30 December 1930^26
De Voorzitter deelt mede dat bij brieven van 24 en 27
December J 1door den heer Gasille eenige vragen zijn inge
diend, welke vragen echter naar Sprekers oordeel geen belang
hebben bij do voorloopige vaststelling der gemeenterekening.
Spreker zegt dat hij deze vragen wel kortweg kan beantwoorden,
tenzij de heer Gasille schriftelijke beantwoording wenscht.
De heer Gasille deelt mede geen bezwaren tegen de voor
loopige vaststelling der gemeente rekening te hebben, indien
hij een antwoord mag ontvangen op zijne vragen. Zoo zou Spre
ker naar aanleiding van zijn eerste vraag gaarne vernemen hoe
veel het aanleggen en verharden van den hoofdweg en de andere
wegen cp de gronden van de N.V.Maatschappij de Heidebloesem in
de afgeloopen tien jaren aan de gemeente werkelijk heeft gekost
en hoeveel daarvan door de Heidebloesem is gestort; voorts of
de aanleg en verharding dier wegen thans is voltooid, c.q.wat
daarvan nog moet worden verricht.
Wethouder Koenders zegt dat de afrekening nog niet heeft
plaats gehad»
De Voorzitter licht nog toe dat de afrekening begin vol
gend jaar wordt opgemaakt.
De heer Gasille vraagt of hij dan zijn vraag zoo spoedig
mogelijk beantwoord kan krijgen, waarop de Voorzitter een be
vestigend antwoord geeft.
Hierna wordt in behandeling gebracht de tweede vraag van
den heer Gasille, n.1. om welke redenen en door welke oorzaken
ovcrschrijding van de aanneemsom der verbouwing enz. van de
gebouwen voor de brandweer en openbare werken aan den lange
Brinkweg met plm. 936,68 heeft plaats gehad, en waarom de
boete voor te late oplevering van het werk, ingevolge de voor
waarden, van plm. 900,= niet door den aannemer is betaald.
De Voorzitter zegt dat de credieten 1929 niet zijn over
schreden. De restant-credieten zijn naar 1930 overgeschreven,
terwijl de credieten op dien dienst zijn overschreden. Een
nadere toelichting op de overschrijding zal worden gegeven.
De heer Gasille merkt op dat hij dus later zijn vraag
beantwoord krijgt.
De Voorzitter antwoordt bevestigend.
De heer Gasille vraagt voorts waaraan het is te wijten,
dat de aanneemsom van den bouw der 0.1. School te Soesterberg
ad 29475,= in werkelijkheid met plm. 3000,= is overschreden
Voorts wordt volgens het schrijven van den heer Gasille ge
vraagd waarom het afbreken van de bestaande schuur, bergplaats
en cellen, en het maken van een nieuwe schuur, cellen enz,
waarvan de kosten 1766,95 bedroegen, bij den bouw der 0.1.
Schooft is uitgevoerd, en waarom de kosten daarvan zijn toege
voegd geworden bij de rekening voor dien schoolbouw. In werke
lijkheid betrof het hier het gebogwtje voor de brandweer, daar
er geen schuur was.
De Voorzitter zegt dat de overschrijding van den hier be
doelden post bij begrootingswijziging op den dienst 1930 nader
zal worden Toegelicht.
De heer Gasille vraagt voorts ten aanzien van post 511B,
aan welke personen het bedrag ad 1022,= is terugbetaald ge
worden, en hoe zulk een verkeerde berekening is mogelijk ge
weest
De Voorzitter antwoordt dat deze terugbetaling is geschied
aan