23 Juni 1930 97- groot is om de gemeente op kosten te jagen» De heer Busch zegt dat die eigenaar wel medewerking heeft verleend tot het behouden van den "Windhond". Ten aanzien van den molen "De Vlijt" zegt Spreker, dat de eigenaar geen bezwaren heeft tegen een eeuwigdurend servituut. De onderhandelingen hebban echter niet zoodanig plaats gehad dat er een concreet voorstel is» De Voorzitter zegt dat slechts een beginselbesluit van den Raad gevraagd wordt. Er zullen nog nadere onderhandelingen moeten worden gevoerd. B. en W. stellen voor in beginsel te besluiten tot toekenning van een bedrag van 1000,= en benoeming van een com missie De heer Busch vraagt of de heer Doorman geen lid is van de Vereeniging "De Hollandsche Molen". De heer Doorman betoogt dat hij destijds in overleg met het bestuur der Vereeniging "De Hollandsche Molen" wel degelijk moei te gedaan heeft om den molen "De Wirmond" te behouden, doch een en ander stuitte af op onoverkomelijke bezwaren. De eigenaar wilcfe wel tot verkoop van den molen overgaan, alleen wanneer deze niet als korenmolen zou blijven bestaan. De Vereeniging "De Hollandste Molen" kon echter geen dood monument aankoopen» Spreker is het niet eens met den heer Gasille, daar de molen van alle kanten te bezien is, en een sieraad is voor het landschap. Een eeuwigdurend servituut acht Spreker te veel gevergd, daar men niet weet hoe de techniek voortschrijdt. Spreker heeft den indruk, dat men van par ticuliere zijde ook wel wil medewerken tot behoud van den molen. De heer Hilhorst zegt zijne medewerking om 1000,= te ver- leenen, niet te kunnen geven, daar de molen naar zijn oordeel geei historische waarde heeft. De molen is slechts vanaf enkele punten zichtbaar. Bovendien zal het onderhoud ook veel geld kosten. De heer Doorman merkt op dat de eigenaar bereid is het onder houd voor zijn rekening te nemen. De heer Hilhorst veronderstelt dat het onderhoud voor de eerste 15 jaren ten laste van den eigenaar zal komen, doch in de toekomst zal het toch voor rekening der gemeente komen. De heer Busch zegt dat hij voor de toekomst wel eenige waarde ziet in het behoud van den molen. Dus uit cultureel oogpunt is Spreker wel vóór het voorstel. Het voorstel wordt hierna in stemming gebracht. De stemmen staken met 6-6, zoodat in de volgende vergadering opnieuw over het voorstel gestemd zal moeten worden. Vóór het voorstel stemden de heeren Grootewal, Doorman, Busch, Endendijk, Koenders en de Bruijn, en tegen Mevrouw Landweer - de Visser en de heeren Gasille, Hilhorst, Pronk, van Klooster en van den Breemer. 121 .WEGEN. (1e afd.nr. 1405) Opnieuw behandeling van een adres van bewoners van perceelen gelegen aan den Kampweg, verzoekende afdoende verbetering van dioi weg. Burgemeester en Wethouders stellen voor adressanten te be richten overeenkomstig het medegedeelde in hun voorstel dd» 10 Juni 1930, nr. 1405. De heer Grootewal betoogt dat de wegen over t algemeen te Soest zeer slecht zijn. Ook te Soesterberg heeft men slechte wegai Be Kampweg is buitengewoon slecht. Door het aanbrengen van eenige ^erbeteringen is die weg nog slechter geworden; de toestand van ben weg is meer dan treurig» Daarom begrijpt Spreker niet dat en W. de brutaliteit bezitten om t.e zeggen dat de weg niet zoo slecht is.Spreker had verwacht dat B. en W. zouden erkennen dat ie weg slecht was, doch dat er geen gelden voor verbetering waren. en W. hadden maar niet zonder meer mogen verkondigen dat die Weg niet zoo slecht is, terwijl zij de bewoners niet met een kluitje in

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1930 | | pagina 230