NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
Gemeenteraad.
EENE NIESAILLIAHCE.
No. 60.
Zaterdag 14 September 1918.
47e jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
BINNENLAND.
:E^:Ei-criiJi_1ETOisr.
Amersfoortsche Courant.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 1.
Franco per post door het geheele Rijk 1.15.
Afzonderlijke Nummers 5 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Vrijdag.
Tijdelijk slechts Zaterdags.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER
Bureau: Laugestraat 77. Telephoonn. 69.
ABVERTENTIËN:
Van 16 regels f 0.90; iedere regel meer 15 Cent.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Het nieuwe Ministerie.
De staatscourant van Maandag
avond bevatte de volgende Koninklijke
Besluiteo:
iHct heeft Hare Majesteit de Ko
ningin behaagd bij besluit van 9
September 1918 no. 5.
met ingang van heden:
1. op het daartoe door hem gedaan
verzoek, den Minister van Staat mr.
P. W. A. Cort van der Linden, op
de meest eervolle wijze ontslag te
verleenen als Minister van Binnen-
landscbe Zaken, met dankbetuiging
voor de vele en gewichtige diensten
door hem aan Hare Majesteit en aan
den lande in buitengewoon moeilijke
omstandigheden bewezen:
2. te benoemen lot Minister van
Binnenlandscbe Zaken jbr. mr. J. M.
Ruys de Beerenbrouck, Commissaris
der Koningin, in de provincie Limburg;
alsmede, bij besluit van 9 September
1918 no. 6:
met ingang van beden:
I. op het daartoe door hen gedaan
verzoek, op de meest eervolle wijze
outslag te verleenen aan de beeren:
jbr. mr. J. Loudon, als Minister van
Buitenlaridsche Zaken:
mr. B. Ort. als Minister van Justitie;
mr. M. W. F. Treub, als Minister
van Financiën:
jhr. mr. B.C. de Jonge, als Minister
vau Oorlog, onder eervolle ontheffing
van het beheer van het Departement
van Marine, ad interim:
dr. C. Lelie, als Minister van Wa
terstaat:
F. E. Posthuma, als Minister van
Landbouw, Nijverheid en Handel:
mr. Tb. B. Pleyte, als Minister van
Koloniën.
met dankbetuiging voor de vele en
gewichtige diensten door hen aan
Hare Majesteit en aan den lande in
buitengewoon moeilijke omstandighe
den bewezen;
2. te benoemen:
tot Minister van BuiteDlanscbe Za
ken: jhr. mr. dr. H. A. van Karnebeek,
burgemeester der gemeente 's-Graven
tot Minister van justitie: den heer
mr. Th. Heemskerk, lid van den Raad
van State:
tot Minister van Financiën: den heer
mr. S. de Vries Cz.wethouder der
gemeente Amsterdam;
tot Minister van Oorlog: jhr. G. A.
A. Alting von Geusau, directeur-ge
neraal der posterijen en telegrafie:
tot Minister van Waterstaat: den
beer A. A. H. W. König, hoofdinge
nieur-directeur van den Rijkswater
staat in de directie Limburg;
tot Minister van Landbouw, Nijver
heid en Handel: den heer H. A. van
IJsselstein, directeur-generaal van deD
Arbeid:
tot Minister van koloniën: den beer
A. W. F. Idenburg, oud Gouverneur-
Generaal van Nederlandsch-lndië;
3. tijdens de ontstentenis van een
Minister van Marine het beheer van
het Departement van Marine, ad in
terim, op te dragen aan jhr. G. A. A.
Alting von Geusau, Mioister van Oor
log.
Voorts kunnen wij het volgende
mededeelen:
Het nieuwe kabinet zal met bekwa
men spoed de instelling bevorderen
van twee nieuwe departementen en
wel een departement van Onderwijs
(bij hetwelk naar alle waarschijn
lijkheid de afdeeling Kunsten en
Wetenschappen, die thans tot Bin
nenlandscbe Zaken behoort, wordt
ondergebracht) en tot hoofd waarvan
bestemd is dr. J. Tb. de Visser, lid
der Tweede Kamer, en een departe
ment vau Arbeid, voor welks beheer
bestemd is prof. mr. P. J. M. Aalber-
se, boogleeraar aan de Technische
Hoogescbool te Delft.
Zijn wij verder wel ingelicht, dan
ligt bet, in volkomen overeenstemming
met zijn amtgenooten en overeenkom
stig ook hunner opvatting van de taak
van kabinetsleider, iD de bedoeling
van den tijdelijken Voorzitter van den
Ministerraad om ter verzekering van
de onontbeerlijke eenheid iD binnen-
en buiteulandsch beleid, zich daadwer
kelijk bezig te houden met alle be
doeld beleid rakende vraagstukken,
voor zooverre zij niet direct de me
dewerking vereiscbeD van den gebee-
len ministeriaad. Doch aangezien in
de tegenwoordige buitengewone om
standigheden bedoeld beleid uiteraard
van aanzienlijk grooteren omvang is
dan in normale tijden, zal jhr. Ruys
de Beerenbrouck bij de uitvoering van
die taak zich ter zijde doen staan
door eea daartoe nader aan te wijzen
ambtenaar.
De beëediging van de nieuwe ka
binetsleden beeft Maandagmiddag te
halfvier door de KoningiD plaats ge-
bad.
De overdracht der portefeuille ge
schiedde j.l. Dinsdag.
Plannen van het nieuwe Ministerie?
Wat de uitgaven voor militaire
doeleinden betreft, kan het Centrum
mededeelen, dat naar bezuiniging zal
worden gestreefd en naar verlichting
der mobilisatielasten. Doen zich geen
gebeurtenissen voor op bet oorlogs-
tooneel, waardoor de strijd weer dich
ter onze grenzeD zou naderen, dan
schijnt het oogenblik niet ver meer
af, waarop met gedeeltelijke demobi
lisatie een begin zal worden gemaakt.
Naar het blad verder ter oore kwam,
ligt het in de plannen der nieuwe Re
geering, een belangrijke wijziging en
vereenvoudiging in het distributie
stelsel aan te brengen, zoodat o.a. bet
nutteloos en schadelijk been en weer
zenden van levensmiddelen uit en naar
verschillende plaatsen zou worden voor
komen.
Een ander gewichtig punt is dat van
woningvoorziening voor groote gezin
nen. Hieraan zal groote aandacht wor-
den gewijd. Is bet blad welingelicht
dan zou, met het oog daarop, een
wijziging der Woningwet in overwe
ging worden genomen.
Het ligt in het voornemen, dat
H. M. de Koningin persoonlijk de
nieuwe zitting van de Staten-Gene-
raal, op Dinsdag 17 dezer, zal openen
in de Ridderzaal.
Dinsdagmiddag te balf 3 kwamen
onze raadsleden in openbare zitting
bijeen onder voorzitterschap van Mr.
Graaf van Randwijck.
Afwezig waren met kennisgeving de
heeren: Veis Heijn en Tromp van Holst;
zonder kennisgeving de heerenKoning
en Nieuwendijk.
De secretaris gaf leziDg van de na
volgende ingekomen stukken:
Afschrift van bet Kon. Besluit dd.
31 Juli 1918, waarbij met handhaving
overigens van het bepaalde bij Kon.
Besluit van 7 Augustus 1917 het
maximum van bet daarbij aan de Ge
meente Amersfoort verleende voor
schot uit 's Rijks kas ingevolge de
Woningwet nader wordt bepaald op
f 100.000. Als kennisgeving aan
genomen.
Afschrift van het besluit van Ged
Staten van Utrecht dd. 2 September
1918, waarbij wordt goedgekeurd bet
Raadsbesluit van 20 Aug. 1.1.strekkende
tot verweer in cassatie, ingesteld door
de N. V. Utrechtsche Waterleiding
maatschappij tegen het arrest van bet
gerechtshof te Amsterdam op 29 April
1918 gewezen in het tusschen die
vennootschap en degemeente bestaande
geschil. Als voren.
Afschrift van bet besluit van Ged.
Staten van Utrecht dd. 26 Aug. '1918,
waarbij goedkeuring wordt onthouden
aan de begrooting van inkomsten en
uitgaven dezer Gemeente voor den
dienst 1918. Als voren.
Afschrift van het besluit van Ged.
Staten dd. 20 Aug. 1918, waarbij wordt
goedgekeurd bet Raadsbesluit dd. 27
Juni 1918 tot wijziging van bet Regle
ment voor bet Burgerlijk Armbestuur.
Als voren.
Schrijven dd. 22 Aug. 1918 van het
Bestuur der Stichting »St. Anfridus«,
waarbij wordt verzocht aan haar, over
eenkomstig bet bepaalde in 7 der
Woningwet een voorschot van f842.000
te willen verleenen ter tegemoetkoming
in de door baar wegens de uitvoering
der plannen tot woningbouw in bet
belang der volkshuisvesting aan te
wenden kosleo, alsmede een bijdrage
in de annuïteit tot een bedrag als op
den bijgevoegden staat is berekend per
jaar, teneinde bet tekort der exploi
tatie te dekken. In handen gesteld
van B. en W. om advies.
Schrijven dd. 22 Aug. 1918 van
mevrouw de wed. Chr. Lensing, geb.
Boensen, houdende verzoek om ont
heffing vaD de verplichting tot betaling
van RioolbelastiDg voor de perceelen
Hooglandscheweg 1424. öf haar
restitutie te willen verleenen van het
door baar op 8 Juli 1913 betaalde
bedrag van f300. Als voren.
Schrijven dd. 24 Augustus 1918 van
Mej. P. J. Wind, houdende mededeeling
dat zij de benoeming tot tijdelijk
leerares in de oude talen aan het
Gymnasium voor bet tijdvak van l
September 1918 tot 1 Sept. 1919
aanneemt. Als kennisgeving aan
genomen.
Schrijven dd. 27 Augustus 1918 van
het Bestuur van het Departement
Amersfoort der Mij. tot Nut van 't
Algemeen, houdende verzoek maat
regelen te willen beramen, welke de
instandhouding kunnen verzekeren der
Nuts-Fröbelschool alhier. In handen
van B. en W. om advies.
Schrijven van Aug. 1918 van het
Bestuur van de Kanaal-Vereeniging
»De Geldersche Vallei", houdende ver
zoek aan genoemde vereeniging een
flinke bijdrage te verleeneD ter be
reiking van baar doel n.I. uitvoering
van bet plan i.z. het Kanaal van
Amsterdam, door de Geldersche Vallei,
32)
Langzamerhand verminderde de
vrees, voor de instandhouding van 't
leven der kleine, die hij den naam
van Johanna die zijner moeder
gegeven had. Toch had zij die
teergevoeligheid van 't zenuwgestel
behouden, aan eene geanticipeerde
geboorte eigen. De geneeskundige die
bij gewoon was te raadplegen, raadde
Filip het verblijf in een meer ver
sterkende lucht voor het kind aan,en
hoewel bij zich oDgaarne van baar
scheidde Johanna was nu ruim
twee jaar oud gaf hij, haar be
lang boven het genoegen van haar
bijzijn stellende, aan dien raad ge
volg.
Zoo als wij reeds vermeldden, was
de omgang van Filip met zijne zusters,
na den dood hunner ouders, hoe
langer hoe meer verkoeld en had
eindelijk geheel opgehouden. Zoo lang
Saartje geleefd had, hadden zij zich
niet met hem bemoeid, en geërgerd
doordien hij toegestaan bad, dat zij
op joodsche wijze en op de israëlitische
begraafplaats ter aarde besteld was
geworden, had er ook na haar over
lijden, geene toenadering plaats ge
vonden. Filip was bijgevolg in de nood
zakelijkheid, zijn kind aan de hoede
van vreemden over te laten. Wel
had Johanna's verpleegster, eene vrouw
van middelbare jaren, bewijzen ge
geven haar taak, zoowel gewetensvol
als met bekwaamheid waar te nemen,
maar bij had er tot dusverre steeds
een wakend oog over laten gaan.
Het was dien ten gevolge met een
beklemd gemoed, dat hij, na het kind
op een Geldersch dorp geïnstalleerd
te hebben, naar Amsterdam terug
keerde. Toen bij echter by elk be
zoek dat hij haar bracht, zijne kleine
Johanna in krachten zag toenemen,
werd bij van lieverlede geruster en
getroostte hij zich haar gemis, ter
wille van het gunstiger resultaat.
Het dorp lag op eenigen afstand
van een spoorwegstation. Zijn handels
bezigheden veroorloofden Filip Diet,
er telkens, althans niet dan 's Zondags
heen te gaan. Na Johanna zekeren
Zondag in goeden welstand verlaten
te hebben, werd hij een paar dagen
daarna, op onaangename wijze ver
rast, door de ontvangst van eeD
telegram uit Gelderland, meldende,
dat zij niet wel was; want Filip bad
uitdrukkelijk order gegeven, hem
dadelijk te waarschuwen, als het kind
wat mankeerde. Hij maakte onmid-
delijk de noodige schikkingen, opdat
gedurende eene afwezigheid, waarvan
hij den duur niet bepalen kon, daar bij
zijn kind zoo lang als het ziek was
niet zou willen verlaten, geen stoor
nis in zijne handelszaken plaats kon
hebben. Zoo spoedig doenlijk ver
trok bij.
Zoo als te begrijpeo is, viel de reis
hem lang en maakte hij zich allerlei
schrikbeelden. Hoe zou hij don toe
stand vinden, wellicht hopeloos, want
bij kinderen neemt de ziekte som
tijds spoedig toe. Een kalmer oogen
blik gaf hem hoop, dat het eene
voorbijgaande ongesteldheid zou wezen.
Hoe het ook mocht zijn, hij was zeer
verlangend zijne bestemming te be
reiken. Ter bestemder plaatse aan
gekomen, vond bij, nocb Johanna
noch de verpleegster. Toch was het
geen bij vernam, van geruststellenden
aard. Het gevaar was geweken; het
kind bad een dier ziekten gehad, die
van korten duur zijn, en spoedig een
noodlottig einde, of eene gunstige
wending nemen. Het laatste was het
geval.
De reden waarom hij haar niet
aantrof, was dat zekere jonge weduwe,
die het nabijgelegen landgoed be
woonde, en wegens hare lieiderijkheid
de engel van den omtrek genoemd
werd, het kind ter betere verpleging
met zich naar bet heerenhuis had
genomen.
Dat Filip geen oogenblik langer
toefde om daar been te gaan dan
noodig was, om zich wegens den
weg te doen inlichten, ligt in den
aard der zaak.
Hij bad het voorrecht, Johanna
weder geheel hersteld aan te treilen.
Het kind was blijde hem te zien, en
betoonde hem allerlei liefkozingen.
Maar waar bij zich niet op vooi be
reid had, was in het vertrek W3ar
zijn kind zich bevond, weldra de lief
dadige weduwe te zien verschijnen,
en in baar die Clara, die bij nog niet
uit zijne gedachten bad kunnen ver
bannen, te herkennen. Het besef van
de schuld waarvan hij zich tegen
over haar bewust was, zou onder
andere omstandigheden, eene zekere
teruggetrokkenheid en stijfheid aan
die onverwachte samenkomst gegeven
hebbennu was het echter het vader
hart dat de boventoon had, en zijne
dankbaarheid in gevoelvolle woorden
deed uiten. VaD beiderzijde bleef
hunne voormalige verhouding buiten
sprakehet kind dat hem dierbaar
was en waaraan zij liefde betoond had,
was het eeDige onderwerp van hun
gesprek.
Filip ging gerust gesteld spoedig
weder naar Amsterdam, maar het
kind bleef, op haar aandriogen, bij
Clara, en toen hij den volgenden
Zondag terug kwam, vond hij Jo-
hauna zoo zeer aan haar gehecht,
dat hij het eene wreedheid zou ge
acht hebbon, ze te scheiden.
Wat aanvankelijk tijdelijk was,
werd van lieverlede definitief.
Wordt vervolgd).