- 22 December 1952 131. matige groei van de gemeente zou kunnen worden getroffen. Daar de gemeente op het ogenblik nog niet bekend is met de uit kering van het Rijk voor het komende begrotingsjaar, is het thans vastgestelde tekort van rond 260.000,eigenlijk een slag in de lucht, want men weet niet of het juist is. Door deze situatie komen de bestedingsmogelijkheden van de gemeente achter de begroting aansukkelen en de oorzaak daarvan ligt in de inderdaad scheve financiële verhouding tussen het Rijk en de gemeenten, waarover ook de heer Ooms heeft gesproken. De heer Ooms zij er echter op gewezen, dat de basis van de huidige financiële verhouding tussen het Rijk en de gemeenten vele jaren voor de oorlog is gelegd door de anti-revolutionaire Minister De Wilde; op deze basis is voortgewerkt tot vandaag de dag. De huidige Regering is niet geheel en al vrij te pleiten, maar de kern van de zaak ligt dieper en men mag de na-oorlogse re geringen in dit verband niet volledig een verwijt maken. Maar wat de oorzaak ook moge zijn, het stemt in ieder ge val tot dankbaarheid, dat het College een begroting heeft aangeboden, die er blijk van geeft, dat de verplichtingen tegen over de toekomst wel degelijk goed zijn bekeken, zodat de groei van de gemeente niet te veel wordt geremd. Bij een gemeente als Soest is het nodig sterker vooruit te zien dan bij tal van bij voorbeeld Friese gemeenten, waar de bevolking eerder achteruit dan vooruit gaat. Natuurlijk is er wel enig verschil van mening tussen verschillende raadsleden en het College over de vraag wat wel en wat niet direct noodzakelijk is. De schuld der ge meente per hoofd van de bevolking is erg hoog, maar spreker hoopt niettemin, dat zij in de komende jaren nog veel groter zal worden. Dit sluit namelijk in, dat de gemeente in de naaste toekomst mogelijkheden zal hebben, bij voorbeeld tot het bouwen van meer huizen. Het is echter van belang te weten, welke bedragen aan gemeentelijke bezittingen tegenover de gemeentelijke schulden staan. Alleen wanneer een splitsing wordt gemaakt tussen de rendabele en de niet-rendabele schulden, is het moge lijk te beoordelen of de niet-rendabele schulden misschien een te zwaar blok aan het been van de gemeente worden. Spreker verzoekt het College hieromtrent t.z.t. gegevens aan de Raad te verstrekken en speciaal over de groei van de rendabele en niet-rendabele bezittingen in de na-oorlogse jaren. In het afgelopen jaar is weer veel tot stand gekomen. Dat jaar in jaar uit dezelfde wensen naar voren komen en blijven bestaan, is niet geheel en al aan het College te wijten, maar een gevolg van de onmogelijkheid in bepaalde zeer dringende behoeften te voorzien.Maar er zijn ook redelijke wensen geweest, die wel vervuld hadden kunnen worden, maar die na een welwillen de toezegging van overweging in de doofpot zijn gestopt. Spreker kan zich niet onttrekken aan het gevoel, dat het College zorgvuldig de plannen nastreeft, die het heeft opgesteld, maar dat het de uit de Raad of van andere kanten komende initia tieven wel eens storend vindt, speciaal voor de regelmaat, waarmede de plannen van het College moeten worden uitgevoerd. Het is spreker bekend, dat aan enkele voorstellen aandacht is besteed, maar veel meer heeft de Raad er nooit van gehoord. Een van de meermalen besproken punten zijn de moeilijkheden aan de spoorwegovergang bij Soestduinen. - Meermalen -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen B&W Soest | 1952 | | pagina 304