21 December 1953 192.
opgevraagd en er zal een afzonderlijk voorstel aan de
Raad worden gedaan. Maar aangezien er in het jaar 1954
voor deze zaak waarschijnlijk geen uitgaven zullen worden ge
daan, zou alleen een pro-memoriepost kunnen worden uitge
trokken.
De wethouder VAN ZADELHOF? zou er, afgezien van het
feit, dat het wettelijk niet mogelijk is, ook niet voor voelen
de loco-burgemeester een extra vergoeding toe te kennen. Hij
beschouwt namelijk het College als een team, dat de werk
zaamheden onderling verdeelt. Een pensioenregeling voor de
wethouders acht spreker echter wel nuttig.
Volgnummer 60. Abonnementen op de telefoon en kosten van
telefoongesprekken.
De heer CLEMENS heeft tot zijn genoegen gelezen, dat
B&W accoord gaan met een vergoeding van ƒ.25,-- aan de
raadsleden voor telefoonkosten. Het is niet zijn bedoeling,
dat de te Soesterberg wonende raadsleden een grotere uitke
ring zullen krijgen, maar hij wil wel op hun ongunstige posi
tie wijzen, doordat Soesterberg door de P.T.T. blijkbaar niet
als een deel van Soest wordt beschouwd. Voor een brief van
Soesterberg naar Soest is het interlocale porto verschul
digd, een telefoongesprek van Soesterberg met Soest kost de
eerste minuut 18 cent en de volgende minuten 6 cent, een
gesprek met Utrecht voor de eerste minuut slechts 6 cent.
Fit heeft spreker de vrijheid gegeven zijn voorstel in te
dienen en hij is dankbaar, dat B&W er gunstig op hebben ge
reageerd
Hoofdstuk II wordt zonder hoofdelijke stemming voorlo
pig vastgesteld.
Hoofdstuk III. Openbare veiligheid.
Volgnummer 110. Telefoon en telegraaf en verdere kosten van
alarmering van de politio.
Mevrouw POLET-Musler vraagt, of het thans zeker is, dat
de agent van politie Mantjes een telefoonaansluiting zal
worden verstrekt
De VOORZITTER beantwoordt deze vraag bevestigend. Hij
kan zich niet voorstellen, dat het ergens moeilijkheden zou
geven.
Volgnummer 118m. Kosten van een hondenbrigade.
De heer VAN WELY vraagt, of het zeker is, dat een honden
brigade zal worden ingesteld.
De VOORZITTER zegt, dat dit behalve van de begrotings
post afhankelijk is van de vraag, of er bij de politie liefheb
berij voor bestaat. Dit schijnt wel het geval te zijn.
De heer VAN WELY zou het, gezien de resultaten welke
met politiehonden worden bereikt, zeer betreuren, indien
er bij het politiecorps geen liefhebberij zou bestaan.
De VOORZITTER is het daarmede eens en vertrouwt, dat
het wel zal doorgaan.
Mevrouw LANDWEER-de Visser spreekt haar bewondering uit
voor de verkeerstafelwelke een van de politiemannen tot
stand heeft gebracht en welke de Raad hiernaast heeft kunnen
zien. Spreekster heeft grote waardering voor hetgeen hier
in het belang van het verkeersonderricht aan de jeugd in
- vrije -