No. 8.
22 October 1954 156.
NOTULEN
van het verhandelde in de openbare vergadering van de Raad
der gemeente Soest op Vrijdag 22 October 1954 te 21.10 uur.
VOORZITTERS de Burgemeesterde heer Mr. S.P.Baron Bentinch,
SECRETARIS! de heer JJJ,M.Eesten.
Tegenwoordig de leden? C.van Andel, J.van den Arend, A.Brou
wer, H.A.ButzelaarH.J.S.Clemens, T .Dorresteijn, P.Grift,
K.de Haan, R.Hilhorst, H.C.Klarenbeek, Mevrouw SG.Landweer-
de Visser, Dr. D.J.P.OranjeP.C.Pieren, Mevrouw S.M.Polet-
Musler, J.A.Schaafsma, M.M.van Wely, W.G.van Zadelhoff en
J.D.L.Zoetelief
Afwezig met kennisgeving de heer A,P«Hilhorst
De VOORZITTER opent de vergadering en doet voorlezing
van de gebedsformule.
Vervolgens stelt hij aan de orde?
48. Voorstel van B&W inzake de bouw van woningen te Soest en te
Soesterberg.
De heer R.HILHORST verklaart geen enkel bezwaar tegen
de in de voordracht genoemde aannemer te hebben, die hij zeer
solide en betrouwbaar acht. Ook heeft hij geen bezwaar tegen
het bouwen van middenstandswoningen. Maar wel heeft hij be
zwaar tegen onderhandse aanbesteding. Hetgeen men ten gunste
van onderhandse aanbesteding naar voren kan brengen, geldt
evenzeer voor openbare aanbesteding. De Raad heeft meermalen
blijk gegeven tegen onderhandse aanbesteding te zijn en daarom
begrijpt spreker niet, dat B&W dit voorstel doen.
Men trekt over de bouwwereld de schouders op, men
spreekt van opzetjes en van het verdelen van het werk, waar
door men bij openbare aanbesteding niet zou weten, of men wel
de laagste prijs heeft. Bij onderhandse aanbesteding weet men
dat ook niet. Met het financieren van een bouwwerk is het
hetzelfde. Bij openbare aanbesteding moet men het werk aan de
laagste inschrijver gunnen, men weet dan niet, hoe het met de
financiering loopt, maar dat weet men bij onderhandse aanbe
steding ook niet. De raad verklaart steeds, dat hij voor
openbare aanbesteding is, maar zal waarschijnlijk dit voorstel
weer aannemen. Dat klopt toch niet.
Wanneer men zegt, dat er in de omtrek zoveel onderhandse
aanbestedingen plaatshebben, moge er op gewezen worden, dat
er dagelijks in de krant openbare aanbestedingen staan, ook
van Rijk en gemeenten. Wanneer men het wil doen voorkomen, dat
onderhandse aanbesteding mode is geworden, is dit toch niet
juist
Spreker zal, op grond van de onderhandse aanbesteding,
zijn stem tegen het voorstel uitbrengen.
De heer KLARENBEEK sluit zich aan bij de woorden van de
heer R.Hilhorst.
De heer ORANJE acht openbare aanbesteding in beginsel
juist. Hij meent echter aan het beheer van de gemeentefinanciën
te moeten medewerken als een goede huisvader het zou doen en
wanneer hij als huisvader een huis moest laten bouwen, zou
hij het onderhands aanbesteden. Op dezelfde wijze is hij bereid
in dit geval aan onderhandse aanbesteding mede te werken in
vertrouwen op de wethouder, die in het bijzonder de verant
woordelijkheid voor deze gang van zaken heeft. Dit vertrouwen
- heeft -