55.
middelen wel zijn aan te wijzen. De gemeente zal n.1.meerdere
inkomsten verkrijgen uit de belastingen als gevolg van de aan
giften bij het Rijk van verzwegen vermogens en inkomsten.
Die 250,= zullen wel ruimschoots bestreden kunnen worden uit
de opbrengst, welke de gemeente verkrijgt uit de belastingen
dier verzwegen vermogen en inkomens. Het is hier een plicht
der gemeenschap om de gevraagde subsidie te verstrekken.
Mejuffrouw Punke betoogt nog dat het niet-toekennen van
subsidie een zuinigheid zou zijn, welke de wijsheid zou be
driegen. De vereeniging verricht belangrijk werk, en waar
schuwt o.a. de ouders ingeval van t.b.c.bij de kinderen.Draagt
de gemeente niet bij, dan zal Maatschappelijk Hulpbetoon in
vele gevallen hulp moeten verleenen, hetgeen de gemeente ook
weer geld kost. Men moet de zaak ook aldus bezien.
De Voorzitter zegt nogmaals dat hij waardeering heeft voor
het belangrijke werk der vereeniging, doch Spreker moet op de
financieele gevolgen van een subsidie-verleening wijzen.
De heer Endendijk merkt op dat de Voorzitter daar straks
terecht heeft gezegd dat de subsidie-verleening aan gymnastiek-
vereenigingen op een algemeen besluit steunt, zoodat een aanvra
ge van een dergelijke vereeniging niet te vergelijken is met de
thans in behandeling zijnde aanvrage. Waar de geheele Raad
echter sympathiek staat tegenover de adresseerende vereeniging,
zou Spreker eerst eens willen wachten wat 1954 brengt, en zoo
mogelijk aan het einde van het jaar alsnog een subsidie over
dat jaar willen verleenen.
De heer de Nies zegt dat de vereeniging steun noodig heeft.
Daarom zou hij voor dit jaar een subsidie wlll£g*Y§§n^n
Deze aanvrage kan dan voor het volgend jaar naaer onder oogen
worden gezien.
Dit voorstel wordt verworpen met 9 tegen 5 stemmen. Voor
het voorstel stemden Mej.Punke, en de heeren GasilleHornsveld
de Nies en Nooder, als gevolg waarvan het voorstel van B. en W.
is aangenomen.
44.COMPTABILITEIT (4e afd.no.2911
Voorstel om niet tegemoet te komen aan een door Gedeputeer
de Staten gemaakt bezwaar tegen het raadsbesluit van 2ö^ecember
1955 "tot het aangaan van een geldleening.
Ged.Staten maken bezwaar tegen art.6 der leeningsvoorwaar-
den,welk artikel luidt als volgt"De belastingen, die van af
lossing of rente der leening geheven mochten worden, komen ten
laste van geldneemsterB. en W. hebben den geldgever gevraagd
of hij bereid was de bepaling van art.6 der leeningsvoorwaarden
in te trekken. Deze bleek daartoe echter niet genegen te zijn.
B. en W. zien momenteel ook geen kans een leening op voordee-
ligerjvoorwaarden te sluiten dan die opgenomen in het raadsbe
sluit' van 28 Dec.1955,no.2911zoodat zij voorstellen niet aan
het door Ged.Staten gemaakte bezwaar gevolg te geven.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt
het voorstel van Burgemeester en Wethouders aangenomen.
45.GEORGANISEERD OVERLEG (4e afd. no.261).
Voorstel tot aanwijzing van een plaatsvervangend lid in de
commissie voor georganiseerd overleg in ambtenaren-zaken.
Bij besluit van 50 Nov1952no261 werd o.m.als vertegen
woordiger van den Raad in de commissie voor georganiseerd over
leg.