- 22 maart 1 957 -
lening kan uitschrijven. Pogingen om tot een combinatie
met andere gemeenten te komen, zijn tot dusverre niet met
succes bekroond.
De heer ORANJE zou in de eerste plaats een princi
piële uitspraak willen uitlokken.
De VOORZITTER zegt dat daar geen bezwaar tegen is.
De heer PIEREN betreurt het, dat de wethouder van
onderwijs niet aanwezig is, die echter reeds enigszins
op de hoogte is van hetgeen spreker thans gaat zeggen en
waarop hij niet onmiddellijk een antwoord verwacht.
Hij wil, speciaal ten aanzien van Soesterberg, de
onderwijsproblemen onder de aandacht van het gemeentebe
stuur brengen.
Reeds begin 1956 werd bij de raad een verzoek inge
diend om tot het bouwen van een openbare kleuterschool over
te gaan. Hoewel de raad zich in principe daarvoor heeft
uitgesproken, zijn de raad tot heden geen plannen voorge
legd. De uitwerking van bouwplan, bestek enz. laten, naar
men spreker heeft medegedeeld, nog steeds op zich wachten.
Er schijnt zelfs een betreurenswaardige vertraging te zijn
opgetreden, doordat bepaalde tekeningen etc. ongeveer vijf
maanden op afwerking hebben gewacht. Spreker vraagt of
deze vertraging niet voorkomen had kunnen worden, zodat
in 1956 nog gelden voor de bouw van de kleuterschool be
schikbaar hadden kunnen worden gesteld.
In verband met de stijging van het aantal leerlingen
is het noodzakelijk de openbare lagere school in Soester-
ber uit te breiden met twee lokalen. Waarom laat de uit
werking van deze plannen zo lang op zich wachten?
Het ziet er naar uit, dat ook de verwezenlijking van
de plannen voor de bouw van een christelijke en van een
tweede rooms-katholieke school nog wel enige tijd op zich
zal laten wachten. Spreker dringt bij het college aan op
het voeren van een straffe politiek op het gebied van het
onderwijs. Er zijn in Soesterberg 525 jongens en 500
meisjes in de leeftijd van vijf tot vijfien jaar en de
huidige scholen zitten dan ook met grote moeilijkheden.
Kinderen moeten worden ondergebracht in noodlokalen met
alle daaraan verbonden bezwaren.
Het is allerbedroevendst dat in Nederland wat het
gewoon lager onderwijs betreft meer dan een derde van de
leerlingen is ondergebracht in klassen van meer dan veer
tig kinderen; 1Q$> zit in klassen van meer dan 45 leerlin
gen en ongeveer 170 klassen tellen meer dan 55 leerlingen,
In Soesterberg zijn geboren
van 1 oktober 1951 - 1 oktober 1952 128 kinderen;
van 1 1952 - 1 19 53 116
van 1 1953 - 1 1954 120
van 1 1954 - 1 1955 131
van 1 1955 - 1 1956 92
Daarnaast stijgt het aantal kinderen nog door de
uitbreiding van Soesterberg in verband met de woningbouw.
Het is noodzakelijk de toename van het aantal leerlingen
op de voet te volgen. Spreker is zich er volkomen van be
wust, dat de woningnood volksvijand nummer één is, maar
vooral mag ook niet uit het oog worden verloren, dat de
toestand van vele scholen en de aanbouw van nieuwe scholen
veel te wensen overlaten. Het onderwijs is altijd onder-
- we rp -