11 October 1934 226 Zonder hoofdelijke rekening wordt besloten wel in beroep te gaan. 249.COMPTABILITEIT. (4e afd. no. 3732). Alsnu stelt de Voorzitter voor aan de Bouwvereeniging "Goed Wonen" te Soest per 23 Nov. 1934 te verstrekken een geld» leening groot 107.155,17 tegen den parikoers en een rente van 4per jaar,onder meer onder voorwaarde van hypothecair verband op de in de gemeente Soest gelegen onroerende goederen. Genoemde Bouwvereeniging heeft thans een geldleening loopende met het Al gemeen Burgerlijk Pensioenfonds tegen een rente van 4-f- en de ze leening is telken jare op 23 november vervroegd aflosbaar zonder boetebetaling, mits opzegging tijdig plaats heeft. De heer Gasille merkt op dat de waarde der onroerende goede ren wel geschat mag worden. De Voorzitter zegt dat de gemeente toch voor de volle 100$ garant is. De zekerheid wordt nu nog meer daar de gemeente er een eerste hypotheek bij yerkrijgt. De heer Stroband vraagt of het zeker is dat de gemeente een 1e hypotheek verkrijgt, waarop de Voorzitter een bevestigend ant woord geeft. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna het voorstel van B» en W, aangenomen. 250.WEGED (1e afd.no. 3506). Voorstel vai Burgemeester en Wethouders inzake verbetering van het wandelpad langs de Soesterbergschestraat Burgemeester en Wethouders stellen voor het vrijkomende ver hardingsmateriaal uit het thans aanwezig zijnde rijwielpad te brengen op het wandelpad aan de andere zijde der Soesterbergsche straat, welk pad zich in een minder goeden toestand bevindt. De verharding van bedoeld wandelpad zal 2000,= moeten kosten en de aannemer Zanen is bereid dit werk voor genoemd bedrag uit te voe ren. B. en W. verzoeken dit bedrag toe te staan. De Voorzitter deelt mede dat de gemeente van deze kosten kan afkomen, indien de Raad behoudens goedkeuring van Gedeputeerde Staten besluit om het nog te maken beton-rijwielpad niet aan te leggen aan de Westzijde der Soesterbergschestraat, doch aan de Oostzijde dier straat. Het bestaande rijwielpad kan alsdan be stemd worden tot wandelpad. De heer van den Breemer kan zich met het laatste voorstel zeer goed vereenigen. Door den aanleg van het beton-rijwielpad aan de andere zijde wordt een belangrijke besparing van kosten verkregen. Het bestaande rijwielpad, alsdan te bestemmen tot wan delpad, kan met zeer geringe kosten onderhouden worden, terwijl grondverzetting enz. niet behoeft plaats te hebben. De heer de Bruijn wil niet afwijken van het bestek. Spreker wil de verbetering van het wandelpad in eigen beheer als object voor de werkverschaffing uitvoeren, en dus niet de werkzaamheden opdragen aan den aannemer Zanen voor 2000,=. /De heer Grootewal merkt ook nog op dat, wanneer het tegen woordige rijwielpad bestemd wordt tot wandelpad, er zeer weinig werk zal zijn te verrichten. Het is alleen de vraag of de aanne mer bereid is zonder verhooging van kosten het beton-rijwielpad te maken aan de Oostzijde inplaats van aan de Westzijde der Soesterbergschestraat. Spreker verzoekt nauwkeurige informatie n/~De heer Endendijk is er ook tegen om de omtrent werkzaamheden op te dragen aan den aannemer voor 2000,=.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1934 | | pagina 452