145. De heer Van Dek stelt voor het "besluit onder b genoemd aan te houden, opdat Burgemeester en Vethouders kunnen onderzoeken wien de woning liet meest noo&ig heeft Dit voorstel wordt in stemming gebracht en verworpen net 7 tegen 3 stemmen. Vóór het voorstel stemden de heeren Van Doorne, Van Dek en de honing. Zonder hoofdelijke stemming wordt daarna het voorstel van Burgemeester en Wethouders aangenomen. De heer Scheffer merkt naar aanleiding van het onder a ge noemd besluit nog op dat volgens de voorwaarde sub 5 de erfpach ter verplicht is te allen ti.jde gedeelten van den afgestanen grond, welke de gemeente voor wegen of verbreeding daarvan noo- dig heeft, ter beschikking van de gemeente te stellen, zonder dat daarvoor eenige vergoeding gegeven wordt. Spreker wijst er op dat de gemeente den grond ook voor andere doeleinden noodig kan hebben, en zou daaromtrent een en ander geregeld willen zien. De Voorzitter antwoordt dat de erfpachtsvoorwaarden daarom trent regelingen bevatten. Zonder hoofdelijke stemming worden daarna, de onder a en c. genoemde besluiten ook aangenomen. 137.HIHDER® 3e afd.no.8-1-11) Vaststelling van een verordening, houdende aanwijzing van een gedeelte der g eme ent e, best emd voor het oprichten van inrichtingen ingevolge de Hinderwet, zulks naar aanleiding van een ingekomen verzoek van J.Kets alhier. J" .met s te Soest vraagt om in afwijking van de door den Daad dd. 31 Juli 1922 vastgestelde verordening, houdende aanwijzing van een gedeelte der gemeente Soest bestemd voor het oprichten, hebben of gebruiken van eenige inrichtingen, vallende onder de Hinderwetaan den Korte Brinkweg een timmerfabriek (met zagerij) te mogen oprichten. Gezien de groote belangen, welke voor adres sant op het spel staan, wil het Burgemeester en Wethouders voor komen dat er termen zijn om het verzoek in te willigen. In verband hiermede stellen Burgemeester en Wethouders voor be doelde verordening van 31 Juli 1922 in te trekken en een nieuwe verordening vast te stellen, waarbij dan het bedoelde gedeelte van den Korte Brinkweg van het in de verordening bedoelde verbod wordt uitgezonderd. Do heer De Koning zou gaarne zien, dat in de verordening pre cies aangegeven werd het deel der gemeente, dat bestemd is als indust r i ewij k De Voorzitter mérkt op dat gesproken wordt over de kom dei" ge meente, en deze is omschreven in de Politieverordening. De heer De Koning geeft dit wel toe, doch Spreker zou het wenschelijker vinden dat vastgesteld werd wat industrieterrein is. De Voorzitter antwoordt dat een en ander vast komt te staan bij vaststelling van het uitbreidingsplan. De heer Van Doorne informeert hoe het komt dat aan den Korte Brinkweg nog andere dergelijke inrichtingen staan zonder dat ontheffing is verleend. De Voorzitter weet niet hoe zulks komt. Juist in verband daar mede wordt ook wijziging der verordening voorgesteld. De heer Van Eek wenscht dat bij de vergunning bepaald wordt hoe laat in het bedrijf met den arbeid begonnen en geëindigd wordt De heer De Koning zegt dat de Arbeidswet toch een en.'ander re gelt De Voorzitter zal het door den heer Van Eek gesprokene in over weging nemen. Zonder hoofdelijke stemming wordt daarna het voorstel van Bur gemeester en Wethouders aangenomen. 138»EIGEiTDOJMEH3e afd.no.5-3-21) Vaststelling van een besluit tot in schenking aanvaarden van grond van Jac.van Klooster alhier, met nader voorstel van Burge meester en Wethouders. Bur-

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1927 | | pagina 320