28 September 1932 131
c.Vragen van het raadslid J.Nooder betreffende het wegenfonds
met beantwoording van Burgemeester en Wethouders. (No.2631)»
De heer Nooder zegt dat in het antwoord van B. en W. nog
niet de weg is aangewezen om te komen tot het betalen eener
bijdrage door de eigenaren van de z.g.weekend-huisjes in de
kosten van wegaanleg.
In dit verband vraagt Spreker, of het oogenblik nog ver verwij
derd is dat voorstellen zullen worden gedaan met betrekking tot
de invoering eener Baatbelasting. Bij de thans bestaande rege
ling zijn er vele wegen, welke niet verhard zijn, omdat voor den
aanleg nog geen voldoende gelden gestort zijn, terwijl hierbij
komt, dat de eigenaren der weekend-huisjes thans geen bedrag in
het Wegenfonds behoeven te storten, al hoewel de terreinen,
waarop die huisjes gesticht worden, een groote straatlengte be
slaan. Daardoor wordt het vrijwel uitgesloten, dat die wegen
binnen afzienbaren tijd verhard worden. Naar Sprekers oordeel
moet ook in deze gevallen door de eigenaren het volle pond ten
behoeve van het wegenfonds worden betaald.
De Voorzitter deelt mede, dat wel zeer spoedig voorstellen
van B. en W. zijn te verwachten inzake het invoeren eener Baat
belasting. Deze zaak heeft Sprekers veile aandacht. Spreker
zegt voorts dat B. en W. rekening zullen houden met de opmerking
van den heer Nooder met betrekking tot het storten van gelden
in het Wegenfonds door de eigenaren van de weekend-huisjes.Deze
geheele kwestie kan worden opgelost bij de in te voeren Baatbe
lasting.
De heer Grootewal zegt dat hier de belofte wel wordt gedaan
dat deze aangelegenheid spoedig aan de orde wordt gesteld,doch
Spreker vindt de vragen van den heer Nooder wel zeer urgent
daar de mogelijkheid toch immers bestaat dat elk oogenblik een
aanvrage kan inkomen tot plaatsing van een weekend-huisje.Hoe
denken B. en W. dan te handelen, vraagt Spreker.De vraag rijst
dan of door den eigenaar in het wegenfonds een bepaald bedrag
gestort moet worden, waardoor men de kans beloopt dat dan geen
enkel weekend-huisje meer geplaatst wordt, omdat men dan Soest
niet als tijdelijke woonplaats zal kiezen.Stort belanghebbende
daarentegen wel het verschuldigde bedrag, dan zal toch binnen
afzienbaren tijd geen verharding worden aangebracht. Het betreft
hier een aangelegenheid welke zeer spoedig onder oogen moet
worden gezien.
De Voorzitter zegt dat hij op 't oogenblik hieromtrent niets
kan zeggen. Spreker, die evenwel van een en ander nota zal ne
men, zegt dat deze zaak bij de behandeling van de voorstellen
tot invoering eener Baatbelasting aan de orde gesteld zal worden
daar deze kwesties met elkander verband houden.
d.Verzoek om subsidie voor het jaar 1933 van de Vereeniging "Het
Melkcontrölestation Utrecht" met voorstel als onder a^ (No.818).
Zal bij de begrooting 1933 behandeld worden.
e.Goedgekeurde besluiten tot het aangaan van een leening, tot het
doen van onderhandsche aanbesteding, tot belegging van gelden,
tot vaststelling van de afschrijvingspercentages voor het gas
bedrijf en tot wijziging van de gasbedrijfsbegrooting en de ge-
meent ebegrooting 1932.(9 stuks) (Nrs.2425, 2116,2330,2609,21 en
23).
Worden voor kennisgeving aangenomen.
f.Rekening van het R.K.Fanfarecorps "St.Joseph" te Soesterberg.
(No. 1600).
Wordt voor kennisgeving aangenomen.