40. De heer de Dies zegt dat hom buitengewoon is opgevallen het arvtikel dat dezer dagen door den heer Doorman geschreven is irf ^fbrplaatseli jke bladen omtrent deze aangelegenheid .Het is Spreker gebleken, dat door het particulier initiatief niei voldoende kon worden gedaan om aan alle daarvoor in aanmer king komende schoolkinderen van kleeding te voorzien. Er zijn momenteel nog 60 aanvragen om schoolkleeding, waaraan wegens gebrek aan middelen niet kan worden voldaan. V/aar het hier om de gezondheid van het kind gaat, en vele ouders onmachtig zijn om hunne kinderen kleeding te verstrekken, is naar Sprekers oordeel de overheid het aangewezen lichaam om in deze de hel pende hand te bieden. Mejuffrouw Eunke onderschrijft de door den heer de Nies gesproken woorden. Spreekster gaat er mee accoord dat in nor male tijden deze zaak aan het particulier initiatief wordt overgelaten, doch thans leeft men in bijzondere tijden, welke ook bijzondere maatregelen vragen. Het is van het grootste belang dat die 60 aanvragen om schoolkleeding ingewilligd wor den. Spreekster wil dus een bepaald bedrag uit de gemeentekas beschikbaar stellen om den nood te lenigen. De Voorzitter wijst er den heer den Nies op dat het zeer begrijpelijk is dat de heer Doorman deze zaak in de courant naar voren brengt, daar de heer Doorman voorzitter van het crisis-comité B.is. De heer de Nies merkt op dat de heer Doorman toch het beste over deze zaak kan oordeelen. De heer Endendijk zegt dat het Crisiscomité toch gelden uit de gemeentekas ontvangt om o.a. ook schoolkleeding aan kinderen van werkloozen te verstrekken. De Voorzitter deelt mede dat het crisiscomité B eigenlijk ingesteld is voor het uitkeeren van bijslag in natura aan werklooze arbeiders en hunne gezinnen. Het vorig jaar hebben Ged.Staten bezwaren gemaakt tegen het instellen van een post op de gemeentebegrooting voor verstrekking van schoolkleeding, zoodat Spreker ontraadt voor dat doel een bepaald bedrag op de gemeentebegrooting uit te trekken, temeer waar de bijzonde re scholen dan ook recht hebben op een gelijke uitkeering. Staat men een bedrag van 1000,= toe, dan zal men voor het bijzonder onderwijs 14.000,= beschikbaar moeten stellen.Spre ker dringt er met klem op aan de grootst mogelijke zuinigheid te betrachten met de gemeente-financiën. De heer Endendijk vraagt of van de zijde van het openbaar onderwijs voldoende pogingen in het werk zijn gesteld om geld te verkrijgen voor schoolkleeding. De heer de Nies zegt dat inderdaad daartoe pogingen zijn gedaan en dat ook door velen is geholpen. Het particulier initiatief is echter tekort geschoten blijkens de vele aan vragen, welke nog afgedaan moeten worden. De heer Endendijk zegt dat er ook wel voorstanders van het bijzonder onderwijs zijn, die hun steun willen geven. Het is Spreker nog niet gebleken dat steun gevraagd is aan de voorstanders van het bijzonder onderwijs. De heeren de Nies en Nooder stellen voor een bedrag van J00,= ten behoeve van de verstrekking van kleeding aan schoolgaande

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1934 | | pagina 80