- - 12 juli 1957 - 92. dragen, zodat er - zonder de niet vermelde bijdrage van de vereniging zelf - een tekort blijft van 650,BMI stel len de raad voor een garantie te verlenen van ten hoogste 200,— in een eventueel tekort. De heer HILHORST vraagt, waarop de hoegrootheid van dit bedrag steunt. De wethouder VAN DE1I AREND wijst er op, dat de bij dragen van de door de voorzitter genoemde verenigingen ge middeld 200,— groot zijn en deelt mede, dat B&W hebben gemeend eenzelfde bedrag als garantie te moeten voorstel len. Het zou naar sprekers oordeel niet juist zijn het ge hele overgebleven tekort ad 650,-- voor rekening van de gemeente te nemen. De VOORZITTER zegt ervan uit te gaan dat de begro ting inderhaast is opgezet en niet volledig is. Er staan bij-voorbeeld geen bijdragen op van de A.B.I.B. en de C.B.T.B. De heer HILHORST onderstreept het grote belang van deze zaak, vooral voor de jongere bevolkingsgroep, een belang dat hoger staat dan dat van de sport. Hij had ge dacht dat de gemeente 500,-- zou garanderen. Daar eens in de vijf jaar een fokveedag wordt gehouden, zou dit neerkomen op slechts 100,-- per jaar. De heer BUTZELAAR sluit zich aan bij het gesprokene door de heer Hilhorst. Het gaat om een cultureel belang van groter waarde dan een sportevenement. Spreker stelt voor een subsidie van 500,-- toe te kennen. De wethouder VAN DEN AREND zegt dat ook het colle ge van het grote belang van een fokveedag overtuigd is, maar gezien de bestedingsbeperking niet verder meent te moeten gaan dan tot 200,Het gaat spreker wel wat te ver, wanneer de gemeente het tekort maar zou betalen, want daarop komt een subsidie van 500,praktisch neer. Altijd is het standpunt ingenomen, dat betrokkenen eerst moeten trachten zoveel mogelijk geld uit eigen kring bijeen te krijgen. Men zal dus moeten proberen zelf het ontbreken de bedrag van 450,-- bijeen te brengen of anders de uit gaven moeten beperken. De heer BUTZELAAR kan het standpunt van de wethouder niet delen. Hij acht het een Nederlands belang de jeugd rijp te maken voor de veefokkerij, opdat de achterstand ten opzichte van Denemarken kan worden ingehaald. Deze zaak is wel zo belangrijk als een gymnastiekvereniging. De wethouder VAN ZADELHOEE vraagt of de heer Hilhorst kan mededelen, hoeveel de niet in het adres genoemde organi saties zullen bijdragen. De heer HILHORST zegt daartoe niet in staat te zijn daar hij niet kan vooruitlopen op de bestuursbesluiten. Spreker acht de fokveedag in het belang niet slechts van betrokkenen, maar van de gehele gemeente. De bestedingsbeperking mag niet worden gebruikt om de vooruitstrevenheid van de inwoners af te remmen. Mevrouw POLET-MuslerDe bestedingsbeperking mag geen kapstok worden! De heer HILHORST? Inderdaad! Mevrouw LANDWEER-de Visser informeert naar de opbrengst van de entrees. De heer BUTZELAAR deelt mede, dat geen entree wordt geheven De VOORZITTER vraagt zich af of 200,— misschien iets te laag is, maar wijst er op, dat in de begroting geen bijdrage van stands-organisaties is opgenomen. - De -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen B&W Soest | 1957 | | pagina 184