-— 2 IToveaber 1-9-27194.
verdedigd. Haar wat dan? Ja,Mijnheer de Voorzitter ,wat dan?
Laat ik direct zoggen dat ook ik gvon oplossing weetaie
rooht doet aan allen. In do gegeven orastandi ghoden is dat ook
nist mogelijk,want de fout schuilt in het verleden en wij
leven in het heden. De oplossing door den vorigen Raad in be
ginsel gebrachtschijnt niet voor vervezeiij hing vatbaar. Het
schrijven van "Jw rechtskundig adviseur ,die, aangezocht on
onze verdediger te zijn bij do Kroon, beleefd verzocht van
deze opdracht te worden ontheven,en aanraadt om hot oen
ambtenaar te laten doen.spreekt boekdeelen. Ik geloof daarom,
dat een besluit, om do uitspraak van de Kroon af te wachten,
uitstel van executie zou zijn, Lr moot dus wat anders ge
beuren. 3n dan geloof ik, dat vrij j.n principe terug moeten
naar het voorstel van Juni j.1. Zeker, de bezwaren,die toen
werden ingebracht kunnen ook nu niet geheel worden onder
vangen. He factor moot worden verhoogdmaar voor verreweg
do meeste belastinbetalers is dit maar oon man ot uirrc .Zij
krijgen meer terug dan zij te betalen hebben on wat de be
lastingbetalers betreft die na 1925 zijn binnengekomenhelaas
voor hen wordt dan do belastingschroef dit jaar aangeknopen,
maar dit is ook hot goval geweest bij allen dio hot voor
recht hadden in do jaren 1923 en 1924 in dc Inkomstenbe
lasting in Soest te zijn aangeslagen. Bovendien, de Inkomsten
belasting is in elk geval het meest nabijkomend aan een be
lasting naar draagkrachten wanneer het dan voorts mogelijk
zou zijn dc factor niet met 0,3 maar met 0,2 te verhoogen met
het vaste voornomen om van alle kanten mee te werken dat de
factor in volgende jaren met 1,9 zijn hoogste punt heeft be
haald, dan geloof ik dat een oplossing wordt verkregen,dis
praotisoh mag worden aanvaard
Ln dat dit mogelijk is blijkt uit de officieele gegevens die
ter inzage hebben gelegen.
Be meer-opbrengst van de Inkomstenbelasting 1926/1927 blijkt
f 11,700,-. Het te dekken administratief tekort wordt dus
f 32.200,-. 2/l0 verhooging van den factor zal opbrengen
f27..450,- blijft over f 4.750,- ,dat door het geraamd batig
saldo ovVï- 1926/1927 der gewone middelen a.d f.5800,- ruimschoot
zal zijn gedekt.
Ik maak hiervan een voorstel, Mijnheer de Voorzitter, en
beveel dit voorstel in de warme belangstelling van den Raad aan
Be heer den Bliek geeft vervolgens nog enkele becijferingen,
waaruit blijkt dat het heffen van Vermogensbelasting voor die
belastingschuldigen bezwarender is dan bij heffing eenor in
komstenbelasting naar een factor door hem voorgesteld.
Be "Voorzitter zegt dat de Ka ad niet kan besluiten om den
eenmaal vastgestelden factor te wijzigen.
Be heer den Bliek zegt dat de zaak dan een andere beteolconis
krijgt. In elk geval kan men dan wachten op de uitspraak van
de Kroon op het beroep van den Raad. In beginsel is de factor
vastgesteld op 1,9. Wordt een en ander echter niet goedge
keurd ,dan is men vanzelf aangewezen op een anderen factor.
Ged.Sts.ten zullen een factor-verhooging immers moeten toe
staan
Be heer Grootewal spreekt daarna, als volgt:
In verband met het voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot verhooging van de opcenten op de personeele-belastingin
in verband met de wijziging op de Wet der personeelebelasting
bij de V/et van 28 Bec.1926 (St.bl.432) ben ik ervan over
tuigd,dat genoemde wijziging geen nadeel doch mogelijk zelfs
voordeel zal opleveren.
Gezien de groei van onze gemeente na 1918 zijn de meeste
perceel en, al thans te Soesterberg, na die# gebouwd en de Iiuur-
waarden van die perceelen geschat op huurwaarden op de basis
van de door de huurcommissiën vastgestelde huurprijzen.
Bi^ Min. His. van 27 September 1927 Ho. 49 heeft de Minister
van financiën bepaald, dat bovengenoemde voorschriften in
gaande 1 Januari 1928 moeten vervallen worden beschouwd.