- 19 december 1957 - 206. algemene beschouwingen reeds heeft gezegd - niet aan overbo dige luxe schuldig maken. Nu wil spreker het onderhoud van de voortuintjes door de gemeente geen overbodige luxe noemenmaar dit nadert toch wel de grens, waarbij men zich afvraagt, of men nog te maken heeft met noodzakelijke uitgaven. Zoals hij hedenochtend heeft gezegd, zal hij gaarne steunen een voorstel om het onderhoud der voortuinen door de bewoners zelf te laten geschieden. Het blijft niet bij de voortuintjes alleen; ook diverse zijtuinen worden door de gemeente onderhouden. En dan rijst toch de vraag, of dit nu niet te ver gaat. In de plantsoenen zit een element van recreatie. In de ver gelijking met andere gemeenten moet men ook betrekken hetgeen Soest aan bossen enz. reeds heeft. Amsterdam, dat voor recreatie het Amsterdamse Bos moet aanleggen, kan men niet vergelijken met Soest, dat reeds bossen heeft. Men praat over uitbreiding van Soest in een hoog tempo. Wanneer dit doorgaat, zal ook de post plantsoenen een zeer aanzienlijk bedrag vergen. Dit moet nu reeds in de beschouwingen worden betrokken. De wethouder VAN ZADELHOEE zegt, dat deze post natuurlijk iedereen verontrust. Men moet er echter ook niet te hoog tegen opzien. Deze post bestaat in feite uit de kosten voor planten- materiaal en loonkosten. De arbeiders van de plantsoenendienst kunnen rustig vaklieden worden genoemd, terwijl zij met volle liefde en ambitie hun werk verrichten. Een efficiency-onderzoek vindt spreker daarom niet nodig. Hij zou dit zelfs enigszins wantrouwend vinden ten opzichte van het personeel. Hij gelooft verder niet, dat Soest overdreven veel plantsoenen heeft. Men kan natuurlijk zeggen, dat "Braamhage" anders had kunnen worden opgelost, maar iedereen is over de huidige situatie enthousiast. De gemeente heeft zich ten aanzien van de plantsoenen overigens altijd beperkt. Spreker betwijfelt, of het raadzaam is zich in deze verdere beperkingen op te leggen. De heer ORANJE wil met nadruk en scherp stellen, dat zijn aandrang tot het instellen van een efficiency-onderzoek met wantrouwen ten opzichte van wie dan ook niets te maken heeft. Het is een kwestie van organisatie en van het redelijk inrich ten van de dienst. De heer HILHORST onderschrijft volledig hetgeen de heer Oranje over de snelle stijging van deze post heeft gezegd. Hij waarschuwt er echter tegen de bestaande plantsoenen te laten lijden onder het feit, dat in de omgeving bossen aanwezig zijn. Maar de toestand met de voortuintjes is absoluut fout. Daar zal zo spoedig mogelijk een einde aan moeten worden gemaakt. Men behoeft niet naar het buitenland te kijken om het overdreven te vinden, dat tot de voordeur het onderhoud van de tuinen door de gemeente geschiedt. Van het zelf verzorgen van de tuinen door de bewoners gaat bovendien iets goeds uit. Wanneer de ge meente de voortuintjes onderhoudt, wordt er anders mee omge sprongen dan wanneer de bewoners ze zelf moeten verzorgen, met als gevolgi meer werk voor de gemeente. De heer GRIET gelooft niet, dat Soest ten aanzien van de plantsoenen in luxe leeft, maar het onderhoud van de voortuin tjes door de gemeente vindt ook hij onjuist. Wanneer de 200 op de Eng te bouwen woningen van gemeenschappelijke voortuinen wor den voorzien, zal de onderhavige post weer met sprongen omhoog gaan. Ook bij de nieuwbouw op de Eng zal daar een plantsoen moeten worden aangelegd. Er is voor de plantsoenarbeiders werk volop, zodat niemand zal behoeven te worden ontslagen, wanneer de voortuintjes aan de bewoners in onderhoud worden gegeven. - Enkele -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen B&W Soest | 1957 | | pagina 412