- 28 september 1956 - 115.
Mevrouw POLET-Musler beeft vernomen, dat er te Soester-
berg een onderzoek is ingesteld naar de geluidskracht van de
straaljagers. Is dit juist? En zo ja, heeft het college het
nodig geoordeeld aan de hand daarvan te verzoeken bepaalde
voorzieningen te treffen? In Duitsland heeft men bepaalde
apparaten bij de vliegvelden geplaatst, waardoor het geluid
der straaljagers minder sterk wordt. ICunnen deze apparaten
ook te Soesterberg worden aangebracht?
De VOORZITTER zegt, dat het probleem van het geluid
van het vliegveld door de komst van de zogenaamde nabranders
nog veel urgenter is geworden.
Er wordt vaak gezegd, dat het geluid zeer hinderlijk is
en dat men niet kan telefoneren. Maar wanneer men bezwaren
bij de autoriteiten wil indienen, moet dit behoorlijk ge
motiveerd gebeuren. Daarom heeft het college laten onderzoe
ken, in hoeverre er door hot geluid schade kan ontstaan. Het
heeft geluidsmetingen laten verrichten dicht bij een rolbaan
op een plaats waar de toestellen een draai naar het vlieg
veld maken en het grootste geluid produceren, en wel daar
waar dit de grootste hinder veroorzaakt, doordat er huizen
staan. Over een en ander is een kleine studie verschenen
met aanhalingen uit de internationale literatuur en enkele
grafieken. Toen gebleken was dat daar ter plaatse de grens
van het onschadelijke wordt overschreden, heeft spreker een
uitvoerig onderhoud hierover gehad met de minister van oorlog.
In Amerika worden apparaten gemaakt, die het geluid van de
straaljagers dempen of opvangen, maar die zijn alleen te ge
bruiken wanneer de toestellen stil staan en niet wanneer ze
taxiën. De minister staat geheel open voor het bezwaar van
het geluid.
Ter gelegenheid van het bezoek van generaal Norstadt,
de opvolger van generaal G-ünther, heeft spreker de zaak met
generaal Norstadt, de Amerikaanse commandant te Soesterberg
en minister Staf besproken. Er is op het ogenblik nog geen
oplossing voor, maar de zaak hoeft de volledige aandacht,
omdat men begrijpt dat hieraan wel iets gedaan moet worden.
De nabranders, d.w.z. de straaljagers die op een gegeven
moment extra kracht kunnen ontwikkelen door het inschakelen
van een zogenaamde nabrander, zijn in Soesterberg gestatio
neerd. Wanneer die worden ingesteld veroorzaakt het een vrij
rommelig geluid. De nabranders worden alleen bij het opstijgen
gebruikt. Verder mogen ze wel boven zee, maar niet boven land
worden gebruikt. Het is een geluid als van een knalpot in het
groot, dat niet is tc dempen.
Mevrouw POLET-Musler is blij, dat er zoveel aandacht
aan wordt besteed. Als wij niet protesteren, zo zegt zij,
wordt met onze bezwaren geen rekening gehouden.
De VOORZITTER zegt dat men er zowel in Den Haag als bij
de N.A.T.0. in Parijs van overtuigd is, dat hieraan iets
moet worden gedaan.
De heer GRIET vraagt of reeds overeenstemming is bereikt
over de grond van Insingcr aan de Wieksloterweg, die in
handen van de gemeente zou komen.
De VOORZITTER deelt mede, dat helaas te elfder ure een
kink in de kabel is gekomen. De moeilijkheid zit bij de fami
lie Insinger. Er is nog overleg gaande.
De heer BUTZELAAR verzoekt aanbrenging van een betere
verlichting in de bochten van de Birkstraat, daar de toe
stand in deze straat, vooral bij mist, levensgevaarlijk is.
- Voorts -