29 Mei 1929--- 145.
Wethouder End end ijl: antwoordt dat hem hieromtrent niets bekend
is; van 3. en V, is niets uitgegaan.
De heer van Doorne zegt dat no.1 hem dit zelf verteld heeft.
De heer Grootewal wil de beste onderwijzeres benoemen aio; te
vinden is. Het spijt Spreker dat over deze benoeming gesproken wordt
JJ Spreker is er persoonlijk niet zoo van overtuigd dat de akte Eransch
I een rol moet spelen. Het heeft hem sterk verwonderd dat Mej.Koopmans
I niet als no.2 op de voordracht staat. Spreker is van oordeel dat hef
I niet op den weg der leden ligt om bepaalde candidaten naar voren te
I trengen, daar ieder naar eer en geweten dient te stemmen. Spreker
I is echter van oordeel dat MejKoopmans zeer zeker geen ramp voor
Soesterberg zal zijn.
De heer van Klooster merkt op dat Mej.Koopmans door denzelfden
Inspecteur van het ^ager Onderwijs als no.1 ter benoeming van een
onderwijzeres te Hamers veld is geplaatst.
De heerr de ^ruijn zegt dat zulks zeer wel mogelijk kan zijn
indien er geen betere sollicitanten voor die betrekking zijn.
De heer Busch adviseert, waar men nu weet dat Mej.Koopmans
Igeen ramp voor Soesterberg zou zijn, op nr. 3 te stemmen, en wel
I uit humaniteit voor den betrokkene.
Hierna wordt tot stemming overgegaan. Uitgebracht werden 10
stemmen op Mej. A.O.Koopmans en 3 stemmen op Mej .K.23.H.de Steur,
zoodat Mej.Koopmans is benoemd.
De heeren den Bliek en Grootewal vormden op verzoek van den
Voorzitter het stembureau.
De Voorzitter schorst hierna de vergadering, teneinde de haads-
leden in de gelegenheid te stellen thee te drinken.
Ha heropening door den Voorzitter doelt Wethouder Endendijk
mede dat de Minister van Onderwijs bij toepassing van art.56 lid 2
der Lager Onderwijswet 1920 - welk geval hier aanwezig is - de be
noeming eischt van een vaste onderwijzeres, hetgeen in de meeste
gevallen praktisch onmogelijk is. Om geen moeilijkheden "te krij-gerty—
geeft Spreker in overweging te besluiten dat de benoeming van Mej
Koopmans, die thans tijdelijk werkzaam is, geaoht wordt te zijn in
gegaan op 1 April 1929.
Zonder hoofdelijke stemming wordt aldus besloten.
2-.Bj.AHDW.lEn.- COMPTABILITEIT, (le afd. nr. 328 en 4e afd .nr. 21/6
Behandeling van aen voorstel van B. en W. tot aankoop van een
automobiel-brandspuit voor Soest en voorziening Brandweermateriaal
voor Soesterberg, met crêdietaanvrage en wijziging der gemeentebe-
i grooting 1929.
Burgemeester en Wethouders stellen voor te besluiten:
l.bij de firma J. en H.W.van der Ploeg te Apeldoorn aan te koopen
een automobiel-brandspuit, mark Eord 1928, met een capaciteit van
1150 Liter per minuut, zooals de-ze automobiel-brandspuit in de
desbetreffende offerte met wijzigingen van genoemde firma nader
wordt aangegeven, voor een bedrag van f 4750,- zulks tegen inrui
ling van de tegenwoordige motorspuit voor c-en som van f 1000,-;
I 2.over te gaan tot het grondig laten nazien en zoonoociig herstellen
van dan manschappenwagenom dien wagen te bestemmen voor Soester
berg;
3.tot den bouw van een garage te Soesterberg ten behoeve van meerge
noemd en mans chappenwagen
Met het laten nazien en zoonoodig herstellen van den manschap
penwagen, alsmede het bouwen van een garage zou een bedrag van
f 1250,- zijn gemoeid.
B. en Al. verzoeken voor de hierboven omschreven doeleinden een
crediet