11 October 19}4 215-
lichting in de gemeente zijn, zullen ex bij invoering van de
natrium-verlichting voor een klein gedeelte van den hoofdweg,
nog veel meer klachten over de verlichting langs de andere we
gen ingediend worden. Spreker vindt het dan ook buitengewoon
gevaarlijk om het voorstel van B. en Wte aanvaarden en wenscht
een nader onderzode naar de totale kosten voor een betere ver
lichting van de geheele gemeente.
De heer de nruijn, die zich met de naar voren gebrachte be
zwaren volkomen kan vereenigen, zegt dat het hem bekend is, dat
de winkelstraten van een natrium-verlichting meer schade dan
voordeel zullen ondervinden. Door de natriumverlichting wordt
het effect benomen van de verlichting in de etalage's. Spreker
wil mitsdien deze proef niet nemen. Het doorgaand verkeer is
alleen met die verlichting gebaat, en niet de aanwonenden.
De heer van Duren meent dat het thans geen tijd is om een
dergelijke uitgaaf te doen, zoodat hij tegen het voorstel van
B. en V/. is.
De heer de Nies brengt in herinnering dat hij destijds aange
drongen heeft om een proef met deze verlichting te nemen op de
Kerkstraat«achter de kerk, en op de Birkstraat, omdat de verlioh-
ting daar minder goed is dan op het door B. en W. voorgestelde
weggedeelte. Maar aangezien de vereeniging "Soest Zuid" gewezen
heeft op de slechte verlichting langs vele andere wegen, vindt
Spreker het in de gegeven omstandigheden beter andere punten der
gemeente van een betere verlichting te voorzien met het voorge
stelde crediet. Alsdan zal men ook een betere gelijkheid van
verlichting verkrijgen.
De Voorzitter wijst erop dat uit de overgelegde stukken
blijkt dat er een subsidiair voorstel is om een crediet van
807,45 toe te staan voor een andere betere verlichting met
z,g. Decalumenlampen. Op deze wijze zou dus ook een betere ver
lichting tot stand gebracht kunnen worden. Spreker zou echter
liever een proef willen nemen met natriumverlichting voor de
drukste verkeerswegen, en wanneer die proef goed slaagt zou
Spreker met die verliohting willen voortgaan. De verlichting
moet verbeterd worden en dan moet men beginnen met den kop, en
dat is het door B» en W, voorgestelde weggedeelte.
De heer Grootewal is het niet met den Voorzitter eens, daar
men dan met den staart zou beginnen inplaats van met den kop.Men
moet eerst nagaan op welke wijze de gemeente beter kan worden
verlicht, waarvoor een plan met kostenberekening dient te worden
opgemaakt. Bij aanneming en uitvoering van een dergelijk plan
moeten de kosten over een aantal jaren worden verdeeld. Men weet
dan van te voren wat alles kost. Het thans aangeboden voorstel
van B. en W. is een klap in de lucht en veel te voorbarig. Men
weet er de draagwijdte niet van.
De Voorzitter merkt op datïhet Hart reeds een betere ver
lichting is aangebracht, en dat men zoo kan voortgaan.
De heer Gasille meent ook dat het nu nog geen tijd is om
een aanvang te maken met kostbare verlichtingen. Men moet een
plan en berekening hebben voor de geheele gemeente, zooals door
den heer Grootewal naar voren is gebracht.
Wethouder van Klooster zegt dat het steeds een open vraag
zal zijn waarmede men met een uitbreiding moet beginnen.
De