der vischvangst te zullen afstaan, voor zoover die uitgevoerd wordt. Engeland zal invoer van petroleum en viscbgerei naar Denemarken toestaan. Zweden voert 5000 paarden naar Duitschland uit. In ruil daarvoor zou Duitschland hout niet langer als contra bande beschouwen. Volgens Beuter heeft Duiischlaod zich echter daar niet aan gestoord toen de paardenuitvoer eenmaal aan den gang was. De Duitsehe ■teenkoleuvoorxiening in handen van den Kanselier. De Duitsehe Bondsraad machtigt in een besluit van 24 Februari den Rijks kanselier een bureau op Ie richten, dat de beschikking voor het binnenland zoowel als voor den uitvoer krijgt over alle producten der kolenmijnen en over den aanwezigen voorraad steen- door MaIteï Coibiav. 't Bekertje. „Cambrioleur". 1) In het bijna kale, bijna ongemeu belde kamertje bad hij den heelen nacht doorgebracht op den wagge lenden stoel, die pijn deed in rug of lenden zoodra bij er eene beweging van verzitten in maakte. Hij had het roestige kacheltje zooveel mogelijk met stukjes hout en zoo aangehouden. En telkens was hij doodsbang, dat het lampje zou uitgaaD, voordat de dag begon aan te breken. Want er was geen petreleum meer in huis. Den vorigen middag was de venter met zijn karretje langs de deur gekomen. Maar toen van Weers hem trachtte over te halen nog eenmaal 'n half kannetje te «poffen», schudde de man van neen. Hij most er niks van hebben. «Neen, vadertje,» zei venter, «je staat al voor bij de twaalf stuivers bij me in 't krijt. Ik weet, hoe dat gaat. Een of anderen dag knijp je er tusschen uit, Geen kwestie van!« En venter reed door. Doof voorde smeekbeden van den ander, die hem bezwoer, dat jhij overmorgen Des noods met een dubbeltje winst Ja, dat kennen we Iriep petroleum- venter, «royaal genoeg met den mond. Gegroet hoor!» En het karretje hield een huis-of-wat verder stil, waar solider klanten woonden. Yan Weers zag het vlammetje al lager worden, en het vuur in het kacheltje begon ook bedenkelijk te verminderen. Hij had z'n oude, kale winterjas aangetrokken, maar rilde van kon en slaap en vermoeidheid. «Jan!» klonk 't uit den hoek, waar z'n vrouw op de planken lag, op 'n matras met wat vodden en een brok deken over zich. «Jan, ben je daar I Hij schrok ervan. Dacht dat Lina sliep. Haar stem had weer dat ranwe, scherpe, van als een hoestbui op komst was. «Wees nou stil, Lientje» zei hij «probeer te slapen!» «Jan» zei ze weer «laat mij nu maar een beetje bij de kachel zitten. Ik beD heelemaal uitgerust, geloof me. Anders zie je er morgen zoo verwaaid uit. Toe noul» Maar hij dacht er niet aan. Op het smalle matrasje was maar plaats voor één persoon. En Lien was zóó zwak. «Mensch» zei hij «ga toch slapen. Alles komt nu toch in orde. Je weet, ik kan er wel vast op rekenen. En als de zaak beklonken is, dan zal ik wel zien, of daar een voorschotje te krijgen I» Even later schrok hij op. Lien lag stilletjes te schreien. En hij wist wel waarom. Er was niets meer in bnis, straks moest er wat eten zijn. Hij diende ietB te gebruiken om zich op het kantoor te kunnen «presenteeren». En hij diende een papieren boord, een frontje» een paar manchetten te halen 't een of ander om het eenig nog toonbare jasje wat schoon te maken. Om halftien zon van Weers zich aan melden. Zij hadden nog drie koperen centen in huis. Toen had hij gesproken van het allerlaatste «van waarde», dat ze nog hadden; het kleine zilveren bekertje, waar kleine Hansje altijd uit gedronken had. Och, 't was een dingetje, dat bitter weinig gekost had. En 't zou de vraag wezen, of hij er (in het huis van koop met recht etc.) nog iets van beteekenis voor zou krijgen. Maar het allerergste was, dat Lien 't bekertje moest afstaan, 't Was met een oud, smoezelig portretje en een vlokje haar in 'n papiertje 't laatste dat aan het gestorven kind deed denken. Ze zag klein Hansje met z'n mollige knuistjes 't bekertje beukend op het vlak van z'n stoeltje. En hoe de jongen gierde van pret als-ie z'n snuitje zoo gekkig zag weerspiegeld in het veel- maals gedeukte zilver. De gedachte dat zij van 't bekertje zou moeten scheiden sneed Lien door de ziel. «Houd je nu toch kalm» zei Frans, sidderend van kofl en ellende» je weet toch dat 't zoo slecht voor je is, vrouwtie. Alles komt du in orde. De beker is over een paar dagen weer terng.» Maar zij beet in het onde, smerige knssen zonder sloop om hem niet te laten merken, hoé de smart haar mar telde. En zij ging hoesten, onbedaar lijk. De lamp begon uit te gaan. Hij liet haar drinken. Stennde haar hoofd sloeg een arm om haar heen. Kuste zijn vrouw zachtjes om haar te kal- meeren. Zocht naar de poeders. Zjj hoestte al maar. De flnimen kwamen, licht-rood getint. Hij legde haar op de matras en maakte nat compres klaar, doodsbang dat eene bloedspu wing zou volgen De poeders met calmant brachten haar in sluimering. Hij had nu wat houtsintels in het kacheltje gegooid. Ging bij de matras zittend luisteren naar het Bchurend, benauwd jagen van haar ademhalen. Spreidde zijn jas over haar uit. 't Licht begon door de ruiten te schij nen. In verre verte gilde de fluit van een locomotief. Hij hoorde 'n aller eerste karretje ratelen over de straat. Toen kwamen er wat voetstappen. De dag ging naderen Straks zon van Weers op het kantoor moeten zijn. Hij was toch bijna zeker van z'n kans. De gedachte, dat 't toch nog mis kon loopen klemde, hem om 't hart Maar hij dreef die terng. Dat zou al te verschrikkelijk zijn. Op z'n teenen 8loop hij naar de matras. Lien rustte nu wat kalmer. Doodsbang haar te zullen wekken, zocht hij naar het zil veren bekertje. Wordt tsrtolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1917 | | pagina 1