NIEUWE Nieuws» en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. No. 22 Zaterdag 17 Maart 1917. 46e jaargang VERSCHIJNT W0HSDA6 Ell ZATERDAG: DE OORLOG. Courant. ABONNEMENTSPRIJS: Per S maanden 1. Franco per post door het geheele Rijk 1.15. Afzonderlijke Nummer* 5 Cent. ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER Bureau: Lansestraat 77. Telephoonu. M. ADVER1 ENT1ËN: Van 16 regels 0.90; iedere reg9l meer 15 Cent. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. Zij zijn vele, in dezen droevigon tijd. Van alle kanten stormen zij op ons aan. Wij kunnen ons nergens heen begeven, zonder groole kans van ze te ontmoeten. Van buiten de grenzen zoonel als uit het binnenste des lands worden ze ous opgedrongen; zelfs in onrustigen droomslaap laten ze ons niet met vrede. Opgemerkt zij, dat niet 6lechts de oorzaken van het tergend, kwellend, ophitsend gevoel, ons zoo goed bekend a!s dat gevoel zelf, met hetzelfde woord worden aangeduid, in 't laatste geval in 't enkelvoud. Als iemand behoorlijke genoegdoe ning kan krijgen voor hetgeen hem hinderlijks wordt aangedaan, dan ver dwijnt gewoonlijk met de oorzaak ook de uitwerking. Hij heeft zich geërgerd, maar 'l t3 nu over; alleen de herinne ring laat nog een spoor als litteeken achter, dat eveowel uitgewischt kan zijn door de wijze, waarop het herstel beeft plaats gehad. Maar wanneer tot het algemeeue wordt overgegaan, staat de zaak er eenigszins anders voor. Hetgeen de nationale gemeenschap wordt aangedaan, treft ons als iets persoonlijks, brengt ons een verhitte ring, die niet spoedig is weg te oemen, vervangt sympathieën door afkeer en schijnt, maar zelden, ook bij door protesten afgedwongen verontschuldi ging of beloofde schadevergoeding uit het geheugen te verdwijnen, als ware er niets gebeurd. In die stemming, die voor de toe komstige internationale betrekkingen weinig goeds belooft, brengen ons telkens opuieuw de handelingen der ootlogvoerendcn. Wij zullen bier niet gaan uitrekenen, naar welken kant de balans te onzen nadeele doorslaat; ieder, die de gebeurtenissen vau alle dagen wat bijhoudt, kan zelf de slot som opmaken. Een feit is, dat wij, een der neutralen, die nooit voor iels anders hebben geij'erd dan voor een I vreedzame verstandhouding dei volken, van twee kanten mishandeld worden en dat men zich dit telkens weer veroorlooft, is ons een voortdurende ergernis. Wij hebben er recht op. dat onze belangen zooveel mogelijk ontzien worden. Natuurlijk, wie genoodzaakt is te leveu en zich te bewegen tus- schen vechtende, loopt gevaar van af en toe een duw te krijgen, maar een opzettelijk vijandige behandeling moest toch uitgesloten zijn. Te meer nog mag dit gevorderd worden, nu van den beginne af de Nederlandsche natie groote offers heeft gebracht tot ver leening van steun aan de lijdenden door de wereldramp en altijd daar mee voortgaat, ondanks lergingen, want ocb, het zijn niet de gewonden uit de loopgraven, niet de vrouwen van de naar het front gedrevenen, oiet de kindertjes, die bijna stervend van honger en allerlei ontbering, over onze grenzen zijn gebracht, door wie ze ons worden aangedaan. Maar als een staatshoofd, na een bezoek aan een door Nederlandsche toewijding ingericht hospitaal, zijn booge be wondering aan den dag legt en ver volgens tot H. M. de Koningin een dankbetuiging richt, d»n zouden wij geneigd zijn te vragenBewaar dal alles tot later, en tracht li#ver voor het oogenblik te voorkomen,, dat allerlei belemmeringen uwerzijds den regelmatigen gang van ons economisch leven in gevaar brengen. Als van den eenen kant de schepen, die voor onze Regeering hel graan aanvoeren, waar mee zij onze bevolking moet voeden in den grond worden geschoten, aan den anderen kant buiten bereik van onze havens worden gehouden totdal de inhoud onbruikbaar is geworden, dan zullen wij ook geen Duitsche en Fransche, Belgische en Oosten rijksche kindertjes te eten kunnen geven. Onze eigene gaan toch voor Nog kwellender zjjn de ergernissen die oris binnen de; eigen landpalen ovei vallen. Het schijnt wel alsof, naar mate de omstandigheden nijpender worden, de tegenstellingen zich ver scherpen, de groepsbelangeu meer op den voorgrond dringen, de geest van samenwerking verflauwt. Wat er gedaan wordt, ook van Overheidswege, om den aanvoer en de verdeelmg van levensmiddelen te bevorderen, ondervindt tegenwerking van de zijde van het vervoerwezen, waar van de gelegenheid gebruik wordt gemaakt om geschillen uit te vechten over regelingen, die de een of andere organisatie anders wenscht. Het wekt ergernis, dat de demon van de winzucht zich zoozeer van de ziel bij een groot deel der Nederlandsche natie heeft meester gemaakt, dat hier de jacht op oor logswinst, giDds bet smokkelaarsbe- drijf en de voordeelen, die het kan opleveren, het levenmaken tot een grijpen met de vangarmen, een naar zich toe slepen van al hetgeen be teikbaar is. Bat alles dtukl op het nationaal geweten, en wij, die ons totaal onschuldig kennen aan al die tegenwerking, aan de uitingen van een roofzucht, die in den grond der zaak bij den sluwen overtreder der uitvoerverboden uit geen andere nei gingen ontstaan dan bij den door slepen oorlogsspeculant, hebben toch iels van een besef, dat wij de ver antwoordelijkheid meedragen, ook omdat wij nog geen middelen hebben weten te vinden om althans de erger lijkste dingen tegen te gaan. Ziet, dat is de voorname reden waarom dat alles ons blijft beDauwen Wij staan er machteloos tegenover en moeten ons veel slechts laten wel gevallen. Konden wg er tegen in verzet komen, met rechtsmiddelen zoolang het mogelijk is, met machts middelen zoo 't noodig mocht blijkeD, duo ware het tenminste te beproeven de grens te vinden, waar het onvei- mijdelijke der berusting een aanvang neemt. Is deze bereikt nu ja Het maatschappelijk leven zou onder die omstandigheden, onder den ge- stadigen nu en dan tot een stortbui aanzwellenden drup der ergernissen, veel van zijn aantrekkelijkheid vet lie zen, als wij, desondanks, ons niet aangordden tot krachtbetoon. Het is niet te zeggen, hoe diep de moreele inzinking, die wij bij het verflauwend rechtsgevoel duchten, nog gaan zal; zeker wordt zij een in storting, als zij. die het gevaar zien aankomen, niet al hun vermogen inspannen om zelf niet te worden meegesleept naar de laagte. Men heeft van de zedelijke gevolgen van een oorlogstijdperk weieens wat hoog opgeheven, en misschien is ook soms een reactie ergers zoo steik geweest, dat het inhalen der schade gevolgd kon worden floor het behalen van wezenlijke voordeelen. Maar het schijnt niet mogelijk dergelijke verwachting ook te verbinden aan den grooten strijd van bcdeD, die alles vernielt, wat onmisbaar is voor een toekom stige reconstructie, die vooral ver woestingen teweeg brengt op on stoffelijk gebied, waarvan het herstel noodwendig de volle ontplooiing van de zedelijke kracht van meer dan één generatie zal vereischen. De ergenis, die beden ten dage op zoo geweldige wijze ons. vervult, zij dan ook geen aansporing tot een soort van weerwraak, al mocht die voor ons bereikbaar zjjn. Om den druk te weerstaan, moet een tegen druk worden aangewend, die het evenwicht bewaard doet blijven. Laten wij ons scbiap zetten ter afweriDg eener algeheels instorting; straks, als de strijd zal hebben uitgewoed, kunnen wij, of kunnen zij, die ons werk zullen ovet nemen, vreugde ge voelen over hetgeen wij hebben helpen schragen. En dat zal tegen veel ei- gernissen opwegen. Niet degenen die zich laten mee slepen met den stroom der ongerech tigheden zullen de opbouwers zijn eener toekomstige, minder door het égoisme beiuvloede menschenmaal- schappij. Kleinen en grooten, wien een hooger ideaal voor den geest staat, en die het geluk hebben niet door de ergenissen verbitterd en verblind te zijn geworden, aan u de toekomst! door MaItbe Cobbeav. 'i Bekertje. „Caiiibrioleur". TTTT Hï AAI, hongermaag. Toen ging hij het bekertje bracht. De twee zilverbons waren juffrouw Pieterse. Vloog naar boven. uli.iJjiUJj.Li Uil Uü iUiUUi. UflilalJ jni08sen. Een zonderling-vroolijke er ietwat «geslonken"! dan zou ze t Niemand kon hem gezien hebben. stemming was over hem gekomen.'de verschrikkelijke waarheid dadelijk! Lien kreeg haar bekertje terug. Zij Och, wat alles zou immers óp z'n begrijpen. kuste 't en stopte 't blij als een pootjes terecht komen. Hij sloop de trap op. Waarom hij kind, onder de deken. Hij gaf haar 3) Meneer Verhoef was opgestaan. Zag het doodsbleeke gelaat van den man, wien de tranen in de oogen stonden, in de oogen waar wanhoop uit kermde. Meneer Verhoef reikte hem iets toe. «Je hebt kleine onkosten gehad door 't een en ander" zei hij «maar verder Nou, van Weers, adieu. Ik heb geen seconde meer te verliezen!" En hij schelde. De ander vertrok. De twee zilverbons van f2.50 hem geschonken, in de hand geklemd. Hij ging weer den portier voorbij. «Bonjour" zei hij, zich groothoudend. »Goeien-dag" mompelde portier droogjes. Alles was verloren. Van Weers ging een café binnen. Hij was ijskoud. Be stelde melk met brandewijn. Dat deed hem goed. Hij bestelde daarna nog twee, drie pure brandewijntjes, en het vocht brandde hem in de holle, leêge *Zoo!P" zei baas van pandjeshuis, j zoo geheimzinnig deed, begreep Hij j 't geld dat hij, van de twee zilver- heel verbaasd armoedzaaier weêr zelf maar half Daar was de bons van meneer Verhoef over had. voor zich te zien. «Zoo, jij weer terug? deur van juffrouw Pieterse's kamer;, Loog, dat hij de betrekking had ge Succes gehad?" van buur die hem straks twee kwartjes «Prachtig," zei van Weers. j had geleend. Hij wilde 't haar gaan Kreeg bekertje terug. teruggeven. De deur was niet op slot Presenteerde baas sigaar en een Hij ging naar binnen, kwartje extra. i Zij was er nog niet. Jij bent een eerljjke vent I" zei't Dreunde, suisde in z'n hoofd, baas, hem op den schouder kloppend Daar stond een keurig linnen-kastje. «als jij mij weer noodig hebt Mooi geboend. Fijn onderhouden. Revolutie in Rusland. Naar gemeld wordt, hebben de on lusten te Petersburg tot een volslagen revolutie geleid. Zijn deze berichten juist, dan beeft in de hoofdstad de omwenteling de overwinning behaald, voornamelijk wijl het garnizoen, dat niet minder dan 30.000 man sterk is, de zijde der omwentelings geztndan koos. De re- volutionnairen hebben een soort uit voerend bewind benoemd, waarin een twaaftal Doenia-leden zitting heb ben, welk uitvoerend bewind zich moester heeft gemaakt van de mi- nistsrs en dezen gevangen beeft gezet Daarna zou deze revolutionnaire re geering de rust hersteld hebben. Eén van haar eerste maatregelen was de benoeming van den afgevaardigde Engelhardt tot commandant vau Pe tersburg. In Duitsche bladen, welker berich ten niet verder gaan. dan tot Zaterdag vinden we nog een en ander omtrent het in de laatste week voorgevallene, 's Woensdags scheen het wat kalmer te zijo geworden, doch dit was slechts de stilte voor den storm. Donderdags legden duizenden arbeiders het werk neer en niettegenstaande eeu door leiders der arbeidersgroepen onder- geteekende oproep werd verspreid, waarin werd aangemaand tot het hervatten vau den arbeid zette Vrijdag de beweging zich voort. Toen bekend werd, dat dien dag geen broodterkoop zou plaats hebben, manifesteeide bet volk voor de regeeriugsgebouweo: politie en gendarmes kwamen tus- schenbeide, er werd gechargeerd en bij de charges vielen 20 dooden en 100 gewonden. Te twaalf uur van dien dag kwam de Do-una bijeen. In doze zitting kon digde de voorzitter Rodzianko aan, dat ouder voorzitterschap van den minister-president nog dienzelfden dag een bespreking zou plaats hebben, waaraan de ministerraad, de voor zitters van Doema en Rijksraad, ver tegen woordigets der parlementaire commissies en der zemstwo's zouden deelnemen Bij deze besprekingen is kregen en nu meer geld ging halen. Toen hij zich naar vrouwtje over- boog oiu haar te kussen, rook zij z'n adem «O, Janzei ze verschrikt.... «Niks hoor!" zei hij lachend «ik! In het requisitoir, waarbij tegen had 't zoo kond. Heb een glaasje ge- «Cambrioleur" een jaar gevangenis- pakt. Nou niks meer. Wees gerust!" i straf werd geëischt, deed het O.M. I Maar met groote, doodelijk beang- ook en o.a. uitkomen, hoe gelukkig En je hebt natuurlijk wat reëels te En de sleutel stak in het slot !ste oogeu keek zij hem na I't was, dat de firma, bij wie van verpanden" (voegde hij er haastig en De oude juffrouw had dus vergeten,' Hij rende de trap weer af. Hoorde Weers bijna in dienst was gekomen, voorzichtigheidshalve bij) «dan 'm eraf te nemen I juffrouw Pieterse in haar kamer stom- eerst deugdelijk naar sollicitant ge- kom je maar hier!'* i 't Was, of een geheimzinnige macht melen. Ging kijken wat er in de ge- informeerd had. Van Weers wipte nog een «bar" hem voortdreef. Hij schoof linnengoed sloten pakjes zat. i »'t Ware te wenschen" zei de officier binnen. De brandewijntjes hadden hem op zij. Zocht onder stapeltjes kleeren Den volgenden ochtend werd aanmat men over 't algemeen met meer goedgedaan. 't Kon hem nu niks meer en andere dingen. Lachte over z'n de deur van het kamertje getikt, voorzichtigheid te vade ging. Dan schelen. Hij dronk nog twee, drie eigen gedoe. Maakte een ld open. ZagKwamen rechercheurs van politie biu- zouden individuen als deze beklaagde kelkjes leêg. een pakje liggen. En een doosje staan: nen. Werden bij van Weers gevonden minder gemakkelijk gelegenheid vin- Ging naar huis. Greep de voorwerpen. Stak ze in z'n Liep zachtjes de trap op. Hij wist, zak. In den buitenzak van z'n vale, LieD rekende erop, dat hij met afgedragen winterjas. Hij hoorde geld geld thuis zou komenrinkelen in het doosje. Sloot snel de Als hij niets van beteekenis mee- linnenkast. En de deur der kamer van frouw hadden toebehoord. voorwerpen, die aan de bestolen juf- den, hun slag te wagen!" En met onverholen minachting zag bij die woorden Z. E. A. den gebroken man aan, in voorarrest zich bevindend, die daar in de zondaarsbank zat.

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1917 | | pagina 1