7 April 1932 45.
De heer Grootewal wijst er op, dat eenogen tijd geleden
door eenige raadsleden aan den Burgemeester entre nous is
gevraagd, of deze bezwaar zou hebben tegen het houden van een
lunapark of kermis. De opbrengst zou worden bestemd voor het
vormen van een fonds tot het verkrijgen, inrichten en exploi-
teeren van een algemeen sportpark te Soesterberg, het aan
brengen van noodzakelijke verbeteringen en herstellingeh aan
het thans in gebruik zijnde tijdelijke voetbal-en athletiek-
terrein, terwijl een bedrag van 500,= terbeschikking gesteld
zou worden van het plaatselijk crisis-comité. Het particulier
initiatief te Soesterberg wil een sportpark oprichten, en om
aan de middelen te komen, zou bedoeld feest worden gehouden.
Spreker zegt voorts, dat een dergelijk feest nog meerdere
voordeelen oplevert. Er zijn werkkrachten noodig, terwijl ook
de neringdoenden van een feest voordeelen zullen trekken. De
beoefening der sport moet ernstig onder oogen worden gezien,
en hier wordt opbouwend werk verricht, hetwelk gesteund dient
te worden. De Burgemeester heeft oorspronkelijk toestemming
gegeven voor het houden van dit feest; daarna heeft het comité
de voorstellen uitgewerkt, waarna de Burgemeester zich ook
weer in principe met het feest ken vereenigen, hetgeen door
hem schriftelijk is bevestigd. De Burgemeester deelde zelfs
mede, er geen enkel bezwaar tegen te hebben om het woord
"kermis" te gebruiken. Daarna is de Burgemeester bewerkt door
een kleine minderheid, die meent dat het geen tijd is om feest
te vieren. Het gevolg hiervan is, dat het comité niet met hare
werkzaamheden kan voortgaan, de neringdoenden geen geldelijk
voordeel zullen hebben en het crisiscomité' ook niet de 500,=
zal ontvangen. Spreker is het met den heer Gasille eens, dat het
in het belang der gemeente is, dat de Burgemeester alsnog van
idee verandert»
De heer Nooder zegt dat hem de manier, waarop deze zaak
door den Burgemeester is behandeld, tegen den borst stuit. De
Burgemeester heeft het advies van de leden van het crisis
comité te Soesterberg gevraagd. Eén lid was afwezig, en het
andere lid was tegen feestviering, pn daarop is de Burgemees
ter ingegaan. Waar er een groote meerderheid te Soesterberg
voor feestviering is, kan Spreker niet inzien, dat een derge
lijk lunapark «oet worden geweigerd. Spreker zal er maar niet
meer van zeggen, daar hij anders in grofheden zou moeten over
gaan.
De heer Endendijk zegt dat niemand van hem zal verwach
ten, dat hij voor het houden van een kermis is. Spreker kan
zich wel vereenigen met het doel om te streven naar de tot-
standkoming van een sportpark, doch hij kan zich niet vereeni
gen met de middelen, welke voor dat doel aangewend worden.Be
halve een principieel tegenstander van een kermis, meent Spre
ker, dat ook de tijdsomstandigheden zich er niet voor leenen
om een dergelijk feest te houden.Dat zou een ironie zijn.
De heer Busch, die zegt dat" het hier geen eigenlijke
kermis is, wijst er op, dat het feest slechts is een middel
om tot het doel te geraken. Het is een uiterst middel om het
particulier initiatief te steunen. Anders rust op de Overheid
de verplichting om steun te verleenen. Van ironie kan hier
geen sprake zijn, daar waarschijnlijk bij het feest geen wan-