28 December 1933 316. dat men niet het volle vertrouwen in den heer Nooder en in hem stelt, hetgeen tot uiting komt bij de benoeming van leden voor de onderscheidene commissiën. De heer Nooder en Spreker wor den steeds in de commissiën geweerd. Spreker hoopt dat de heer Nooder en hij in de toekomst ook eens plaats krijgen in de commissiën, teneinde niet alleen het belang der arbeiders, doch ook het gemeentebelang te kunnen behartigen. De Voorzitter deelt hierna namens B. en W. mede, dat het hem genoegen doet dat deze begrooting zoo kloppend aangeboden kon worden, en dat pijnlijke verrassingen zijn uitgebleven. Spreker dankt den Raad dan ook zeer voor de waardeerende woorden. Er blijven natuurlijk nog altijd wenschen over. Naar aanleiding van de gemaakte opmerkingen, zegt Spreker dat een begrooting altijd een min of meer huishoudelijk karakter draagt. Alleen op den kapitaaldienst komen uitgaven voor, waar voor geleend mag worden. Er zullen echter in den loop van het nieuwe jaar nog wel eênige credieten gevraagd worden, voor de uitvoering van noodzakelijke groote werken. De posten "subsi die aan Maatschappelijk Hulpbetoon" en "steunverleening aan werkloozen" zijn oogenschijnlijk wel wat laag geraamd, doch de raming is bij de opstelling der begrooting geschied tot het bedrag dat in vorige jaren werd uitgegeven. Dat in 1933 een hooger bedrag door Maatschappelijk Hulpbetoon is uitgegeven, kwam door de tijdelijke stopzetting der werkverschaffing en steunregeling. Spreker zegt voorts dat een zuinig beheer ge boden blijft, waartoe B. en W. de volle medewerking van den Raad inroepen. De post "onvoorzien" is niet groot, hetgeen voor het gemeentebestuur een prikkel is om een zoo zuinig mogelijk beheer te voeren. De reorganisatie van den Dienst openbare Werken hangt natuurlijk vaneen nieuwen wethouder af, die zich in deze zaak moet inwerken. Het spijt B. en W. dat thans weer de wethoudersverkiezing naar voren is gebracht. De verklaring, welke destijds door de commissie van onderzoek is uitgesproken, zegt zoo weinig. In de conclusie worden alleen de grondslagen naar voren gebracht en werd alleen maar de wenschelijkheid ge uit, dat de heer van Klooster geen zitting zou nemen als wet houder. Spreker meent dat de Raad maar eens moet afwachten,en dan zal blijken dat het werk van den nieuwen Wethouder de vol le sympathie van den Raad zal hebben. Ook ten opzichte van een anderen Wethouder is destijds een en ander beweerd, doch Spre ker vraagt wat toch door dezen wethouder is gedaan, dat hem 2 jaar geleden geen vertrouwen kon worden geschonken, daar door dien persoon ook veel goed werk is verricht. Spreker vreest niet dat in de toekomst excessen zullen plaats hebben.De heer Endendijk heeft den heer Gasille reeds gewezen op de oor zaken van de hoogere ramingen der belastingposten en de lagere raming der schoolgelden, zoodat Spreker daaromtrent geen nadere verklaring meer behoeft te geven. Onze gemeente behoeft niet zoo spoedig angstig te zijn voor hare financieele uitkomsten. Het belastbaar inkomen neemt steeds toe door de uitbreiding der bevolking met personen, die een vast inkomen hebben, en waarop staat is te maken. Het is beter dat men een gemeente heeft met kleine vaste inkomens, dan een groote gemeente,welke rijk

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1933 | | pagina 636