14 September 1954 151.
gemeente wordt overgedaan, terwijl tevens getracht wordt
de uitgang van deze weg op de rijksweg, die een vrij
scherpe bocht is, door afstand van de grond voor het
postkantoor loodrecht op de rijksweg te laten uitmonden»
Daar dit echter een kwestie is van commissie en Raad, zal
dit punt de Raad te zijner tijd bereiken.
De Heer ORANJE maakt de wethouder zijn compliment
over de voortvarendheid, waarmee hier is opgetreden.
De Heer A.P. HILHORST heeft begrepen dat er een be
tonnen plaveisel zal komen, waarop de jeugd zich kan ver
maken. Hij weet niet of het juist is, dit stuk te be
stemmen voor speelplaats; het Rosarium vraagt een andere
aanleg. Spreker vraagt zich bovendien af of het juist
is een dergelijk besluit te nemen, zonder de commissies
er in te kennen.
De wethouder VAN ZADELHOEE zegt, dat dit plein niet
als een speeltuin moet worden gezien. Op alle pleinen
waar geen druk verkeer is ziet men kinderen spelen. Die
kan men er niet afhouden.
De Heer A.P. HILHORST merkt op, dat dit op de Dam
in Amsterdam niet gebeurt.
De Heer VAN WELY meent dat indertijd is besloten, de
lantaarn, die nog altijd in het Rosarium staat, te ver
plaatsen naar het Kerkplein. Is het de bedoeling, deze
vijfarmige lantaarn, welke destijds is aangeboden door
de Burgerij aan de Burgemeester Loten van Doelen G-rothe
in stand te houden, of op te ruimen?
Naar spreker heeft horen verluiden, is overwogen
van dit plein een parkeerterrein te maken. Is hiervan
iets bekend?
De wethouder VAN ZADELHOFP zegt, dat het de bedoe
ling is, de lantaarn in het daar aan te leggen plantsoen
te laten staan en aan te sluiten.
De bedoeling is niet, het plein als permanente par
keerplaats te gebruiken, maar wel, bij bijzondere gelegen
heden de auto's daarheen te verwijzen.
De door wethouder van Zadelhoff ter kennis gebrach
te plannen van uitvoering der werkzaamheden in het
Rosarium worden zonder hoofdelijke stemming goec^ekeurd
(De wethouder van Zadelhoff verlaat te 21.30 uur de
vergadering)
146. Belastingreclames.
Mevr. POLET-Musler vreest dat door het verschil in
tarieven tussen bedrijfs- en luxthonden alleen de laat
ste de moeilijkheid vormen. De honden worden daarvan de
dupe. Dat een boerderij voor een waakhond een lager ta
rief krijgt is logisch, maar het is wel heel erg, dat
iemand, die in een gewoon huis woont en voor zijn ge
noegen een hond houdt, dit dier door het verschil in be
lasting ten zeerste in zijn vrijheid belemmert. Kan
niet een andere redactie worden gevonden zodat het ver
schil minder groot wordt en het voor de mensen niet
meer aantrekkelijk is, hun luxehond voor waakhond te
laten doorgaan?
De VOORZITTER zegt, dat de verordening zich aan
sluit bij de wet, die ook voor de verschillende soor
ten honden verschillende tarieven kent.
- Mevrouw -